Proposition 55K1173

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi portant diverses dispositions concernant le détachement de travailleurs.

General information

Submitted by
Chamber of representatives (2020-03-17 - 2020-10-01)
Submission date
April 22, 2020
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
EC Directive work labour law labour mobility

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld N-VA LDD MR PVDA | PTB
Voted to reject
VB

Party dissidents

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

May 28, 2020 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Patrick Dewael

Onze rapporteur is mevrouw Vanrobaeys.


Rapporteur Anja Vanrobaeys

Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar het schriftelijk verslag.


President Patrick Dewael

Wij hebben nog eens de luxe om te kunnen beschikken over een schriftelijk verslag, waarvoor dank. Ik geef het woord aan de heer Anseeuw.


Björn Anseeuw N-VA

Mijnheer de voorzitter, de N-VA zal het wetsontwerp steunen. Het principe van gelijk loon voor gelijk werk wordt grotendeels al in onze wetgeving vertaald; met voorliggende tekst wordt een aantal zaken nog verfijnd.

Het ontwerp is echter nog maar een klein stapje in de richting van een eerlijker en transparanter gebruik van detachering. Detachering blijft in essentie een uitzonderingsmaatregel en een uitzonderingsregeling op het principe dat de loon- en arbeidsvoorwaarden alsook de bijdragen aan de sociale zekerheid worden bepaald door de plaats van tewerkstelling. Laten we grensarbeid buiten beschouwing, dan moeten we toch vaststellen dat die uitzonderingsregeling de regel is geworden.

Sommige problemen worden in de nieuwe richtlijn en dus het wetsontwerp nog niet opgelost. Ten eerste, het gaat hier niet om detachering op het niveau van de sociale zekerheid. Op dat vlak veranderen de spelregels niet. De detacheringrichtlijn en het wetsontwerp handelen uitsluitend over de arbeidsrechtelijke aspecten in het kader van tijdelijke opdrachten in de Europese Unie en dus niet over de arbeidsvoorwaarden, terwijl de verschillen vooral op het gebied van de sociale zekerheid vaak erg groot blijven.

Ten tweede, de sector die het meest gevoelig is voor sociale dumping, is en blijft de transportsector. Nochtans is hij niet inbegrepen in de richtlijn, die in voorliggend wetsontwerp wordt omgezet.

Ten derde, het hoeft geen betoog dat misbruik van detachering bijzonder moeilijk te controleren is, niet alleen arbeidsrechtelijk maar nog veel meer op het niveau van de sociale zekerheid en van de belastingen. De samenwerking tussen de verschillende Europese landen inzake sociale en fiscale controle van gedetacheerde werknemers loopt vandaag bijzonder moeilijk en bijzonder traag, in het bijzonder met landen in Zuid- en Oost-Europa, die net veel gedetacheerde werknemers uitsturen. Ook op dat punt bevat de EU-richtlijn die in het ontwerp wordt omgezet, niet echt nieuwe stappen.

Voor het goede begrip, de N-VA huldigt het vrije verkeer van werknemers en diensten in de Europese Unie. De interne Europese markt is voor een exportgerichte regio als Vlaanderen ontzettend belangrijk. Indien wij het draagvlak bij de bevolking voor een solide EU-markt echter niet willen ondergraven, zullen wij in de toekomst echt werk moeten maken van een oplossing voor de gebreken in ons detacheringbeleid.

Het gaat om drie gebreken.Ten eerste, de duurtijd van detachering sociale zekerheid moeten wij inperken in de tijd en op de fiscale spelregels afstemmen. Sociale zekerheid betalen in het werkland moet opnieuw de regel worden.

Ten tweede, wij moeten komaf maken met de kaas met gaten. Het is onbegrijpelijk dat de transportsector een groot zwart gat blijft.

Ten derde, controle en samenwerking over de landen heen moeten performanter worden.

