Proposition 54K2837

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi instaurant une taxe sur les comptes-titres.

General information

Submitted by
MR Swedish coalition
Submission date
Dec. 11, 2017
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
tax reform tax law tax system tax on capital

Voting

Voted to adopt
CD&V Open Vld N-VA LDD MR
Voted to reject
Vooruit LE PP VB
Abstained from voting
Groen Ecolo PS | SP PVDA | PTB

Party dissidents

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Feb. 1, 2018 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


Rapporteur Stéphane Crusnière

Monsieur le président, je renvoie au rapport écrit.


President Siegfried Bracke

La parole est à M. Laaouej.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le président, étant le dernier inscrit, je passerai la parole à mes collègues inscrits avant moi.


President Siegfried Bracke

Mijnheer Deseyn, u heeft het woord.


Roel Deseyn CD&V

Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, sta mij toe met een algemene beschouwing te beginnen. De regering en ook mijn partij, CD&V, hebben van rechtvaardigheid altijd een thema gemaakt, ook inzake fiscaliteit.

Het is waar dat de huidige regering extra inspanningen heeft gevraagd van diverse groepen in de samenleving, zoals de gepensioneerden, de mensen op het einde van hun loopbaan of de werknemers aan het begin van hun carrière. Nu vragen wij via het voorliggend wetsontwerp een inspanning van het meer vermogende deel van de bevolking – dat mag ik zeker wel zeggen en ik meen zelfs dat het nog een understatement is — zodanig dat iedereen zijn steentje kan bijdragen en zijn verantwoordelijkheid neemt, teneinde meer harmonie in onze samenleving te brengen.

De regering vraagt niet alleen aan iedereen zijn steentje bij te dragen. Zij doet zeker ook de nodige inspanningen, om mensen te ondersteunen, zeker de zwakkeren in de maatschappij.

Alles is aan alles gekoppeld. Dit ontwerp kan dan ook niet los worden gezien van het grote project van de taxshift, zijnde een belastingverschuiving van arbeid naar andere inkomstenbronnen, die overigens al veel heeft opgeleverd voor de mensen. Wie, ook deze maand, zijn loonbrief bekijkt, merkt een stijging van het nettoloon, tot 40 euro per maand.

Met de schaarse middelen werd zeer selectief omgegaan en prioritair ingezet op de laagste lonen. Net zoals bij de aanpassing van de pensioenen, werd ook op de oudste en de laagste pensioenen ingezet. Wij gaan op dat elan door en werken de taxshift uit in al zijn vormen, verschijningen en segmenten. Het is precies in die grote werf van de taxshift dat ook dit ontwerp kan worden gekaderd. Wij gaan op dat elan door met het zomerakkoord. What's in a name? Het is vandaag 1 februari, maar het zomerakkoord krijgt hier deze namiddag zijn beslag. Tot dat akkoord behoort ook de taks op de effectenrekening.

Bij de taks die op de effectenrekening van natuurlijke personen zal worden geheven, bekijken wij even het drempelbedrag van 500 000 euro. Voor een koppel is dat 2 x 500 000 euro of 1 miljoen euro. Er zijn weinig taksen waarvan men blij is dat men ze moet betalen, maar wie wordt uitgenodigd om een bijdrage te leveren op het niveau van de taks op zijn effectenrekening, heeft niet slecht geboerd.

Het uitgangspunt is dat de aangifte, de inhouding en de betaling gebeuren door de tussenpersonen, dat het een automatische inhouding is. Ik weet dat het voor de sector echter niet evident is om dat allemaal te implementeren, de belastingplichtige kan dit ook zelf organiseren. Het goede aan het ontwerp is dat veel automatismen reeds zijn ingebouwd. En het geldt niet alleen voor de Belgen. Uiteraard geldt het voor de rijksinwoners maar ook voor de niet-inwoners die een effectenrekening hebben bij een Belgische financiële instelling.

Men vroeg zich af of dit niet te eng is en of het niet over een heel beperkte niche gaat. Als men echter kijkt naar het aantal financiële instrumenten dat gedekt wordt in dat ontwerp — de al dan niet beursgenoteerde aandelen, de obligaties en de fondsen — dan hebben wij hier een ruim en te verdedigen toepassingsgebied. Wij hebben wel duidelijk de levensverzekering en het pensioensparen uitgesloten, omdat wij daaraan uiteraard niet willen raken.

Mijnheer Laaouej, ik kom tot uw concrete vraag, of liever votre remarque préliminaire.

Tijdens de bespreking in de commissie voor de Financiën werd stilgestaan bij de vraag aan wie deze trofee kan worden toegekend. Is hij voor CD&V of niet? Dat blijkt een zeer belangrijke vraag te zijn. Onze voorzitter gaf het antwoord in de commissie, toen hij de fractieleider feliciteerde. Dat was zijn hoogstpersoonlijke antwoord. Misschien moeten wij het eens aan een dromedaris vragen. In elk geval, deze vorm van mediatieke symbolencultus gaat totaal voorbij aan de inspanningen die deze regering heeft geleverd om de economie en de samenleving te versterken en vooruit te helpen. Voor mij is dan ook niet belangrijk wie de pluim op zijn hoed kan laten prijken. Het gaat hier om een gezamenlijk werkstuk van de volledige meerderheid.

Collega Gilkinet, ik begrijp waarom u "ha!" zegt. Het is natuurlijk zo dat, net als bij de speculatietaks, ook de effectentaks voor een stukje in het verlengde ligt van de wensen van mijn partij. Het is echter niet omdat deze taksen in het verlengde liggen van onze wensen dat zij ook initieel onze wensen waren. Ik heb u in de commissie ook gewezen op het auteurschap van een aantal voorgestelde initiatieven, zoals de speculatietaks. Collega's, u weet heel goed wat initieel de inzet was van onze partij, maar hier gaat het om een maatregel die ondersteund wordt door alle regeringspartijen en die bovendien aansluit bij hetgeen wij hebben geponeerd als krachtlijnen van de taxshift.

Ik antwoord op uw vraag, collega Kitir.

Wat was dat? Ik wil wel even uw geheugen opfrissen maar ik meen dat uw vraag vooral retorisch is. Wij hebben een voorstel gedaan voor een meerwaardebelasting zonder dat dit de kmo's of de kleine belegger zou schaden. Wij hebben echter ook altijd gezegd dat het inkomen, de aanwas, belast zou moeten worden in plaats van het bezit.

Collega Kitir, waar staan wij nu? Dat zal u misschien een beetje vreemd voorkomen, vandaar wellicht ook de fascinatie. De premier en zijn hele ploeg zijn in dat opzicht veel verder gegaan. Hij heeft ons immers een belasting op de effectenrekeningen voorgesteld, een echte vermogensbelasting dus. Misschien vindt u dat allemaal te verregaand, collega Kitir, en had u nooit durven dromen dat men zoveel moed aan de dag zou leggen.

Wij zijn blij met wat er is gebeurd. Waarom? Met het voorstel inzake meerwaardebelasting dat wij hadden geponeerd sprak men voor het eerste jaar van een grootteorde van 80 miljoen euro. Daarna was er wel een bepaald groeipad. Het voorstel dat nu ter tafel ligt en waarover wij straks zullen stemmen zou echter 254 miljoen euro moeten opbrengen. Op dat punt kunnen wij alleen zeggen dat dit de weg vooruit is. Als men de keuze moet maken tussen 80 miljoen euro of 254 miljoen euro, dan is die keuze snel gemaakt. Als wij zo kunnen komen tot een evenwichtiger fiscale politiek, dan verdient dit alle lof.

Er is een punt dat nog niet aan bod is gekomen in de interventies van de collega's.

Men heeft het al gehad over veel externe elementen, over het vernis, de trofee of wat er is binnengehaald, maar nog niet over een aantal zaken ten gronde als het gaat over achterpoortjes en ontwijkingroutes. Als men kijkt naar de ingebouwde antimisbruikbepalingen, dan meen ik dat de administratie goed ten strijde zal kunnen trekken tegen wie de grenzen overschrijdt. Men is natuurlijk altijd zeer creatief en zeker als het gaat over fiscale spitstechnologie hinkt de wetgever gewoonlijk enigszins achterop.

Het is ook belangrijk dat wij hier vandaag in dit halfrond de meerwaarde van de langere bespreking kunnen onderstrepen; de commissievoorzitter zal dat ongetwijfeld beamen.

Soms is het voor een dossier goed dat er wat polemiek rond is. Als iedere fractie nog eens rustig de impact van een aantal voorgestelde maatregelen kan bekijken en narekenen, dan kan men serieuze verbeteringen aanbrengen. Concreet werden in het eerste voorstel van de regering de certificaten niet opgenomen. Die vielen niet binnen de perimeter van het wetsontwerp. Nu is dat wel het geval.

De commissie is zeer inschikkelijk geweest en heeft in een sneltempo nog vóór het jaareinde een aantal zaken kunnen afronden. Dit onderdeel komt in januari, maar het is dan ook een verruimd en verbeterd wetsontwerp. Er zijn belangrijke aanpassingen in aangebracht.

Ik heb gesproken over de certificaten, maar ook voor de niet-beursgenoteerde financiële instrumenten, die aanvankelijk niet werden beoogd, werd gekozen voor de weg vooruit.

Ik kan mijn betoog afsluiten, mijnheer de voorzitter, met de evidente conclusie dat onze fractie zeer graag het wetsontwerp van de regering zal steunen.


Robert Van de Velde LDD

Het enthousiasme van de collega's ontroert mij, mijnheer de voorzitter.

Zoals ik in de commissie al zei – ik ben hier eerlijk in – is onze partij een koele minnaar van deze stap. Met het oog op de fiscale inspanningen die wij met deze regering doen is deze stap in zijn globaliteit zeker verantwoord en correct. In de voorbije jaren zijn wij er met deze regering in geslaagd om de totale belastingdruk met minstens 2 % te verlagen. Het is dan ook logisch dat wij tegelijkertijd een aantal checks-and-balances invoeren en een aantal mechanismen aanspreken om de financiering van de aan de gang zijnde belastingverlaging mogelijk te maken.


Barbara Pas VB

Collega Van de Velde, enerzijds, zegt u dat u een koele minnaar bent van deze maatregel, anderzijds, noemt u het correct en verantwoord. Ik weet dat u, sinds de communautaire stilstand, totaal niet meer wakker ligt van de miljarden euro's aan transfers die in dit land van noord naar zuid lopen en elk jaar groter worden. Ik vraag mij echter af of u zich ervan bewust bent wie deze effectentaks vooral zal betalen. U voert een transferbelasting in.

Ik had graag van u gehoord of u er enig idee van hebt hoeveel personen per Gewest verhoudingsgewijs geraakt zullen worden door deze nieuwe belasting? Ik heb cijfers op basis van een onderbouwde schatting. Ik zal die straks wel geven, maar ik vraag mij af of u daar zelf enig idee van hebt. Ofwel weet u het gewoonweg niet, ofwel trekt u zich er niets van aan door deze belasting correct en verantwoord te noemen.

Ik vraag mij af wat het ergste is van beide opties.


Robert Van de Velde LDD

Mevrouw Pas, ik meen dat de discussie, die u wenst aan te zwengelen, in elk geval in uw nadeel zal uitdraaien. De verschillende ingrepen die door deze regering zijn gedaan in zowel de personen- als de vennootschapsbelasting, komen in de massa veel sneller en beter toe aan Vlaanderen dan aan Wallonië. Dit heeft gewoon te maken met de massa.

De belastingverlagingen, de taxshift en de verlaging op de voorheffingen zijn van die aard dat zij veel meer ten goede komen aan Vlaanderen dan aan Wallonië. Op dat vlak weegt elke fiscale ingreep meer door bij de massa. De belastingverlagingen van de voorbije jaren zijn groter dan wat wij hier nu doen.

Ik was in mijn betoog aanbeland bij het globale plaatje. Deze regering gaat op een economisch stimulerende manier om met fiscaliteit. Daardoor hebben wij effectief jobs en groei gecreëerd, en zijn er extra investeringen. Dit alles komt onze globale economie alleen maar ten goede.

Ik besef dat dit een unicum is en dat wij met een rechtstreekse vermogensbelasting een deur op een kier zetten die ik liever gesloten had gelaten. Wij hebben dit nu eenmaal aanvaard binnen het globale pakket aan maatregelen.

Ik denk alleen dat wij met het oog op de toekomst wel moeten opletten om dit als een soort van slagvaardige nieuwe piste te bekijken. Volgens mij is dat niet het geval. De discussie met de oppositie vind ik wel prettig. Volgens de oppositie is het allemaal niet genoeg, maar tegelijk gaat de oppositie ervan uit dat er gedragswijzigingen zullen optreden, dus blijkbaar is het wel genoeg om gedrag te wijzigen, wat betekent dat de belasting effectief een impact zal hebben.

In dat verband moet ik de oppositie meedelen dat er drie redenen zijn om belastingen te heffen: een herverdelend effect, de financiering van de overheidsuitgaven en het bepalen van gedrag. Net zoals elke andere belasting zal ook deze belasting gedragsbepalend zijn. Mensen zullen hun gedrag dus aanpassen, net zoals met andere fiscaliteit. Het feit dat het gedragsbepalend is, betekent natuurlijk ook dat het impactvol is.


Georges Gilkinet Ecolo

Comme vient de l'expliquer M. Van de Velde, en annonçant une mesure le 26 juillet et en la faisant adopter le 1ᵉʳ février tout en ayant annoncé aux potentiels concernés les règles qui seraient appliquées pour cette taxe sur les comptes-titres, effectivement, un grand nombre de celles et ceux qui seraient concernés par cette taxe sur les comptes-titres ont lu ce que le gouvernement annonçait. Ils ont été conseillés par de grands bureaux fiscaux et ne paieront in fine pas la taxe.

C'est ce que M. Van de Velde vient de nous expliquer. Par contre, le montant en recettes nouvelles estimé par le gouvernement, lui, n'a pas changé depuis le début: 254 millions d'euros. Malgré toutes les échappatoires qui ont été identifiées et le caractère tardif du vote de ce texte sur lequel je donnerai mon avis tout à l'heure, on considère que la recette s'élève toujours à 254 millions d'euros. Je vous laisse estimer la crédibilité du chiffre.

Par contre, j'aurais voulu, au moment où j'ai demandé la parole, demander l'avis de M. Piedboeuf sur les propos de M. Van de Velde quant à l'intérêt pour les Régions des différentes mesures fiscales qui ont été prises. J'avais l'impression qu'on était ici, au Parlement fédéral, à la recherche de solutions positives pour l'ensemble de nos concitoyens pour le financement de l'État et je déplore le tour que prennent la discussion et l'exposé de M. Van de Velde. Je constate le silence du partenaire francophone de la majorité suite à ces propos.


Damien Thiéry MR

(…)


Georges Gilkinet Ecolo

Mais je lui propose justement de parler, monsieur Thiéry!


President Siegfried Bracke

Il sera au perchoir dans quelques instants, monsieur Gilkinet.


Benoît Dispa LE

Monsieur le président, je souhaitais simplement dire à M. Gilkinet que M. Piedboeuf n'est pas resté silencieux; il a applaudi alors que M. Van de Velde venait d'expliquer que les réformes fiscales, notamment la réforme de l'impôt des sociétés, profitaient au Nord du pays plutôt qu'au Sud. C'est exactement ce que nous avons démontré et ce qu'a dénoncé l'UCM en expliquant que la réforme de l'impôt des sociétés allait porter préjudice aux petites et moyennes entreprises du Sud du pays, de Wallonie et de Bruxelles.

C'est le tissu socio-économique qui n'est pas pris en compte, qui n'est pas défendu correctement par le partenaire francophone de ce gouvernement. C'est ce qu'a dit M. Van de Velde et c'est ce qui lui a valu les applaudissements de M. Piedboeuf.


Robert Van de Velde LDD

Zonder de intellectuele capaciteiten van de heer Piedboeuf te willen onderschatten, want hij zal straks een pracht van een antwoord geven, wil ik even nuanceren wat ik gezegd heb.

