Proposition 54K2475

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi modifiant la loi du 21 décembre 1998 relative à la sécurité lors des matches de football.

General information

Author
N-VA Brecht Vermeulen
Submission date
May 16, 2017
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
violence public safety sporting event sports body criminal law

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld N-VA LDD MR PP
Voted to reject
PVDA | PTB
Abstained from voting
VB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

May 24, 2018 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Siegfried Bracke

Le rapporteur, M. Thiébaut, renvoie à son rapport écrit.


Brecht Vermeulen N-VA

Mijnheer de voorzitter, ik ben blij dat ik van een relatief kalme plenaire vergadering kan gebruikmaken om een lange introductie te geven over het voorliggende voorstel. Mijnheer Calvo, u kijkt naar mij en weet dat ik, als ik op het spreekgestoelte sta en lang aan iets heb gewerkt, het ook lang zal uitleggen in de plenaire vergadering om er zeker van te zijn dat iedereen goed heeft begrepen hoe goed het voorliggende voorstel is.

Collega's, ik ben zeer tevreden dat ik vandaag voor u mag staan, omdat ik drie jaar lang werkte aan de verbetering en de modernisering van de tekst rond de veiligheid bij voetbalwedstrijden. In de zomer van 2015 organiseerde ik voor het eerst contacten met verschillende politiezones en voetbalclubs, wat toen resulteerde in een tekst die in 2016 in de commissie voor de Binnenlandse Zaken werd behandeld. Er was toen een politiek akkoord om ook over die tekst te stemmen, maar op vraag van wijlen professor Brice De Ruyver en het kabinet-Jambon, dat nog een aantal zaken verduidelijkt wilde zien, is een algemene wijziging op het allerlaatste moment toch niet in de commissie aan bod gekomen en in de plenaire vergadering ter stemming voorgelegd. Er werden toen wel enkele technische wijzigingen goedgekeurd die absoluut noodzakelijk waren opdat de voetbalcompetitie in haar nieuwe formule met eerste klasse A en eerste klasse B plaats kon vinden.

Vervolgens was er een hele rij hoorzittingen met verschillende stakeholders in het Parlement, met name de KBVB, de ACFF, de Pro League, de Voetbalcel, de BVBO, de politiezone Zuid, de ACOD alsook de korpschef van zone Luik. Dat heeft ertoe geleid dat de tekst onmiddellijk werd geamendeerd met 31 amendementen. Vervolgens kwam er een bespreking, die leidde tot nieuwe amendementen eind 2017, met name nrs 32 tot 79. Daarna kwam er een advies van de Raad van State, met opnieuw een reeks amendementen tot gevolg, met name nrs 80 tot 123. Ook op het moment van de laatste bespreking en de dag waarop het voorstel in eerste lezing werd aangenomen, werden weer nieuwe amendementen ingediend. Zelfs bij de tweede lezing werden nog amendementen toegevoegd en goedgekeurd.

Kortom, ik had blijvend intensief overleg, niet alleen met de politieke wereld, maar ook met de wereld die te maken zal hebben met alle wijzigingen aan de voetbalwet. Het is uiterst belangrijk om te tonen dat het voorliggende wetsvoorstel voldoende gedragen is en werkbaar zal zijn in de voorliggende vorm.

Nu de finale tekst er is, is het voor iedereen van belang dat de wet snel in werking treedt. Dat zal gebeuren vanaf 1 juni 2018, dus zeer binnenkort, en dat op uitdrukkelijk verzoek van de stakeholders. Vandaar dat ik de Conferentie van voorzitters gisteren heb gevraagd om het wetsvoorstel toe te voegen aan de agenda van vandaag, wat gebeurd is. De wijzigingen in het wetsvoorstel zijn op zich niet allemaal grote wijzigingen, maar vele kleintjes zorgen voor een grote aanpassing van het geheel. Ik som hier vandaag in plenaire vergadering de dertig belangrijkste facetten op, die de bestaande wetgeving wijzigen.

Ten eerste wordt het toepassingsgebied van de voetbalwet uitgebreid, specifiek wat het supportersgeweld betreft. Een van de belangrijkste wijzigingen in het wetsvoorstel gaat over het toepassingsgebied van de maatregelen tegen supportersgeweld en hoe dat geweld aan te pakken. Momenteel geldt het hoofdstuk over supporters enkel voor de wedstrijden van eerste klasse A en eerste klasse B en voor de wedstrijden uit de eerste en tweede amateurliga. Met het voorliggende wetsvoorstel wensen wij het toepassingsgebied uit te breiden tot de wedstrijden van clubs uit eerste klasse A en B en tot alle amateurklassen. Daarnaast zullen zelfs wedstrijden van de clubs van de twee hoogste vrouwenvoetbalafdelingen en de jeugdwedstrijden die elf tegen elf spelen van de twee hoogste nationale jeugdcategorieën in hun respectieve leeftijdscategorie ook hieraan onderworpen zijn. Dat gaat dus heel concreet over de categorieën U14, U15, U16, U17, U19 en de beloften.

Die aanpassing is noodzakelijk, want we zien een verschuiving van de veiligheidsrisico's op dat gebied, bijvoorbeeld bij finalewedstrijden van de beker van België U19, om maar iets te zeggen. We zien dat meer mensen met een stadionverbod ook creatiever worden en de voetbalwet erg goed kennen. In plaats van overtredingen te begaan, amok te maken of incorrect te handelen tijdens wedstrijden van de eerste elftallen van de profclubs, gaan die personen nu naar jeugdwedstrijden en vrouwenwedstrijden van hun favoriete clubs. Dat brengt nieuwe veiligheidsproblemen met zich mee, terwijl die ontsnappen aan de regels van de vigerende voetbalwet.

