Proposition 55K0229

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi modifiant diverses législations, en ce qui concerne les pénuries de médicaments.

General information

Author
N-VA Kathleen Depoorter
Submission date
Aug. 28, 2019
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
fine medicinal product shortage public health

Voting

Voted to adopt
CD&V Vooruit LE Open Vld N-VA LDD MR VB
Abstained from voting
Groen Ecolo PS | SP DéFI PVDA | PTB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Dec. 19, 2019 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Patrick Dewael

De rapporteur is mevrouw Karin Jiroflée, zij verwijst naar het schriftelijk verslag.


Kathleen Depoorter N-VA

Mijnheer de voorzitter, collega's, de onbeschikbaarheid van geneesmiddelen en het tekort aan geneesmiddelen in de Belgische apotheken was een van de kwesties die ik uit mijn apotheek naar het Parlement meegebracht heb. Toen ik samen met u de eed heb afgelegd, was dat dan ook een van de punten die ik absoluut en als eerste wilde aannemen, omdat het heel belangrijk is, omdat het voor onze patiënten is en omdat het voor het goed functioneren van de volksgezondheid is.

Dit probleem sleept al jaren aan en er zijn al heel wat pogingen ondernomen, maar er is nog nooit echt ten gronde op gewerkt. Ik ben blij dat we al in juli een eerste hoorzitting hierover hebben kunnen houden in de commissie voor Volksgezondheid en dat iedereen heeft meegewerkt aan het mooie wetsvoorstel dat hier vandaag voorligt.

Helaas, wij hebben geen toverstokje in handen. De onbeschikbaarheid van geneesmiddelen is een heel breed probleem dat op heel wat niveaus zal moeten worden aangepakt. Er is wel een stap vooruitgezet, een stap voor de patiënten, een stap voor de zorgverstrekkers in ons land. Het wetsvoorstel is zodanig opgesteld dat het onmiddellijk uitvoerbaar en toepasbaar is. Het is dus niet nodig om er nog heel lang aan verder te werken. De patiënten kunnen al in februari dienst doen op deze wet.

Mijn collega-apothekers zijn gemiddeld vijf à zes uur per week bezig met het geneesmiddelentekort. Onlangs had ik een gesprek met een collega die zei dat ze zichzelf had gepromoveerd tot fulltime problem manager. Daarmee bedoelde ze dat ze in haar apotheek fulltime aan het zoeken was naar alternatieve geneesmiddelen voor haar patiënten. Dat kan niet de bedoeling zijn.

Vandaag zijn er 650 CNK's, met andere woorden 650 beschikbare doosjes, met desnoods hetzelfde medicijn in, maar met andere milligrammen of in een andere vorm, niet beschikbaar voor de patiënten. Als patiënt is het zeer frustrerend om naar de apotheek te gaan met een voorschrift en daar opnieuw te moeten horen dat het geneesmiddel er niet is en dat de apotheker eerst naar de arts zal bellen, waarna de patiënt moet teruggaan naar de apotheek. Dit is een enorm tijdverlies voor de patiënt. Het schaadt ook het vertrouwen tussen arts, apotheker en patiënt. Een patiënt vindt het vreemd dat de apotheker het geneesmiddel alweer niet heeft, maar de apotheker kan daar uiteraard zelf niets aan doen.

Dezelfde patiënt vindt het ook eigenaardig dat zijn arts een geneesmiddel voorschrijft dat niet beschikbaar is op de markt. Dat vertrouwen van patiënten in artsen en apothekers is op het moment eigenlijk nog altijd vrij hoog, overigens hoger dan in beoefenaars van andere beroepen. Artsen en apothekers verdienen het dat patiënten vertrouwen in hen hebben en wij moeten daar als beleidsmakers aan werken.

Ten slotte, wat mij als zorgverstrekker zeer tegen de borst stootte, was dat de meerprijs van een alternatief voor een onbeschikbaar medicijn voor rekening was van de patiënt of de apotheker die die dat dan, uit eerlijke schaamte, liet vallen. Dat kan niet de bedoeling zijn.

Collega's, het wetsvoorstel is gestoeld op vier pijlers: voorkomen, inventariseren, aanpakken en optreden.

Ten eerste, hoe voorkomen we? Wij doen dat door een snellere melding van onbeschikbaarheden te garanderen. We zullen ervoor zorgen dat de arts meteen in zijn voorschrijfsoftware ziet dat een medicijn onbeschikbaar is. Daar grijpen we al in aan de bron van het probleem.

Ten tweede komt het erop aan strikter en sneller te inventariseren. We zullen de oorzaak van de tekorten inventariseren, zodat de overheid een heel duidelijk beeld krijgt van wat er ontbreekt, waarom dat zo is en waar in het productieproces moet worden ingegrepen.

Ten derde pakken wij de tekorten ook aan. Wanneer een bepaald geneesmiddel voor de Belgische markt te vaak of te lang ontbreekt, zorgen we ervoor dat een exportverbod kan worden uitgevaardigd. Dat is iets totaal anders dan de wet op het exportverbod, waarover in april werd gestemd. De voorgestelde maatregel is doelgericht en betreft niet alle medicijnen, maar wel de medicijnen waarmee er een probleem kan rijzen. We pakken het probleem ook aan door de groothandelaars de verplichting op te leggen om in het kader van de openbare dienstverlening binnen de drie werkdagen de medicijnen aan de apotheek of de groothandelaar te leveren.

Er komt hierop een amendement dat ertoe strekt om de levering binnen één werkdag op te leggen. Ik wil daar graag op anticiperen. Ik heb het u in het begin gezegd: wij hebben ervoor gezorgd dat de voorgestelde wetgeving uitvoerbaar is. Dat is de kern voor de bepaling in verband met de drie werkdagen.

We hebben met het veld overlegd en het was niet steeds mogelijk om bij tekorten naar een termijn van 1 werkdag te gaan. Vandaar dat die 3 werkdagen er gekomen zijn. Collega's, u weet allen dat mensen die in de zorg werken echt wel hun verantwoordelijkheid nemen, zowel de farmaceutische firma's als de apothekers en de groothandelaars. Als een medicijn heel dringend nodig is, dan zal er wel een levering aan de apotheek komen binnen de 24 uur, indien het beschikbaar is. Ik pleit er dus voor om die 3 werkdagen aan te houden voor de werkbaarheid zodat we effectief een oplossing hebben en geen bijkomend probleem gaan creëren.

De patiënt mag niet de dupe worden van het feit dat een geneesmiddel niet beschikbaar is op de Belgische markt. De patiënt moet aan de overheid een betrouwbare partner hebben, een partner door wie hij weet dat hij zijn medicijn voor de afgesproken prijs zal krijgen. Dit wetsvoorstel zorgt ervoor dat dit zo is. De patiënt noch de ziekte­verzekering zal hiervoor opdraaien. De farmaceutische firma's die aan de basis liggen van de onbeschikbaarheid zullen daar ook voor moeten betalen.