Het is hemeltergend wat we allemaal niet kunnen controleren. Ook op dat vlak moet het speelveld gelijk worden gemaakt. Gedetacheerde werknemers moeten met dezelfde kwaliteitsstandaarden kunnen worden gecontroleerd als gewone Belgische werknemers.


Hans Verreyt VB

Mijnheer de voorzitter, de Europese Commissie, zijnde de onderhandelaars van de lidstaten, en het Europees Parlement bereikten een akkoord over de aanpassing van de zogenaamde detacheringsrichtlijn. Die wettekst, aangepast of niet, leidt al te vaak tot sociale dumping. De Belgische onderhandelaars waren eigenlijk blij met een dode mus. De nieuwe detacheringsrichtlijn is niet meer, maar ook niet minder dan de bevestiging van de huidige krakende Belgische wetgeving, met een nieuwe, kleine beperking. Het blijft dus wettelijk georganiseerde vernietiging van eigen jobs.

Bovendien sluit de richtlijn de grootste aanpassing uit voor de transportsector, de sector met de grootste sociale dumping. Daarover bereikt men geen akkoord. Wat een schande!

De Europese detacheringsrichtlijn zorgt voor legale sociale dumping. Het belangrijkste gevolg van de wijziging is dat gedetacheerde werknemers het loon van het gastland moeten krijgen; de sociale bijdragen worden echter in het thuisland betaald, die daar veel lager liggen, als ze al worden betaald. Daardoor zijn de werknemers uit die landen stukken goedkoper dan Vlaamse en Waalse werknemers. De gevolgen zijn dramatisch. Duizenden Vlaamse jobs gaan verloren, niet enkel in de transportsector, maar ook in de metaal-, bouw-, bewakings-, voedings- en dienstensector.

De overheid loopt ondertussen belastinginkomsten mis en onze sociale zekerheid wordt onderuitgehaald. Werkgevers die niet meedoen, worden uit de markt geprijsd of gaan failliet. De partijen die denken dat Europa de oplossing is voor de aanpak van sociale dumping en oneerlijke concurrentie, zijn ziende blind.

De huidige detacheringswet voldoet al jaren niet meer om sociale dumping aan te pakken. Die Belgische wet is zo lek als een zeef en laat de deur wijd openstaan voor allerhande misbruiken.

De herziene detacheringsrichtlijn gaat eigenlijk niet veel verder dan de manke Belgische wet. Zij zal dus ten gronde in ons land niets veranderen. Hoogstens zal de herziening de loonlat gelijkleggen in heel Europa, maar voor de strijd tegen de sociale dumping in ons land brengt de herziening niets bij.

Ook de overeengekomen maximumduur van detachering van 12 maanden verlengbaar tot 18 maanden, volstaat niet. Vlaams Belang pleit voor een maximale duur van 6 maanden, met uitzondering voor sectoren waar een gemotiveerde langere duur gerechtvaardigd is.

Vlaamse werkgevers en werknemers durven al eens grondig van mening te verschillen. Maar over die kwestie is er eensgezindheid. Onze bedrijven moeten immers eigen werknemers ontslaan en gaan uiteindelijk failliet, omdat zij niet langer concurrentieel zijn.

Vriend en vijand zullen erkennen dat er slechts twee mogelijkheden zijn om sociale dumping effectief te bestrijden: ofwel de open grenzen op de helling plaatsen, ofwel de buitenlandse werknemers hier sociale bijdragen doen betalen.

Vlaamse werkgevers en werknemers zijn daarom vragende partij om sociale dumping en oneerlijke concurrentie eindelijk aan te pakken. Om de sociale dumping tegen te gaan, wil het Vlaams Belang de Europese detacheringsrichtlijn in haar geheel verwerpen, indien die niet wordt aangepast. Gedetacheerde werknemers moeten hier sociale bijdragen betalen. Gedetacheerde werknemers mogen bovendien maximaal 6 maanden blijven, tenzij een langer verblijf in een bepaalde sector echt nodig is.