Ik heb gezegd dat elke fiscale ingreep door zijn massa in Vlaanderen meer voelbaar is dan in Wallonië. Zowel de plussen als de minnen. Dat is wat ik gezegd heb, en dat is ook gewoon juist. Daar is geen speld tussen te krijgen. Dat heeft niets met het communautaire te maken!

Als mijn achterburen hier proberen te beweren dat het hier om een extra transfer gaat, zeg ik: neen, dat is niet juist. Gedurende de voorbije jaren is de belastingdruk immers proportioneel verdeeld over de massa. Als men kijkt naar de totale cijfers, ziet men dat die druk meer gedaald is in Vlaanderen dan in Wallonië, maar dat heeft puur te maken met de massa. Dat heeft niets te maken met het bevoordelen van de ene of de andere regio.

Ik begrijp dat het voor mijn achterburen hier wat moeilijker is, maar dat soort denken is in de fiscaliteit totaal anders dan wanneer men naar de uitgaven kijkt.

Het probleem zit in het feit dat men in de uitgaven compenseert, want de echte transfers zijn de uitgaventransfers, mevrouw Pas, Het probleem zit niet in de fiscaliteit, want die werkt in verhouding sneller bij de grote massa dan bij de kleine massa.

Dat moet u zich maar eens doen uitleggen door iemand die dat echt kent.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le président, disons les choses comme elles sont, c'est une nouvelle occasion manquée de la part du gouvernement de pouvoir enfin nous amener un vrai projet de fiscalité qui tienne compte de paramètres liés à l'impératif de justice fiscale. Autrement dit, l'objectif affiché de mettre davantage à contribution le capital ou les revenus du capital ne se confirme pas lorsqu'on examine les textes et la charpente retenue dans le dispositif qui est aujourd'hui sur la table.

C'est une occasion manquée car il faut reconnaître que vous avez mis à contribution, dans une très large mesure depuis le début de la législature, les travailleurs, les pensionnés, les allocataires à travers des mesures telles que le saut d'index ou l'augmentation de la TVA sur l'électricité. Vous avez également mis à mal un certain nombre de postes de la sécurité sociale, en particulier les soins de santé. Il eût été grand temps de développer une approche qui puisse aller dans le sens d'une fiscalité plus juste en faveur des revenus du travail au sens large du terme – en ce compris les revenus de remplacement – et en mettant davantage à contribution le capital ou les revenus du capital.

Je voudrais dire au CD&V, qui engrange ici un trophée – ou qui prétend engranger un trophée –, qu'il doit se méfier des apparences. Le ministre des Finances, au moment où ce projet se discutait, a fait de grandes déclarations. Il disait notamment de faire attention à l'effet seuil ou encore que le projet risquait de ne pas franchir le cap de la Cour constitutionnelle, en vertu du principe d'égalité devant la loi. Par ailleurs, j'entends M. Van de Velde dire qu'il va le voter sans être vraiment d'accord. Il y a donc peut-être, dans le dispositif qu'on s'apprête à voter aujourd'hui, l'un ou l'autre piège qui pourrait aboutir au résultat d'une précédente mesure – qui pourtant était un de vos acquis –, la fameuse taxe sur les plus-values. Cette taxe a disparu assez rapidement – une taxe biodégradable! – et avait été qualifiée de hilarious tax par un certain site internet opérant dans la finance internationale.

Sur le fond, disons qu'on ne peut évidemment nier qu'il s'agisse d'un pas intéressant. Que les choses soient claires, le principe…


Servais Verherstraeten CD&V

(…)


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur Verherstraeten, le principe est en soi intéressant. Toutefois, vous avez mis un seuil: 500 000 euros. Cela signifie que quelqu'un qui s'arrange pour avoir 499 999 euros ne sera pas soumis à la contribution, alors qu'un autre qui aura déposé 500 001 euros le sera. Du point de vue de la constitutionnalité de la mesure, voilà un aspect qui ne manquera pas d'intéresser celles et ceux qui voudraient contester votre projet de loi qui, demain, deviendra une loi – car il n'y a pas de doute à ce sujet. Au demeurant, comme je l'ai rappelé, le ministre des Finances avait lui-même mis en garde contre ce seuil.

J'en viens à présent à la praticabilité du dispositif et à la possibilité pour les intermédiaires chargés de prélever cette taxe d'y parvenir matériellement et opérationnellement. Là encore, il convient de se rappeler les interventions de plusieurs professionnels du secteur et également – à un certain moment, me semble-t-il – du ministre des Finances lui-même, ayant remis en cause la praticabilité de ladite mesure.


President Siegfried Bracke

Monsieur Laaouej, M. Van Rompuy souhaite vous interrompre.


Eric Van Rompuy CD&V

Mijnheer Laaouej, in het begin waren er over die drempel van 500 000 euro bemerkingen en bezwaren, maar de Raad van State heeft die niet weerhouden. De Raad van State heeft op andere punten kritiek geuit en de regering heeft daarmee dan achteraf rekening gehouden.

U maakt de hele tijd de opmerking dat men tot 499 000 euro niets betaalt. Neen, men betaalt vanaf de eerste euro. Het gaat over bedragen van 0 tot 500 000 euro als men daarboven zit, maar het is niet dat men die belasting pas vanaf een bepaalde drempel betaalt. Het is niet een bepaalde drempel of 0. Het gaat van 0 tot 500 000 euro en 1 miljoen euro. U moet erkennen dat de Raad van State daartegen geen bezwaar heeft gemaakt. U begint met dat bezwaar, maar dat werd niet weerhouden door de Raad van State.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le président, monsieur Van Rompuy, ce n'est qu'une observation parmi tant d'autres que je développerai bientôt; ce n'est pas l'observation principale.

Fixer un seuil est toujours arbitraire. Lors de nos travaux, j'ai exprimé le fait que, dans le domaine de la fiscalité, des seuils sont régulièrement établis. Il y a peu, on s'est penché sur la problématique des quotités exemptées. Dans le cas d'un bonus pour les quotités exemptées, on s'est basé sur le revenu imposable moyen, donnée statistique objectivement établie. Il y a alors une justification qui est celle de prendre le revenu moyen (cela aurait pu être le revenu médian, etc.).

En l'espèce, les données fiables ont fait défaut quant à la raison d'être du seuil de 500 000 euros. Vous nous aviez indiqué que, selon certaines études, cela équivalait approximativement au portefeuille moyen. Je vous renvoie aux études réalisées par la Banque nationale sur l'actif financier moyen des Belges. Cette étude est par ailleurs très intéressante parce qu'elle spécifie, dans le même temps, l'actif financier moyen en fonction de la nature des actifs financiers. L'étude est fort bien détaillée. Vous optez en l'occurrence pour le seuil de 500 000 euros.

Vous me parlez du Conseil d'État. Je me réjouis de vous entendre enfin valoriser l'avis du Conseil d'État! Cela n'arrive pas tous les jours! Je dirais même que la tendance de ce gouvernement que vous soutenez, monsieur Van Rompuy, est de s'asseoir sur les avis du Conseil d'État, et cela même lorsqu'il s'agit de sujets particulièrement graves. On ne peut invoquer l'avis du Conseil d'État lorsque cela vous arrange et ne pas le suivre lorsque cela ne vous arrange pas. Je peux dresser la liste de toute une série d'avis du Conseil d'État sur lesquels vous vous êtes assis!

Pour le reste, monsieur Van Rompuy, le Conseil d'État se prononce sur la légalité et non sur l'opportunité. Je vous parle ici d'opportunité en vous disant qu'au-delà du seuil, on est fiscalisé et en deça, on ne l'est pas. Il y a là quelque chose qui ne m'apparaît pas correspondre à l'idée que je me fais d'une fiscalité juste. Vous n'êtes pas obligé de partager mon avis. Votre sentiment peut être différent car un sentiment ne prouve rien. Cependant, vous ne m'empêcherez pas de dire que cela énerve, cela met en cause une certaine conception de la justice fiscale à partir du moment où des seuils aussi arbitraires sont fixés s'agissant d'une fiscalité du patrimoine.


Ministre Johan Van Overtveldt

Monsieur Laaouej, j'ai bien suivi votre raisonnement sur le seuil de 500 000 euros. Le problème que vous décrivez se pose avec n'importe quel seuil. En fait, vous plaidez pour appliquer ce type de taxe à partir du premier euro, donc y compris pour les personnes qui ont 1 000 euros, 10 000 ou 500 000 sur un compte. Ai-je bien compris votre raisonnement?


Ahmed Laaouej PS | SP

Vous le comprenez partiellement. C'est une avancée. Prenez les revenus professionnels. Ils sont fiscalisés à partir du premier euro. C'est la règle de base. Ensuite, s'applique une réduction d'impôt sur une partie de ces revenus. C'est la quotité exemptée. Celle-ci est parfois majorée pour des raisons très spécifiques comme, par exemple, la présence d'enfants à charge. Vous avez aussi des réductions d'impôt liées à la nature des revenus. Les revenus de remplacement en bénéficient. Autrement dit, des raisons d'ordre social peuvent intervenir.

Monsieur le ministre, vous auriez pu procéder différemment. Le principe étant que ce prélèvement existe, vous auriez pu prévoir un abattement justifiable dans un dispositif légal par des raisons économiques, sociales ou autres, en tenant compte du principe de la proportionnalité, du respect du principe de l'égalité, autrement dit, en donnant une justification qui soit proportionnelle à l'objectif poursuivi, conformément à la jurisprudence constante de la Cour constitutionnelle.

Vous assumez un autre choix, ce n'est pas le mien. Vous êtes dans la majorité, moi dans l'opposition. Nous n'avons pas la même conception de la fiscalité, c'est tout. Je ne suis pas en train de vous dire que les choix que vous faites sont fondamentalement irrecevables: ils sont conformes à votre vision de la fiscalité. Je ne la partage pas.


Ministre Johan Van Overtveldt

C'est bien clair, mais vous avez quand même entamé votre exposé en disant que c'était un bon début!


Ahmed Laaouej PS | SP

J'ai dit deux phrases. Laissez-moi terminer!


Ministre Johan Van Overtveldt

C'est une ouverture. C'est important.


Ahmed Laaouej PS | SP

Oui, mais on va s'abstenir. Je vais vous expliquer pourquoi.

Je ne suis pas comme certains hypocrites qui votent sans être d'accord, à l'instar de M. Van de Velde. Moi, je ne tiens pas ce raisonnement-là. Je suis plus nuancé.

Je dis que l'idée est bonne, mais les modalités ne le sont pas.

M. Verherstraeten semble d'accord avec moi. Je sens qu'il aurait voulu en avoir plus mais… Un acte manqué, monsieur Verherstraeten!


Eric Van Rompuy CD&V

Wat de minister zegt in verband met bepaalde drempels, geldt niet alleen in de fiscaliteit. Zo komt een sociale woning enkel degenen toe die een bepaald inkomen verdienen. Overschrijdt men die grens met 15 euro, dan komt men niet in aanmerking voor een sociale woning.

In de sociale zekerheid, in de inkomstenbelastingen, in de vennootschapsbelasting, overal zijn er drempels die, als men ze overschrijdt, uitsluiting van de ene of gene maatregel tot gevolg hebben.

Moet men dan het stelsel proportioneel maken, zoals de minister opwierp. Omwille van fiscale rechtvaardigheid moet men juist drempels inbouwen, zodat de maatregel zeker van toepassing is op de grotere vermogens, de hogere inkomens. Men kan natuurlijk discussiëren over de definitie van een hoog inkomen.

Hoe dan ook, u klaagt voortdurend over het principe van de drempel. Men moet veeleer een discussie voeren over de massa waarop de taks toepasbaar is, dan over de drempel.


Servais Verherstraeten CD&V

Mijnheer Laaouej, het stelt mij gerust dat u niet zult tegenstemmen en de taks eigenlijk een zeer goed idee vindt, wat het belang van het voorliggend ontwerp onderstreept.

Collega Van Rompuy wees er al op dat er inzake sociale zekerheid en fiscaliteit alsook in elke regelgeving voor de toekenning van subsidies drempels worden gehanteerd. Wij kunnen daarover discussiëren.

U refereerde in uw betoog daarnet aan studies van de Nationale Bank over het vermogen en inkomen van de gemiddelde Belg. De drempel in het ontwerp ligt ongetwijfeld hoger dan het inkomen of het vermogen van de gemiddelde Belg. Dat zal ik niet ontkennen. Maar het is de bedoeling van de voorgestelde belasting, die, zoals collega Van de Velde stelde, ook een vermogensbelasting is, om de modale Belg, de middenklasse, volledig te ontzien. Dat is het verschil in accent dat wij blijkbaar willen leggen.


Ahmed Laaouej PS | SP

Vous êtes en train de me dire que le Belge moyen a 500 000 euros d'actifs financiers. En gros, c'est ce que vous me dites. Monsieur Verherstraeten, vous venez de dire qu'on ne voulait pas toucher aux Belges de la classe moyenne. Le Belge de la classe moyenne n'a pas 500 000 euros d'actifs financiers sur un compte.


Servais Verherstraeten CD&V

(…)


Ahmed Laaouej PS | SP

Ce que je veux vous dire, c'est qu'il n'a pas 500 000 euros et qu'il n'a pas non plus 300 000 euros, monsieur Verherstraeten.

Quand je vous ai demandé à un moment donné si ces 500 000 euros correspondaient aux actifs financiers moyens détenus par les Belges, il m'a été répondu que non, que c'était beaucoup moins. Votre seuil correspond donc à autre chose? À quoi? On ne le sait toujours pas.

Monsieur Van Rompuy, je vous remercie d'amener des arguments à ma thèse. Si on limite certains avantages sociaux en fonction du revenu, c'est qu'on considère que ceux-ci ne doivent profiter qu'à des gens qui ont un revenu moyen ou modeste. On tient compte de la capacité contributive. Cela va tout à fait dans le sens de ce que je défends. Nous sommes clairement en phase. Les arguments que vous prétendez développer pour soutenir votre thèse servent en réalité la mienne.

Pour le reste, on peut prendre la fiscalité depuis qu'elle existe. Il y a toujours eu des seuils et il faut reconnaître que certains seuils ne sont parfois pas justifiés. Cela arrive. Mais, dans d'autres nombreux cas, les seuils correspondent, dans les exposés des motifs, dans l'intention du législateur, à une raison d'ordre économique, social et de plus en plus environnemental.

Dans le paramétrage de la fiscalité, on prend de plus en plus en considération les données socio-économiques. Cela semble manquer ici. Je ne dis rien d'autre. Vous faites un choix politique.

Je passe à d'autres aspects de ce projet. Il y a notamment le problème de la mesure dite "anti-abus". Je m'excuse de devoir dire que c'est l'aspect le plus consternant de la manière dont vous avez légiféré. M. Gilkinet a rappelé que ceci était le fruit du Zomerakkoord de juillet. Il aura fallu attendre février pour pouvoir le faire. Et quand nous vous avons dit de faire attention car les gens vont s'organiser, il nous a été répondu: "Pas de problème. On considérera que tout ce qui s'est fait à partir du 9 décembre, c'est comme si ça n'existait pas". Pensez-vous que les gens ont attendu jusqu'au 9 décembre pour s'organiser?

Dans la littérature fiscale, dans les journaux financiers, de nombreuses déclarations indiquent que cette mesure passera à côté de sa cible parce qu'on a donné le temps aux gens de se restructurer leurs actifs financiers.

Excusez-moi, mais je pense que cette disposition anti-abus …

Et à nouveau, pourquoi avoir choisi la date du 9 décembre? Certains vont dire que c'est parce que le 8 décembre est le jour de mon anniversaire. Ceux qui ont écrit les modalités de ce dispositif avaient peut-être leurs raisons, je n'en sais rien. Je ne veux pas faire de procès d'intention.


Roel Deseyn CD&V

Mijnheer de voorzitter, collega Laaouej alludeert op het feit dat mensen zich gaan organiseren. Met de retroactiviteit van de maatregel is een deel gecoverd, een ander deel niet. Men moet zich ook eens voorstellen hoe dat praktisch in het werk zou gaan wanneer men een aantal zaken zou herschrijven om het op naam te plaatsen. Men zou al snel dossier- en administratiekosten hebben die 750 euro overstijgen en dan zou het sop de kool niet waard zijn. En als men zich organiseert op een bepaalde rekening, dan zal dat in het kader van de internationale transparantie minder aan de aandacht van de fiscus ontsnappen. Ik weet dus niet of het zo'n ultieme incentive zou zijn om meteen de zaken anders te organiseren. Het voordeel van een bescheiden opstap is ook dat de mensen niet zeer gedragssturend zullen reageren.