Een laatste maatregel in deze wet werd bij amendement toegevoegd en ik ben daar als apotheker eigenlijk heel dankbaar voor. Het is een enorme opluchting dat het substitutierecht vandaag eindelijk in een wettelijk kader wordt gegoten. We hebben tijdens de hoorzittingen gehoord dat de apothekers daarvoor opgeleid zijn. Zij kunnen dat, zij kennen de chemische samenstelling en zij weten perfect wanneer zij een medicijn kunnen vervangen door een ander medicijn voor dezelfde prijs. Wat apothekers al jaren doen wordt nu eindelijk wettelijk geregeld.

Wij zullen het bijkomende amendement van de collega's ter zake dan ook steunen. Het substitutierecht staat sowieso al in het voorstel. Nu komt er nog een amendement om dat substitutierecht wat uit te breiden zodat het onmiddellijk toepasbaar is.

Collega's, ik heb ook het amendement van collega Fonck gelezen. Zij eist daarin dat de arts zou worden ingelicht bij substitutie. Dat is evident: artsen worden ingelicht via het elektronisch voorschrift. Als een geneesmiddel elektronisch wordt voorgeschreven, dan zal het dus perfect mogelijk zijn dat de arts weet dat er een ander medicijn met dezelfde werking is meegegeven. Dat zal dan in het globaal medisch dossier bij de arts terechtkomen.

Tot slot, wil ik u, zoals ik al zei, graag allemaal bedanken, omdat u deze weg mee hebt gevolgd en voor de hoorzittingen die wij hebben georganiseerd en dat u hebt geluisterd naar het veld en de aanwezige professoren. Ik wil collega De Caluwé ook danken dat hij de weg samen met mij nog wat heeft uitgediept om voor de patiënten te zorgen en het gezondheidszorgbeleid nog te verbeteren zodat men er nog meer kan zijn voor de patiënten. Ik dank u dat wij met zijn allen het heft in handen nemen en in het Parlement een grote stap vooruitzetten in deze problematiek.


Barbara Creemers Groen

Ik dank u voor de toelichting van het voorliggende voorstel, mevrouw Depoorter.

Het gaat inderdaad om een groot probleem. De hele zomer lang hebben wij hoorzittingen georganiseerd om zowel de oplossingen als de oorzaken eens naast elkaar te leggen. In de commissie hebben wij ook allemaal geleerd dat er geen toverstokje is om het probleem op te lossen.

Ik ben ervan overtuigd dat wij met deze wet een aantal stappen in de goede richting zetten. Samen met de software-ingrepen die gepland zijn op het niveau van de artsen, op het niveau van het FAGG en op het niveau van de apothekers, zullen wij echt wel grote stappen vooruitzetten. Ik hoop ook dat een volgende regering met volle bevoegdheden aan een transparantere samenwerking met de producenten van de geneesmiddelen zal werken zodat alles een vlotte doorstart krijgt. Ik steun het voorstel tot daar volledig.

U zegt ook dat wij op alle niveaus moeten samenwerken, maar daar begeven wij ons met deze wet op glad ijs. Wij sleutelen aan het import-exportverbod bij onbeschikbaarheden en dan gaan wij ook naar de import uit en export naar andere landen kijken. Wij zijn ervan overtuigd dat dan een TRIS-notificatie ten aanzien van onze Europese collega's nodig is. Wij moeten ons aan die spelregels houden. Wij willen snel vooruitgaan, maar hiermee baseren wij de wet mogelijk op juridisch drijfzand. Wij vinden dat een te groot risico. In de vorige legislatuur was er nog zo'n situatie, waar ik zelf niet bij was, maar die wet is uiteindelijk geschorst. In de opmerkingen daarover werd ook al verwezen naar de TRIS-notificatie die niet gebeurd was. Wij vinden dat deze materie veel te belangrijk is om risico's te nemen.

Het probleem is dringend, maar haast mag ons niet drijven om te grote risico's te nemen en fouten te maken. Wij vinden dat een wet die Europese regels negeert op juridisch drijfzand is gebaseerd. Daarom zal onze fractie zich straks onthouden. Wij vinden het heel goed dat we stappen vooruitzetten, maar we moeten wel alle niveaus respecteren.


Dominiek Sneppe VB

Mijnheer de voorzitter, wij vinden het wetsvoorstel een stap in de goede richting met het oog op het verkorten of opschorten van de lijsten met geneesmiddelen die te kort zijn.

We hebben dit in de commissie gesteund. Wij zullen dat hier ook doen. Wij willen deze maatregel na enige tijd wel evalueren zodat we zeker zijn dat het probleem opgelost geraakt en de maatregel ten goede komt aan de patiënt. Wij steunen dit voorlopig.


Eliane Tillieux PS | SP

Monsieur le président, madame la ministre, 680, voici le nombre de conditionnements de médicaments répertoriés comme étant indisponibles aujourd'hui sur le site de l'AFMPS. Cela touche toutes les spécialités (collyres, antibiotiques, médicaments contre l'insuffisance cardiaque, anticancéreux ou encore traitements psychiatriques).

Alors, oui, il existe parfois des alternatives au traitement mais ce n'est évidemment pas le cas pour tous. C'est problématique pour le patient qui, lui, se trouve dans l'impossibilité de bénéficier du traitement dont il a besoin ou qui voit le coût de son traitement tout simplement exploser parce que les alternatives disponibles sont évidemment beaucoup plus chères.

Repensons à la pénurie du Clamoxyl injectable, à savoir l'amoxicilline utilisée spécifiquement pour l'endocardite ou encore la septicémie chez les bébés de moins de trois mois. Repensons à la pénurie du Femara, ce médicament indispensable pour traiter le cancer du sein. Celui-ci fut indisponible pendant plusieurs mois et ce n'était même pas notifié sur le site de l'AFMPS. Repensons au Camcolit. Ce médicament n'était pas remboursé jusqu'il y a peu mais il a pourtant pallié l'indisponibilité d'un traitement remboursable contre les troubles bipolaires, ce en triplant le prix. On est passé de 9 euros à 27 euros.

Ces situations sont inquiétantes. Elles placent les médecins et les pharmaciens devant des choix difficiles et parfois incompris par les patients inquiets de ne pas pouvoir disposer des médicaments prescrits et donc inquiets pour l'évolution de leur état de santé.

Une nouvelle application dénommée PharmaStatut collecte et publie, depuis peu, les informations sur la disponibilité des médicaments en Belgique. Elle doit permettre d'informer le patient, le médecin, le pharmacien de toutes les alternatives possibles. Pour l'instant, il apparaît toutefois que les médecins n'ont pas la possibilité de voir les alternatives disponibles. Nous espérons qu'à terme, cette application sera un outil efficace pour répondre aux inquiétudes des uns et des autres.

