Proposition 54K3524

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi modifiant la loi du 4 avril 2014 relative aux assurances et instaurant un droit à l'oubli pour certaines assurances de personnes.

General information

Authors
CD&V Leen Dierick, Griet Smaers, Servais Verherstraeten
LE Catherine Fonck
MR Benoît Friart
N-VA Rita Bellens
Open Vld Nele Lijnen, Frank Wilrycx
Submission date
Feb. 6, 2019
Official page
Visit
Subjects
consumer protection insurance insurance contract insurance law

⚠️ Voting data error ⚠️

This proposition is missing vote information, which is caused by a bug in the heuristic algorithms. As soon as I've got time to fix it, the votes will be added to Demobel's database.

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

March 28, 2019 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


Rapporteur Maya Detiège

Mijnheer de voorzitter, op vraag van de commissieleden verwijs ik naar het schriftelijk verslag. Ik wil aansluitend wel graag een uiteenzetting geven.


President Siegfried Bracke

Ik geef eerst het woord aan de eerste indiener, mevrouw Smaers.


Griet Smaers CD&V

Mijnheer de voorzitter, collega's, wij kennen allemaal wel mensen die in het verleden met een ernstige medische aandoening te maken hebben gehad zoals kanker, maar niet alleen kanker. Ook al is de behandeling succesvol verlopen en ligt de ziekte in het verleden, vaak worden zij later toch nog geconfronteerd met de gevolgen van de ziekte. Wanneer zij bijvoorbeeld een huis willen kopen en een schuldsaldoverzekering willen sluiten, wordt hen die verzekering vaak geweigerd of moeten zij hogere premies betalen.

Met voorliggend wetsvoorstel willen wij een oplossing bieden, zodat ook mensen die in het verleden een ernstige medische aandoening hebben gehad, de kans krijgen een schuldsaldoverzekering te sluiten, zonder een bijkomende premie te moeten betalen ingevolge hun aandoening.

Het wetsvoorstel voert, naar Frans voorbeeld, een recht in om vergeten te worden. De kandidaat-verzekerde moet wel nog zijn medische antecedenten, zoals bijvoorbeeld een kankeraandoening, mededelen. Wanneer betrokkene echter meer dan tien jaar genezen is verklaard, zal de verzekeringsonderneming geen rekening mogen houden met de aandoening, mag zij de verzekering niet weigeren en evenmin een bijkomende premie aanrekenen.

Het voorstel bepaalt dat er een referentierooster zal komen met daarin de kankeraandoeningen en chronische aandoeningen waarvoor een kortere termijn dan tien jaar zal gelden. Het referentierooster is op het Franse referentierooster geïnspireerd. Een ontwerp werd al aan de leden van de commissie voor het Bedrijfsleven bezorgd, nadat dat werd gevraagd.

Collega's, het wetsvoorstel is tot stand gekomen na het voorbereidend werk van de minister van Economie en Consumentenzaken, de heer Peeters. Het komt tegemoet aan de voorstellen van de consumenten- en patiëntenverenigingen in de Commissie voor Verzekeringen. Het voorstel is ook op de Franse wetgeving gebaseerd.

Er zijn in de commissie voor het Bedrijfsleven de voorbije jaren heel wat vragen van diverse leden geweest, om een antwoord te kunnen bieden voor de gerezen problematiek.

Mijn wetsvoorstel is een aanzienlijke stap voorwaarts voor de personen die in het verleden met een dergelijke ernstige medische aandoening werden geconfronteerd. Ik hoop dan ook op de steun van alle fracties. Tijdens de bespreking in de commissie voor het Bedrijfsleven is gebleken dat er een brede steun voor het principe is. Ik weet dat heel wat leden vragende partij waren om nog verder te gaan. Wij hebben tijdens de discussie aangegeven dat het voorstel een eerste stap is. Wij konden op dat moment nog geen regeling uitwerken voor meerdere verzekeringsovereenkomsten maar enkel voor de schuldsaldoverzekering.