Ik wil nog het volgende punt vermelden als repliek op uw bezorgdheid. De regering heeft hier haar engagement uitgesproken om een bepaalde inkomstendrempel te halen. De minister van Financiën heeft zich er uitdrukkelijk toe geëngageerd dat, indien dit niet het geval zou zijn, bijsturingen zullen volgen tot de opbrengsten zijn gehaald. Het is belangrijk om nogmaals te benadrukken dat freewheelen of daaraan ontsnappen niet zal worden getolereerd. Dan moet men de perimeter uitbreiden of de controles versterken. Wij rekenen sterk op het bedrag dat gehaald moet worden.


Ahmed Laaouej PS | SP

C'est donc l'information du jour: le CD&V s'attend à d'éventuelles modifications de la loi, si l'objectif budgétaire n'est pas atteint. C'est bien ce que vous venez de dire?


Roel Deseyn CD&V

Collega Laaouej, als er een engagement is tot het behalen van bepaalde cijfers, dan is het evident dat, mocht de maatregel dat niet kunnen genereren, deze moet worden bijgestuurd. Anders heeft het geen zin om daarrond grote akkoorden te sluiten. Wij verwachten op dit punt echter geen grote problemen omdat er al heel wat bijsturingen zijn gebeurd, omdat er antimisbruikbepalingen zijn opgenomen. Uiteraard kan het lot van deze of gene maatregel niet exact worden voorspeld. Het resultaat is heel moeilijk in te schatten omdat het precieze detailniveau van de financiële informatie niet altijd per rekeninghouder beschikbaar is, maar het is wel de bedoeling dat het zoveel opbrengt. Wij hebben al uitvoerig gediscussieerd over drempels en over deuren die al dan niet op een kier staan, maar de target is duidelijk gezet richting kapitaal, met een additionele maatregel dat dit vanaf een bepaalde drempel zoveel moet genereren. Brengt de maatregel niet zoveel op, dan moet er worden bijgestuurd.


Ahmed Laaouej PS | SP

M. le ministre confirme t-il les propos de M. Deseyn?

Monsieur le ministre, vous engagez-vous, si on n'atteint pas une recette de 250 millions, autrement dit, si la Cour des comptes nous fait savoir, que finalement, elle n'est pas de 250 millions, mais de 100 millions, à déposer un projet de loi modificatif pour revoir le champ d'application, les modalités pour atteindre les 250 millions?


Ministre Johan Van Overtveldt

C'est le gouvernement dans sa totalité qui a pris l'engagement d'atteindre 254 millions. Le résultat obtenu via ces taxes fera l'objet d'une évaluation du gouvernement.


Ahmed Laaouej PS | SP

Il s'agit donc d'un engagement du gouvernement. Autrement dit, il y a eu un accord au sein du gouvernement pour dire que si le montant de 254 millions n'est pas atteint, la loi sur les comptes-titres sera modifiée. Est-ce bien cela?


Ministre Johan Van Overtveldt

Ce n'est pas ce que j'ai dit. J'ai dit que le gouvernement dans sa totalité s'était engagé à atteindre le résultat de 254 millions et que le résultat de ces taxes serait évalué par le gouvernement. .

Vous pouvez me poser la question une dizaine de fois, ma réponse sera toujours la même.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le ministre, vous êtes en train de me dire que si le gouvernement devait constater que les 254 millions n'étaient pas atteints, des mesures complémentaires seraient prises par le gouvernement. C'est cela que vous dites?


Ministre Johan Van Overtveldt

Non! Je dis que le gouvernement procédera à l'évaluation des recettes.


Jean-Marc Nollet Ecolo

Monsieur le président, on a ici la démonstration du fait que ce que le CD&V considère comme un engagement n'est, en fait, qu'un engagement concernant une évaluation. Il n'y a aucun engagement précis d'atteindre le montant dont question. Et je remercie mon collègue, M. Laaouej, d'avoir poussé le gouvernement à faire la clarté à ce sujet.

Il n'est plus nécessaire de l'interroger. La réponse est claire: il n'y a pas d'engagement sur le montant. Il y a un engagement concernant une évaluation.

Nous sommes désolés, chers collègues du CD&V, mais, dans ces conditions, nous ne pourrons pas voter en faveur de ce projet de loi.


Ahmed Laaouej PS | SP

Je me tourne vers mes collègues du CD&V. Je crois qu'une fois de plus, vous êtes en train de vous faire avoir.


Servais Verherstraeten CD&V

Mijnheer de voorzitter, ik zal mij niet uitspreken over toekomstige fiscale maatregelen, te nemen door de huidige en volgende regeringen. Die maatregelen moeten bekeken worden op het ogenblik dat ze voorliggen. Ik heb alleen een begroting goedgekeurd.

Een van de onderdelen van die begroting is dat de maatregel die wij nu bespreken 254 miljoen euro zou opbrengen. Ik heb de minister van Financiën hier in de Kamer horen verklaren dat dit haalbaar moest zijn. Ook vandaag heb ik van de minister van Financiën gehoord dat de regering zich daartoe heeft geëngageerd.

Laten wij deze maatregel goedkeuren en laten uitvoeren. Ik ben optimistisch wat betreft de mogelijkheden om het vooropgestelde bedrag te halen.

Collega Laaouej, wij zullen de maatregel evalueren en te gepasten tijde aanpassen waar nodig, zoals wij dat doen met zoveel fiscale maatregelen. Ik denk bijvoorbeeld aan de kaaimantaks. In de loop van deze legislatuur hebben wij zodra dat nodig bleek de wetgeving aangepast en diverse fiscale maatregelen verstrengd. Als dat nodig is, zullen wij dat in de toekomst nog doen.


Georges Gilkinet Ecolo

Monsieur le président, comme le dit mon excellent chef de groupe M. Nollet, vous tendez vraiment l'autre joue! Combien d'exemples faut-il vous citer, depuis le début de la législature, de lois qui n'ont pas produit les nouvelles recettes fiscales annoncées?

Vous-même avez cité la taxe Caïman, dont la Cour des comptes nous dit que la recette est impossible à évaluer, mais nous sommes vraiment très loin des niveaux de recettes que M. le ministre m'avait annoncés en réponse à une question orale. Il y avait cette fameuse taxe sur les plus-values, une autre victoire du CD&V, qui n'a jamais été mise en application. Et aujourd'hui, il y a cette taxe sur les comptes-titres.

Je pourrais ajouter à cela les recettes de la lutte contre la fraude fiscale mais, à chaque fois, les résultats budgétaires sont catastrophiques, diamétralement opposés aux recettes annoncées et enregistrées dans vos budgets! Et que se passe-t-il finalement? On constate un déficit budgétaire et M. Van Overtveldt et les membres de son parti nous disent qu'il va encore falloir faire des économies… sur la sécurité sociale.

C'est vous qui devez être le garant de tout cela! Et si cet engagement vain d'une évaluation collective vous convient, c'est que vous devez vraiment être croyant. Croyant dans la bonne foi de la N-VA. Mais moi, je n'y crois pas!


Luk Van Biesen Open Vld

Collega's, ik begrijp uiteraard het politieke spel dat gespeeld wordt door de oppositie. Zij probeert onze goede collega van de meerderheid, van CD&V, te jennen. Maar laten wij eerlijk zijn en laten wij objectief zijn.

De fiscale opbrengsten van dit jaar zijn fundamenteel veel hoger dan ooit tevoren. Deze inkomsten zijn inkomsten uit arbeid, inkomsten uit kapitaal, en vele andere vormen van inkomsten. Wordt elke specifieke maatregel telkenmale apart geëvalueerd in dit Parlement? Ik dacht het niet!

De totaliteit van het plaatje bewijst duidelijk dat zowel de taxshift die in de personenbelasting is ingevoerd als de taxshift die nu in de vennootschapsvennootschap is ingevoerd, een billijke spreiding gebracht heeft tussen wat arbeid en kapitaal als dusdanig aan belasting genereren.

Wij hebben in deze context een akkoord afgesloten om een effectentaks in te stellen. Wat die zal opbrengen, zal de toekomst uitwijzen. Dat weet men nooit bij een nieuwe fiscale maatregel. Dat wisten wij niet ten tijde van Di Rupo, dat wisten wij niet ten tijde van Verhofstadt, dat wisten wij niet ten tijde van Leterme, dat wisten wij nooit.

Telkens wanneer zo'n nieuwe maatregel werd ingevoerd, wisten wij nooit op voorhand wat die maatregel zou opbrengen. Maar er is een duidelijk bewijs, 2017 heeft het bewezen, dat de fiscale opbrengsten veel hoger zijn dan hetgeen geprojecteerd was. Die opbrengsten komen niet alleen uit arbeid, collega's van de oppositie, maar vooral uit kapitaal. Laat ons daarover eens eerlijk zijn tegenover elkaar.

Vandaag deze maatregel op een weegschaal leggen en om de zoveel maanden evalueren wat hij zal opbrengen, heeft geen zin. Wij zullen wel zien. Wij hebben een akkoord afgesloten. Het is duidelijk dat wij de vermogens willen aanspreken. De vermogens moeten een bijdrage leveren. Wij hebben daarover een akkoord afgesloten met alle politieke partijen van de meerderheid. Wij gaan ervoor, en wij zullen zien wat deze maatregel opbrengt. Wij zullen ons niet laten afleiden door fetisjistische praat die alles op een weegschaal wil afwegen. Wij zien op het einde van het jaar wel wat het resultaat is. 2017 heeft bewezen dat de resultaten er zijn!


Peter Vanvelthoven Vooruit

Mijnheer de voorzitter, ik was eigenlijk niet van plan om het woord te nemen, maar ik wil het toch even over de cijfers hebben.

Collega Van Biesen, laten wij eerlijk en correct zijn. Het is toch de bedoeling, als deze regering een begroting opstelt, dat die eerlijk en correct is, dat die ramingen eerlijk en correct zijn.

Dan begrijp ik echt niet dat alle adviezen die over deze maatregel genomen en gegeven zijn aan de regering en aan het Parlement gewoon simpelweg van tafel geveegd worden. Ik begrijp ook niet dat CD&V vandaag zegt dat er een engagement is voor 254 miljoen euro, terwijl iedereen die daarover een advies heeft gegeven, dat betwist.


Servais Verherstraeten CD&V

(…)


Peter Vanvelthoven Vooruit

Behalve de minister van Financiën dan, die u reeds een paar keer gerold heeft. Ik kan u het lijstje geven. Lees de blogs van collega Van Rompuy erop na en u weet wat ik bedoel. Ik ga het niet over CD&V in zijn globaliteit hebben, maar de voorzitter van de commissie voor de Financiën, van welke politieke partij dan ook, heeft bij herhaling gezegd dat de ramingen van deze minister van Financiën kant noch wal raken. Ik kan het lijstje geven, maar ik ga dat nu niet doen.

Ik wil het over de effectentaks hebben.

Collega's, de Nationale Bank raamt die op 163 miljoen euro. De Europese Commissie zegt dat 175 miljoen euro redelijk is. Febelfin spreekt over tussen 170 en 190 miljoen euro, ervan uitgaande dat er geen ontwijking is. Deze regering heeft nu een heel flauwe antimisbruikmaatregel ingeschreven waarbij men er dus van uitgaat dat er wel degelijk ontwijking zal zijn. Al die instanties geven aan dat het 60 tot 90 miljoen eruo minder gaat opbrengen.

Waarom vragen wij nog advies aan die instanties als u toch kunt ramen wat u wilt, als de minister van Financiën kan inschrijven wat hij wilt en als CD&V zegt dat de minister het gezegd heeft en dat het dus wel waar zal zijn? Dat is waarover het gaat!

Als u correct en eerlijk bent, dan zou u tenminste moeten volgen – ik zou het dan nog niet geloven – wat de Nationale Bank zegt. U verschuilt zich nochtans de hele tijd daarachter, als het u goed uitkomt. Nu volgt u de Nationale Bank niet. Dat is de onjuistheid en de hypocrisie achter deze maatregel!


Marco Van Hees PVDA | PTB

Monsieur Verherstraeten, je comprends que vous fassiez référence à la taxe Caïman pour tenter de la brandir comme un trophée. Effectivement, la majorité gouvernementale s'est arrangée, de manière peu honnête mais assez subtile, pour qu'on ne puisse pas connaître le rendement de la taxe Caïman. Cela n'apparaît pas dans la déclaration fiscale de ceux qui la mentionnent. Tout le monde se doute qu'elle ne rapporte pas du tout le montant attendu, mais il est impossible de le prouver formellement.

Peut-être cependant avez-vous raté là l'occasion, au CD&V, de faire pareil avec cette nouvelle taxe sur les comptes-titres, et de rendre également impossible le calcul de son rendement? Je dis que vous auriez dû le faire, mais peut-être l'avez-vous fait. Peut-être existe-t-il un accord secret au sein de la majorité pour qu'on ne puisse pas calculer le rendement de la taxe sur les comptes-titres? De cette façon, il ne pourra pas être dit qu'elle n'a pas atteint le rendement que l'on en attendait. Peut-être avez-vous appliqué la même technique? J'aimerais le savoir. Peut-être M. le ministre des Finances peut-il nous certifier le rendement budgétaire de cette taxe? Monsieur Van Overtveldt, est-ce le cas? Pourra-t-on calculer le rendement de la taxe sur les comptes-titres, ou en ira-t-il de même que pour le rendement de la taxe Caïman?


President Siegfried Bracke

Différents membres demandent la parole. La parole est à Mme Smaers. Les membres ont le droit d'interrompre. Quand ils demandent la parole pour une interruption, ils la reçoivent. Les interruptions sont limitées à deux minutes chacune.


Griet Smaers CD&V

Mijnheer de voorzitter, ik wil graag reageren op onder meer collega Vanvelthoven. Het is ons niet te doen om een taks als trofee binnen te halen.

Waarover het wel gaat, is over een bijkomende stap in een rechtvaardige fiscaliteit. Ik wil dat graag meer horen in het debat.

Collega Vanvelthoven, u hoort het niet graag, maar tijdens deze legislatuur is er veel meer werk gemaakt van verschuiving van lasten en fiscaliteit, van lasten op arbeid naar kapitaal dan tijdens de vorige regeringsperiodes.

Dat kon dankzij heel wat bewegingen tijdens deze legislatuur. Ik heb het dan niet alleen over de taxshift, maar over de effectentaks, de kaaimantaks, de bankentaks en de verhoging van de roerende voorheffing.

Wij kunnen niet naast de immense verschuiving van lasten op arbeid naar kapitaal en vermogen deze legislatuur kijken. Nog maar een paar maanden geleden bij de bespreking van de begroting in het Parlement konden wij meegeven dat die opgesomde operaties goed waren voor een bijkomende lastenverhoging op kapitaal en vermogen van bijna 3 miljard euro.

Het gaat ons niet om een trofee van een effectentaks, maar wel om rechtvaardige fiscaliteit, waarvoor wij stelselmatig belangrijke stappen doen. Daarover gaat het en ik zou graag hebben dat het debat meer daarop focust.


Robert Van de Velde LDD

Mijnheer de voorzitter, ik kan mij alleen maar aansluiten bij wat mevrouw Smaers hier meegeeft. Toch wil ik de heer Vanvelthoven nog het volgende laten opmerken.

Het is, denk ik, op de duur zijn persoonlijk pleziertje om de minister van Financiën er telkens op te wijzen dat hij zijn inkomsten niet zal halen, dat hij verkeerd rekent enzovoort. Dat verwijt wordt redelijk belachelijk, als men de cijfers van 2017 erbij neemt en vaststelt dat wij toen met de inkomsten ruim boven het budget zaten.

Er is nog meer. Met het fiscaal stimulerend beleid van de minister zitten wij ook op een groeipad en is het zelfs mogelijk dat wij zo goed als aan een begrotingsevenwicht komen, allemaal dankzij de inkomsten.

