Proposition 55K0276

Logo (Chamber of representatives)

Proposition de résolution relative à la candidature de la Turquie à l'adhésion à l'Union européenne.

General information

Authors
VB Steven Creyelman, Pieter De Spiegeleer, Barbara Pas, Annick Ponthier, Kurt Ravyts, Ellen Samyn, Tom Van Grieken
Submission date
Sept. 9, 2019
Official page
Visit
Status
Rejected
Requirement
Simple
Subjects
European Union Turkey accession to the European Union

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld MR PVDA | PTB
Voted to reject
VB
Abstained from voting
N-VA LDD

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Nov. 28, 2019 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


Barbara Pas VB

Mijnheer de voorzitter, collega's, ik diende mijn voorstel van resolutie begin september in en eigenlijk zijn er ondertussen alleen maar argumenten bijgekomen. Had ik de tekst vandaag opnieuw geschreven, het bundeltje zou nog een beetje dikker geweest zijn. Denk maar aan het militaire offensief dat Turkije sinds 10 oktober in het noorden van Syrië voert en waarbij het, wel heel eufemistisch uitgedrukt, de Koerden viseert.

Ik heb de voorbije jaren de minister van Buitenlandse Zaken heel vaak moeten interpelleren over toestanden in Turkije. Ik heb de vandaag nog met applaus overladen heer Reynders regelmatig ondervraagd, net als zijn voorgangers, over schrijnende situaties, niet alleen over de situatie van de Turkse Koerden, die het slachtoffer zijn van grootschalig overheidsgeweld, maar ook over de uitspraken van Erdogan, bijvoorbeeld dat vrouwen niet gelijkwaardig zijn aan mannen. Vrouwen verschillen volgens Erdogan zo sterk, dat ze absoluut niet op het niveau van mannen kunnen worden geplaatst, waarvan akte. Ik heb de minister ondervraagd over het uiteenranselen van een betoging voor vrouwenrechten in Istanbul, over alle andere protesten die met ruw geweld de kop worden ingedrukt. Ik heb hem ondervraagd over het feit dat krantenredacties tot perskamers van het regime worden omgevormd, over het feit dat kritische journalisten in Turkije juridisch worden vervolgd. Nergens ter wereld zitten er zoveel journalisten en personen wegens een mening in de gevangenis als in Turkije. Ik heb de minister ondervraagd over de censuur en het blokkeren van websites van sociale media en dies meer, alsook over alle gevallen van beknotting van de vrije meningsuiting in Turkije. Ik heb hem elk jaar opnieuw ondervraagd over het vooruitgangsrapport van de Europese Commissie, dat in de praktijk telkens een achteruit­gangsrapport bleek te zijn.

Elke keer opnieuw werd er geen enkele gepaste conclusie aan gekoppeld, door geen enkele minister van Buitenlandse Zaken die ik daarover heb ondervraagd. Ze deelden de bekommernis en ze waren bezorgd. Het is een soort van permanente staat van bezorgdheid geworden. Al die zaken weerhielden trouwens de vorige regering er ook niet van om met de figuur van Erdogan nog een chantagedeal te sluiten.

De partijen van de regering-Michel gingen in 2016 nog akkoord met het principe om de onderhandelingen met Turkije nieuw leven in te blazen en zelfs te versnellen. Men zag toen geen graten in een akkoord dat de Turkse toetreding nog wou bespoedigen. In 2015 werd Erdogan trouwens door de regering-Michel in de Leopolds­orde opgenomen.