Ik verwijs naar een nieuwsbericht van de voorbije maand waarin stond te lezen dat een hooligan van Club Brugge met stadionverbod toch amok maakte bij de beloften. Het ging daarbij over de wedstrijd van 2 mei 2016 tussen Club Brugge en Standard. Men stak Bengaals vuur af en dat mag niet in een stadion. Eigenlijk mag dit wel als de voetbalwet niet van toepassing is. Een steward en een hoofdsteward zagen dit en kwamen tussenbeide. De steward kreeg klappen en zelfs Sven Vermant, de toenmalige beloftetrainer van Club Brugge, is toen tussenbeide moeten komen.

Ook in de lagere afdelingen zijn er verschuivingen waar te nemen. Dit komt vooral omdat er een aantal clubs zijn met een grote traditie. Zij hebben een grote achterban, ook al spelen zij niet meer in de hoogste reeksen. Ik denk dan aan La Louvière, FC Liège, het vroegere Beerschot — inmiddels wat geklommen — en Eendracht Aalst. Er zijn dus een aantal clubs die mogelijk een risico inhouden. In de commissie heb ik uitvoerig voorbeelden toegelicht van wedstrijden uit de amateurreeksen die werden geconfronteerd met supportersproblemen. Daarom zullen alle wedstrijden uit de amateurreeksen worden gemonitord en bij overtredingen zullen ook straffen volgen.

Ik wens wel mee te geven dat dit niet het enige is dat wij doen voor die clubs. Wij zullen er immers voor zorgen dat ook andere maatregelen worden getroffen, zodat geweld kan worden voorkomen. Zij kunnen in een bepaald aantal gevallen ook stewards inzetten wanneer dit nodig wordt geacht door de Koning. Daar kom ik nog op terug.

Om het toepassingsgebied te kunnen wijzigen, hebben wij wel veel definities moeten veranderen. De definitie was eenvoudig. Zo werd de definitie van voetbalwedstrijd gewijzigd, zodat ook jeugd- en vrouwenwedstrijden onder het toepassingsgebied vallen. Opdat niet al deze clubs aan de verplichtingen van een organisator zouden moeten voldoen, werden zij uitgesloten in de definitie van nationale en internationale voetbalwedstrijd, en werden twee nieuwe definities ingevoegd, namelijk de nationale vrouwen- en jeugdvoetbalwedstrijd.

Een tweede belangrijk facet is het robuust maken van de voetbalwet voor wijzigingen aan het competitieformat. Wij hebben in 2016 wijzigingen aangebracht aan de voetbalwet omwille van de beslissing van de Pro League tot competitiehervorming, met de oprichting van een eerste klasse A en B, en een amateurklasse in drie reeksen. Om ervoor te zorgen dat in de toekomst competitiewijzigingen mogelijk blijven zonder nieuwe wetswijzigingen werd de definitie van nationale afdeling ingevoegd. Momenteel vallen de vijf hoogste afdelingen onder de noemer van nationale afdeling.

Het derde facet bestaat erin om het stadion en de perimeter ook mogelijk te maken in lagere afdelingen. De huidige definitie van stadion bepaalt dat zowel een tribune als een buitenomheining nodig zijn om te kunnen spreken van een stadion. Dat zorgt voor praktische problemen, want veel clubs uit amateurreeksen en veel jeugdterreinen hebben helemaal geen tribune of zelfs geen buitenomheining, waardoor de voetbalwet niet van toepassing zou kunnen zijn. Om het toepassingsgebied van de wet uit te breiden zonder de clubs telkens nodeloos op kosten te jagen, hebben wij ervoor gekozen een tribune niet meer als vereiste aan te merken. Daarnaast wordt er ook beslist dat bij stadions die geen buitenomheining hebben, de binnenomheining kan worden gebruikt als afbakeningsgebied. Naar analogie van deze redenering werd ook de definitie van perimeter aangepast. Niet alle clubs beschikken over een tribune of buitenomheining. Wij zullen daar een tweede lid invoegen, dat de definitie mogelijk maakt in die gevallen.

Ik kom tot het vierde facet, met name de uitbreiding van de definitie van een voetbalevenement, om daarbij het inzetten van stewards mogelijk te maken. Op dit moment voorziet de huidige voetbalwet al in een definitie van een voetbalevenement. Momenteel gaat het voornamelijk om trainingen van de club, doorgaans bij fandagen. Wij voegen hieraan een nieuwe mogelijkheid toe, die ervoor zorgt dat elk voetbalgerelateerd evenement, door een profclub of door de Voetbalbond georganiseerd op een voor het publiek toegankelijke besloten plaats, ook als een voetbalevenement kan worden beschouwd. Het is dus noodzakelijk dat er een duidelijke link is met voetbal.

Evenementen die op dit moment onder het toepassingsgebied van voetbalevenementen zullen vallen, zijn fandagen, los van het feit of het een training is, of wedstrijden van de club op verplaatsing, die door de club in het eigen stadion worden getoond. Ik denk aan de finalewedstrijd van Roeselare tegen Antwerp vorig seizoen, waarbij tienduizend supporters van Antwerp in het Bosuilstadion op een groot scherm naar de wedstrijd keken. Op dat moment was er geen toepassing van de voetbalwet, maar nu zal dat wel het geval zijn. Privé-initiatieven van organisatoren van voetbalwedstrijden, dus publiek toegankelijke initiatieven, zoals een barbecue van de club, kunnen niet als een voetbalevenement worden beschouwd om daar stewards in te zetten. Ook een fuif georganiseerd door een club na een voetbalwedstrijd kan hier niet onder vallen.