Het riedeltje dat de minister de inkomsten niet respecteert, is van nul en generlei waarde. Het staat volledig in schril contrast met de realiteit, die aantoont dat de inkomsten de verwachtingen zelfs overtreffen.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le président, je n'ai pas été convaincu par tout ce que j'ai pu entendre sur les bancs de la majorité avec des choses assez contradictoires.

Par contre, je voudrais m'adresser à celles et ceux qui, au CD&V, croient en cette mesure et en sa portée budgétaire. Assurez-vous qu'il y ait un code distinct qui vous permettra de vérifier que l'objectif budgétaire est bien atteint! Que s'est-il passé avec la taxe Caïman? La Cour des comptes est venue dire que tout était mélangé dans le précompte mobilier et qu'il était donc impossible de vérifier si l'objectif budgétaire avait été atteint ou pas. Faites attention à ne pas vous faire avoir et qu'on ne vous dise pas dans quelques mois, par la bouche de la Cour des comptes, par exemple, qu'il est impossible de vérifier l'objectif budgétaire parce que là, vous aurez été largement grugés.

Voyez éventuellement si Febelfin ne peut pas vous aider par le biais des statistiques internes mais attention à ne pas vous faire avoir! Je crois que toutes les conditions sont réunies pour qu'on se retrouve dans le même scénario que la taxe Caïman. Je pense que vous n'avez pas d'accord formel sur le fait que, dans l'hypothèse où il est vérifié que l'objectif budgétaire n'est pas atteint, il y aura des mesures compensatoires. Non, vous avez un accord sur l'évaluation. Chacun viendra avec sa méthodologie et chacun viendra avec ses chiffres. Bonne chance pour contredire les chiffres que vous donnera le ministre des Finances!

Pour le reste, je le répète, la disposition "anti-abus" ne ressemble à rien. Elle vise les conversions de titres nominatifs en titres non nominatifs et elle vise également les opérations qui sont postérieures au 9 décembre. Vous ratez complètement la cible et, par ailleurs, vous n'avez pas répondu non plus à celles et ceux qui vous disaient que, depuis le mois de juillet, certains ont organisé des transferts de propriété d'actifs pour pouvoir spliter les patrimoines et éviter la taxation.

Je vais conclure, monsieur le président, parce que toute une série d'autres choses ont été dites. Je m'inquiète vraiment de la fiabilité du dispositif d'un point de vue juridique. L'objectif budgétaire ne me semble pas à portée de main. La commission le dit, Febelfin le dit, la Banque nationale également. M. Vanvelthoven l'a rappelé. Dès lors, j'ai l'impression une fois de plus qu'ici, on vient avec une espèce de mascarade malgré une intention à laquelle on aurait pu adhérer.


Eric Van Rompuy CD&V

Mijnheer Laaouej, ik wil even ingaan op uw laatste punt, de opbrengst en de antimisbruikbepalingen.

Ten eerste, de regering heeft na het advies van de Raad van State een aantal maatregelen genomen. Een krant die zeker geen supporter is van de effectentaks, De Tijd, heeft op zaterdag 27 januari een artikel gepubliceerd waarin onder meer wordt gezegd dat de spreiding van de effectenportefeuille over meerdere rekeningen geen oplossing is. Belastingplichtigen zullen op de belastingaangifte moeten vermelden of ze een of meerdere effectenrekeningen hebben.

Ten tweede, men kan de aandelen wel op naam zetten maar als ze niet vóór 9 december 2017 werden omgezet, betaalt men de belasting nog één jaar. Sommigen zeggen dat de antimisbruikbepalingen niet gelden voor fondsen en obligaties. Dat is echter niet bewezen. Nu spreekt men over ontsnappingsroutes voor de effectentaks door obligaties op naam te zetten. Wel, dit is een zeer moeilijke piste.

De Tijd citeert ook een bankier: "Als het gaat over 500 000 euro betaalt u een belasting van ongeveer 750 euro. Als het gaat over 1 miljoen euro, dan betaalt men een 1 500 euro". In de krant lees ik en ik hoor dat ook van fiscale specialisten dat voor mensen die een effectenportefeuille van 1 miljoen euro hebben en daar een belasting van 1 500 euro op moeten betalen, de hele constructie voor het omzetten naar aandelen op naam niet de moeite waard is. Dat haalt absoluut niet het rendement van het gewoon betalen van de belasting.

Ik lees even voor wat de fiscaal advocaat Anton van Zantbeek daarover zegt. "Men zegt dat de mensen met hun geld naar het buitenland zullen gaan om de effectentaks te vermijden. Effectief verhuizen is schieten met een kanon op een mug".

Ten eerste, er zijn dus al heel wat pistes afgesloten wat de ontwijkingsmechanismen die vooropgesteld werden betreft, onder meer door de bepalingen die de regering heeft ingeschreven na het advies van de Raad van State.

Ten tweede, het is qua fiscaliteit niet wenselijk dat mensen met effectenrekeningen van 500 000 euro aandelen op naam gaan zetten of fiscale constructies gaan opzetten. Ze zullen dan veel meer betalen aan de bank of aan een fiscaal adviseur dan het bedrag van de belasting.

Er wordt veel gediscussieerd over de opbrengst, maar laat ons beter afwachten. De prognoses zijn onder andere gebaseerd op cijfers van de Nationale Bank en de massa's die daarvoor voorzien zijn. We zullen wel zien wat de finale opbrengst zal zijn.

Het klopt dat ik soms twijfels heb geuit over de opbrengst van bepaalde belastingen. Dat was soms ook terecht. Wanneer er nieuwe belastingen zoals de kaaimantaks worden geheven, dan is het niet evident om vast te stellen hoeveel die belastingen zullen opbrengen. In het geval van de kaaimantaks, die 560 miljoen euro zou opbrengen, hebben we de opbrengst uiteindelijk niet kunnen verifiëren.

Mijnheer Laaouej, u zegt al op voorhand dat de 250 miljoen euro van de nu voorliggende maatregel niet kan worden gehaald, terwijl u niet weet hoe de beleggers en banken zullen reageren. Van de banken wordt geacht om dat op een correcte en faire manier te doen, ook ten aanzien van de overheid. Het engagement dat de wetgever aangaat, zal door de banken moeten worden ingevuld. Zal het resultaat 170 miljoen euro, 195 miljoen euro of 235 miljoen euro zijn? Dat kan niemand op dit ogenblik zeggen.

Deze effectentaks is niet wat wij in eerste instantie wilden. Wij blijven nog altijd voorstander van een meerwaardebelasting.


Marcel Cheron Ecolo

(…)


Eric Van Rompuy CD&V

Mijnheer Cheron, ik wacht met spanning op de redevoering van een lid van Ecolo-Groen, om eens te horen hoe uw fractie de vermogens denkt te belasten, welke inkomendrempels jullie zullen bouwen, hoe Ecolo-Groen een en ander zal toepassen. Ik wacht al drie jaar op een uitgewerkte fiscaliteit van Ecolo-Groen, want uw fractie wenst 4 miljard euro uit de vermogens te halen.


Meyrem Almaci Groen

(…)


Eric Van Rompuy CD&V

Mevrouw Almaci, welnu, wees eens concreet. U bent nooit concreet geweest. Van de heer Calvo heb ik nog nooit gehoord hoe dat zal worden ingevuld. Aangezien u nu 20 % haalt in de peilingen, bent u ook wat bang geworden van de middenklasse, die u niet voor het hoofd wilt stoten, net als in andere dossiers. Inzake de vermogensbelasting wens ik van u te vernemen welke bedragen u voor ogen hebt? Wij spreken hier over een effectentaks die 250 miljoen euro zal opbrengen. Van Groen wens ik te horen welke drempels jullie vooropstellen en hoe jullie dat zullen doorvoeren?


President Siegfried Bracke

Voor ik het woord geef aan mevrouw Almaci, wil ik herinneren aan de afspraak dat de interrupties beperkt zouden worden tot twee minuten.


Meyrem Almaci Groen

Mijnheer de voorzitter, de vraag was gericht aan de voorzitster van Groen. De voorzitster van Groen zal dus antwoorden.

In het Parlement ligt al tien jaar een wetsvoorstel van Groen voor over de invoering van een vermogenskadaster. CD&V kan dat onmiddellijk goedkeuren. Dat is de sleutel tot het hele debat. Open Vld en de MR zouden daarvoor niet applaudisseren. De vraag is wanneer CD&V eindelijk kleur zal bekennen, want dat is wel de hele sleutel tot het vermogensdebat. U probeert er elke keer rond te zwemmen, maar als dat in kaart is gebracht, dan kunnen wij onze vermogensrendementsheffing invoeren. Dat is een concreet antwoord op de uitdaging. Op die fundamentele vraag over een vermogenskadaster – u weet dit zeer goed, mijnheer Van Rompuy – krijgen wij van CD&V zelfs niet eens een enerzijds-anderzijdsantwoord. Daarop volgt alleen stilte.


Ahmed Laaouej PS | SP

Monsieur le président, j'ai écouté attentivement M. Van Rompuy dans sa première partie, où il relatait un certain nombre d'arguments puisés dans un article de De Tijd. Cependant, il faut parfois se méfier de ceux qui vous rassurent parce qu'ils ont peut-être intérêt à ce que cette taxe s'adosse sur des ambitions particulièrement élevées en matière de rendement budgétaire. C'est une façon, pour eux, de calmer un peu le jeu politique et, surtout, les ardeurs de ceux qui souhaiteraient élargir le champ d'application. Méfiez-vous tout de même de celles et ceux qui disent que tout va bien, que cette taxe va porter ses fruits. Ils ont peut-être intérêt à ce qu'elle ne fonctionne pas et donc à vous faire croire qu'elle va fonctionner.

Quand je parle du splitsing, ce n'est pas dans le chef de la même personne. Je parle de quelqu'un qui s'est organisé pour faire des transferts de propriétés vers d'autres personnes, notamment à l'intérieur d'une même famille. Il ne s'agit pas d'un splitsing dans le chef du même contribuable, mais de plusieurs contribuables. Et, cela, vous n'y répondez pas.

Deuxième point, il n'y a pas que la transformation d'actifs nominatifs en actifs non nominatifs, ou de non nominatifs en nominatifs. Il y a aussi le changement de nature de l'actif financier. De faire passer un actif financier visé par la taxe vers un actif financier qui n'est pas visé par la taxe. Nous avons eu tout un débat sur les produits de couverture qui sont utilisés à des fins spéculatives, qui constituent aujourd'hui l'essentiel des flux financiers, et donc des actifs sous-jacents.

Autre point qui me semble très important également, la Cour des comptes – contrairement à ce que vous dites, monsieur Van Rompuy – a intégré le problème du changement de comportement. Et précisément parce que le gouvernement ne tient pas compte des changements de comportement, la Cour des comptes ne peut pas valider l'objectif budgétaire.

Monsieur le président, je vais m'en tenir à cela et laisser le débat se poursuivre avec d'autres collègues.


Barbara Pas VB

Collega Van Rompuy, ook ik ben een lezer van De Tijd.

U hebt daarnet een aantal ontwijkingsmechanismen opgesomd die volgens De Tijd moeilijk zijn. Zo is bijvoorbeeld de effectenportefeuille over meerdere rekeningen spreiden geen oplossing en ook het omzetten in effecten op naam is niet zo evident, zoals u terecht aangeeft.

De Tijd geeft vandaag echter nog een aantal andere ontwijkingsmechanismen aan die u, misschien bewust, niet hebt genoemd. Meestal staat nu de effectenrekening op naam van één partner, maar men kan dat gemakkelijk verdelen over twee partners om onder de grens van 500 000 euro te geraken.

De Tijd geeft vandaag ook aan dat men toch een taks zal betalen als men vanaf 1 januari van dit jaar die effecten onderbrengt in een vennootschap, een rechtspersoon. Dan moet men de taks betalen als de inbreng als enig doel heeft om te ontsnappen aan de belasting. Mijn vraag is dan hoe de fiscus zal bepalen wat al dan niet het enige motief is van dergelijke inbreng. Dat zal voor vele discussies zorgen tussen de fiscus en de belastingplichtigen. Er zijn dus nog wel degelijk ontwijkingsmogelijkheden, eveneens volgens De Tijd.


Eric Van Rompuy CD&V

Ik wil dit niet rekken, maar het gaat over de grond van de zaak.

U spreekt hier over een koppel dat aan fiscale optimalisatie wil doen. Ik lees ook De Tijd. Daarin staat dat men er rekening mee moet houden dat als men als koppel bepaalde bedragen transfereert, bijvoorbeeld bij scheiding of om de taks te ontwijken, men onder de wetgeving op de schenkingen kan vallen. En een schenkingsbelasting zou wel eens hoger kunnen uitvallen dan de effectentaks van 0,15 %.

Ik ben geen bankier en weet niet hoe de transacties allemaal zullen verlopen, maar hoe meer ik lees wat specialisten schrijven, hoe meer ik inzie dat dit allemaal erg ingewikkeld in elkaar zit. Een koppel dat scheidt en via schenking een aantal zaken regelt, valt dan onder de wetgeving op de schenking. Ook een schenking kent bepaalde percentages, dat moet men verrekenen. Sommigen noemen het cijfer van 0,15 % belachelijk laag. Daar wordt mee gelachen.

Ik kan mij moeilijk inbeelden dat iemand die 1 miljoen euro aan beleggingen heeft, en dus 1 500 euro moet betalen, een enorme fiscale constructie op poten zal zetten om die belasting te vermijden, met het risico dat hij in aanmerking komt voor het betalen van andere belastingen. Hetzelfde geldt voor een vennootschap. Als men vanaf 1 januari zijn effecten onderbrengt in een vennootschap om aan de belasting te ontsnappen, is de vraag hoe de fiscus zal bepalen wat al dan niet het enige motief is voor zo'n inbreng.


President Siegfried Bracke

Mijnheer Van Rompuy, u moet afronden.


Eric Van Rompuy CD&V

Mijnheer de voorzitter, het stoort mij dat over deze zaak in slogans wordt gesproken.

Als men deze maatregel bekijkt, kan men vaststellen dat dit eigenlijk veel beter in mekaar zit dan u denkt, mijnheer Vanvelthoven. De ontsnappingsroutes zullen veel beperkter zijn dan u denkt. Ik meen zelfs dat een opbrengst van 250 miljoen euro zeker haalbaar is.


Benoît Piedboeuf MR

Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, ce projet de loi participe d'une vision cohérente qui préside à nombre de mesures visant à stimuler l'emploi, le pouvoir d'achat ainsi qu'à soutenir les entreprises, en particulier les PME. Il a aussi pour objectif d'assurer sur le long terme le financement des pensions et de notre sécurité sociale, mais également de renforcer la cohésion sociale. En ce sens, le projet de taxe sur les comptes-titres témoigne de l'engagement de notre gouvernement en faveur de plus d'équité fiscale. Il s'inscrit dans le cadre d'une politique fiscale plus juste et reflète le souci de faire contribuer chacun à l'effort collectif. Son but est d'imposer les patrimoines les plus élevés à un taux modéré de 0,15 % sur une base annuelle.

Le seuil choisi est en rapport avec le rendement budgétaire supposé des comptes-titres dont la valeur moyenne des instruments financiers équivaut ou dépasse 500 000 euros. Les instruments financiers imposables sont connus pour leur caractère relativement volatil, facilitant les opérations financières destinées à produire un enrichissement plus qu'un investissement à long terme. C'est la raison pour laquelle les actions nominatives détenues dans un registre d'actions, et non sur un compte-titres, tombent en dehors du champ d'application de la taxe. De même, la part détenue au moyen d'une assurance-vie ou d'un régime d'épargne-pension n'est pas concernée, n'ayant pas en soi la même volatilité rémunératrice.

D'un point de vue procédural, une application simplifiée de cette taxe pour les banques a été prévue. Nous saluons pour notre part les mesures anti-abus qui permettront partiellement d'en garantir le rendement en luttant contre les tentatives d'évasion et qui rendront l'application du texte plus efficace.

Il s'agit d'un projet faisant partie d'un accord global, constitué de réformes essentielles et nécessaires. Les résultats socio-économiques de la politique menée sont tangibles et démontrent que les solutions apportées par notre gouvernement sont pertinentes et visent à améliorer progressivement le bien-être de nos concitoyens.