Andere partijen kiezen ervoor te blijven rommelen binnen de Europese marge, terwijl zij hier zelf de sleutel in handen hebben. Het Vlaams Belang pleit ervoor onmiddellijk de bestaande Belgische detacheringwet uit te breiden met sociale bijdragen vanaf dag één.

Het sociaal en economisch bloedbad in de bouwsector en de transportsector moet stoppen, zeker nu wij al ten gevolge van de coronacrisis minstens 250.000 extra werklozen mogen verwachten. Bescherm onze Vlaamse jobs. Het zal meer dan nodig zijn.

In de bespreking in de commissie verklaarden verschillende partijen dat zij verder wilden gaan. Zij verkondigden het hoge woord dat de sociale dumping moet stoppen. Zij haalden verschillende manieren aan om dat te regelen: enerzijds de verdere beperking in de tijd van de detachering tot zes maanden, en anderzijds, nog veel efficiënter, de verplichting tot betaling van sociale bijdragen in het land van tewerkstelling.

Het Vlaams Belang kan die aanpassingen ondersteunen. Wij stellen daarom net als in de commissie opnieuw een amendement voor om alvast de eenvoudigste en ook minst radicale aanpassing in te voeren.

Ons amendement beperkt de tijd van detachering tot zes maanden, met de mogelijkheid tot gemotiveerde verlenging tot zes maanden extra. In de commissie verklaarde mevrouw Muylle dat we niet strenger mogen zijn dan de Europese richtlijn. Dat is een raar argument, juist omdat de nieuwe Europese richtlijn gebaseerd is op de strengere Belgische wetgeving, die er kwam na de vorige Europese richtlijn. België was toen een soort van voorloper, waarom zou dat vandaag dan niet mogen?

Zeker nu er binnenkort 250.000 nieuwe werklozen op de deur van de bijstand kloppen, moeten wij er alles aan doen om jobs in eigen handen te houden. Nu moet de keuze gemaakt worden tussen arbeid die gedaan wordt door Vlaamse, Brusselse of Waalse werknemers, dan wel door Polen, Bulgaren of Roemenen. Nu moet er worden gekozen voor het behoud van onze welvaart of het exporteren ervan. Nu moet er gekozen worden voor eigen arbeid dan wel geïmporteerde arbeid. Voor het Vlaams Belang is de keuze duidelijk. Ik hoop in naam van de vele duizenden arbeiders in de bouw-, de transport-, de metaal- en de voedingssector dat we kiezen voor hen, dat we de sociale dumping een halt toeroepen en dat we het voorliggend wetsontwerp minstens verstrengen.


Nawal Farih CD&V

Mijnheer de voorzitter, collega's, er werd de afgelopen legislatuur hard gewerkt aan een nieuwe richtlijn voor gedetacheerde werknemers in de Europese Unie. Europees commissaris Marianne Thyssen verrichtte heel wat werk om die aan de economische realiteit aan te passen. In de voorbije twintig jaar is de eengemaakte markt immers gegroeid en zijn de loonsverschillen toegenomen. Om die reden was het zowel vanuit economisch als sociaal oogpunt noodzakelijk de voorschriften rond detachering van werknemers aan te passen om sociale dumping tegen te gaan.

Met de nieuwe richtlijn heeft een gedetacheerd werknemer recht op alle beloningscomponenten die verplicht zijn volgens de nationale wettelijke bepalingen van het gastland. Ook de vergoedingen met betrekking tot huisvesting en reis- en maaltijdkosten moeten voor gedetacheerden gelijk zijn aan die voor de werknemers in het gastland, eveneens volgens de wetgeving in het gastland. Wie langer dan twaalf maanden gedetacheerd wordt, moet bovendien recht krijgen op een uitgebreider pakket arbeids- en tewerkstellingsvoorwaarden. Er werd ook een anti-omzeilingsmechanisme ingevoerd om te vermijden dat men werknemers zou wisselen om niet aan die twintig maanden te komen. Er zal ook meer worden ingezet op de informatieplicht. Dat vergroot de transparantie en maakt het uiteindelijk ook makkelijker om misbruiken op te sporen.