Het publiek karakter ervan is er mogelijk wel, maar de link met voetbal als sport is onvoldoende. De clubs moeten dan, net als andere organisatoren van een fuif, gebruikmaken van privéveiligheidsagenten.

Daarnaast zullen profclubs en de Voetbalbond tijdens deze voetbalevenementen gebruik kunnen maken van stewards. De stewards zullen dezelfde taken en bevoegdheden krijgen als tijdens een gewone voetbalwedstrijd. Het is wel belangrijk erop te wijzen dat het inzetten van stewards een mogelijkheid is, en geen verplichting zoals tijdens voetbalwedstrijden. Om stewards te kunnen inzetten, zal er voorafgaandelijk aan het evenement een schriftelijke overeenkomst moeten zijn tussen de organisator, de bevoegde burgemeester en de betrokken politiezones.

Het vijfde facet is het invoegen van een supporter liaison officer in de wet. Sinds het seizoen 2012-2013 zijn voetbalclubs die een UEFA-licentie aanvragen, verplicht een supporter liaison officer of SLO aan te stellen. De SLO is een reglementaire titel van de UEFA, geen wettelijke titel. Met deze wetswijziging zorgen wij ervoor dat de profclubs uit de eerste klasse A en B verplicht over een SLO zullen beschikken, en niet enkel de clubs die een UEFA-licentie voor Europees voetbal hebben aangevraagd.

De SLO heeft een duidelijke preventieve rol. Zelfregularisatie door fans is volgens ons de beste vorm van preventieve maatregelen. Wij willen preventie maximaal benutten, maar ik besef zeer goed dat wij daarmee niet alle geweld zullen weren. Daar kom ik straks op terug. Uiteraard zijn er ook curatieve maatregelen.

Ik wil ook benadrukken dat alle maatregelen inzake de SLO een bijkomend koninklijk besluit vereisen. Deze verplichting wordt ingevoerd in artikel 8 van de wet.

Ik kom tot het zesde facet, de gemandateerde verantwoordelijke. De gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke wordt nu gedefinieerd in de wet. Waarom? Omdat op verschillende plaatsen in de voetbalwet en in de koninklijke besluiten reeds gesproken werd over de gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke. In tegenstelling tot andere personen of andere functies in de veiligheidsketen, bijvoorbeeld de stewards, stond er echter nog geen definitie in de voetbalwet. Om dit aan te passen, zullen wij die nu toevoegen. Zo moet het ook voor iedereen duidelijk zijn welke rol die persoon kan spelen.

Daarnaast zijn alle bepalingen in de wet die verwijzen naar de veiligheidsverantwoordelijke aangepast en omgezet naar de correcte vorm, zijnde "gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke".

Dan kom ik aan het zevende facet. De veiligheidsovereenkomst wordt verplicht in de eerste amateurklasse. Die veiligheidsovereenkomst is een belangrijk afsprakendocument tussen alle betrokken stakeholders, namelijk de club, de politiezones, de hulpdiensten en de lokale overheid. Omdat de kostprijs voor het afsluiten van zo'n veiligheidsovereenkomst vrij beperkt is voor de clubs – het gaat eigenlijk alleen maar om een beetje inzet van tijd voor de veiligheidsverantwoordelijke – is ervoor gekozen om de verplichting lineair door te voeren voor de eerste amateurklasse.

U zult verder ook nog van mij horen dat wij een mogelijke toename van de kosten willen beperken. Dat is steeds een essentieel aandachtspunt geweest. Bij elke beslissing is steeds nauwlettend bekeken of de toegenomen veiligheidsbaten voldoende proportioneel zijn ten opzichte van eventuele kosten en dus verantwoord zijn. Wij hebben daarvoor meer dan eens een zeer uitvoerig overleg gehad met de partners, zoals de Pro League en de Koninklijke Belgische Voetbalbond.

Dan kom ik aan het achtste facet. De veiligheidsovereenkomst moet vanaf nu afgesloten worden vóór 21 juli in plaats van vóór 1 augustus. De reden is de volgende. In het verleden was het steeds zo dat het voetbalseizoen startte de eerste week van augustus, maar de laatste jaren zien wij steeds meer dat de eerste wedstrijden van eerste klasse A reeds worden afgewerkt in het laatste weekend van juli. Het seizoen 2017-2018 startte op 28 juli, de seizoenen daarvoor op 29 juli en op 24 juli. Wij zorgen er dus voor dat er geen veiligheidsovereenkomsten worden afgesloten nadat het seizoen reeds is gestart.

Dan kom ik aan het negende facet. Wij geven meer tijd aan de clubs die een veiligheidsovereenkomst moeten afsluiten voor één specifieke wedstrijd. Ik heb het hier dan specifiek over clubs uit provinciale afdelingen of amateurklassen die het geluk hebben om ver door te stoten in de Beker van België, die verschillende wedstrijden na mekaar winnen en dan plots het geluk hebben een grote club uit eerste klasse te mogen ontvangen. In het begin zijn ze steeds zeer gelukkig die club te mogen ontvangen, want dat betekent veel kantine- en andere inkomsten, maar plots blijkt dan dat daarmee veel veiligheidsafspraken gepaard gaan.