De kentering kwam pas na een mislukte staatsgreep in Turkije. Toen hing Erdogan het wel heel erg uit met de repressie en zuiveringsoperaties. Pas toen de Europese Unie daarop kritiek uitte, durfde men in België ook enige kritiek te uiten. Uiteindelijk werd die kritiek, terecht, in een resolutie gegoten die in de plenaire vergadering van 16 februari 2017 werd goedgekeurd. Daarin werd – een zeer goede zaak – opgeroepen om, gelet op het feit dat al miljarden aan hulp in de zogenaamde preonder­handelingsfase aan Turkije werden toegekend, de toetredingsonderhandelingen met Turkije tijdelijk te bevriezen. Dat had al veel langer moeten gebeuren. Wij hebben ons toen onthouden bij de stemming over die resolutie, omdat zij voor ons niet ver genoeg ging. Een bevriezing is één zaak, maar ik zal u een aantal argumenten geven waarom de onderhandelingen voor ons definitief stopgezet mogen worden.

Ik heb een aantal argumenten toegevoegd aan mijn voorstel van resolutie, die helemaal niet terug te vinden zijn in de resolutie die twee jaar geleden in de Kamer werd goedgekeurd. Zo ontkent Turkije nog steeds de Armeense genocide en weigert het nog altijd Cyprus te erkennen. Noem maar op, u vindt ze allemaal terug in het overwegend gedeelte van mijn resolutie, die de collega's van de N-VA, die zeggen dat zij de toetredingsonderhandelingen met Turkije ook definitief stop willen zetten, in de commissie niet wensten te ondersteunen, omdat het "niet diplomatisch genoeg was geformuleerd". Ik citeer het, want u hebt geen verslag gekregen, omdat de N-VA-rapporteur afwezig is. Ik heb nog een poging gedaan om te weten over welke passage het ging en welke woorden juist niet diplomatisch genoeg waren, omdat ik uiteraard altijd bereid ben om over te gaan tot amendering, als dat een voorstel van resolutie goedgekeurd kan krijgen, maar ik heb op geen van mijn vragen een antwoord gekregen.

In een poging om u toch nog te overtuigen om mijn voorstel straks niet te verwerpen, geef ik u de argumenten waarom de toetredingsonder­handelingen met Turkije definitief moeten worden stopgezet.

Wat ik heb gemerkt bij verschillende partijen, zowel bij de bespreking van de resolutie die hier in 2017 werd goedgekeurd als bij de bespreking van onderhavig voorstel, is dat men de hele discussie over de toetreding van Turkije tot de Europese Unie wil terugbrengen tot de vraag of Turkije voldoet aan de criteria van Kopenhagen. Men heeft het over het feit dat het land een stabiele democratie moet zijn, dat er respect is voor de mensenrechten, dat het een goed functionerende markteconomie heeft en dat het de Europese wet- en regelgeving overneemt. Dat is exact de discussie die we in 2017 voerden. Dat is ook het standpunt dat Goedele Liekens verkondigde namens Open Vld in de commissie. Als al die zaken in orde zijn, heeft Turkije een ander bestuur. Neem Erdogan weg en zet daar een ander bestuur en dan kan Turkije voor Open Vld wel perfect tot de Europese Unie toetreden.

Welnu, collega's, er is zoiets als artikel 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Daarin staat duidelijk dat het EU-lidmaatschap aan Europese landen is voorbehouden. Uiteraard staat de Europese Unie niet open voor alle landen die aan de criteria voldoen. Dan kan men morgen evengoed Japan, Australië en Zuid-Korea toevoegen.

Turkije ligt voor 97 % geografisch niet in Europa. Turkije heeft historisch nooit tot de Europese beschaving behoord, tenzij als wrede bezetter. Turkije voldoet economisch aan geen enkel criterium. Turkije is bovendien islamitisch, met 80 miljoen inwoners, die ons continent dan vrijelijk mogen overspoelen.

Collega's, wij zijn geen voorstander dat zo'n Turkije ooit lid kan worden van de Europese Unie. Turkije is al kandidaat-lidstaat sinds 1987. Met mijn voorstel kunt u daar eindelijk, na 32 jaar, een einde aan maken. U kunt ervoor zorgen dat de toetredingsonderhandelingen, ten minste voor ons land, definitief worden stopgezet.

Ik reken daarbij consequent op uw steun.