Het heeft bloed, zweet en tranen gekost, maar de punten die ik aanhaal, tonen aan dat met de nieuwe richtlijn er wel degelijk grote stappen vooruit werden gezet in de strijd voor gelijk loon voor gelijk werk, die volledig in lijn ligt met de strijd tegen sociale dumping. De CD&V-fractie herhaalt bijgevolg haar steun aan de tekst.


Nadia Moscufo PVDA | PTB

Monsieur le président, ce projet de loi va transposer la directive européenne. Il s'agit de la troisième version qui, pour la première fois, utilise les termes "à travail égal, salaire égal". C'est donc un petit pas en avant, mais très symbolique quand on sait que la commissaire européenne prétend lutter contre le dumping social mais en fait refuse d'instaurer un vrai salaire égal pour tous les travailleurs européens.

C'est un pas en avant symbolique dans une Europe sociale où beaucoup considèrent que ce dumping social est en fait l'avenir du marché du travail. Mais pour qui? Pas pour les chauffeurs philippins exploités par des firmes polonaises et qui roulent sur des routes allemandes 200 heures par mois pour à peine 428 euros. Pas non plus pour les travailleurs des grandes entreprises de la construction, qui travaillent côte à côte avec des conditions de travail et de rémunérations différentes, qui permettent aux directions d'exercer une pression sur les salaires et ainsi faire de plus en plus de profit.

Cette transposition est à nos yeux minimale. En Belgique, nous étions déjà plus loin grâce aux milliers de travailleurs et aux organisations syndicales qui luttent au quotidien contre ce dumping social.

En période de coronavirus, ce mécanisme de concurrence ne s'est pas effacé. C'est pourquoi nous avons plaidé en commission pour qu'il y ait de plus en plus d'inspections sociales dans les entreprises qui ne respectent pas les règles existantes.

Il s'agit donc ici d'une directive où l'Europe rattrape la Belgique. Comme une directive est une directive, la Belgique aurait pu aller un peu plus loin dans sa transposition. Elle a décidé de ne pas le faire et nous le regrettons.


Anja Vanrobaeys Vooruit

Mijnheer de voorzitter, ook voor onze fractie is dit wetsontwerp opnieuw een stap vooruit in een sociaal Europa. Het geeft namelijk inderdaad verder uitvoering aan het principe dat gelijk loon voor gelijk werk staat. In België was dat al grotendeels gerealiseerd door de wet van 2002, maar toch worden er met dit wetsontwerp bijkomende stappen gezet, zoals gelijke sectorale barema's, gelijke verblijfs- en onkostenvergoedingen, het gewaarborgd loon en ook het klein verlet waarop gedetacheerden recht hebben.

Uiteraard zijn wij het erover eens dat het werk helemaal niet af is. Via detachering wordt namelijk volop aan sociale dumping gedaan. Die sociale dumping ondermijnt niet alleen het gelijk speelveld van onze ondernemingen, maar ook onze fiscaliteit en onze sociale zekerheid. Het leidt tot heel onmenselijke werkomstandigheden en erbarmelijke verloningen. Het antwoord daarop is volgens ons een Europese aanpak, een aanpak gebaseerd op solidariteit, waarbij wij voor elke werknemer in Europa, uiteraard ook de Belgische werknemers, ijveren voor een verbetering van de werkomstandigheden, degelijke en waardige lonen en een goede sociale bescherming en sociale zekerheid.