De loting van die serie wedstrijden valt soms heel dicht bij elkaar, waardoor de bestaande termijn van acht dagen te lang is. Soms zit er maar een periode van zeven dagen tussen, waardoor er geen termijn van acht dagen kan zijn om een overeenkomst te sluiten. Dus zorgen wij ervoor dat de voetbalclub uit een lagere afdeling de mogelijkheid krijgt een overeenkomst te sluiten tot vijf dagen vóór de wedstrijd plaatsvindt.

Het tiende facet is dat in eerste amateurklasse een gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke wordt verplicht. Wij geven zelfs een delegatie aan de Koning om dat ook in tweede en derde amateurklasse verplicht te maken.

Ik heb daarstraks over de veiligheidsovereenkomst gesproken. Alle clubs uit de eerste amateurklasse zullen nu ook een gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke moeten aanduiden.

Voor de betrokken clubs is die verplichting geen al te zware last. Immers, zoals ik ook tijdens de bespreking in de commissie uitvoerig heb aangetoond, hebben de meeste clubs die in de eerste amateurliga – de vroegere derde nationale afdeling – actief zijn, een verleden in de vroegere tweede klasse. Zij hadden vroeger dus al een veiligheidsverantwoordelijke. De meeste verantwoordelijken hebben hun functie ook behouden.

Wij geven, zoals reeds vermeld, een delegatie aan de Koning, die het mogelijk moet maken in de tweede of de derde amateurliga een gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke verplicht te maken. Dat heeft natuurlijk alles te maken met clubs die eventueel een groot risico vormen omdat zij een traditionele achterban, meer supporters en soms ook een andere reputatie hebben.

Het elfde facet is dat ook de inzet van stewards in amateurreeksen door de Koning verplicht kan worden gemaakt.

Indien een veiligheidsverantwoordelijke kan worden verplicht, kunnen wij ook nadenken over het inzetten van stewards en kunnen wij hen verplicht maken bij traditionele clubs waarvoor wij van oordeel zijn, of waarvoor de Koning van oordeel is, dat een steward noodzakelijk kan zijn teneinde bij die wedstrijden de veiligheid te garanderen.

Wij kunnen dat niet bij elke club doen. Dat moet na een risicoanalyse worden gedaan. Om ervoor te zorgen dat er voor een club geen disproportionele last is, zullen wij een en ander goed onderzoeken. Er wordt een mandaat aan de Koning gegeven. Wij kiezen er dus niet voor om de maatregel lineair toe te passen.

De delegatie legt een aantal verplichtingen op. Ik heb al opgemerkt dat er een verplichte risicoanalyse moet gebeuren, waaruit moet blijken dat de bedoelde wedstrijd een verhoogd risico inhoudt en dat er dus maar beter stewards bij die wedstrijd worden ingezet.

Het twaalfde facet betreft een lokale adviesraad die door de Koning ook verplicht kan worden in amateurklassen. In een lokale adviesraad zitten alle betrokken actoren samen die het lokale veiligheidsbeleid van de club op elkaar zullen afstemmen. Door evaluaties en reflecties te maken over het veiligheidsbeleid, wordt het geheel verbeterd. Indien de Koning dit noodzakelijk acht, zullen ook de amateurclubs nu de kans krijgen om een dergelijke lokale adviesraad op te starten.

Het dertiende facet is gastvrijheid. Gastvrijheid is een raar verhaal omdat die term moeilijk definieerbaar is in wat wij in normale wetgeving moeten doen. Clubs uit eerste klasse A en B en de eerste amateurliga zullen maatregelen moeten nemen om "de gastvrijheid en het comfort in de stadions te verzekeren", zo staat er letterlijk. Dat zijn subjectieve begrippen. Het is de bedoeling dat de Voetbalcel van Binnenlandse Zaken die subjectieve begrippen verder omzet in minimale kwaliteitsvereisten. Ik denk daarbij concreet aan voldoende minimale sanitaire voorzieningen, zodat een bezoekende supporter niet in een vuilnishoop terechtkomt, maar evenwaardig behandeld wordt als een thuissporter. Het louter aanwezig zijn van toiletten zou nu nog kunnen volstaan, maar met de nieuwe bepaling zeggen wij dat ook gastvrijheid en comfort noodzakelijk zijn.

Er wordt aan de Koning ook een delegatie gegeven om de veiligheidsmaatregelen verder aan te scherpen. Om de kwaliteit van het wetgevend werk te optimaliseren werd een advies aan de Raad van State gevraagd. Een van de aanbevelingen was de delegatie aan de Koning voor veiligheidsmaatregelen in artikel 10 aan te scherpen door de paragraaf aan te vullen met de bepaling dat iedere bijkomende veiligheidsmaatregel steeds door een wet moet worden bekrachtigd. Wij hebben die  aanbeveling overgenomen. Dat was het veertiende facet.

Het vijftiende facet betreft de supportersscheiding. Als wij niet hadden opgelet met de definitie daarvan, bestond het risico dat een supportersscheiding in de eerste amateurliga verplicht zou zijn. Dat zou heel vreemd zijn, want wij maken het nu eigenlijk mogelijk dat het voor thuisclubs in een aantal gevallen logistiek en organisatorisch perfect mogelijk moet zijn om bezoekende supporters tussen de thuissupporters plaats te laten nemen omdat er voldoende sociale controle is om het veiligheidsrisico beheersbaar te maken. Een aantal profclubs, zoals KV Kortrijk, maakt daarvan gebruik. Ik ben helemaal geen supporter van KV Kortrijk, maar ik heb dat voorbeeld meer dan eens aangehaald. Nu ook clubs uit de eerste amateurklasse verplicht worden om veiligheidsmaatregelen te treffen, zullen wij ervoor moeten zorgen dat ook zij die mogelijkheid krijgen. Anders krijgen zij een risicobestraffing, wat niet de bedoeling is.