CD&V wil hier in de toekomst werk van maken, en persoonlijk wil ik dat ook.

Zoals reeds gezegd in de commissie, dit is een eerste, belangrijke stap waarover al heel wat overleg is gepleegd tussen patiëntenverenigingen, de Commissie Verzekeringen en bijvoorbeeld ook de Stichting tegen Kanker, die ter zake heel wat werk heeft geleverd. Het is een belangrijke eerste stap. Het werk is zeker nog niet af voor al die mensen die ooit aan een zware ziekte leden, maar wij hebben toch weer een baken verzet.


Rita Bellens N-VA

Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, zoals collega Smaers zei, wie ooit ernstig ziek is geweest en genezen is verklaard, ondervindt nu vaak nog hinder, bijvoorbeeld bij het willen sluiten van een schuldsaldoverzekering. Door de ziekte houdt de verzekeringsaanvrager voor de verzekeringsmaatschappij soms een verhoogd risico in, waardoor de te betalen verzekeringspremies vaak erg hoog zijn, om niet te zeggen onbetaalbaar.

Dit wetsvoorstel strekt ertoe solidariteit in de wet in te bouwen, waardoor de personen in kwestie geen dermate hoge premies moeten betalen en gemakkelijker een hypothecair krediet kunnen aangaan. Zij zullen nog steeds hun medisch verleden moeten bekendmaken in hun verzekeringsaanvraag, maar na een periode van tien jaar zal dat niet meer mogen worden meegenomen in de berekening van de premie.

In de eerste plaats gaat het om kanker, maar het wetsvoorstel voorziet in de mogelijkheid voor de regering om een referentierooster op te stellen dat ook andere ziekten kan bevatten. Voor bepaalde types kanker en chronische aandoeningen zou de termijn zelfs korter zijn dan tien jaar. Er rees een aantal vragen over de termijn van tien jaar, die men vrij lang vindt. Mocht de termijn evenwel altijd onder de tien jaar worden gebracht, zou dit zeer hoge kosten met zich meebrengen voor de verzekeringsmaatschappijen en dus leiden tot hogere premies voor de verzekeringnemers die voorheen niet ziek zijn geweest. Onze voornaamste bezorgdheid is dat dit systeem niet tot gevolg mag hebben dat verzekeringnemers die voorheen niet ziek zijn geweest, met al te hoge premies worden geconfronteerd.

Aangezien het in de lijst gehanteerde referentierooster, opgesteld door het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg, evidence based is, zouden hogere bijpremies niet meer mogen voorkomen. Dat zou ook voor de aanvullingen van de lijst moeten gelden. Het Kenniscentrum kan tevens de termijn bepalen waarna de verzekeringsmaatschappijen geen bijpremie meer mogen aanrekenen aan de verzekeringnemer. Omdat door dit systeem ook de rechten van de niet-zieken gevrijwaard blijven, steunen wij uiteraard deze wet.


Karine Lalieux PS | SP

Monsieur le président, chers collègues, les malades chroniques ou les anciens malades d'un cancer éprouvent davantage de difficultés que les autres pour accéder à la propriété. En effet, pour souscrire à un prêt hypothécaire, vous le savez tous, il faut une assurance solde restant dû. Or, pour ces personnes une telle assurance est simplement impayable et donc inaccessible.

C'est la raison pour laquelle en 2010, nous avons voté la loi Partyka-Lalieux qui prévoyait plusieurs mesures pour limiter le montant des primes d'assurance, soumettre ces primes à un contrôle et encadrer les questionnaires et les examens médicaux. C'était il y a dix ans le fruit d'un travail collectif de ce Parlement dans l'intérêt général. Malheureusement, cette loi n'allait pas assez loin. En mai 2018, une évaluation globale de cette réglementation a montré qu'elle comportait plusieurs carences. Aujourd'hui encore, ces personnes qui ont été malades subissent souvent la double ou la triple peine. Non seulement, elles doivent faire face à la maladie et subir bien souvent une importante baisse de revenus mais en plus l'accès à la propriété, ô combien important, notamment pour se garantir un avenir, est rendu difficile voire impossible en raison de l'attitude des assurances.