In die zin zal het ook niet verbazen dat wij eveneens betreuren dat het vervoer niet onder deze richtlijn valt, maar apart wordt geregeld, waardoor het niet vervat zit in het wetsontwerp dat die richtlijn uitvoert. Tijdens de besprekingen in de commissie hebben we wel begrepen dat er omtrent het vervoer al een akkoord was bereikt in de Raad, maar dat dit nog moet worden omgezet in een richtlijn. Aangezien die sector enorm gevoelig is voor sociale dumping, dringen wij erop aan dat eens die richtlijn uitgevaardigd is, ze zo snel mogelijk wordt omgezet in Belgisch recht, zodat we die ook hier kunnen afdwingen. Momenteel rijden er in Europa, ook op Belgische wegen, bijvoorbeeld Filippijnse truckchauffeurs rond die in dienst van Oost-Europese transportfirma's werken aan 2 euro per uur en die, wanneer zij niet werken, moeten verblijven en slapen in een stal waar geen enkele boer zijn dieren nog zou onderbrengen. Dat zijn echt erbarmelijke omstandigheden.

De enige reden daarvoor is dat enkelingen er rijk mee worden, zonder zich iets aan te trekken van pure mensenrechten. Voor mij gaat dat nog verder dan een gelijk loon en sociale bescherming. Het gaat om mensenrechten.

Bovendien heeft de Europese vakbond berekend dat er nauwelijks een hogere verkoopprijs zou zijn als de truckchauffeurs eerlijke lonen zouden krijgen. Het maakt ook meteen duidelijk wie daar rijker van wordt. Zo werden berekeningen gemaakt voor een aantal IKEA-kasten. Een MALM-kast kost vandaag bijvoorbeeld 99 euro, met die truckchauffeurs, en zou met een eerlijk loon voor hen 100,4 euro kosten. Voor de consumenten zal dat niet het grote verschil maken, maar voor de mensen die het transport doen, zou het wel een verschil van dag en nacht betekenen.

Het wetsontwerp staat of valt uiteraard met voldoende controle en handhaving en de verbetering van de werking van het Europese arbeidsauditoraat, maar ik dring er ook op aan dat de Belgische regering zou inzetten op een daadwerkelijke versterking van de inspectiediensten. Wij hebben daarover al heel veel woorden gehoord onder de vorige regering, maar de inspectiediensten kampen nog altijd met personeelstekorten. De woorden werden niet altijd in daden omgezet.

Wie op een dergelijke schaal fraude pleegt, mag niet ongestraft wegkomen of ervanaf komen met een soort minnelijke schikking omdat de inspectiediensten met personeelstekorten kampen. De firma's die ik daarnet heb aangehaald, worden er alleen maar rijker van. Zij zetten heel dure advocaten in en azen op de minste fout in de procedure om de hele invordering op het spel te zetten. Als er zo veel fraude is, komt het erop aan dat er echt recht gesproken kan worden. Dat kan een afschrikkend effect hebben op ondernemingen die van plan zijn om van die praktijken gebruik te maken.

In de commissie heb ik ook al aangedrongen op het up-to-date houden van de website van de FOD Werkgelegenheid met alle toepasselijke bepalingen, want als een toepasselijke bepaling er niet op vermeld staat, dan kunnen ondernemingen die hier sociale dumping organiseren een strafvermindering krijgen. Dergelijke ondernemingen moeten wij hard aanpakken als zij zulke praktijken organiseren. Wij mogen niet het risico lopen dat er een strafvermindering komt omdat de website van onze eigen federale overheidsdienst niet up-to-date zou zijn.

Uiteraard vraagt dat ook de inzet van middelen en personeel, maar die inzet moeten wij volgens mij toch realiseren.