Facet 16, is een nieuw hoofdstuk over het gebruik van camera's in voetbalstadions. Ik heb al gemeld dat wij voor dit wetsvoorstel een advies hebben gevraagd aan de Raad van State. Een van de opmerkingen luidde dat het niet de Koning, maar wel de wetgever toekomt om te bepalen in welke gevallen en onder welke voorwaarden beeldopnamen mogen worden gemaakt en wat de bestemming van die opnamen moet zijn. Daardoor wordt er een nieuw hoofdstuk ingevoegd tot uitwerking van nadere regels. Eigenlijk bouwen wij verder op het al bestaande koninklijk besluit van 22 februari 2006 betreffende de installatie en de werking van bewakingscamera's in de voetbalstadions.

Vanaf 25 mei, morgen dus, zal de Algemene Verordening Gegevensbescherming van kracht worden. Zowel aan het kabinet van vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken Jambon als aan het kabinet van staatssecretaris voor Privacy De Backer hebben wij gevraagd welke bepalingen er nodig zijn in de wetgeving. De ingevoegde artikelen zijn nu conform de AVG-richtlijnen.

Facet 17 gaat over het inzetten van stewards in een perimeter rondom het stadion. De taken van stewards worden uitgebreid, waardoor het mogelijk wordt om stewards in te zetten in een perimeter rond het stadion.


Karine Lalieux PS | SP

(…)


Brecht Vermeulen N-VA

Mevrouw Lalieux, u bent zeer geïnteresseerd en dat maakt mij blij, want dit zal ook voor de stad Brussel absoluut belangrijk zijn.

Mijnheer de voorzitter, collega's, wij voorzien in twee mogelijke taken voor stewards in de perimeter. Stewards zullen de mogelijkheid krijgen om scheidsrechters, staf, spelers en officiële delegaties te vergezellen. Daarnaast zullen stewards ook ingezet worden op parkings die uitgebaat worden door de organisatoren van een wedstrijd, waar zij voor het onthaal van de toeschouwers kunnen instaan.

Facet 18. De gemandateerde veiligheids­verantwoordelijke moet de informatiedoorstroming voor de ontmoeting met andere clubs verzekeren. De wet verplicht de gemandateerde veiligheids­verantwoordelijke vanaf nu om de informatie over collectieve verplaatsingen van de spelers, de staf, de scheidsrechters en officiële delegaties door te geven aan de politiezones. In het verleden gebeurde dat niet. Dat zorgde voor problemen, omdat niet duidelijk was wie verantwoordelijk was. Daarom passen wij dat nu aan.

Facet 19. De stewards kunnen ook verboden voorwerpen, verboden door het intern reglement van de club, afnemen. Het wetsvoorstel bepaalt dat de organisatoren van voetbalwedstrijden in eerste klasse A en B en in de eerste amateurliga een huishoudelijk reglement moeten opstellen. Daarin kan worden bepaald welke voorwerpen er verboden worden. Door de huidige wijziging kunnen stewards vragen om verboden voorwerpen af te geven na een oppervlakkige controle.


Karine Lalieux PS | SP

(…)


Brecht Vermeulen N-VA

Mevrouw Lalieux, het mooiste moet nog komen.

Facet 20, er wordt in sancties voorzien voor clubs die hun verplichtingen niet nakomen. Op dit moment zijn het enkel clubs uit eerste klasse A en B die verplichtingen hebben als organisator voorzien in de voetbalwet. Nu zullen bepaalde onderdelen van de wet ook van toepassing zijn op amateurclubs. We moeten ervoor zorgen dat die clubs ook een straf kunnen oplopen of ontlopen.

Facet 21, een verbod op pyrotechnisch materiaal in de perimeter en tijdens collectieve verplaatsingen. Het is een droeve vaststelling – zoals we onlangs op tv konden zien – dat het gebruik van pyrotechnisch materiaal in en rond de voetbalstadions toeneemt. Vorig jaar waren er bij 32 % van de wedstrijden incidenten met zogenaamde pyrotechnische materialen. Dat is ondertussen opgelopen tot 43 % van de wedstrijden. Daarom moet de wet aangescherpt worden en is het bezit van voetzoekers, vuurwerk of rookbommen nu al verboden in het stadion. Met dit wetsvoorstel wordt ook het gebruik strafbaar gemaakt. Er komt ook een verbod op het gebruik en het bezit van pyrotechnisch materaal in de perimeter rond het stadion en tijdens collectieve verplaatsingen. Dat is nodig omdat collectieve verplaatsingen geregeld stoppen bij parkeerterreinen langs de autosnelwegen waar men dan plotseling pyrotechnisch materiaal gaat gebruiken, met grote risico's van brand en ontploffing. Dat is dan niet binnen de perimeter van het stadion en niet binnen de omheining. Bijgevolg zullen we daarvoor in een uitbreiding voorzien en ervoor zorgen dat dit aangepast wordt.

We zorgen er natuurlijk ook voor dat het gebruik van pyrotechnisch materiaal op het ganse Belgische grondgebied naar aanleiding van voetbalwedstrijden kan worden aangepakt met een verbod.