Venons-en aux causes de ces pénuries. Comme le mentionnaient très justement ma collègue mais aussi le quotidien français Le Monde, voici quelques mois, les causes de ces indisponibilités sont multifactorielles. Dysfonctionnement dans les chaînes de production, difficultés d'approvisionnement en matières premières, normes trop rigides, voilà les éléments mis en avant par les laboratoires.

Mais les pénuries sont aussi généralement la conséquence du fait que ces structures et industries, ces dernières années, sont soumises à des impératifs de rentabilité de plus en plus forts. Les auditions que nous avons menées sur le sujet n'ont pas montré autre chose: rationalisation des coûts, abandon de la fabrication de médicaments jugés non rentables, préférence donnée aux pays qui rapportent le plus au détriment de ceux dont le système de santé les oblige à rogner sur leur marge.

Mon groupe n'entend pas faire de l'industrie pharmaceutique une bête noire. Sûrement pas!

Nous estimons, par contre, qu'il est grand temps de rééquilibrer les intérêts financiers de cette industrie par rapport aux intérêts de santé des patients. Comme je le disais, si les causes des indisponibilités sont multifactorielles, les réponses à donner le sont tout autant. La proposition que nous examinons aujourd'hui tente, il est vrai, d'apporter certaines solutions à ces difficultés de pénurie.

Pourquoi avons-nous choisi l'abstention? Simplement, parce que nous n'avons pas obtenu des réponses claires et concrètes aux questions que nous avons posées lors des débats en commission. Parce que nous continuons à douter de l'effectivité des mesures sur les pénuries actuelles et futures. Parce que nous peinons à croire que la concertation sera bel et bien de mise avec l'ensemble des parties prenantes alors que le texte comporte de nombreuses délégations au Roi et que certains arrêtés royaux devront être pris très rapidement.

Sur les mesures en tant que telles, des questions subsistent. Il est ainsi prévu une obligation de notification plus précise de la cause de l'indisponibilité, y compris lorsqu'il n'y a pas livraison ou en cas de livraison incomplète. L'obligation est bel et bien là mais il n'y a rien concernant les sanctions qui actuellement, on le sait, font défaut car rarement voire jamais appliquées.

La proposition prévoit aussi une limitation voire une interdiction des exportations en cas d'indisponibilité. Nous rejoignons évidemment les auteurs sur le fait que la mission de service public doit primer. Il est inadmissible que des considérations économiques empêchent les patients belges d'obtenir le médicament dont ils ont besoin ou pour le dire clairement, lorsque le médicament peut se vendre plus cher à l'étranger.

Des dispositions avaient déjà été votées sous la précédente législature pour suspendre les exportations en cas de pénurie mais la Cour constitutionnelle les a finalement annulées. Il faudra donc qu'un autre dispositif soit mis en place mais pour l'heure, nous ne disposons pas de précisions suffisantes sur les modalités envisagées et surtout sur la solidité juridique de celles-ci.

Il est également prévu une obligation pour les distributeurs en gros de livrer, dans le cadre de leurs obligations de service public, les grossistes répartiteurs et les officines, dans les trois jours ouvrables. Cela peut poser question en matière d'accessibilité aux traitements. Comme cela a été évoqué en commission, si on ajoute un week-end, là on est en train de parler d'une attente de cinq jours. Il est inutile de préciser les conséquences que cela pourrait engendrer sur l'état de santé de certains patients.

Le texte prévoit par ailleurs la mise en place d'une procédure visant à faire supporter les coûts supplémentaires liés aux indisponibilités par les firmes pharmaceutiques. Comme nous n'avons cessé de le dire, il est pour nous tout à fait inacceptable que ces coûts soient supportés par les patients ou encore par notre assurance soins de santé.

Mais les questions demeurent nombreuses. Comment fonctionnera le système de compensation? Comment les responsabilités seront-elles déterminées? On a évoqué la création d'un fonds. Comment sera-t-il financé? Toutes ces questions restent ouvertes et les incertitudes ne permettent pas aujourd'hui d'accorder notre blanc-seing à ce texte.

J'aimerais enfin revenir sur un élément qui a suscité un débat très intéressant en commission: le droit de substitution – droit à accorder au pharmacien lorsqu'il n'est pas en mesure de fournir son patient, en raison d'une pénurie. Lorsque nous avions déposé nos amendements pour permettre de légaliser cette substitution, nous l'avions balisée. Pourtant, d'autres ont souhaité conditionner ce droit à un arrêté royal. Ceci revient à ne pas reconnaître ce droit, puisque nous savons que cet arrêté pourrait ne jamais être pris, si certains partenaires autour de la table s'y opposent. Or, il y en a.

Nous avons donc redéposé un amendement actant clairement le droit de substitution et qui laissera bel et bien au Roi la possibilité de fixer les conditions et modalités complémentaires, car elles seront évidemment nécessaires en termes de contrôle ou de remboursement.

Nous n'allons pas nous voiler la face. Cette substitution est déjà pratiquée. Aujourd'hui, il en va de l'intérêt du patient. Il est donc dans l'intérêt de tous de pouvoir l'encadrer.

En conclusion, pour mon groupe, je répète qu'il importe de trouver des réponses rapides et efficaces à cette question de pénurie de médicaments. Nous ne sommes pas convaincus que la proposition sur la table permettra de résoudre le problème et d'apporter des réponses aux pharmaciens, médecins et patients qui y sont confrontés. Nous sommes, par ailleurs, convaincus qu'il faut rapidement élaborer une nouvelle politique globale du médicament, en rééquilibrant les intérêts, les devoirs de chacune des parties prenantes et en garantissant aux patients, des traitements à long terme de qualité et financièrement accessibles. Il en va de la santé de notre assurance-maladie et encore plus de celle des patients.


Caroline Taquin MR

Monsieur le président, chers collègues, je veux pouvoir dire au nom de mon groupe, le MR, que ce texte est le résultat d'un travail découlant d'auditions que nous avons tenues au sein de la commission de la Santé. Nous avons en effet entendu de nombreux experts et professionnels depuis le mois d'octobre.

Ce texte prévoit un certain nombre de mesures très concrètes pour lutter principalement contre des conséquences de l'indisponibilité des médicaments. Cela est connu dans notre pays, mais pas seulement. Comme on le sait, l'Europe entière est touchée.

Ce texte traite notamment de l'enregistrement des causes exactes de l'indisponibilité ou encore de la responsabilité des coûts supplémentaires liés à une indisponibilité – un élément extrêmement important pour notre groupe.

À cet égard, je souhaite préciser que nous avons déposé une proposition de loi visant à instaurer un droit de substitution pour le pharmacien dans le cas d'une indisponibilité. Le pharmacien est en effet en première ligne auprès du patient lorsque celui-ci se voit répondre que le médicament prescrit n'est pas disponible dans notre pays.

L'instauration de ce droit, objet de notre proposition, dans le cadre d'une indisponibilité notifiée par l'AFMPS, a pu être proposée par amendement lors des travaux en commission. Nous nous en félicitons, car cela permettra, sur ce point précis, d'avancer rapidement et favorablement pour les patients et pour les pharmaciens.