In het kader van de handhavingsrichtlijn hadden wij twee jaar geleden al aan uw voorganger gevraagd of het mogelijk zou zijn om via een tool of een website een overzicht te geven van potentiële onderaannemers of contractanten die reeds veroordeeld zijn voor ernstige arbeidsinbreuken. U had gezegd dat u dat nog zou nakijken. Voor hoofdopdrachtgevers is het gemakkelijk om even te checken of degene met wie zij in zee willen gaan, iemand is die al overtredingen heeft begaan of gekend is voor sociale dumping of dat het iemand is die de spelregels naleeft zoals het hoort. Wij denken dat dit een manier is om ervoor te zorgen dat dergelijke praktijken zich niet meer zouden voordoen.

Wij steunen het voorliggend wetsontwerp, maar denken dat er zowel op het vlak van de sociale zekerheid als op het vlak van de controle en de handhaving nog een weg af te leggen is om te komen tot een gelijk speelveld voor onze ondernemingen en tot meer solidariteit in de zin van gelijke lonen en gelijke sociale bescherming.


Minister Nathalie Muylle

Mijnheer de voorzitter, we zetten hier een belangrijke stap, hoewel ik zeer goed besef dat dit slechts een gedeelte van het werk is. De detacheringsrichtlijn die we hier vandaag behandelen gaat immers alleen over arbeids- en loonvoorwaarden, niet over sociale zekerheid of fiscaliteit. Ook de handhaving maakt hier geen deel van uit, aangezien die in een aparte richtlijn wordt behandeld. Verder worden bepaalde sectoren, zoals de transportsector, uitgesloten omdat ze een specifieke aanpak vragen. Uw bezorgdheid daarover is meer dan terecht.

We hebben in de commissie lang gesproken over de impact van de detacheringsrichtlijn op ons land. Die impact zal in feite niet zo groot zijn, aangezien ons land wat de harde kern van voorwaarden betreft vandaag al heel ver staat. Dat zegt natuurlijk veel over ons sociaal overleg en de vele cao's en KB's die we ter zake al hebben.

Verschillende sprekers hebben ook verwezen naar de bijkomende garanties in het ontwerp, bijvoorbeeld wat er inzake het omzeilingsmechanisme aan toegevoegd is. Zoals de heer Anseeuw aangaf, zijn het afsluiten en beëindigen van arbeidsovereenkomsten en de aanvullende pensioenregelingen belangrijke punten die hier jammer genoeg niet in opgenomen zijn.

Wat de transportsector betreft, is er momenteel een akkoord binnen de Raad dat nu door het Europees Parlement bekrachtigd moet worden, waarna de publicatie kan volgen. Het zal er dan op aankomen om de richtlijn zo snel mogelijk na de publicatie om te zetten in Belgische wetgeving.

Wat de inspectiediensten betreft, het is de bedoeling dat de verschillende diensten gaan samenwerken. Er moet dus een samenwerkingsakkoord komen dat de inzet van mensen en middelen regelt.

De tool maakt deel uit van de handhavingsrichtlijn, maar het is een belangrijk aspect waarmee we nu verder aan de slag gaan. Mijn mensen en de FOD WASO bekijken momenteel wat daarmee kan gebeuren.

Ik denk dat het up-to-date houden van de informatie op de website heel cruciaal is, mevrouw Vanrobaeys. Als daar foute informatie op staat, ik denk dan bijvoorbeeld aan werkgevers in andere landen, zou dat heel grote gevolgen kunnen hebben. De accuraatheid ervan is hier dus heel belangrijk.

Er zijn believers en non-believers van de detacheringsrichtlijn. Men is vrij om amendementen in te dienen. Men kan uiteraard ook een amendement indienen dat ingaat tegen de omzetting van de basisrichtlijn. Het gaat om een detachering van 12 maanden met in bepaalde omstandigheden een verlenging naar 18 maanden. Dat amendement gaat in tegen deze omzetting, maar we leven in een vrij land. Dit is wetgevend niet correct, maar iedereen heeft zijn mening als het over detachering gaat.

Dit is dus een stap vooruit. Ik besef echter heel goed dat er nog meerdere stappen nodig zullen zijn om gelijk loon en gelijk werk volledig waar te kunnen maken.