Men denkt soms dat het niet gevaarlijk is. Dat blijkt uit nogal wat tussenkomsten en reacties die ik heb gekregen over dit punt. Men denkt dat het mooi en leuk is en bijdraagt tot de sfeer. We mogen echter niet vergeten dat Bengaals vuur temperaturen boven 1 000 °C haalt en zorgt voor heel zware brandwonden. Ook de voetzoekers hebben al meer dan eens tot problemen van blijvende gehoorschade geleid.

Facet 22. De voetbalwet wordt uitgebreid tot 48 uur voor en na de wedstrijd voor voetbalgerelateerd geweld. We zien immers dat er wordt aangezet tot slagen en verwondingen naar aanleiding van voetbalwedstrijden. Dat geldt vooral voor Europese wedstrijden. Daarom wordt de termijn opgetrokken van 24 uur naar 48 uur.

Facet 23. Het gelijk bestraffen op het hele grondgebied van geweld gepleegd door één persoon of door een groep. Overtredingen door één persoon op dezelfde wijze bestraffen als overtredingen door een groep vormt een uitdaging, omdat andere bepalingen nu het gebruik van geweld in een stadion en de perimeter betreffen en het is natuurlijk niet logisch dat een overtreding door één persoon niet wordt vervolgd, maar eenzelfde overtreding door twee of meer personen wel.

Facet 24. Een systeem van waarschuwingen. Dat is de grootste aanpassing aan de bestaande wetgeving. Dat systeem van waarschuwingen moet het mogelijk maken dat mensen die overtredingen begaan op een andere dan geldelijke manier worden bestraft. De voetbalwet voorziet nu in een zeer ruim arsenaal aan bestraffingen om foutief supportersgedrag te beteugelen, maar het gaat vaak om emotionele zaken. Om ervoor te zorgen dat de Voetbalcel van de FOD Binnenlandse Zaken niet te gemakkelijk, te snel of te hard zou straffen, vinden wij dat daarin enige bijsturing mogelijk moet zijn. De bedoeling van mijn werk aan het voorliggend wetsvoorstel is om mild te zijn voor zogenaamde first offenders, zeker bij kleine overtredingen. Het simpele opsteken van een middelvinger mag zeker niet automatisch worden gelijkgesteld met het aanzetten tot haat of woede. Ik geef eerlijk toe dat ik dat op een emotioneel moment tijdens de wedstrijd zelf meermaals heb gedaan en ik vind dat zulke straffen daarvoor te ver gaan.

Daarom voorzien wij in een nieuw instrument, namelijk een officieel waarschuwingsmechanisme, dat wordt ingeschreven in de wet. Dat zorgt ervoor dat politiemensen een waarschuwing kunnen opleggen. Sommige lokale politiezones maken gebruik van zo'n waarschuwing. Het beoogde effect, dat ook wordt bereikt door die politiezones, is duidelijk: het gedrag wordt heel snel gecorrigeerd zonder dat de politie echt repressief moet optreden. Een officiële waarschuwing is mogelijk voor alle overtredingen, maar het is natuurlijk niet de bedoeling dat gewelddelicten minder zouden worden bestraft. Daarom is het aan de politieambtenaar om te oordelen en een overtreding in aanmerking te nemen voor een waarschuwing.

Het doel van de voetbalwet mag zeker niet zijn om zoveel mogelijk processen-verbaal op te stellen, maar wel om het gedrag van mensen te corrigeren, niet door maandenlange procedures, maar liefst zo snel mogelijk. Politiezones die het instrument niet willen gebruiken, moeten het niet gebruiken, maar de mogelijkheid zal wel bestaan om de good practices van andere zones over te nemen.

Het wetsvoorstel voorziet in nog een soort waarschuwing, waarmee wij willen voorkomen dat men op een andere manier wordt gestraft naargelang een politiezone al dan niet gebruikmaakt van het systeem. Met de uitbreiding van artikel 37 kan ook de Voetbalcel op het einde van de procedure een waarschuwing opleggen, waardoor uiteindelijk iedereen op dezelfde manier behandeld wordt.

Facet 25, de schrapping van de administratieve aanmeldingsplicht. In vorige wetgevingen was voorzien in een administratieve aanmeldingsplicht, maar dat werd nooit bekrachtigd met enig uitvoeringsbesluit. Daardoor kon die in de praktijk niet hard worden gemaakt. Ik ben ervan overtuigd dat we in de toekomst technologische middelen kunnen inzetten om de administratieve aanmeldingsplicht wel mogelijk te maken. Op dit moment is er geen pasklaar antwoord; daarom wordt die uit de bestaande wetgeving geschrapt.

Ook het administratief verbod om het grondgebied te verlaten, wordt aangepast. Dat was al gezegd. Ik zal daarop niet te diep ingaan, dan zal mevrouw Lalieux zeker tevreden zijn.

Facet 27, de effectieve sancties worden aangepakt en een aantal lacunes wordt verholpen.

Belangrijk is de kennisgeving van de beslissing van de Voetbalcel. Als een persoon de opgelegde boete niet betaalt, zal dat ook meegedeeld worden, zodat de Voetbalcel de instrumenten krijgt om een vordering af te dwingen.

Facet 29, de verkoop van tickets in thuisvakken door bezoekende supporters wordt verboden en zelfs strafbaar gesteld. Het gebeurde inderdaad wel vaker dat er op wedstrijden ongewenst supporters van de bezoekers bij de thuissupporters zaten of waarbij er met winstoogmerk tickets werden gekocht om door te verkopen.

Ten slotte wordt er in verband met de privacy verwezen naar de Gegevensbeschermingsautoriteit, waarover wij het de voorbije dagen wel vaker hadden.