Notre groupe soutient dès lors évidemment ce texte.


Sofie Merckx PVDA | PTB

Monsieur le président, madame la ministre, hier, j'ai téléphoné à la pharmacienne de l'Institut Bordet très renommé pour traiter les cancers dans notre pays. Elle m'a expliqué ce qu'elle avait vécu, il y a quelques semaines, en raison de la rupture de stock du paclitaxel, une substance utilisée en chimiothérapie. Je la cite: "Pendant un temps, nous avons compté ici chaque flacon. Nous avons dû demander aux médecins de ne pas débuter de nouveaux traitements et nous avons dû importer le médicament."

L'exemple du paclitaxel démontre à quel point les ruptures de stock constituent un problème de santé publique. Imaginez-vous devoir débuter un traitement de chimiothérapie plus tard que prévu ou devoir interrompre votre traitement, comme c'est le cas actuellement pour les patients traités avec du Tomudex qui est en rupture de stock. Cette situation est vraiment inacceptable!

Bien sûr, chaque usine peut rencontrer un problème, à un certain moment. Une usine peut prendre feu. Un problème de stérilité peut se poser sur une chaîne de production. Une rupture de stock momentanée peut se produire en raison d'un accident. Mais, actuellement, le problème des ruptures de stock est en augmentation. Les pharmaciens passent environ cinq heures par semaine pour trouver des solutions pour les patients.

On est donc en droit de se demander pourquoi le phénomène des ruptures de stock augmente partout. De plus en plus d'usines prennent-elles feu, ces derniers temps? Bien sûr que non! Le phénomène des ruptures de stock augmente, car derrière ces ruptures de stock, des mécanismes de maximisation des profits sont mis en place par les firmes. Ainsi, par exemple, les firmes provoquent ou ne résolvent pas les ruptures de stock de médicaments peu chers et pas rentables. Les médecins sont alors tentés de prescrire un autre traitement souvent plus cher et souvent présent dans le portefeuille d'actions de la même firme.

Une autre cause des ruptures de stock est la différence de prix entre les différents pays. Certains vont importer ou exporter des médicaments d'un pays à l'autre afin d'enregistrer un peu ou beaucoup de bénéfices. De leur côté, les firmes essaient de contrer ces exportations en instaurant, par exemple, des quotas, ce qui génère également de sérieux problèmes de ruptures de stock, comme cela a été le cas l'été dernier avec le Femara, prescrit dans le traitement du cancer du sein, qui a été longtemps indisponible.

Pour le démontrer, je reviendrai à l'exemple du paclitaxel pour la chimiothérapie. Alors que le producteur Pfizer invoquait une rupture de stock à cause d'un problème de production sur son site à Zagreb, nos pharmaciens n'ont eu aucun problème pour commander le médicament aux Pays-Bas et en Allemagne, mais avec des factures jusqu'à trois fois plus chères que le prix proposé en Belgique. J'ai même apporté une facture pour ceux que cela intéresse.

Une autre rupture de stock est toujours en cours et interpelle. C'est celle du Clamoxyl, en cours depuis le mois de mars. C'est à l'occasion de cette rupture de stock que les professionnels de la santé se sont fâchés. Dans une carte blanche dans Le Soir au mois de juillet, ils ont dénoncé les impératifs de rentabilité qui sont en contradiction avec la santé publique. En effet, on peut se poser de sérieuses questions sur la rupture de stock du Clamoxyl. C'est un antibiotique qui figure sur la liste des médicaments essentiels de l'Organisation mondiale de la Santé. Il est utilisé pour la septicémie pour les nourrissons en dessous de trois mois, ou encore pour certaines endocardites et méningites. Inutile de vous faire un dessin: ici aussi, nous avons un sérieux problème.

Aujourd'hui, ce médicament est rationné. Mais comment est-il possible que l'antibiotique Amoxiclav, produit par la même firme GSK, qui contient la même substance active que le Clamoxyl, c'est-à-dire l'amoxicilline, lui, soit bel et bien disponible en Belgique? Comment est-il possible que la firme GSK ne puisse pas augmenter sa capacité de production alors que la firme est dans le top 10 des firmes les plus rentables de Big Pharma?

Le cas du Clamoxyl a fait en sorte qu'avec le PTB, nous avons proposé, au mois de juillet, de faire des auditions en commission de la Santé, autour des médicaments.

Madame de la N-VA, à ce moment, vous aviez voté contre la tenue de ces auditions.

Durant ces auditions, nous avons posé la question suivante.


President Patrick Dewael

Mevrouw Depoorter, vraagt u het woord voor een persoonlijk feit?


Kathleen Depoorter N-VA

Mijnheer de voorzitter, ik wil gewoon even iets rechtzetten. Wij hebben niet tegengestemd. Wij waren absoluut voorstander van hoorzittingen. Dat hebt u verkeerd begrepen, mevrouw Merckx.


Sofie Merckx PVDA | PTB

Ik denk toch dat u tegengestemd hebt. De MR heeft voorgestemd. Wij zullen het opzoeken in het verslag.

En ce qui concerne la rupture de stock de Clamoxyl, nous nous sommes posé pas mal de questions quant à la politique à mener dans ce genre de cas. Comment mettre devant leurs responsabilités les firmes qui ne livrent pas leurs médicaments? Comment sont-elles sanctionnées? De quelle manière vérifier les raisons qu'elles invoquent?

À ce titre, les auditions et les débats subséquents se sont révélés intéressants. Nous y avons en effet appris que, si la loi prévoit bien des amendes en cas de rupture de stock, elles ne sont jamais appliquées. Comment voulez-vous que les sociétés se mettent en règle ou résolvent le problème si aucune sanction n'est prise? Quand je commets un excès de vitesse ou que je brûle un feu rouge, je reçois une amende – et c'est bien normal.

S'agissant de la question de l'authenticité des raisons invoquées par l'entreprise, nous avons eu droit à une réponse à tout le moins préoccupante. Quand j'ai demandé à la ministre si les motifs invoqués par GSK concernant la rupture de stock de Clamoxyl avaient été vérifiés, elle m'a proposé d'aller visiter moi-même les installations de cette firme. Cette réponse continue de me laisser perplexe. Et j'ignore si un fonctionnaire a effectué les contrôles nécessaires.

Wij zullen ons onthouden bij de stemming over het wetsvoorstel dat vandaag voorligt. Wij denken dat het de oorzaken, die ik zonet heb beschreven, onvoldoende aanpakt.

Wij gaan er ook niet mee akkoord dat, terwijl er daarover niets in de oorspronkelijke tekst stond, firma's voortaan 3 dagen de tijd hebben om een geneesmiddel te leveren. Dat is voor sommige medicijnen veel te lang. Wij zullen firma's ook niet meer kunnen sanctioneren, als die bepaling van toepassing wordt. Wij zijn het er niet mee eens dat de oorspronkelijke tekst, die voorzag in een verhoging van de boetes, uiteindelijk heel sterk werd afgezwakt.