Dès lors, notre groupe soutiendra ce projet d'équité fiscale, dont les recettes permettront de contribuer au financement et à la poursuite des réformes structurelles indispensables.

Quant à la remarque de certains collègues, je note que, lorsque Mme Pas déclare que la Flandre va contribuer plus que la Wallonie à la taxe sur les comptes-titres, aucun membre de l'opposition ne rouspète. Mais quand on sait que le PIB en Flandre représente 59 % du PIB belge alors qu'en Wallonie il représente 23 %, on peut penser effectivement que la contribution flamande risque d'être plus importante que celle des Wallons.

Par contre, quand mon collègue M. Van de Velde dit que la réforme fiscale va profiter plus aux PME flamandes, alors là on entend un tollé. Mais quand on regarde les chiffres, 56 % des PME sont installées en Flandre, contre 27 % en Wallonie. Alors évidemment, les 56 % en profiteront plus que les 27 %, c'est purement mathématique. Et je commence à comprendre pourquoi on veut revoir le Pacte d'excellence en Communauté Wallonie-Bruxelles, parce que manifestement, on ne sait plus calculer!


Peter Vanvelthoven Vooruit

Mijnheer de voorzitter, het debat van vandaag in het Parlement is een waar schouwspel, want het gaat niet over wie de pluim krijgt of wie de trofee binnenhaalt. Het gaat daarentegen om een fata morgana, want wij debatteren over iets wat eigenlijk niet zal bestaan. Ik heb dat ook in de commissie gezegd, niet omdat ik zelf zo goed geïnspireerd ben, maar omdat ik gewoon lees wat ons belangrijkste adviesorgaan, de Raad van State, ons meegeeft en omdat ik lees wat fiscale topjuristen erover schrijven. Wij voeren dus een debat over iets wat niet zal zijn en niets zal opbrengen. De intentie is er misschien wel om iets te belasten, maar in de feiten zal dat niet het geval zijn. Het is dan ook weinig zinvol dat wij in zo'n beleid meegaan en wij iets goedkeuren waarvan wij weten dat het er niet zal komen.

Ik ben blij dat er nog een Open Vld'er aanwezig is, de enige echte, de heer Van Biesen. Natuurlijk zou het goed zijn dat Annemie Turtelboom, die voorgedragen is als lid van de Europese Rekenkamer en ook belangrijk, haar licht eens laat schijnen over de opbrengst van de taks.

Hoe dan ook, collega's van de meerderheid, in de krant zei Carina Van Cauter over het uitgestelde wetsontwerp rond de huiszoekingen, waarover we het zopas hadden: "Het heeft weinig zin een oplossing voor te stellen waarvan je kan vermoeden dat zij voor het Grondwettelijk Hof zal sneuvelen". Dat zei Open Vld gisteren over het wetsontwerp omtrent de huiszoekingen. Wat mevrouw Van Cauter zei, is zeer verstandig.

Helaas gebruikt Open Vld hier niet hetzelfde argument. De Raad van State heeft tot twee keer toe geoordeeld dat hiermee het gelijkheidsbeginsel wordt geschonden. Hij waarschuwt voor een vernietiging door het Grondwettelijk Hof.

Na het eerste advies van de Raad van State waren er vanuit de meerderheid, vooral vanuit N-VA-hoek, best wel wat reacties dat de Raad van State aan politiek deed, uitspraken die te betreuren zijn. Welnu, ik heb die adviezen grondig gelezen. De Raad van State zegt niet dat de wetgever belastingplichtigen eventueel verschillend kan behandelen. De Raad van State zegt ook niet dat de wetgever geen keuzes mag maken. De Raad van State zegt evenmin dat de wetgever geen beleid mag voeren. Wij mogen dat allemaal van de Raad van State. Het enige wat de Raad van State zegt, is dat er een deugdelijke verantwoording moet worden gegeven, als er een verschil in behandeling is. Ook na het herschrijven van het wetsontwerp is de verantwoording door de Raad van State als niet-deugdelijk beoordeeld.

Ik begrijp niet waarom de wettekst niet beter mag worden gemaakt, als u echt de bedoeling hebt om de effectenwet de grondwettelijke toets te laten doorstaan en echt effect te laten sorteren. Waarom kan de tekst niet voor een stukje worden herschreven, zodat alle bezwaren vervallen?

Wij hebben amendementen ingediend. Wij hebben die vandaag heringediend in de plenaire vergadering. Dat zijn geen amendementen om u te pesten. Dat zijn amendementen om ervoor te zorgen dat de effectenwet ook effectief toepassing zal vinden. Als die amendementen simpelweg van tafel worden geveegd, kan dat maar een ding betekenen, namelijk dat de voorliggende effectentaks ontworpen is om te mislukken. Dat is mijn fundamentele kritiek. Dat zijn geen boude uitspraken. Dat zijn opmerkingen, die ik herhaaldelijk heb gemaakt.

Ik begrijp de uiteenzetting van collega Smaers van CD&V. Volgens haar heeft de regering al heel veel gedaan en zij wou het daarom over de essentie hebben. De essentie is de effectentaks, maar zij kwam met andere argumenten.

Ik kan ook andere dingen opnoemen. Het eerste waarmee CD&V afkwam omwille van de fiscale eerlijkheid, was de meerwaardebelasting op aandelen. Die moest er komen om het principe van de eerlijke belastingen hard te kunnen maken. Die belasting is er niet gekomen.

Het tweede was de speculatietaks. Dat was toen de trofee. Ik herinner mij dat er destijds heel veel discussie was in de meerderheid, want eigenlijk wilde niemand van de meerderheid die taks. Dat is ook in de feiten gebleken, want men draaide de effectentaks terug; men schafte die af, omdat hij meer geld kostte dan opbracht.

Nu doet men een derde poging om de eerlijke belasting, waarop CD&V terecht aandringt, te realiseren. Maar zoals ik zopas al zei, zal die taks er in de realiteit niet komen.

Wij doen een aantal suggesties, die ik kort toelicht, om de wettekst betreffende de effectentaks beter te maken. Het zijn redelijke aanpassingen. Ik besef dat de meerderheid welke tekst ook van de oppositie zelfs niet het onderzoeken waard acht en per definitie wegstemt. Maar wij doen hier redelijke voorstellen en ze maken voor ons het verschil tussen goedkeuring van het wetsontwerp, omdat wij ervan overtuigd worden dat de taks er echt kan komen, en afkeuring, omdat wij er vooralsnog van overtuigd zijn dat de taks er in de feiten nooit zal komen.

Ik wil graag even kort de amendementen toelichten.


President Siegfried Bracke

Mijnheer Vanvelthoven, voor u dat doet, er is een interruptie van de heer De Roover.


Peter De Roover N-VA

Wij zullen dus nu een reeks suggesties krijgen van de sp.a-fractie, die door u ontdekt zijn in een streven naar fiscale eerlijkheid. Wij hebben hierover reeds veel gehoord. Bottomline bedoelt u dat het fiscaal systeem dat u hebt achtergelaten, fiscaal oneerlijk is, want tenslotte hebt u de kans gehad om de fiscale eerlijkheid bij vorige gelegenheden te verwezenlijken. Schijnbaar verwacht u van de meerderheid dat ze doet wat de meerderheid waar u deel van uitmaakte, nooit gelukt is. Uw ambitie voor de regering is hoger dan de ambitie die u zelf ooit had, toen u in de meerderheid zat. Dat is trouwens terecht, wij presteren op dat vlak ook beter.

U zei daarstraks dat wij het over de essentie moeten hebben. Wij moeten inderdaad eens een aantal optelsommen maken. Bij elke maatregel die de regering ter zake heeft genomen, hebt u immers elke keer het riedeltje naar voren geschoven dat die niets zou opbrengen, dat het een scheet in een fles zou zijn.

Vandaag zien wij echter dat de inkomsten zoals begroot door de regering en de minister van Financiën bij de begrotingsopmaak, gehaald zijn, in tegenstelling tot wat u hier uitentreuren naar voren hebt geschoven.

Bovendien kan niet ontkend worden dat er door de totaliteit van de maatregelen die door deze regering genomen zijn een herschikking gekomen is waarbij de vermogenscomponent meer dan vroeger mee instaat voor de inkomsten.

Als u daaraan toevoegt dat de totale belastingdruk afneemt, is een eenvoudige regel van drie voldoende om te kunnen besluiten dat wij niet alleen een verschuiving naar de vermogenscomponent hebben gekregen maar dat wij daar een verlaging van de totale belastingdruk aan konden toevoegen. Dat is best een prestatie waar wij uitermate trots op zijn, zeker omdat de inkomsten op het spoor zitten.

De opgetelde getallen, collega Vanvelthoven, spreken elke kritiek die u in het verleden naar voren geschoven hebt feitelijk en aantoonbaar tegen.


President Siegfried Bracke

Collega's, ik herinner er u allen aan dat een onderbreking maximum twee minuten mag duren.


Peter Vanvelthoven Vooruit

Ik geef een korte reactie.

Ten eerste, het is niet omdat de opbrengsten van een andere maatregel iets hoger zijn dan ingeschat was dat wij geen kritiek zouden mogen hebben op het feit dat andere nieuwe maatregelen die hier door de meerderheid aan het Parlement verkocht worden als bijkomende opbrengsten, in feite niets opbrengen of ons zelfs kosten. Daar gaat het mij om.

Ten tweede, onder de vorige regering hebben wij geprobeerd de meerwaardebelasting op aandelen erdoor te krijgen. Dat is niet gelukt, dat klopt. De liberalen hebben dat tegengehouden, zoals de liberalen ook onder deze regering het voorstel van CD&V hebben tegengehouden. Dat is zo.

U kunt ons dat verwijten, maar in de toekomst zullen de liberalen zo klein zijn dat wij de meerwaardebelasting op aandelen erdoor zullen krijgen.

Men krijgt niet alles erdoor, collega De Roover. Ik heb de afgelopen weken gelezen dat de N-VA absoluut de kernuitstap wou terugdraaien. Ik heb het gevoel dat u dat er ook niet zult door krijgen. Wij zullen zien.

Helaas krijgt men in een regering niet alles erdoor. Wij zijn nooit zo dicht bij een absolute meerderheid geweest dat wij die illusie gehad hebben.

Om iets erdoor te krijgen, daar is strijd voor nodig. Als CD&V op een bepaald moment in deze legislatuur ook met een meerwaardebelasting op aandelen komt, zijn wij heel graag bereid die te steunen. Dat zullen wij ook blijven doen.


Peter De Roover N-VA

Het klopt volkomen, mijnheer Vanvelthoven, dat men als men geen volstrekte meerderheid heeft, niet alles erdoor krijgt. Ik stel echter vast dat wij wat het streven naar fiscale eerlijkheid betreft meer erdoor krijgen dan u ooit gelukt is.


Peter Vanvelthoven Vooruit

Iedereen stelt vast wat hij wil, ik weet alleen dat CD&V, een belangrijke partner van u in deze regering, vanaf het begin van deze legislatuur, het belangrijk vond dat in het kader van fiscale rechtvaardigheid er een meerwaardebelasting op aandelen moest komen. Die is er niet gekomen. Vervolgens moest er iets anders komen, nu moet de effectentaks er komen en die zal er ook weer niet komen.

Het is niet alleen een pleidooi van onze fractie of van de oppositie. Het is een pleidooi van CD&V dat we graag steunen. Als CD&V dat vraagt, zal daarvoor wel een reden zijn. Welke reden? Op het vlak is nog iets mogelijk en omdat het in het kader van eerlijke fiscaliteit eigenlijk echt wel nodig is.

Mijnheer de voorzitter, na de uiteenzetting van de heer De Roover heb ik het aanvoelen dat men opnieuw niet geneigd is om te luisteren naar voorstellen tot verbetering, dat men het allemaal beter weet, dat wat de oppositie zegt niet de moeite is om naar te luisteren.

(…): CD&V luistert.

CD&V luistert of ze aanhoort ons, dat is iets anders.

De regering heeft na het tweede advies van de Raad van State inderdaad een antimisbruikbepaling aan het wetsontwerp toegevoegd. Dat betekent dat aandelen op naam die op een effectenrekening zijn gehouden en die vanaf 9 december worden omgezet in aandelen op naam, gehouden in een aandeelregister, nog een jaar onder de effectentaks vallen.

De heer Van Rompuy zei net dat de ontwijkingspiste zo veel geld kost aan de mensen dat zij die ontwijking niet doen. Als dat klopt, snap ik niet waarom deze regel erin komt. Het is het een of het ander. Mijnheer de minister, ofwel klopt uw verhaal dat de mensen toch niet zullen ontwijken en dan is de bepaling niet nodig, ofwel is een antimisbruikbepaling nodig – naar onze mening is ze nodig –, maar dan vraag ik mij af waarom die datum op 9 december 2017 is vastgelegd. Waarom is die datum in godsnaam 9 december 2017?

De maatregel is op 26 juli 2017 aangekondigd. Het is dan ook logisch dat die datum wordt genomen om de antimisbruikbepaling te laten ingaan omdat vanaf dan de betrokkenen immers wisten wat zou volgen.

Collega, de maatregel is toen in het Zomerakkoord aangekondigd. Wij laten dan nog buiten beschouwing dat de details pas in september 2017 waren geweten.

Wat verhindert deze meerderheid vast te leggen dat alles wat sedert de aankondiging is gebeurd – een dergelijke bepaling is in het verleden nog in wetgeving opgenomen –, als ontwijking wordt beschouwd? De minister legt nu in het Parlement voor een en ander als ontwijking te beschouwen, zij het niet vanaf juli 2017 maar vanaf 9 december 2017.

Laat ons dus de datum gewoon correct vastleggen, namelijk op het moment van de aankondiging. Dat is het moment waarop sommigen zouden kunnen zijn getriggerd om de belasting te willen ontwijken. Laat ons dus die datum naar 26 juli 2017 verplaatsen.

Mijnheer de voorzitter, dat is een eerste voorstel dat wij doen.

Een tweede voorstel is daarnet ook even door mevrouw Pas aangehaald. De tweede antimisbruikbepaling gaat over de inbreng van effectenrekeningen in een rechtspersoon. Die maatregel geldt pas vanaf 1 januari 2018 en enkel indien de inbreng als enig doel heeft aan de taks te ontkomen.

Ik lees wat de Raad van State ons ter zake voorlegt. De Raad van State merkt op dat het niet duidelijk is waarom wordt bepaald dat het enige doel het ontkomen aan belastingheffing moet zijn. Indien de betrokkene de oprichting ook nog om een andere reden doet, zoals bijvoorbeeld successieplanning, zou geen toepassing van de antimisbruikbepaling in kwestie kunnen worden gemaakt.

Opnieuw, niet ik, maar wel een fiscaal specialist, met name Govaerts, zegt dat het voor de fiscus heel moeilijk wordt om te bewijzen dat het ontkomen van de taks het enige doel is. Als wij daarvoor gewaarschuwd worden door fiscaal specialisten en door de Raad van State, dan stel ik voor om de tekst aan te passen. Mijn tweede amendement zorgt ervoor dat de antimisbruikbepaling van de regering meer slagkracht krijgt.

Wij hebben nog twee andere amendementen ingediend, vooral om de controle op een en ander mogelijk te maken.

Collega's, tot besluit wil ik zeggen dat wij graag zouden hebben dat de effectentaks er echt komt. De goedkeuring van vandaag is daartoe echter geen garantie. Integendeel, alle adviezen die wij daaromtrent krijgen, wijzen erop dat er in de praktijk geen effectentaks zal komen. Fiscale juristen staan klaar om naar het Grondwettelijk Hof te stappen, dat de tekst, gelet op het advies van de Raad van State, zal vernietigen. Met enkele amendementen proberen wij een en ander nog bij te sturen vanuit goede bedoelingen.

Ik wil u vragen om onze amendementen ernstig te overwegen en de wet beter te maken door onze amendementen goed te keuren. In dat geval kunt u op onze stem rekenen. Als u echter meent dat wij, nochtans op aangeven van de Raad van State en van fiscale juristen, nonsens uitkramen, dan stemt u onze amendementen weg, maar dan hoeft u ook niet op onze steun te rekenen.