Ik hecht eraan alle commissieleden te bedanken. Ik kijk naar de heer Thiébaut, die nu stil is, maar zeer constructief was. Ik kijk ook naar onder andere mevrouw Poncelet, en ook naar medewerkers. Leden van de meerderheidspartijen en van de oppositie hebben allemaal interessante en terechte opmerkingen geformuleerd en ik heb die aanvaard.

Wij waren het niet altijd eens met mekaar, wat typisch is voor het politieke strijdtoneel, maar wij hebben mekaar gerespecteerd en geluisterd naar de expertise, die ook van anderen kan komen.

Het wetsvoorstel werd in eerste lezing bijna unaniem goedgekeurd met een onthouding. Die onthouding werd in tweede lezing omgezet in een goedkeuring. Het voorstel werd in tweede lezing opnieuw bijna unaniem goedgekeurd, met een onthouding, maar dan van een andere partij.

Ik dank u allemaal voor uw constructieve aandacht.


Éric Thiébaut PS | SP

Monsieur le président, mes chers collègues, comme vous l'avez entendu, j'étais rapporteur de cette proposition de loi. Je vous ai dispensé de la lecture intégrale de l'excellent rapport que j'avais préparé avec les collaborateurs du Parlement car je me doutais que l'exposé de M. Vermeulen serait très complet. En commission, il a encore été plus long!


Catherine Fonck LE

(…)


Éric Thiébaut PS | SP

Oui, mais il est plus belgicain qu'il n'y paraît!

Quelques mots sur cette proposition qui vise à faire évoluer la loi Football qui fête, cette année, son vingtième anniversaire et qui lui permet de se mettre en phase avec les réalités nouvelles du football belge et les expériences de terrain tant du point de vue des clubs de l'Union belge que de la police et des bourgmestres.

Je ne reviendrai pas sur les grandes évolutions proposées dans ce texte qui vous ont été largement rappelées et qui répondent à certaines de nos préoccupations dont notamment l'extension des périmètres concernés au-delà des stricts abords des terrains, l'insertion de la notion d' "événement footbalistique" pour ce qui est du recours aux stewards ou encore les possibilités laissées à la police d'une approche plus graduée en matière de sanctions. Ces évolutions rendent, à notre avis, le texte plus efficace et facilitent aussi le travail des zones de police locale, ce qui n'est pas négligeable dans le contexte actuel. Voici donc, chers collègues, un résumé plus succinct du travail réalisé dans cette commission.

Nous avons été constructifs en commission – M. Vermeulen l'a d'ailleurs souligné –, malgré des conditions de travail qui n'étaient pas simples car le texte a été fortement amendé. Cela n'a pas toujours été simple de faire la synthèse, ce dont vous avez eu la démonstration en live.

Ceci dit, je voudrais remercier au passage les services pour leur excellent travail.

Nous avons soutenu ce texte en commission, et nous le soutiendrons encore aujourd'hui en fin de séance.

Je tiens toutefois à souligner des points qui devront continuer à faire l'objet de notre attention et de celle du gouvernement après l'adoption du texte. Rassurez-vous, ils sont au nombre de trois.

Premièrement, les mesures proposées ici auront un coût. C'est évident. Personne ne le nie même s'il est difficile de l'évaluer aujourd'hui. Il s'agit donc de le répéter encore une fois. Ce coût ne doit pas être porté à charge des zones de police et ne doit pas non plus mettre en péril les finances des clubs les plus fragiles.

Deuxièmement, en ce qui concerne les stewards, je rappelle qu'il ne s'agit pas de policiers. Ce ne sont pas non plus des agents de sécurité privés. Ce sont des bénévoles qui participent à ce que la grande fête du football se déroule dans les meilleures conditions pour tous. Dans ce cadre et au vu des compétences qui leur sont conférées, la question de leur formation doit faire l'objet d'une attention particulière.

Troisièmement, c'est un point qui, finalement, est valable autant pour ce texte que pour bien d'autres, c'est celui du suivi de l'encadrement dans la gestion des caméras auxquelles on se propose d'avoir recours. Elles seront utiles mais il faudra s'assurer que les futures autorités de protection de la vie privée seront en mesure d'assurer le suivi de la gestion de ces images, des banques de données, etc.

Voilà, ramassée en quelques mots, pour votre plus grand plaisir, la position de mon groupe que je souhaitais partager avec vous. Je vous confirme que nous voterons pour et je vous remercie pour votre attention.


Sabien Lahaye-Battheu Open Vld

Mijnheer de voorzitter, collega's, ik breng een korte uiteenzetting over de lange weg die is afgelegd om tot deze tekst te komen. Mijnheer Vermeulen, om het in voetbaltermen te zeggen, het was geen match van 90 minuten, want wij hebben een aantal verlengingen nodig gehad.

Collega's, ik wil uw aandacht vestigen op het feit dat Open Vld bij de start van de besprekingen in de commissie een aantal bekommernissen heeft geuit bij de oorspronkelijke tekst, bekommernissen over de proportionaliteit van een aantal maatregelen, over het kostenplaatje, waarover de heer Thiébaut het ook had, en over het toepassingsveld, dat volgens ons bij aanvang toch al te breed was.

Mijnheer Vermeulen, ik heb in de commissie onder andere gezegd dat het merendeel van onze voetbalwedstrijden gelukkig zonder problemen verloopt en dat wij dat dus zeker in het achterhoofd moesten houden bij het opstellen van deze tekst.