Wij vinden het wel positief dat de apothekers in geval van een tekort het substitutierecht hebben en dat de kosten die gepaard gaan met de eventuele invoer van medicijnen bij een tekort, niet meer op de patiënten worden afgewenteld.

Wij zijn van oordeel dat de bestaande wet effectief moet worden toegepast met een effectief sanctiebeleid en dat er een controle op de redenen van onbeschikbaarheid die de firma's opgeven, moet komen. Wij moeten erover waken dat de patiënt voorrang heeft op de winst.


Robby De Caluwé Open Vld

Collega Depoorter, beste collega's uit de commissie voor Gezondheid, collega's in dit Halfrond, ik wil u van harte bedanken voor het vele werk dat in de commissie gedaan is.

Zoals daarnet al is aangekaart, is in de commissie voor Gezondheid al heel hard gewerkt aan onder andere het aanpakken van geneesmiddelentekorten. Wij kennen allemaal verhalen van mensen die hun levensnoodzakelijke geneesmiddel niet op tijd konden krijgen. Vaak werden er dan heel snel allerlei mirakeloplossingen naar voren geschoven, maar wij geloven niet in mirakeloplossingen. De hoorzittingen hebben ons geleerd dat de situatie vaak iets ingewikkelder is dan een paar slogans.

Een tekort aan geneesmiddelen kan verschillende oorzaken hebben. Wij hebben er daarnet een aantal gehoord. Een oorzaak zou bijvoorbeeld kunnen zijn dat een fabrikant zijn geneesmiddel terugtrekt van de markt, waardoor het enige alternatief dat ter beschikking is de productie niet langer kan volgen. Er kan ook een probleem zijn met de productiekwaliteit. En er zijn nog tal van redenen die een tekort zouden kunnen verklaren.

Hebben wij met dit voorstel de mirakeloplossing? Neen. Dat zullen wij ook niet beweren. Mevrouw Depoorter heeft het daarnet ook gezegd: we hebben geen toverstok. Maar sinds twee weken is er toch wel vooruitgang geboekt door FarmaStatus.

FarmaStatus, beste collega's, is een systeem waarbij de apothekers, de patiënten en de voorschrijvende arts kunnen zien wanneer een geneesmiddel niet beschikbaar is. Wij vinden dat een belangrijke stap, omdat op die manier de arts onmiddellijk bij het voorschrijven van een geneesmiddel kan zien dat een bepaald geneesmiddel niet beschikbaar is en kan hij een alternatief voorstellen. Dat is ook belangrijk voor de therapietrouw.

Zoals ik daarnet al zei, zorgt dit voorstel voor een gedeeltelijke oplossing van het probleem van de geneesmiddelentekorten. Voor ons zijn er vier belangrijke elementen in dit voorstel. Ik zal ze kort toelichten.

Ten eerste, wanneer een tekort wordt gemeld, mag het geneesmiddel niet meer worden geëxporteerd. Wij menen dat dit belangrijk is.

Ten tweede, de groothandelaars moeten binnen de drie werkdagen aan de verdelers leveren, in zoverre de levering past in het kader van een openbaredienstverplichting. Dit is overlegd met de sector. Dit is ook een haalbare termijn. Wij kunnen zeggen dat drie dagen lang is en dat het in één dag moet kunnen, maar dat vraagt logistiek behoorlijk wat van die leveranciers. Wij menen niet dat één dag haalbaar is, dus dat willen wij niet zomaar opleggen.

Wanneer de handelaars niet binnen de drie dagen leveren, zal dit automatisch als een tijdelijke stopzetting worden beschouwd.

Ten derde, de apothekers kunnen een alternatief aanbieden, het substitutierecht in het geval van een tekort van een geneesmiddel.

Ten vierde, wanneer een patiënt zijn toevlucht moet nemen tot een duurder alternatief, bijvoorbeeld via import van het geneesmiddel, zullen de meerkosten niet door de patiënt en niet door de ziekteverzekering worden gedragen maar door de fabrikant of door diegene die het tekort veroorzaakt heeft.

Ik wil wel even verder ingaan op het substitutierecht. Het is daarnet al door een aantal collega's aangekaart: het is inderdaad geen algemeen substitutierecht. Wij hebben ervoor gekozen het te beperken tot tekorten van geneesmiddelen. Bij een algemeen substitutierecht, zo hebben wij uit de hoorzittingen geleerd, zou het probleem van tekorten kunnen vergroten.

Het probleem zou kunnen vergroten omdat grotere farmabedrijven grote kortingen zouden kunnen geven aan vooral ketens van apothekers. Op die manier zouden kleinere farmabedrijven, die nu net vaak de generieke fabrikanten zijn, het moeilijk krijgen en dreigen kleine apotheken uit de markt te worden geduwd.

Bovendien – en dat vinden wij het meest belangrijke – zouden die kortingen niet ten goede komen van de patiënt noch van de ziekteverzekering. Wij kiezen voor oplossingen die in de eerste plaats de patiënt ten goede komen.

Er werd nu en dan ook geopperd om in geval van een tekort hoge boetes toe te kennen. Ook voor dat idee hebben wij in het finale voorstel gepast. Uit de hoorzittingen bleek immers dat ook die maatregel een averechts effect zou hebben. In Tsjechië bijvoorbeeld, een land dat qua inwonersaantal met België vergelijkbaar is, werden boetes ingevoerd. Heel wat producten zijn er nadien van de markt verdwenen.

Het zouden vooral alweer de fabrikanten van goedkopere en opnieuw vaak generieke geneesmiddelen zijn die het risico van hoge boetes niet langer wensen te nemen en van de markt zullen verdwijnen.


Jan Bertels Vooruit

Mijnheer de voorzitter, collega's, een tekort aan geneesmiddelen betekent dat patiënten hun geneesmiddelen niet kunnen krijgen, niet in de apotheek en ook niet in het ziekenhuis, waar de problemen vaak nog groter zjn. Maar of er nu 500 of 600 geneesmiddelen te weinig zijn, elk tekort is er een te veel. Wij moeten daaraan proberen te remediëren.

Collega's, het betreft een belangrijk maatschappelijk probleem, dat heel veel burgers beroert. Ik veronderstel dat u allemaal al wel mensen hebt ontmoet die hun pil niet konden krijgen of anders wel hun zus, tante, grootmoeder, grootvader, buur. Dat veroorzaakt een schok door de samenleving. Het is goed dat wij het probleem ter harte konden nemen, erover in commissie konden debatteren en hoorzittingen in navolging van de hoorzittingen tijdens de vorige legislatuur konden bijwonen. De sp.a-fractie heeft zich constructief opgesteld, dat is steeds onze attitude. Wij hebben constructief mee naar oplossingen gezocht.