Georges Gilkinet Ecolo

Monsieur le président, l'objectif de justice fiscale mérite que je monte à la tribune. En tout cas, il mérite mieux que le texte qui nous a été soumis par la majorité. C'est une des pièces de la galerie des horreurs actuellement en débat au sein de ce parlement. Il y a les 500 euros de travail occasionnel défiscalisés, qui font réagir l'ensemble des interlocuteurs; la mesure cash for cars qui n'est pas à la hauteur des ambitions et nécessités concernant la voiture de société et la réduction des voitures sur les routes; le texte sur les visites domiciliaires débattu dans le cadre des questions d'actualité; différentes mesures en matière de pensions…

Toutes ces pièces ont des caractéristiques communes: elles sont, en droit, mal élaborées. Le Conseil d'État le relève de façon systématique sans que cela ne suscite de réaction et de correction dans le chef de la majorité; elles ne sont pas concertées et, quand l'opposition parvient à convaincre la majorité d'organiser des auditions, trop souvent à la va-vite, on se rend compte que, trop souvent, les acteurs de terrain n'ont pas été concertés ou écoutés parce que la majorité a l'habitude d'avoir raison.

Si les objectifs sont parfois généreux – on peut partager, monsieur Van Rompuy, l'objectif de faire contribuer davantage les revenus des capitaux -, ce n'est que sur le papier, parce qu'ils ne peuvent pas être rencontrés par ce qui figure dans les textes.

L'accord de majorité ne tient finalement que grâce à une forme de chantage mutuel et permanent au sein de la majorité: "Si tu ne votes pas mon texte, je ne voterai pas le tien." Chacun va voter des textes qui, en définitive, ne sont pas équilibrés, ne sont pas efficaces, ne répondent pas aux objectifs déclarés, voire, sont carrément problématiques.

Tout le monde peut se tromper. Mais plutôt que d'admettre qu'il est possible de faire mieux, de s'appuyer sur l'expertise des acteurs de terrain, vous préférez appuyer sur l'accélérateur, foncer dans le brouillard.

Ce texte ne répond aucunement aux ambitions de justice fiscale et peu de monde, au sein de la majorité, l'assume. M. Deseyn a fait un honorable effort et quelques membres du CD&V persistent à y croire. Mais les autres partis de la majorité le soutiennent du bout des lèvres. Monsieur Piedboeuf, c'est pire dans les couloirs, car la parole s'y libère.

Certains ont exprimé leurs pronostics…


Benoît Piedboeuf MR

Les allusions habituelles de certains membres de l'opposition font croire que quelque chose s'y passe. Monsieur Gilkinet, m'avez-vous entendu dire autre chose dans les couloirs que ce que je viens de dire?


Georges Gilkinet Ecolo

Je ne vous visais pas, mais j'étais sur le point de citer un nom.


Benoît Piedboeuf MR

Dans ce cas, il ne faut pas citer mon nom, monsieur Gilkinet! J'assume tout ce que je fais, ce qui n'est pas toujours le cas en ce qui vous concerne.


Georges Gilkinet Ecolo

Pouvez-vous préciser, monsieur Piedboeuf?


Benoît Piedboeuf MR

J'ai fait comme vous: je n'ai rien dit!


Georges Gilkinet Ecolo

Ne dites donc rien!

Je citerai un membre de la majorité qui s'est clairement exprimé en commission des Finances en pronostiquant une décision de la Cour constitutionnelle qui casserait ce texte comme d'autres l'ont été précédemment. La fairness tax a été citée et, à l'époque, je me souviens en avoir débattu avec Mme Onkelinx lui disant que son trophée, comme celui du CD&V, n'est pas si beau que cela. Il n'est pas solide en droit. Ce pronostic avait été formulé par M. Van Biesen et plus qu'un pronostic, j'ai la faiblesse de penser que c'était un espoir.

Les recettes annoncées de cette mesure sont invariablement de 254 millions d'euros (chiffre magique fixé dans le zomerakkoord et qui figure dans les documents budgétaires du gouvernement). Plusieurs instances ont tenté de déterminer la provenance de ce chiffre: premièrement, la Cour des comptes qui nous conseille annuellement dans l'analyse des budgets; d'autres s'y sont également essayés.

Le texte a évolué. Sa portée a été, d'une part, restreinte par le gouvernement. D'autre part, de multiples fiscalistes se sont exprimés, encore ce week-end, dans De Tijd sur les possibilités d'échapper à la taxe.

C'est la situation au 9 décembre qui comptera dans l'application de la taxe alors que la mesure est connue depuis le 27 juillet. Mais le montant espéré de la recette liée à la mesure reste invariablement de 254 millions d'euros. Il faut vraiment avoir la foi bien accrochée pour croire à cette recette.

Le débat sur les recettes fiscales revient régulièrement ici. J'ai entendu M. De Roover, M. Van Biesen s'exprimer sur l'effectivité, la qualité des recettes fiscales.

Il est facile de présenter des chiffres agglomérés dans un contexte international connu de taux peu élevés, où le prix du pétrole est bas, et de refuser que l'évaluation soit possible mesure par mesure.

Le travail d'un gouvernement, d'une majorité, d'un ministre des Finances s'évalue aussi mesure par mesure. Quand on annonce une taxe sur les plus-values, il est normal qu'on puisse en évaluer les effets. Or, dans ce cas, cela ne sera pas possible puisqu'elle a été annulée.

Quand on annonce la taxe Caïman, il est normal qu'on puisse en évaluer l'effet. Or, vous avez décidé de ne pas le permettre. Il en va de même pour la taxe Diamant et la taxe dont question.

Laissez-nous faire notre travail au nom des citoyens! En tout cas, pour ce qui nous concerne, nous ne faisons pas partie de ceux qui croient à ce montant de 254 millions d'euros.

Toutes les raisons que j'ai citées et les problèmes techniques précis, notamment l'effet de seuil dont on a également débattu, nous posent problème. Dans les politiques fiscales et sociales, un montant est effectivement fixé, montant qui détermine si on bénéficie ou si on ne bénéficie pas d'une aide. Mais on pourrait aussi appliquer une progressivité. On pourrait prévoir différents paliers pour éviter que le seuil soit aussi élevé. Qu'est-ce qui justifie que la détention d'un compte-titre à hauteur de 499 999 euros ne donne pas lieu à paiement et que ce le soit à partir de 500 000 euros? Il y avait des possibilités pour être beaucoup plus progressif et donc plus juste, comme c'est le cas en matière d'impôt sur les personnes physiques. Plus il y a de paliers, plus il y a de progressivité, plus un système est juste. Celui-ci ne l'est pas!

La capacité de contrôle pose une autre question. Nous avons proposé que ce ne soit pas le contribuable qui déclare détenir des comptes-titres, mais que la déclaration soit faite directement, comme c'est le cas pour les revenus du travail, par celui qui paie le salaire, ici, en l'occurrence, par l'établissement bancaire qui gère les comptes-titres. Il n'y aura donc pas de déclaration par un organe extérieur, mais simplement une volonté de déclaration. On a vu, en ce qui concerne le précompte sur les carnets d'épargne, que ce système ne fonctionnait pas.

Enfin, la mesure est facile à contourner, par sa date d'entrée en vigueur. Nous déposons à nouveau nos amendements, qui proposent de tenir compte de la date de première annonce de la mesure, soit le 26 juillet, afin de déterminer si l'on doit ou non payer cette taxe sur les comptes-titres. Beaucoup d'opérateurs ont proposé à des détenteurs de comptes-titres de modifier la forme juridique de ces comptes-titres pour échapper à la taxe. Une possibilité de splitsing des comptes existe. Nous avons déposé des amendements pour que les mesures anti-abus annoncées soient effectives. Ils ont été refusés. Il s'agit ici d'un mauvais texte, d'une taxe à trous, d'intentions déclarées, assorties d'un dispositif qui ne répondra pas à l'intention de justice fiscale.

Si on est optimiste, on dira qu'il s'agit d'un premier pas. Si on est pessimiste, on dira que cela ne ressemble à rien. Nous serons entre les deux et nous nous abstiendrons, en saluant l'effort et le combat difficile mené par le CD&V, mais nous ne pourrons évidemment pas soutenir un texte comportant autant de faiblesses. Vous êtes très loin de l'objectif de justice fiscale, qui reviendrait à considérer les revenus du capital comme les revenus du travail et à élargir la base taxable, puis à appliquer une fiscalité beaucoup plus progressive.

Une évaluation aura lieu, monsieur Cheron, en effet, et nous reviendrons sur le sujet à ce moment-là. Nous pourrons peut-être alors modifier le texte. Nous voulions une fiscalité beaucoup plus progressive, qui améliorerait les revenus des personnes de la classe moyenne, et de la classe moyenne supérieure, qui ont moins de ressources. Elle ferait en sorte que ceux qui disposent vraiment de beaucoup de moyens contribuent davantage. Ce serait plus efficace d'un point de vue économique et plus juste d'un point de vue social.

Ce texte est loin de cet idéal et nous ne pourrons pas le soutenir.


Benoît Dispa LE

Monsieur le président, pour M. Gilkinet, l'objectif de justice fiscale justifie que l'on monte à la tribune. Nous pouvons le comprendre. Mais, pour moi, l'indigence de ce texte ne justifie pas autant d'honneur. Je resterai donc à ma place pour vous dire ce que j'en pense. Finalement, dans la majorité aussi, peu d'intervenants ont eu le courage de monter à la tribune pour assumer ce texte. Seul M. Deseyn a pris ce risque, les autres préférant se dissimuler derrière lui en lui attribuant une supposée responsabilité dans ce texte.

Nous avons beaucoup parlé d'une politique fiscale plus équitable, qui ferait contribuer davantage le capital par rapport au travail, qui serait fondée sur une capacité contributive réelle de la part de chacun. Tout le monde peut évidemment être d'accord avec ces belles formules, mais il faut vraiment beaucoup de naïveté pour penser que ce texte s'inscrit réellement dans la mise en œuvre d'une politique fiscale plus équitable.

À la naïveté, je préfère la lucidité. Et, si je devais qualifier le texte qui est soumis à notre examen, j'utiliserais deux mots. Le premier qui me vient à l'esprit, c'est le reniement, parce qu'en effet, la proposition qui est sur la table va à l'encontre des principes généraux défendus par bon nombre des partis de la majorité. Il faut dire que ce n'est pas la première fois que l'on invoque des principes généraux pour, finalement, de manière un peu penaude, les appliquer de façon contradictoire.

Je dis cela en pensant notamment à tous ceux qui ont toujours plaidé pour une taxation des revenus du capital et non pas du capital lui-même. C'était la position traditionnelle du MR, notamment, qui a toujours considéré que c'était un non-sens de taxer le capital. Je l'ai dit en commission et je me permets de le répéter ici: le premier ministre lui-même, en avril 2015, faisait une déclaration intéressante qui réaffirmait la ligne du MR en matière de fiscalité.

Il disait ceci: "Il y a une différence entre taxer les revenus du patrimoine et taxer le patrimoine. Je pense que taxer le patrimoine, c'est un non-sens car cela contribue juste à faire fuir les patrimoines et, donc, on perd la valeur ajoutée pour la consommation. Les quelques pays qui s'étaient lancés là-dedans ont tous fait marche arrière, sauf quelques-uns pour des raisons idéologiques."

Après avoir entendu tout à l'heure M. Piedboeuf dire que cette mesure s'inscrivait dans une politique cohérente de la part du gouvernement, j'avoue que je m'interroge un peu sur la cohérence du MR, parce que, entre ce que le premier ministre disait en 2015 et ce que le MR accepte en 2018, il y a un contresens complet. Le virage fiscal est un virage à 180°.

Je ne veux pas cibler la personne du premier ministre mais, objectivement, on s'est demandé qui était le père porteur de ce dispositif. On a bien compris que ce n'était pas la N-VA, puisque M. Van de Velde a dit très clairement qu'il voterait ce texte à contrecœur. Cela confirme bien qu'on est dans un revirement complet par rapport aux options de départ. Je ne pense pas que l'origine du texte soit à trouver du côté de l'Open Vld. M. Deseyn a bien expliqué qu'il ne s'agissait pas du tout d'un trophée pour le CD&V. Finalement, quand on se remémore un peu les rétroactes - les difficultés dans lesquelles la majorité s'est trouvée en 2016 pour boucler un accord et les conditions dans lesquelles, en 2017, la fumée blanche est sortie du conclave gouvernemental -, on ne peut arriver qu'à une conclusion: le premier ministre lui-même a mis sur la table une proposition permettant de faire consensus au sein de sa majorité. C'est effectivement son rôle en tant que chef de la majorité, mais ce faisant, je pense qu'il s'est révélé comme le véritable "père porteur" de cette proposition qui contredit ce qu'il disait lui-même en 2015.


President Siegfried Bracke

Monsieur Dispa, il y a une interruption de M. Van Rompuy.


Benoît Dispa LE

Avec plaisir, monsieur le président, et beaucoup d'intérêt comme toujours.


Eric Van Rompuy CD&V

Monsieur Dispa, vous avez dit que la N-VA va voter cela à contrecœur. Non. M. Van de Velde a dit: "Ik ben een koele minnaar".

Hij is dus een minnaar van de tekst, wel een koele minnaar, maar toch een minnaar. Hij zal dus zeker niet stemmen à contrecoeur. Daarom wou ik het vertalen. Hij is een minnaar. Ik weet niet of het iets uitmaakt dat hij een al dan niet koele minnaar is. Als men de minne bedrijft, koel of niet, bedrijft men de minne. Hij zal de effectentaks goedkeuren, en volgens mij niet à contrecoeur.


Benoît Dispa LE

Monsieur le président, j'adore toujours les interventions de M. Van Rompuy, en commission des Finances comme ici dans l'hémicycle! Il met le doigt, en effet, sur ce paradoxe qui caractérise l'ensemble des partis de la majorité qui votent finalement un texte dont ils ne savent pas très bien d'où il vient, qu'ils n'ont jamais vraiment défendu, mais qui finira quand même par être voté en fin de séance.

S'il s'agit d'un reniement – c'est le premier mot qui me vient à l'esprit quand j'analyse le dispositif –, je voudrais dire que c'est aussi clairement un leurre. Parce qu'en réalité, et c'est d'ailleurs sans doute la raison pour laquelle certains vont voter le texte à contrecœur, on sait bien que l'objectif ne sera finalement pas atteint. Le champ d'application de cette taxe sur les comptes-titres a été tellement réduit que la cible ne sera pas atteinte.

La taxe cible les comptes-titres mais ne concerne pas les actions nominatives. Des personnes détenant des fortunes souvent importantes via des holdings ne sont pas visées si leurs actions sont nominatives. La taxe peut être facilement contournée via ces dernières, via la branche 23, via l'immobilier. Il peut aussi y avoir des avoirs sur plusieurs comptes-titres de façon à ne pas dépasser le seuil fatidique de 500 000 euros sans redouter grand-chose. La taxe s'applique aux personnes physiques mais pas aux sociétés.

Il suffit de lire la presse de ces derniers mois pour se rendre compte qu'il y a vraiment beaucoup d'échappatoires. Les experts se succèdent pour expliquer au contribuable comment échapper à cette taxe. C'est donc bien un leurre, qui va rater sa cible. C'est ce qu'explique le Conseil d'État dans son avis pour le moins critique: il dit clairement que si l'objectif est de taxer les citoyens qui ont du capital, le fait d'exclure les actions nominatives du champ de la taxe est tout sauf évident.

Difficile d'être plus clair! C'est à la fois un objectif manqué et un texte qui est source de discrimination. Non seulement parce que certaines catégories d'actions ne seront pas concernées, mais aussi en raison du fameux seuil de 500 000 euros dont il a déjà beaucoup été question.

Il faut évidemment un seuil – j'ai suivi les débats attentivement. Des seuils, il en faut toujours dans la législation, c'est évident. Le problème n'est pas tant l'existence de ce seuil mais l'absence de toute motivation dans sa détermination. C'est là que réside une vraie difficulté. Quels sont les critères fiscaux, économiques, statistiques qui permettent de justifier la fixation de ce seuil à 500 000 euros?