Wij zijn dus constructief meegegaan in de voorliggende aanpassing, met aandacht voor drie knelpunten die ik kort opsom. Ten eerste, noodzakelijkheid, wenselijkheid en proportionaliteit. Ik heb al gezegd dat het toepassingsgebied aanvankelijk toch al te ruim was. Ten tweede, de verplichtingen voor amateurclubs en de kosten die daaruit voortvloeien. Ten derde, de uitbreiding van het toepassingsgebied inzake veiligheids­camera's. Dat moet beperkt blijven tot de eerste twee nationale afdelingen. Voor lagere categorieën kan de nieuwe camerawetgeving gelden.

Wij zijn tot een evenwichtige tekst gekomen, met een goed evenwicht tussen alle belanghebbenden in dezen. Dat zijn niet alleen de Voetbalcel, maar ook onze politiemensen, onze lokale besturen, onze voetbalclubs en, last but not least, onze spelers van jong tot minder jong en alle supporters die daarrond staan. Want, zoals men dikwijls zegt, voetbal moet een feest zijn.

Het is een evenwichtige tekst. De definitie van voetbalwedstrijden werd ingeperkt. Niet alle vrouwen- en jeugdwedstrijden vallen eronder. Een nieuwe definitie van nationale afdeling werd ingevoerd. Nieuwe competitiewijzigingen zullen geen impact meer hebben op de voetbalwet, zoals dat vorig jaar het geval was.

De clubs uit de eerste amateurliga kregen wel een aantal extra verplichtingen opgelegd, maar zonder veel organisatorische lasten of kosten: het sluiten van de veiligheidsovereenkomst met de lokale overheid, het aanstellen van een gemandateerde veiligheidsverantwoordelijke, het opstellen en afdwingen van een reglement van inwendige orde.

Het nieuwe systeem van de stewards is zo geregeld dat de minister van Binnenlandse Zaken zal bepalen welke clubs uit de amateurreeksen de verplichting hebben om stewards in te zetten. Dit zal enkel gebeuren na een risicoanalyse die aangeeft dat het noodzakelijk is.

De bevoegdheden van de stewards worden enigszins uitgebreid. Volgens Open Vld is het belangrijk de rol van de stewards te onderstrepen. Zij zorgen er immers voor dat er minder inzet van politie nodig is en dat er minder kosten zijn voor de samenleving.

Er is al gesproken over het gevaar van pyrotechnisch materiaal en over het feit dat de strafbaarheidstelling van het bezit en het gebruik ervan nu wordt ingeschreven. De officiële waarschuwing, die een good practice is, wordt nu ingevoegd in de wet. Dat is volgens ons een goed signaal.

Ten slotte, door deze tekst worden de clubs geresponsabiliseerd op het vlak van veiligheid, wat zeker een goede zaak is.

Als datum van inwerkingtreding staat 1 juni in de tekst. Wij spelen dus heel kort op de bal. Vandaag is het 24 mei. De tekst zal waarschijnlijk nog niet gepubliceerd zijn in het Belgisch Staatsblad op de datum van inwerkingtreding. Ideaal is dit niet, maar de omstandigheden hebben er nu eenmaal voor gezorgd dat het zo gelopen is.

Collega's, ik wil mijn betoog beëindigen met het feliciteren van de hoofdindiener, collega Brecht Vermeulen, die niet alleen Parlementslid is maar ook ondervoorzitter van KSK Roeselare.

Mijnheer Vermeulen, weliswaar is een andere West-Vlaamse club kampioen geworden, Brugge, maar ik hoop dat u als West-Vlaming fier bent dat dit gelukt is.

Ik hoop, beste collega's, dat deze tekst nog voor meer voetbalplezier zal zorgen in de komende weken, nu het belangrijke WK voor de deur staat.


Isabelle Poncelet LE

Monsieur le président, ce texte a le mérite d'élargir la notion de match de football à risque et donc d'augmenter le nombre d'événements pour lesquels il sera d'application. Il a aussi le mérite de reconsidérer et d'améliorer la disposition de la sécurité à mettre en place, en tenant compte des moyens techniques efficaces.

Ce texte rend donc obligatoire de prévoir les moyens matériels pour la sécurité de tout le monde: les spectateurs, les organisateurs, les clubs, les responsables de la sécurité et évidemment les joueurs. Notamment, un tout nouveau chapitre consacré à l'installation et au fonctionnement des caméras de surveillance – élément matériel très important – est inséré.

Il y a aussi l'obligation de prévoir des moyens humains plus importants, plus efficaces, par le recrutement de stewards et d'agents de liaison entre clubs, supporters et autorités administratives. Ce sont des agents très importants pour coordonner tous les intervenants de la sécurité, ainsi que les responsables de la sécurité mandatés.

En commission, nous avons pu constater que les membres de la majorité ont exprimé des craintes identiques aux nôtres, notamment en ce qui concerne le coût pour les organisateurs et la cohérence avec les dispositions relatives aux caméras de surveillance, avec l'application du RGPD.

Le texte a été aussi amendé, suramendé. Il a été assez surprenant de voir le nombre d'amendements qui ont été introduits. Suite à cela, nous avons pu aboutir à un texte équilibré et qui rencontre vraiment les préoccupations des responsables de la sécurité. Je pense en particulier aux bourgmestres. En tant que bourgmestre d'une petite commune, je n'aurai pas à appliquer ce texte mais je sais combien il est important et sécurisant de pouvoir s'appuyer sur des textes qui permettent de fonctionner et de mettre les moyens de sécurité efficaces, en lien avec l'importance des événements.

Pour toutes ces raisons, notre groupe votera en faveur de ce texte.