Dankzij de goedgekeurde amendementen op het initiële voorstel – er waren er heel wat – ligt hier nu een voldoende evenwichtig voorstel op tafel, een voorstel dat in lijn is met het vroegere pillenplan van sp.a. Ik onderstreep dat het voorstel voldoende evenwichtig is, en dat zijn belangrijke woorden. Het is voldoende maar niet ideaal. De andere collega's verwezen er ook naar, het is niet de ideale oplossing maar het is in de gegeven omstandigheden wel een voldoende oplossing.

Het voorstel is inderdaad evenwichtig, maar er moet inzake farmaceutische industrie nog wel wat gebeuren. Wij moeten op zoek naar een pax farmaceutica, een nieuw geneesmiddelenpact, dat veel ruimer is dan een oplossing voor tekorten, wat daarvan wel een deeltje vormt. Mevrouw de minister, wij moeten de farmaceutische industrie responsabiliseren, waarschijnlijk op verschillende terreinen en, wat ons betreft, op een verschillende manier naar gelang van de farmaceutische actor – ik probeer het diplomatisch te verwoorden om niemand voor het hoofd te stoten. Dat wordt zeker een hot item. Ik sta klaar om de discussie daarover aan te gaan.

Ik richt me nu ook even tot de collega's van Ecolo-Groen.

Het voorliggend voorstel is voldoende evenwichtig met volgens ons ook voldoende respect voor de Europese regels. Wij nemen ermee inderdaad een risico, maar laten we dat verantwoord risico nemen, omdat we ermee stappen in de goede richting kunnen zetten en dat is toch de kern van de zaak. Er zullen waarschijnlijk wel nog stappen moeten volgen, maar deze stap kunnen we alvast zetten en die kans mogen wij niet laten liggen. De volgende stappen moeten we nog bespreken naar aanleiding van een ontwerp van geneesmiddelenpact.

Op een aantal punten kunnen we echt wel een stap voorwaarts zetten. Ik zal enkele concrete en uitvoerbare maatregelen aanhalen die in de praktijk kunnen worden gebracht.

Het eerste punt is een snellere en betere registratie van een eventueel probleem of oorzaak van een tekort aan geneesmiddelen met een duidelijker meldingsplicht dan de bestaande, zodat de beslissingboom van het FAGG, welbekend jargon voor de leden van de commissie voor Gezondheid, beter functioneert. Dat kan tot betere en snellere resultaten leiden. Daarbij hoort een koppeling tussen de databank van het FAGG en de software van de huisartsen, wat thans vrijwel volledig operationeel is. Die koppeling is, hoewel nog niet voor honderd procent in orde, een goede evolutie. FarmaStatus is dus effectief een stap voorwaarts, ook al moet er nog werk verzet worden, opdat een voorschrijvende arts onmiddellijk kan zien welke geneesmiddelen waar beschikbaar zijn. De patiënt gaat zodoende niet nodeloos naar een apotheek om vast te stellen dat een geneesmiddel er niet beschikbaar is, aangezien de voorschrijvende arts de beschikbaarheid van geneesmiddelen kan meedelen aan de patiënt, eenmaal de koppeling van de software voldoet. Laten wij werken aan die koppeling op het terrein.

Ten tweede, de instelling van een tijdelijk dan wel definitief verbod bij een tekort aan geneesmiddelen is voor ons een essentiële maatregel. Om een of andere reden, meestal winstredenen, worden geneesmiddelen bestemd voor de Belgische markt, bij een tekort uitgevoerd naar het buitenland. Dat willen wij onmogelijk maken door een uitvoerverbod in te stellen.

Ten derde, aan de apotheker moeten wij een beperkt substitutierecht toekennen voor geneesmiddelen, indien er zich een tekort voordoet. Geneesmiddelen zijn ingedeeld in de categorie switch of no switch, waarmee ik opnieuw even jargon gebruik. Switchgeneesmiddelen zijn, eenvoudig gesteld, gelijkaardige geneesmiddelen die zonder gevaar voor de volksgezondheid en met respect voor de richtlijnen van het FAGG onderling inwisselbaar zijn.

Het gaat over een beperkt restitutierecht. Moeten wij nog voortdiscussiëren over dat restitutierecht? Ja, want wij moeten rekening houden met de terechte bekommernis die de heer De Caluwé heeft aangehaald, dat het substitutierecht zou kunnen worden misbruikt om stockverkopen te organiseren. Ook daarin vragen wij een evenwicht. Laten wij bepaalde evenwichten niet verstoren, waarmee ik ook doel op sommige amendementen die dat evenwicht wel zouden verstoren en ronduit niet uitvoerbaar zijn op het terrein. Wij mogen onszelf en de mensen op het terrein niets wijsmaken; wij moeten zoeken naar uitvoerbare oplossingen.

Voor de sp.a-fractie is de regeling op grond waarvan de patiënt, die het geneesmiddel moet aankopen en innemen, geen meerkosten moet betalen, als een geneesmiddel dat beschikbaar zou moeten zijn, om de een of andere reden niet beschikbaar is, van fundamenteel belang. Het kan niet dat de patiënt de meerkosten moet betalen, indien de apotheker bijvoorbeeld een geneesmiddel in het buitenland moet aankopen. De patiënt moet altijd worden gevrijwaard. De patiënt en de ziekteverzekering mogen niet het financiële slachtoffer worden van een tekort dat er niet zou mogen zijn.

Mijnheer de voorzitter, collega's, het voorliggende wetsvoorstel betekent een stap voorwaarts, een stap in de goede richting, maar het werk is nog niet af.

Mevrouw de minister, voornamelijk u moet nu aan de slag. Er zijn nog uitvoeringsbesluiten nodig, en wel snel. Ik hoop dat u die KB's snel zult finaliseren. De werkgroep van het FAGG is er al lang mee bezig. Ze liggen klaar. U weet al een hele tijd dat ze er moeten komen. Laat de KB's, die klaarliggen, heel snel komen, zodat de regeling op een gepaste manier en uiterlijk op 31 januari 2020 in werking kan treden. Die KB's moeten er tegen dan zijn.

Mevrouw de minister, ik hoop dat u ook snel het KB zult uitvaardigen dat niet van de werkgroep van het FAGG komt, waardoor meerkosten niet aan de patiënt worden aangerekend. Voor ons is het inderdaad van fundamenteel belang dat de geest van ons voorstel van regeling, als het gaat over de kosten voor de patiënt, regeling die hopelijk goedgekeurd wordt, daarin bewaakt wordt. Dat is in het belang van eenieders gezondheid, de onze en die van de patiënt.


Catherine Fonck LE

Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, rapidement, je vais me permettre de revenir sur quelques éléments qui me semblent importants.

L'indisponibilité des médicaments est un problème de santé publique qui est tout sauf négligeable. D'abord et avant tout, bien évidemment, pour le patient. Au-delà des désagréments des allées et venues chez le pharmacien, cela soulève des enjeux beaucoup plus existentiels d'observance et de rupture de l'observance du traitement. C'est également un problème pour les pharmaciens, pour les médecins, mais aussi pour la sécurité sociale, parce que bien souvent, cette indisponibilité entraîne potentiellement des surcoûts.