Il n'y en a aucun. Il n'y a aucun élément objectif. D'ailleurs, en commission des Finances, M. le ministre des Finances a été très franc. Il a dit que le critère était "politique". C'est le terme qu'il a utilisé. Je pense que ce faisant, il a dit la vérité. C'est en effet politique. C'est une façon de dire que c'est arbitraire. C'est en tout cas ainsi que pourront interpréter vos propos tous ceux qui se préparent déjà à introduire des recours devant la Cour constitutionnelle, parce que la discrimination est tellement évidente qu'elle fragilise le dispositif que vous prétendez soutenir, monsieur le ministre.

En faisant cet acte de franchise, vous avez finalement jeté une pelletée de terre supplémentaire sur un dispositif que vous aviez déjà enterré puisque, avant même que le Conseil d'État ne se prononce, vous aviez exposé dans la presse qu'il y avait un risque de discrimination très important. Cela vous avait valu, à l'époque, d'être rappelé à l'ordre par le premier ministre qui avait indiqué que cet accord devait absolument être mis en œuvre. Il le sera effectivement. Il n'empêche que vous émettiez déjà des doutes sur la validité juridique du dispositif. Le Conseil d'État vous a donné raison. Quelque part, vous avez confirmé cette analyse en déclarant que le seuil qui figure dans le texte est un seuil politique, et donc arbitraire.

Tout cela permet de considérer que le dispositif ne sera pas opératoire et qu'au contraire, il va mourir assez rapidement de sa belle mort. Je ne m'en réjouis pas, mais on peut craindre que cette taxe sur les comptes-titres connaisse le même sort que la taxe sur la spéculation. Certains ont dit que du coup, le CD&V se sera fait piéger. Moi, je crois que ce n'est pas le CD&V qui se sera fait piéger, c'est le citoyen qui aura été piégé, celui qui, un peu naïvement, pouvait considérer qu'il y avait là un pas vers plus de justice fiscale, vers plus d'équité fiscale. Non, ce citoyen-là, il aura été trompé. La mesure qui est à l'examen est à la fois un reniement et un faux-semblant.

Un mot, pour être dans la lignée de ce que des collègues ont déjà dit, sur le rendement budgétaire escompté avec ce paradoxe d'un chiffre de 254 millions qui a été annoncé dès les arbitrages de l'été 2017 et qui a été maintenu contre vents et marées. Même si on adaptait le texte et qu'on l'interprétait différemment, en fait, c'est une sorte de postulat de départ. Il faut 254 millions. On se rend bien compte, en écoutant les représentants de la majorité, que cet objectif-là ne sera pas atteint.

C'est ce qu'ont déjà déclaré tous les organismes qui se sont penchés sur cette évaluation. La Banque nationale a parlé de 163 millions; Febelfin, de 170 à 190 millions; la Commission européenne a aussi revu à la baisse le rendement escompté. Bref, personne, pas même dans la majorité, ne croit à ce montant de 254 millions.

C'est quand même un peu inquiétant. On peut, certes, se dire que d'autres recettes viendront compenser le manque à gagner, mais je tiens à rappeler que cette somme de 254 millions représente le quart du financement des nouvelles mesures qui figurent dans le budget 2018 – soit le quart d'un rendement qui est pour le moins aléatoire. Nous aurons certainement l'occasion d'en reparler quand, dans les prochains mois, nous aurons peut-être reçu des chiffres qu'il faudra revoir à la baisse par rapport à l'ambition initiale.

Pour toutes ces raisons, monsieur le président, le groupe cdH votera contre cette mesure, parce qu'il considère que c'est un jeu de dupes, un leurre, un faux-semblant. J'ai envie de dire: un attrape-nigaud. Et les nigauds, ce sont peut-être ceux qui tomberont dans le champ d'application, puisque – honnêtement – ils ont pu disposer, depuis juillet dernier, de toutes les informations pour échapper à cette taxe. Si vraiment ils ne s'y soustraient pas, c'est qu'elle les indiffère. Les nigauds sont peut-être aussi ceux qui s'imaginent de la sorte faire œuvre de justice fiscale.

Pour notre part, en tout cas, il s'agit d'un simulacre auquel nous ne pouvons pas participer et que nous n'allons pas cautionner. C'est la raison pour laquelle nous voterons contre le texte du gouvernement.


Barbara Pas VB

Mijnheer de voorzitter, collega's, België telt eigenlijk al tal van vermogenstaksen en vermogenswinsttaksen, zoals de belastingen op vastgoed, de roerende voorheffing die ondertussen onder deze regering al verder gestegen is tot 30 %, de successierechten en noem maar op. Dat zijn allemaal belastingen die door de massa betaald worden.

De effectentaks is bovendien een belasting die niet de aanwas van het vermogen belast maar de kern van het vermogen zelf. Het gaat niet over een vermogenswinstbelasting maar wel om een vermogenstaks bovenop de hogere inflatie die wij al kennen in dit land en die de helft hoger ligt dan in de buurlanden. De effectentaks is eigenlijk een doekje voor het bloeden. Deze taks zal helemaal niet voor een rechtvaardigere, transparantere of eenvoudigere fiscaliteit zorgen. Het is een schoneschijnmaatregel, net zoals de speculatietaks die ondertussen terecht werd afgevoerd. Ik hoop dat het met deze effectentaks ook snel het geval zal zijn.

Collega Van de Velde heeft zelf al aangegeven dat hij niet graag de deur op een kier zette. Als collega Laaouej zegt dat dit een goed begin is, dan houd ik helemaal mijn hart vast. Deze taks van 0,15 % op effectenrekeningen opent de doos van Pandora. U zet de deur effectief open. Het zal een kwestie van tijd zijn vooraleer men de belastingvoet van 0,15 % zal verhogen, de belastbare basis zal uitbreiden of de grens van 500 000 euro zal verlagen. De volgende regering kan dat dankzij u wel heel gemakkelijk doen. Als ik de collega's vandaag hoor, dan zal dat misschien niet eens duren tot er een volgende regering is. Ik hoorde collega Deseyn immers zeggen dat er moet bijgestuurd worden als de opbrengst niet gehaald wordt. De kans is dus groot dat een van de genoemde maatregelen zal genomen worden.

Er is al veel gezegd over die 254 miljoen euro. Volgens de Europese Commissie zal de opbrengst 175 miljoen euro zijn. ING mikt op 150 miljoen euro, de Nationale Bank op 163 miljoen euro. Wij zullen zien wat wij zullen zien maar u zult wel al begrepen hebben dat wij geen fans zijn van een vermogensbelasting en al zeker niet van zo'n schijnbelasting.

Iets wat in de discussie alleen nog maar door het Vlaams Belang werd gezegd, is dat het hier om een zoveelste anti-Vlaamse belasting gaat. Het is wel degelijk een extra geldstroom van noord naar zuid, een extra transferbelasting. Het was een goede poging van de heer Piedboeuf toen hij zei dat dit logisch is omdat de Vlamingen met meer zijn en dat zij dus 59 % bijdragen. Was het maar 59 %! Als ik sommige economen mag geloven zal 75 % tot 80 % van deze belasting door de Vlamingen betaald worden. Het zal de hogere middenklasse van gepensioneerden en vermogende vijftigplussers zijn die zal moeten afdokken net als de Vlaamse ondernemer die geld heeft opzij gelegd om later een pensioen te hebben dat in de buurt komt van dat van de ambtenaren.

Zij zijn het die zullen moeten opdraaien voor de taks die u vandaag zult goedkeuren, maar niet de superrijken, van wie er velen in Waals-Brabant en in de rijke Brusselse gemeenten wonen en die hun roerend vermogen hebben ondergebracht in allerlei patrimoniumvennootschappen en holdings; zij zijn net degenen die eraan zullen ontsnappen.

Er is vandaag al veel gezegd en ik zal dat niet herhalen, maar ik heb gehoord, mijnheer de minister, dat toen deze taks ter tafel lag en er een akkoord werd over gesloten, u zou hebben gezegd dat u als econoom de maatregel onzin vond, maar dat u als politicus hem moest verdedigen. Ik weet niet of dat waar is want wat men in de wandelgangen zegt, klopt niet altijd, maar wat zeker klopt, is dat u vandaag als N-VA-politicus ervoor kiest om deze maatregel te verdedigen.

Als econoom vind ik deze effectentaks ook onzin, en als Vlaams-Belangpolitica zal ik uiteraard geen onzin verdedigen of steunen. Onze fractie zal zeker geen nieuwe transferbelasting steunen. Trouwens, het Vlaams Belang heeft zich altijd al verzet tegen een verdere verhoging van de belastingdruk via nieuwe belastingen en tegen elke vorm van vermogensbelasting. Dit is de doos van Pandora die u straks zult opendoen en daarom zal onze fractie dit wetsontwerp niet steunen.


Olivier Maingain MR

Monsieur le président, beaucoup d'intervenants ont déjà donné les arguments qui mettent en doute la faisabilité juridique de la taxe. Il y a souvent des métaphores animalières pour mettre en évidence les faiblesses d'un système fiscal – on parle parfois de boa fiscal. Ici, je dirais que le gouvernement invente l'anguille fiscale! L'anguille est ce poisson que vous n'arrivez jamais à attraper vraiment et quand vous y arrivez, il n'y a quand même pas grand-chose dans votre assiette! Ceci résume un peu la faisabilité de ce projet de loi. Je dirais volontiers que c'est un projet de loi qui fera le bonheur des cabinets de fiscalistes. Les meilleurs fiscalistes sont déjà en train de travailler à la manière d'échapper à la taxe.

J'avoue que je ne suis pas non plus un grand partisan de la taxe sur le patrimoine mais tant qu'à concevoir une telle taxe, autant la concevoir de manière certaine sur le plan juridique. Ici, il y aura de nombreuses causes de recours et d'incertitudes juridiques.

Comme d'autres l'ont souligné, il y aura de l'optimisation fiscale. Il suffira, par exemple, de diviser son portefeuille entre plusieurs titulaires personnes physiques d'une même famille pour ne pas atteindre le montant de 500 000 euros. C'est une opération qui sera aisée à réaliser. De plus, les titres nominatifs sont exclus du champ d'application de la loi par le gouvernement pour des raisons qui ne sont pas très pertinentes et qui tiennent plutôt d'un raisonnement de déclaration et de perception à la source. Là aussi, il est totalement envisageable pour les contribuables de convertir leurs titres en fonds d'investissement ou leurs obligations en titres nominatifs qui ne sont pas inscrits en comptes-titres afin d'échapper au paiement de la taxe.

Le Conseil d'État a dit combien cette distinction ne semblait pas fondée quant à la finalité poursuivie par le projet de loi. Bien que ces titres soient moins facilement négligeables et que, selon la justification du gouvernement, ils sont fréquemment détenus en vue d'une participation plus active en tant qu'actionnaire à la vie de la société émettrice, nul doute que plusieurs investisseurs n'hésiteront pas à user de cette faille afin d'éviter de s'acquitter de la taxe.

En ce qui concerne l'apport d'un compte-titre dans une personne morale, je me rallie à l'avis du Conseil d'État. La disposition anti-abus contenue à l'article 4, 5°, alinéa 2 n'atteint pas pleinement son objectif. En effet, si je reprends les termes contenus dans cette disposition, la taxation pourra s'opérer uniquement si un apport dans une personne morale a eu lieu à partir du 1ᵉʳ janvier 2018, mais aussi dans le seul et unique but d'échapper à la taxe. Bonne chance pour le prouver!

Selon le Conseil d'État, cette formulation pose question quant à l'effectivité de cette disposition anti-abus et à sa conformité avec le principe constitutionnel d'égalité et de non-discrimination. Il est donc peu réaliste de penser que la sécurité juridique est garantie avec une telle disposition et qu'une action ne pourra pas aboutir devant la Cour constitutionnelle pour la contester.

On distingue aisément où se situe le problème. Si un apport d'un compte-titre a eu lieu avant le 1ᵉʳ janvier 2018, peu importe les motifs invoqués, le contribuable échappera à la taxation. Si un apport dans une personne morale a eu lieu après le 1ᵉʳ janvier 2018, mais sans intention d'échapper à la taxe – par exemple, pour des raisons de planification successorale –, le titulaire personne physique échappera également au paiement de la taxe sur les comptes-titres.

C'est à cette fin que mon groupe dépose un amendement visant à préciser le champ de la disposition anti-abus, en précisant notamment que la date de la présentation de l'accord de l'été du gouvernement, le 26 juillet 2017 – d'autres y ont fait référence – devrait être prise en considération afin d'éviter que les contribuables qui ont déjà pris certaines mesures n'échappent au paiement de la taxe.

Pour cela et pour d'autres raisons qui ont été évoquées par d'autres, liées à l'incertitude juridique de ce projet, vous comprendrez que nous ne pourrons pas le soutenir. Si nous sommes favorables à une meilleure taxation des revenus du capital ainsi qu'à une augmentation de la justice et de l'équité fiscales, nous pensons que cela doit être envisagé par une réforme plus globale. Il faut en revenir aux enseignements fondamentaux de la réforme fiscale de 1962, par une globalisation des revenus imposables et l'établissement d'une révision des tranches d'imposition, afin de baisser sensiblement la pression fiscale sur les seuls revenus du travail, tout en imposant plus équitablement l'ensemble des revenus, quelle qu'en soit la source. Car, finalement, ce n'est pas la nature du revenu qui devrait déterminer la contribution à l'impôt mais bien le montant des revenus, quelle qu'en soit la source, sur des bases équitables de progression par tranches revues et d'égalité fiscale entre tous les contribuables.


Veerle Wouters

Mijnheer de voorzitter, collega’s, er is hier al heel veel gedebatteerd over wat de effectentaks zal opbrengen: zullen we die 254 miljoen euro halen of niet? We kunnen alleen maar vaststellen dat andere instellingen lager zaten: de Europese Commissie op 175 miljoen euro en de Nationale Bank van België op 163 miljoen euro. Men kan erover discussiëren of we dat zullen halen of niet, maar op basis van het voorzichtigheidsprincipe zou ik toch het laagste bedrag in de begroting inschrijven. Wanneer men verschillende cijfers voorgeschoteld krijgt en de doelstelling is dat de begroting zou kloppen, dan zou ik het laagste cijfer inschrijven, in de hoop dat het dan misschien wat meer opbrengt en dat de cijfers wat positiever zouden zijn. Dat is echter de keuze die men heeft gemaakt: de effectentaks moet 254 miljoen euro opbrengen.

Ik hoor de minister zeggen dat daarover in de regering werd beslist en dat de regering dat ook zal bekijken als de resultaten er zijn. Ik hoor van de heer Deseyn dat er aanpassingen komen. Mijnheer de minister, ik hoorde u niet zeggen dat er dan aanpassingen aan die taks zullen komen, want die moet natuurlijk bij de meerderheid passeren. Of het resultaat van 254 miljoen euro wordt gehaald, weten we pas in 2019. De exacte cijfers zullen we dan kennen en als ik het mij goed herinner, zijn het dan verkiezingen. Niet deze meerderheid zal zich dan moeten verantwoorden of men dit bedrag al dan niet heeft gehaald.

Er is natuurlijk ook de effectentaks. Hier ligt wel gewoon een vermogensbelasting voor. Ik heb heel wat collega’s uit de meerderheid vaak horen zeggen: vermogensbelasting, no way! Die zal er nooit komen. Zelfs zou het gaan over een vermogenswinstbelasting, dan nog was een heel aantal collega’s er geen voorstander van. Hier kan natuurlijk van alles gebeuren. We hebben dat ook gezien met de mystery calls die er niet zouden komen: ze zijn er toch gekomen. Nu de ergste vorm, wat men absoluut niet wilde: een vermogensbelasting. Dat is natuurlijk het resultaat van een compromis à la belge: die effectentaks was nodig door de koppeling aan de hervorming van de vennootschapsbelasting en de 500 euro onbelast bijverdienen uit het Zomerakkoord. Wat was dat toch allemaal, het was eerder het akkoord van de vier jaargetijden. Volgens mij zal het nog langer duren, want de 500 euro bijverdienen is ondertussen ook op de lange baan geschoven.