Mêmes guéries ces personnes continuent à porter devant l'assurance les stigmates de la maladie bien des années plus tard. C'est la raison pour laquelle, le groupe PS a déposé en 2018 une proposition de loi comprenant huit mesures pour améliorer l'accès à l'assurance solde restant dû pour les personnes malades. Parmi ces mesures figurent bien entendu le droit à l'oubli dont on a parlé, mais ce n'est pas tout. Nous proposions également de mieux protéger les données médicales des demandeurs d'assurance, de mieux surveiller les décisions des assureurs et de socialiser davantage les coûts des surprimes. J'ai inscrit cette proposition à l'agenda de la commission Économie comme priorité avec le souhait de mener un vrai débat au sein du Parlement et avec les acteurs de terrain.

Chers collègues, le texte qui nous est soumis aujourd'hui en plénière constitue un premier pas, une bonne décision dans la bonne direction. Nous allons évidemment soutenir le texte qui nous est soumis. Néanmoins, j'ai deux regrets. Le premier est de ne pas avoir pu tenir ce débat ambitieux sur l'assurance des personnes qui ont des risques de santé accrus.

Au contraire, le débat a été confisqué par le ministre, qui n'est même pas présent ce soir. C'est à croire qu'il n'est pas intéressé par les débats parlementaires, notamment ceux relatifs aux malades.

Non, je ne parle pas de vous, monsieur le ministre. Vous êtes présent depuis le début. C'est remarquable! Non, c'est M. Peeters qui aurait dû se trouver ici.


Ministre Didier Reynders

J'ai droit à l'oubli.


Karine Lalieux PS | SP

Peut-être en bénéficierez-vous bientôt!

En tout cas, nous aurions souhaité que M. Peeters soit présent parmi nous. En effet, la proposition de loi qui nous est soumise…


Laurette Onkelinx PS | SP

(…)


Karine Lalieux PS | SP

Non, je ne vais pas dire cela, madame Onkelinx.


André Frédéric PS | SP

(…)


Karine Lalieux PS | SP

Il a aussi le droit à l'oubli, peut-être même bientôt.

J'aurais voulu demander quelque chose à M. Peeters, avec qui nous ne pouvons malheureusement pas discuter ce soir. J'imagine que Mme Smaers lui transmettra ma question.

Tout d'abord, je regrette que nous n'ayons pas pu entreprendre une réforme globale. Ensuite, je regrette que le texte de loi ne s'engage pas à grand-chose. Il assure seulement – et c'est déjà ça – que, pour les patients dont la guérison d'un cancer remonte à dix ans, les assureurs ne pourront plus en tenir compte pour déterminer l'état de santé actuel. Pour ces personnes, la loi est donc claire.

Pour le reste, la loi prévoit – et je l'ai critiqué en commission, bien évidemment – que le Roi peut faire ceci ou cela. C'est la raison pour laquelle – et je n'ai pas reçu que des sourires à ce moment-là – j'ai bataillé en commission et demandé une deuxième lecture, de façon à obtenir des arrêtés royaux. Sinon, la loi restait vide. J'ai remercié M. Peeters – et cela n'arrive pas tous les jours – de nous avoir fourni, entre la première et la deuxième lecture, les arrêtés royaux, qui reprenaient tous nos amendements, alors que ceux-ci avaient pourtant été critiqués à l'époque.

Je demande aujourd'hui au vice-premier ministre absent de persister dans ce geste de bonne volonté. Voici dix ans, on nous avait dit: "Faites confiance au secteur! Nous n'allons pas tout insérer dans la loi Partyka". Or, vous savez que les assureurs ont tout essayé pour ne pas appliquer la loi, notamment en introduisant un recours auprès de la Cour constitutionnelle. Rien n'aura donc été épargné aux patients et aux consommateurs.