Ne soyons pas dupes. Il n'y a pas de baguette magique qui nous permettrait, avec une ou plusieurs mesures, de miraculeusement tout arranger. C'est plutôt par un faisceau de mesures sur l'ensemble du circuit des médicaments que nous pourrons faire avancer la matière et surtout, agir de façon plus efficace contre les indisponibilités des médicaments.

Depuis la production, au niveau des firmes pharmaceutiques, en passant par la distribution, en étant attentifs à privilégier le marché belge sur l'exportation, et à ne pas permettre le piège d'une exportation de médicaments vers des marchés où les médicaments apporteraient un bénéfice plus élevé pour les firmes pharmaceutiques, ce qui pénaliserait alors directement nos patients.

Production, distribution et notification bien plus rapide, qui est indispensable. Et, même si nous n'en avons pas parlé, je plaide personnellement pour que nous puissions examiner l'importance de la mise en place de stocks-tampons, pour un certain nombre de médicaments – pas pour tous, ce ne serait pas utile – identifiés par la Santé publique.

Il s'agit bien, vous l'aurez compris, de responsabiliser chaque acteur du circuit des médicaments.

Cette proposition prévoit de très nombreuses délégations au Roi. Je ne vais pas les reprendre ici mais, madame la ministre, à ce sujet, nous voulons avancer deux balises importantes à ces arrêtés royaux. D'une part, qu'il n'y ait pas de surcoût pour le patient en cas d'indisponibilité d'un médicament, et surtout lorsque la situation oblige un pharmacien à devoir commander le médicament à l'étranger. D'autre part, qu'il y ait une réelle concertation, comme je l'ai plaidé en commission, avec les différents stakeholders de la santé. Je dis bien "concertation" et pas simplement "information" parce qu'il nous faut des solutions pratiques ainsi que des solutions juridiquement solides dans les arrêtés – on se rappellera qu'un texte de loi que vous avez voté sous la précédente législature a été rejeté par la Cour constitutionnelle.

L'AFMPS a encore échangé ces quinze derniers jours avec quelques stakeholders et a annoncé des dates. Je me permets d'insister à nouveau auprès de vous pour que ce soit une réelle concertation et non pas juste une information des décisions unilatérales qui auraient été prises.

Enfin, concernant la possibilité de substitution des pharmaciens dans ce texte, celle-ci est déterminée dans un cadre strict. En effet, elle ne peut survenir que lorsqu'il y a une indisponibilité clairement identifiée et notifiée. Elle est stricte parce que ce n'est jamais que la transposition de ce qui se fait réellement en pratique aujourd'hui, en cas d'indisponibilité. Elle doit être stricte et avoir comme objectif la continuité du traitement pour le patient.

Madame Depoorter, si j'ai effectivement réintroduit un amendement sur l'importance d'informer le médecin prescripteur, c'est parce la situation n'est pas aussi simple que vous la décrivez. Certes, il y a la prescription électronique mais celle-ci ne concerne pas 100 % des prescriptions. La qualité et la continuité des soins ainsi que la sécurité au niveau du traitement impliquent que le médecin prescripteur soit informé lorsque le patient reviendra le voir.

L'amendement que je dépose ici est un peu différent de celui que j'avais déposé en commission. Il n'est pas différent sur l'objectif, mais sur la manière. En effet, il me semble que c'est aussi le rôle des autorités publiques de s'assurer que cette information passe bien du pharmacien vers les médecins prescripteurs avec le moins de lourdeur administrative, et si possible d'ailleurs pas du tout d'actes administratifs posés par le pharmacien. C'est un élément crucial si l'on veut maintenir le patient au cœur des soins, et assurer la continuité entre les différents partenaires et acteurs de la santé. In fine, la priorité est la qualité des soins.


Sophie Rohonyi DéFI

Monsieur le président, madame la ministre, la proposition de loi soumise aujourd'hui au vote de notre assemblée constitue une réponse intéressante à une problématique complexe qui intéresse toute la chaîne, allant de la production à la distribution: la pénurie des médicaments. Cette problématique a beaucoup agité notre actualité ces derniers mois et nous nous devions d'y répondre, notamment par l'organisation des auditions que nous avons eues en commission de la Santé publique.

En effet, l'indisponibilité des médicaments, par sa gravité et sa récurrence, met véritablement en péril la santé de nos concitoyens. Qui dit pénurie de médicaments dit convalescence plus longue, aggravation des symptômes d'une maladie, hospitalisation qui aurait pu être évitée, voire décès à plus brève échéance. Pour pallier cela, et avoir accès à leurs médicaments, les patients tentent le tout pour le tout. Les médecins et les pharmaciens tentent quant à eux de maintenir le suivi d'un traitement difficile en important ou en prescrivant un autre médicament, parfois avec une autre posologie, ce qui multiplie les risques d'erreurs d'administration. Aujourd'hui, pas moins de 641 conditionnements de médicaments sont indisponibles. Ils étaient 573 début octobre 2019, et 497 en juillet 2019. Ces chiffres renvoient aux types d'emballages concernés.

En commission, les experts, mais aussi les représentants des patients, ont tous très justement souligné à quel point nous nous trouvons aujourd'hui face à un vrai problème de santé publique. Car si des alternatives aux médicaments en pénurie existent, celles-ci s'avèrent parfois plus chères, et peuvent perturber le traitement d'un patient. On parle ici de traitements contre le cancer, contre des troubles comme la bipolarité, contre les migraines, contre l'insuffisance cardiaque, contre des maladies sexuellement transmissibles comme la syphilis. On parle aussi de soins palliatifs. On pense qu'un patient sur quatre serait potentiellement concerné par la situation.

Pour mon groupe, la présente proposition de loi constitue sans nul doute un premier pas dans la bonne direction en ce qu'elle enjoint les firmes pharmaceutiques à livrer leurs médicaments très rapidement aux grossistes répartiteurs, aux pharmaciens indépendants ou hospitaliers.

C'est aussi un pas dans la bonne direction parce qu'elle inscrit le droit de substitution dans la loi. Toujours est-il que ce droit est conditionné par l'adoption d'un arrêté royal. J'appelle Mme la ministre de tout faire pour que cet arrêté royal puisse être adopté dans les plus brefs délais. Car, en effet, les firmes pharmaceutiques ont une responsabilité sociale qui devrait les obliger à faire primer ce pourquoi un médicament à été produit – sauver des vies – sur la recherche de profits. Cette responsabilité sociale vaut en particulier lorsque ces firmes disposent d'un monopole dans le traitement d'une maladie.