Wij bespreken nu een effectentaks, een vermogensbelasting die hier moet worden goedgekeurd. Ik ben er zeker van dat sommige collega's uit de meerderheid stiekem hopen dat deze taks toch nog zal worden vernietigd door het Grondwettelijk Hof. Ik mag het misschien niet zeggen, maar ik verdenk sommigen er bijna van het wetgevend werk op zo'n manier te hebben gedaan dat dit wel eens het resultaat zou kunnen zijn. Ik krijg het gevoel dat sommigen hierop hopen.

Ik heb een aantal collega's al horen zeggen dat het Grondwettelijk Hof deze wet wel eens zou kunnen vernietigen omdat er geen verantwoording wordt gegeven voor het onderscheid bij het bepalen van de grens. Ik hoorde onder meer de heer Vanvelthoven dit zeggen. Nochtans was zo'n verantwoording heel simpel geweest. Men had niet meer hoeven te zeggen dan dat de grens van 500 000 euro als bedoeling heeft de hele rijken te doen betalen en iemand is heel rijk als hij een effectenrekening heeft waarop 500 000 euro staat. Deze verantwoording werd echter niet gegeven en daardoor is het mogelijk dat deze wet wordt vernietigd.

Als ik de werkbaarheid en uitvoerbaarheid van deze wet bekijk – ik heb het dan vooral over de uitvoerbaarheid voor de banken –, krijg ik een déjà vu. In de vorige legislatuur heb ik hier de rijkentaks van 21 % + 4 % zien passeren. Dat werkte echter van geen kanten en men heeft dan maar beslist om iedereen aan 25 % te belasten. Nu zie ik zowat hetzelfde gebeuren want de banken zullen deze maatregel moeten uitvoeren. De vraag is dan of die maatregel niet meer zal gaan kosten dan hij kan opbrengen. Ik durf niet meer te herhalen hoeveel miljoenen euro's de banken destijds hebben moeten ophoesten om een systeem te bedenken om die rijkentaks te kunnen innen.

De banken vragen zich ook nu af hoe zij dit exact moeten gaan bepalen. Wat met niet-beursgenoteerde aandelen? Hoe zullen wij de exacte waarde bepalen? Ook daarover zal er nog heel wat discussie ontstaan want wat is de exacte waarde van mijn effectenportefeuille?

Wij hebben aan die wet antimisbruikbepalingen toegevoegd. Vermogen in een vennootschap inbrengen was een mogelijkheid om te ontsnappen. Vanaf 1 januari zal men dan toch belastingen moeten betalen als wij kunnen bewijzen dat die wijziging, het vermogen in de vennootschap inbrengen, louter diende om de effectentaks te ontwijken. Ik wens iedereen veel succes toe met het bewijzen dat wanneer iemand zijn vermogen in een vennootschap onderbracht, dit louter en alleen diende om de effectentaks te ontwijken.

Wij hebben het verhaal gehad van de aandelen op naam. Daar is nu de antimisbruikbepaling, in die zin dat aandelen op naam ertussenuit vallen. Wie dat na 9 december heeft gedaan, zal echter toch nog voor één jaar moeten betalen, maar die zal de daaropvolgende jaren wel de dans ontspringen.

En dan hoor ik nu fiscalisten zeggen dat de effectentaks niet zal gelden voor fondsen of obligaties op naam. Ik krijg graag bevestiging of ontkenning van u, mijnheer de minister. Klopt dat? Als dat niet het geval is en zij niet kunnen ontsnappen, dan is het misschien goed dat u nu bevestigt dat dit niet het geval is en waarom. Indien niet, gaan wij er dan vanuit dat zij de taks ontwijken of eraan ontsnappen?

Ik hoor collega Van Rompuy zeggen dat een dergelijke omzetting ook veel geld kost en dat men dus moet nagaan of het sop de kolen waard is. Naar het buitenland verhuizen is ook niet de oplossing.

Wat men wel heeft, is dat ook buitenlanders hier effectenrekeningen hebben en dat zij wel gemakkelijker met hun geld terug naar hun thuisland kunnen gaan. Dan verdwijnen hier niet alleen het geld en die effectenrekeningen, maar ook de beurstaks en btw die deze mensen hier betalen. Ook die inkomsten zouden kunnen verdwijnen. Ik heb het niet over mensen die naar het buitenland gaan, maar over buitenlanders die hier zijn.

Dan hebben we de keuze die elke belegger heeft als hij zegt dat hij voortaan niet meer instapt in een effectenrekening Tak 21 en Tak 23 beleggingsproducten. Die vallen er ook niet onder.

Als ik dat allemaal beschouw, rijst de vraag of het wel de bedoeling is dat het vooropgestelde bedrag wordt gehaald. Misschien hoopt men wel dat de maatregel verdwijnt. Het staat wel vast – daarin kan ik collega Pas bijtreden – dat eens te meer een maatregel wordt genomen die niet de rijken zal treffen, aangezien zij geld genoeg hebben voor allerlei fiscale adviseurs. De rijken zijn al lang voorbereid, al vanaf het moment of mogelijk zelfs nog vooraleer er nog maar een tipje van de sluier werd opgelicht in juli.

Als niet de rijken de effectentaks betalen, wie dan wel, als die uiteindelijk uitgevoerd wordt? Dat is de Vlaming, de gewone modale Vlaming, die goed gespaard heeft, want 500 000 euro is al niet min. Het gaat daarbij niet om een arme kloot, maar om de Vlaming die als zelfstandige een potje aan de kant heeft gezet. Eens te meer zal een maatregel door de Vlamingen worden betaald, niet zoals de verhoging van roerende voorheffing. Gaat u na waar er het meest gespaard wordt, dan merkt u dat er meer gespaard wordt in het noorden dan in het zuiden van dit land. De spaarindex is in Vlaanderen ook veel hoger. De roerende voorheffing treft dus vooral de Vlamingen; de voorgestelde taks zal meer Vlamingen treffen. Dat vind ik eigenlijk wel gevaarlijk.

Misschien moet ik samen met de meerderheid hopen dat de effectentaks nog voor de uitvoering vernietigd wordt. Zo niet, dan kan een volgende meerderheid in de effectentaks een stapsteen vinden om een vermogensbelasting in te voeren. De verbreding van de basis en de verhoging van de percentages zijn volgens mij immers niet zo moeilijk.

Het is, denk ik, duidelijk: mijn fractie zal tegenstemmen.


Marco Van Hees PVDA | PTB

Monsieur le président, chers collègues, cette mesure présente un aspect historique. Afin de le mesurer, je reprendrai l'excellente référence reprise par mon collègue M. Dispa de L'Echo du 4 avril 2015, dans lequel Charles Michel explique que taxer le patrimoine est un non-sens économique.

Je ne partage pas cette idée et je n'en ferai pas la démonstration mais je vous renvoie aux travaux de Piketty à ce propos. Ce qui est historique, c'est qu'il précise que taxer le patrimoine est un non-sens alors que la mesure en question n'est rien d'autre qu'une taxation du patrimoine. C'est historique dans le symbole. Ça l'est moins dans l'effectivité.

Cette taxe sur les comptes-titres n'est rien d'autre qu'une publicité pour la taxe des millionnaires du PTB. Tous les défauts de cette taxe trouvent leur réponse dans la taxe des millionnaires du PTB. C'est le contre-exemple qui permet de comprendre pourquoi la taxe des millionnaires du PTB est à ce point nécessaire et utile!

Quelques points de comparaison: le rendement. Faut-il une taxe symbolique, pied-de-biche pour l'austérité ou une taxe avec rendement réel? La taxe des millionnaires représente 8 milliards d'euros et représente une alternative à l'austérité. En l'occurrence, la taxe sur les comptes-titres est loin d'être une alternative à l'austérité. C'est une manœuvre visant à faire croire que les riches sont taxés et à faire accepter l'austérité comme étant une bonne option. Un montant de 254 millions d'euros, ce n'est rien au niveau rendement. Mais, comme les collègues l'ont dit, il y a peu de chance que ce montant soit atteint. Donc, l'objectif est ridicule, et il ne sera pas atteint.

Deuxième point de comparaison: l'assiette de l'impôt. Il est assez extraordinaire de constater – le Conseil d'État l'a relevé – que ce gouvernement ait décidé de taxer le patrimoine, mais pas tout le patrimoine. On va prendre un élément en compte et pas un autre. Pourquoi? Simplement par facilité. Si on lit l'exposé des motifs, il est plus facile de procéder de cette manière. Il n'y a donc aucune justification politique à cette discrimination entre les formes de patrimoine. Pourquoi taxe-t-on un patrimoine et pas un autre? Aucune explication n'est donnée. La taxe des millionnaires est beaucoup plus logique, beaucoup plus juste aussi. Toutes les formes de patrimoine sont globalisées. À part deux exonérations plafonnées, on taxe tout le patrimoine. C'est beaucoup plus logique.

Troisième point de comparaison: un seul taux ou des taux progressifs. Ici, on a un seul taux pour tout le monde. Tous ceux qui entrent dans les conditions paient ce taux de 0,15 %. La taxe des millionnaires prévoit une progression: 1 % au-dessus de 1 million, 2 % au-dessus de 2 millions, 3 % au-dessus de 3 millions. Il y a une progression avec des taux qui sont évidemment un peu plus significatifs que cette petite taxe.

Mon quatrième point de comparaison a trait à l'effet de seuil. Si vous avez 499 000 euros, vous ne payez rien. Mais si vous avez 501 000 euros, vous payez sur l'ensemble dudit montant. La façon dont on passe de rien à tout est assez extraordinaire! Avec la taxe des millionnaires, on commence à payer à partir du million d'euros avec les exonérations dont il faut tenir compte, et on ne paie rien en dessous de 1 million d'euros.

Cinquième point de comparaison qui n'est pas anecdotique: touche-t-on vraiment les plus grandes fortunes? Il s'agit ici d'un point important. En effet, on dit que cette taxe est fixée dans un souci de justice fiscale. Si on touche les moyennes fortunes, mais que les toutes grandes fortunes, les milliardaires, échappent à la taxe, il y a un problème. Malheureusement, alors que la taxe des millionnaires vise les plus grandes fortunes et plus spécifiquement 1 % des plus riches, les grandes fortunes échappent à l'impôt.

Prenons, au hasard, la neuvième fortune de Belgique qui possède 1,6 milliard d'euros. Je ne sais pas si vous la connaissez. C'est la famille Bertrand. Luc Bertrand qui est actionnaire de Ackermans & van Haaren va échapper à cet impôt car sa fortune est détenue via des holdings. Elle ne passe pas par des comptes-titres. Donc, elle échappe totalement à la taxation.

Je pourrais prendre les exemples d'Albert Frère ou de la famille de Spoelberch, mais je cite celui-ci parce que la fille de Luc Bertrand, qui est aussi administratrice d'Ackermans & van Haaren a probablement participé aux discussions en kern, étant donné qu'elle est la cheffe de cabinet du vice-premier. Je suppose qu'elle a pu dire: "Viser les comptes-titres, c'est très bien et très judicieux. Du coup, ma famille échappe à la taxe, mais ce n'est pas le plus important".

J'en viens à mon sixième point de comparaison: avec ou sans cadastre des fortunes? La taxe des millionnaires se conçoit avec un tel instrument. C'est logique, même si l'impôt est déclaratif et qu'il n'est pas nécessaire d'attendre la mise en place du cadastre, puisqu'il s'agit d'un moyen de vérification. En l'occurrence, le premier ministre en a refusé explicitement la mise en place. C'est une manière de dire aux éventuels contribuables redevables de cette taxe: "Fraudez à l'aise! De toute manière, nous n'aurons aucun moyen de voir si vous avez fraudé. Donc, allez-y gaiement".

En résumé, ce qui aurait pu être une taxe historique se révèle une taxe historiquement symbolique, un trophée. Je ne vais pas revenir à la discussion de tout à l'heure pour savoir s'il s'agit d'un énième trophée du CD&V qui valse à la poubelle. En tout cas, sa corbeille à trophées devrait être changée pour un plus grand modèle, vu le nombre d'entre eux qui y tombent.

C'est pourquoi je suis au regret de vous annoncer que nous ne pas pourrons soutenir ce projet. Une taxe qui toucherait vraiment les plus riches et constituerait une véritable alternative à l'austérité aurait reçu notre appui, au contraire de cette taxe symbolique qui permet de justifier l'austérité et qui ne frappe pas les plus riches.


Minister Johan Van Overtveldt

Mijnheer de voorzitter, dit is een boeiend debat met veel argumenten heen-en-weer.

Aangezien in de commissie voor de Financiën al uitvoerig werd ingegaan op een aantal technische aspecten, zal ik zo vrij zijn om mij te beperken tot een viertal algemene bemerkingen.

Premièrement, quand on entend la discussion entre autres ici au parlement, on a l'impression que la Belgique n'a pas trop de taxation sur la fortune et le capital. Pourtant, quand on regarde, par exemple, le ranking au niveau européen, on se situe en quatrième position.

Malheureusement, au niveau du travail, nous restons en première position. Mais la distance avec les autres a fort diminué. Ici, nous sommes en quatrième position. Et nous ajoutons une taxe importante dans ce cadre-là, à savoir la taxe sur les comptes-titres.

Ik kom tot mijn tweede bemerking.

Er is verschillende keren verwezen naar het advies van de Raad van State, in twee delen. In verband met het eerste deel, als men dat aandachtig leest, begrijpt men duidelijk dat de Raad van State aan de regering uitleg en toelichting vraagt omtrent de gemaakte keuzes inzake het onderscheid tussen bijvoorbeeld natuurlijke personen en rechtspersonen, of belaste materie en niet-belaste materie. Wij hebben die uitleg in de tweede memorie van toelichting uitgebreid verstrekt.

Mijn derde bemerking is de volgende.

Er is vandaag ook veel gesproken over de controlemechanismen. Die zijn er wel degelijk. De administratie heeft te allen tijde de mogelijkheid om inlichtingen te vragen aan de titularis of aan de tussenpersoon. Het beschikken van een effectenrekening door de titularis kan aldus door een vraag tot inlichtingen worden gecontroleerd in al zijn facetten. Er wordt daarbij ook in sanctiemechanismen voorzien, met boetes, zowel voor de titularis als voor de tussenpersonen. Daarnaast wordt er uiteraard ook een boete opgelegd voor elke niet-aangifte en elke laattijdige of onnauwkeurige aangifte. Naargelang de aard en de ernst van de overtreding gaat het hier over een boete die van 10 % tot 200 % kan oplopen.

Mijn vierde bemerking betreft de ramingen en hierover zal ik het uitgebreider hebben.

Concernant les estimations, les chiffres ont déjà été mentionnés plusieurs fois: la Banque nationale annonce 165 millions; la Commission européenne, 175 millions; Febelfin parle d'une fourchette entre 170 et 90 millions. Le gouvernement, quant à lui, affirme et réaffirme une recette de 255 millions.

Als wij de Nationale Bank van België en de Europese Commi!ssie citeren, moeten wij echter ook de intellectuele eerlijkheid hebben de hele context te geven. De Nationale Bank van België gaat uit van de gegevens die de instelling heeft over de vermogenstoestand van de gezinnen. De NBB zegt er heel expliciet bij dat het nagenoeg zeker is dat het daarbij om een onderschatting van de reële situatie gaat. Met andere woorden, het bedrag van 165 miljoen euro dat door de NBB wordt genoemd, is ook een onderschatting van wat de taks potentieel kan opbrengen.

Ook de Europese Commissie stelt in haar estimatie heel duidelijk dat zij rekening houdt met het feit dat voor haar de belastbare basis niet geheel zichtbaar is. Zij maakt dus ook een heel conservatieve schatting.

Bovendien dateren de drie schattingen waaraan wordt gerefereerd, van vóór de laatste ingreep van de regering, waarbij vooral inzake de aandelen op naam een belangrijke antimisbruikbepaling is ingevoerd, die het rendement van de belasting zeker ten goede moet komen.

Ik verwijs nogmaals naar het verslag dat naar aanleiding van de discussie in de commissie is gemaakt. Tijdens die discussie is op een aantal meer specifieke, technische punten uitgebreider ingegaan.

In het kader van het globale Zomerakkoord is de taks een belangrijk gegeven op het vlak van de ramingen en de te verwachten opbrengsten. De cijfers worden door de regering bevestigd, namelijk 254 miljoen euro.