Je pense donc qu'il aurait fallu verrouiller les choses dans une loi. Nous ne l'avons pas fait. Ce que je demande très clairement ici, c'est que ces arrêtés royaux soient publiés avant la fin de la législature pour montrer la bonne voie et pour définitivement montrer que les assureurs ne peuvent pas faire n'importe quoi avec des personnes qui ont eu le cancer ou qui souffrent de maladies chroniques. Ces personnes ne doivent plus vivre la double ou la triple peine comme on la leur fait vivre depuis des années.

Mme Smaers, vous qui avez porté cette proposition de loi, j'espère que vous allez passer le message à M. Peeters. S'il publie effectivement les arrêtés, nous penserons qu'il s'agit là d'une première victoire pour les patients.


Maya Detiège Vooruit

Mijnheer de voorzitter, in de commissie hebben wij uitvoerig gediscussieerd over het nu voorliggend wetsvoorstel. Ik zal niet alles in detail herhalen, maar wel kort de grote lijnen schetsen voor wie niet aanwezig was.

Aan het wetsvoorstel gaat een lange geschiedenis vooraf. Patiënten- en consumentenorganisaties zoals Test Aankoop waren inderdaad al heel lang vragende partij voor een tekst, zoals die nu ter bespreking ligt. Test-Aankoop is altijd enorm alert voor consumentenzaken en in dit geval voor ex-patiënten of patiënten die hun ziekte onder controle hebben.

Zowat een half jaar geleden diende ik zelf op de wet diverse economische bepalingen nog een amendement in om het recht om vergeten te worden als men van een ernstige ziekte genezen verklaard werd, in die tekst op te nemen. De toenmalige meerderheid stemde mijn idee weg, argumenterend dat men het in een latere fase aan het Parlement zou voorleggen. Dat maakte mij ten zeerste ongerust, omdat we in commissievergaderingen wel vaker horen dat een voorstel later zal worden uitgewerkt. Ik ben dan ook blij dat wij het debat toch konden voeren en tot een consensus komen.

Bij de eerste lezing in de commissie voor het Bedrijfsleven heb ik enorm veel bezwaren geformuleerd en uiting gegeven aan mijn ongerustheid – collega Smaers kan zich dat wellicht nog herinneren –, omdat de tekst nog veel onduidelijkheden bevatte. Het oorspronkelijke voorstel was veeleer een voorstel van principewet, waarbij er nog heel wat via koninklijke besluiten zou moeten worden uitgeklaard. Ik vond de tekst veel te eng en te veel geschreven op maat van de verzekeraars en niet van de verzekeringnemers en ex-patiënten.

Uiteindelijk bezorgden kabinetsmedewerkers van minister Peeters ons vóór de tweede lezing, zoals mevrouw Lalieux al meedeelde, een lijst met aandoeningen en ook een referentietabel, die zeer nauw aansluit bij het door ons gewenst Franse systeem. De bepalingen komen tegemoet aan onze initiële bezwaren, aangezien wij nu de lijst met aandoeningen kennen. De wachttijd om vergeten te worden, is gebaseerd op medisch-wetenschappelijk inzicht en varieert van één jaar voor bijvoorbeeld borstkanker en drie tot acht jaar voor andere ziektes. Oorspronkelijk bedroeg de voorgestelde wachttijd tien jaar, maar dat is wel heel erg lang voor mensen die al in ellende leven en dat werd na discussie verminderd.

Dat is echt wel een verbetering ten opzichte van de huidige situatie.

Het kan natuurlijk altijd beter en daarom menen wij dat de lijst periodiek en conform de wetenschappelijke en medische vooruitgang moet kunnen worden aangepast. Het aantal soorten verzekeringen zou eveneens ruimer kunnen. Hoe dan ook, wat wij vandaag hier bespreken, is echt wel een eerste stap in de goede richting.

Onze fractie zal het voorstel dan ook voluit goedkeuren, zoals ik trouwens al deed in de commissie.