La proposition de loi offre donc une réponse diligente à l'annulation de la loi du 7 avril 2019 modifiant la loi du 25 mars 1964 sur les médicaments. C'est ce qui lui a valu d'être validée par l'AFMPS. Il n'en demeure pas moins que les travaux menés en commission auraient pu être davantage exploités pour répondre au désarroi des pharmaciens et des patients. Nous pensons en effet que si la pénurie des médicaments requiert notre vigilance, l'accessibilité matérielle et financière des patients à leurs médicaments le requiert tout autant.

Les associations comme Test Achats, Médecins du Monde et Kom op tegen Kanker nous ont adressé, fin octobre, des recommandations sur le développement et l'accessibilité des médicaments. Il nous incombe dès lors de proposer aussi une réponse juridique et politique qui soit plus globale que celle proposée par la proposition de loi que nous sommes appelés à voter.

La ventilation de médicaments disponibles selon leur catégorie, génériques ou non, exportés ou non, n'a jamais été communiquée. La proposition reste incomplète.

Le professeur Dogné a soulevé le fait que pour baisser ses coûts, le secteur pharmaceutique produit l'immense majorité des matières premières des médicaments en dehors de l'Union européenne. Il serait donc opportun d'imposer aux entreprises de conserver des stocks-tampons de 30 %. Cette idée n'a pas été reprise dans la proposition.

Pour toutes ces raisons, mon groupe s'abstiendra sur la présente proposition de loi.


Laurence Hennuy Ecolo

Monsieur le président, chers collègues, la pénurie de médicaments est un problème de santé publique qui s'aggrave d'année en année. C'est un véritable calvaire pour les malades chroniques et l'APB a estimé que la vie de 1 200 patients avait été mise en danger suite aux pénuries. Les industries pharmaceutiques ne produisent pas des produits comme les autres et elles ont une responsabilité particulière dans le management de leur chaîne d'approvisionnement.

Nous sommes tous d'accord pour dire que ce problème est complexe et que s'il existait des solutions toutes prêtes sur l'étagère, on n'en serait pas là. Cette proposition de loi déposée par Mme Depoorter est une première réponse d'un travail parlementaire très important. La proposition formulée aujourd'hui est une bonne réponse. L'importance du signalement et les raisons de la pénurie, la possibilité de suspendre les exportations, la possibilité de substitution du pharmacien et la responsabilisation financière du secteur pharmaceutique vont dans le bon sens.

Comme l'a bien expliqué ma collègue Barbara Creemers, dans les motifs du recours introduit auprès de la Cour constitutionnelle contre la loi de Mme De Block en avril 2019, l'absence de notification à la Commission européenne avait déjà été citée. Nous continuons donc à penser – n'en déplaise à M. Bertels – que dans cette matière très complexe, toutes les garanties juridiques doivent être de mise. Mais je remarque que la sécurité juridique est une question à géométrie variable dans cette assemblée. Même s'il y a urgence, il faut avant tout que la loi soit juridiquement solide pour que les mesures d'exécution soient prises rapidement pour commencer à enrayer le problème.

Aujourd'hui, nous nous abstiendrons mais nous continuons à travailler sur des propositions complémentaires, notamment les licences obligatoires et les stocks stratégiques. Il sera aussi primordial d'évaluer la mise en œuvre des mesures qui seront prises pour qu'on puisse vérifier si elles ont l'effet escompté.


Catherine Fonck LE

En ce qui concerne le volet de la notification à la Commission européenne, je trouve dommage que vous n'ayez pas demandé – mais il n'est pas trop tard! – un avis juridique aux services de la Chambre ou à l'AFMPS, qui auraient pu nous répondre avec une certitude plus importante. Nous soutenons le texte mais si nous pouvions avoir tous les éléments pour rassurer et verrouiller cette question, cela permettrait d'éviter toute difficulté.

Ce n'est qu'une petite suggestion que je me permets de faire ici.


Jan Bertels Vooruit

Mevrouw Fonck, ik dank u voor uw suggestie, maar de mensen van de administratie, onder meer van het FAGG, hebben daarop al geantwoord. Zij hebben tijdens de hoorzittingen en de bespreking van het voorstel geantwoord dat het een redelijk te verantwoorden risico was. Wij hebben dat antwoord al gekregen, dus wij gaan het geen twee keer vragen.


Laurence Hennuy Ecolo

En effet, la question a été posée à l'AFMPS, laquelle a reconnu l'existence d'un risque.

Nous le verrons par la suite.

J'en ai terminé, monsieur le président.


Kathleen Depoorter N-VA

Mijnheer de voorzitter, collega's, ik ga het kort houden. Ik ben blij dat ik al een zusje erbij heb in dit Parlement.

Ik ben blij met de uiteenzettingen, en ik verwijs naar de woorden van de heer Bertels, die voldoende evenwichtig waren. Dit getuigt toch van het feit dat wij er allemaal van overtuigd zijn dat dit een probleem is dat moest worden aangepakt en waarin we een stap vooruit moesten zetten.

Ik zei het al in mijn inleiding. Het is geen toverstokje. Het is maar een stap. De partijen die zich onthouden hebben aangegeven dat het geen totaaloplossing is, maar dat beweren we ook niet. Het is een begin.

Ik denk dat we vanaf nu verder kunnen werken aan deze problematiek en verder kunnen werken aan een meer performante volksgezondheid.

Mevrouw Fonck, ik vind het heel goed dat uw amendement is aangepast, maar wat ik het meest apprecieerde in uw uiteenzetting is dat u zei dat de patiënt er zeer wel bij vaart als de eerstelijnszorg met elkaar communiceert. Dat is net wat wij allemaal willen, communicatie ten voordele van de patiënt en wetgeving ten voordele van de patiënt.


Sofie Merckx PVDA | PTB

Mevrouw Depoorter, ik wou nog even terugkomen op het kleine incident van daarnet.

Op 16 juli ben ik tussenbeide gekomen in de commissie voor Gezondheid naar aanleiding van de stockbreuk van Clamoxyl. Ik heb dan een hoorzitting gevraagd. Wij hadden dat twee dagen daarvoor ook al gevraagd. Dat stond toen op de agenda om dat de dag daarop te doen. U hebt met de N-VA toen tegengestemd.

Ik heb de video opnieuw bekeken. U hebt daar tegengestemd. Ik heb hier niet zomaar iets gezegd. Dat is de waarheid.

Ik ben blij dat u daarna bijgedraaid bent en het dan wel interessant vond om de hoorzittingen te houden.


Kathleen Depoorter N-VA

Dan hebt u mijn geheugen opgefrist. Ik kan u wel melden dat ik dit wetsvoorstel op 21 juni heb ingediend. Ik denk dat ik dus echt wel met deze problematiek bezig was en dat ik echt wel blij was dat we in gang schoten. Dat we tegen hebben gestemd, zal dan een andere reden hebben gehad.

We hebben hier met zijn allen aan gewerkt. Ik denk niet dat mij kan worden verweten dat dit een probleem was dat ik pas later heb willen aanpakken, want 21 juni is ver voor 17 juli.