Proposition 55K0344

Logo (Chamber of representatives)

Proposition de loi modifiant l'arrêté royal n° 20 du 20 juillet 1970 fixant les taux de la taxe sur la valeur ajoutée et déterminant la répartition des biens et des services selon ces taux en ce qui concerne le taux de TVA applicable au gaz naturel et à l'électricité.

General information

Authors
VB Steven Creyelman, Ortwin Depoortere, Erik Gilissen, Kurt Ravyts, Ellen Samyn, Dominiek Sneppe, Frank Troosters, Reccino Van Lommel, Wouter Vermeersch, Hans Verreyt
Submission date
Sept. 16, 2019
Official page
Visit
Status
Rejected
Requirement
Simple
Subjects
VAT VAT rate electrical energy gas

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld N-VA LDD MR PVDA | PTB
Voted to reject
VB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Nov. 19, 2020 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


Kurt Ravyts VB

Mevrouw de voorzitster, collega's, wij hebben het daarnet tijdens het vragenuurtje al gehad over de productie van elektriciteit, die een prijs heeft. Er is echter ook de prijs die uiteindelijk in de bus of de box van de consument komt of wordt gedomicilieerd, zijnde de eindprijs. Wij hebben het daarbij natuurlijk ook over de btw.

De federale regering wil de sociale uitkeringen tijdens de huidige legislatuur geleidelijk optrekken, om de armoede te bestrijden. Dat verklaarde minister van Pensioenen, Karine Lalieux, in de Kamercommissie voor Sociale Zaken tijdens de uiteenzetting van haar beleidsverklaring. Zij beklemtoonde het volgende – ik citeer: "Als wij niet snel handelen, zal de verarming verergeren. In 2019 leefde 15 % van de Belgen in armoede. De coronacrisis heeft nog meer mensen de armoede ingeduwd, van wie voorheen werd aangenomen dat er weinig risico op armoede was."

Collega's, de energiearmoede speelt een onmiskenbare rol in de armoedeproblematiek. Dat zal niemand hier in het plenum betwisten. Die energiearmoede is een groeiend probleem. Ook de Europese Commissie houdt in haar Clean Energy Package daarmee rekening. De elektriciteitsrichtlijn van 2019 wil energiearmoede tegengaan en sociale insluiting bevorderen. In die richtlijn worden de lidstaten onder meer verzocht de nodige maatregelen te treffen, om kwetsbare consumenten en huishoudens in energiearmoede te beschermen.

Collega's, wie zijn de kwetsbare consumenten en huishoudens op het vlak van energie concreet? Uit onderzoek van de CREG in december 2019 blijkt dat de getroffenen vooral een substantiële groep binnen de eenoudergezinnen en de alleenstaanden zijn: 5,2 % van de bevolking blijkt niet goed of zelfs niet in staat te zijn zijn woning naar behoren te verwarmen. Voor hen is het inderdaad elke dag dikketruiendag.

De verlaging van de btw naar 6 % op een basisproduct, zeg maar basisbehoefte, zoals gas en elektriciteit, is voor onze partij de evidentie zelve. Momenteel ligt het btw-tarief al vijf jaar opnieuw op het hoogste niveau van 21 %, wat hetzelfde tarief is als voor luxegoederen. Zichzelf verwarmen wordt tegen hetzelfde btw-tarief belast als pakweg Cubaanse sigaren. Mensen kunnen misschien kiezen om even geen luxegoederen te kopen, maar niet verwarmen of verlichten is natuurlijk geen optie.

In het verslag is te lezen dat sommige fracties uitdrukkelijk verwijzen naar de negatieve gevolgen voor de middenklasse bij een btw-verlaging, gezien de expliciete koppeling aan de gezondheidsindex.

Ja, collega's, het klopt dat de kostprijs van elektriciteit deel uitmaakt van de gezondheidsindex, die natuurlijk nogal bepalend is voor de indexering van de lonen en de uitkeringen. Simpelweg geschetst, misschien wat kort door de bocht, zal een loonsverhoging later plaatsvinden wanneer er op elektriciteit een lager btw-tarief wordt toegepast en elektriciteit dus goedkoper wordt. Dat effect dragen loontrekkenden mee doorheen hun verdere jaren. Enkele economen stellen tevens dat het gewicht van elektriciteit in de gezondheidsindex groter is dan onze werkelijke consumptie, zodat wij gemiddeld via de index een hoger bedrag aan loonstijging zouden verliezen.

Achter dat gemiddelde schuilen er echter wel belangrijke verschillen. Men mag toch niet voorbijgaan aan het onderscheid tussen loontrekkenden onderling. Bij lage inkomens is het aandeel elektriciteit in de totale consumptie immers groter dan bij hoge inkomens. De indexkorf is daarentegen gebaseerd op het gemiddeld gewicht. Het klopt dus wel dat de voorgestelde btw-verlaging op elektriciteit gemiddeld genomen geneutraliseerd kan worden voor loontrekkenden door het effect ervan op de indexering, maar niemand kan ontkennen dat de lagere inkomens er gemiddeld toch bij winnen, omdat zij een groter aandeel van hun inkomen aan elektriciteit spenderen. Dat is simpele wiskunde.

Onze fractie vindt het dan ook bijzonder opvallend dat zowel de PS als de sp.a hun wetsvoorstel houdende een btw-verlaging op elektriciteit, in Vlaanderen bij sp.a nochtans jarenlang een van de speerpunten, nu terug ingetrokken hebben, aangezien beide partijen thans deel uitmaken van de regeringscoalitie, waardoor er budgettaire keuzes gemaakt moesten worden, aldus collega Laaouej, en omdat er andere pistes ter bestrijding van de energiearmoede worden uitgetekend, aldus collega Vandenbroucke. Die pistes ken ik overigens zeer goed, ik ben die andere pistes en bouwstenen ook genegen. Zo verwijs ik naar de mogelijke uitbreiding voor rechthebbenden op het sociaal tarief, mogelijk op basis van het inkomstencriterium, een aanpassing van het consumentenakkoord, de aanpak van de slapende contracten, de beloofde daling van het federale aandeel in de elektriciteitsfactuur – vandaag al ter sprake gekomen en momenteel ter studie bij de CREG – en de mogelijke coördinatie en versterking van de sociale energiefondsen.

Wij zullen zoals gezegd deze aspecten van een sociaal energiebeleid welwillend benaderen. Maar zoals ik vorige week heb aangehaald in mijn vriendelijke onderhoud met minister Van Peteghem over de CO₂-taks, het leeuwendeel van de problematiek van de eindfactuur, de zogenaamde verkapte belastingbrief, bevindt zich op het gewestelijk niveau, onder andere met de nettarieven. Daarom juist zou de federale regering met een verlaging van het btw-tarief een zeer belangrijke aanvulling kunnen bieden aan de beloofde daling van het federale aandeel in de elektriciteitsfactuur. Dat laatste valt natuurlijk te situeren in het CRM-dossier.

Maar het kan nog veel erger, collega Wollants, dan het eigenaardige stemgedrag van de meerderheid over uw resolutie. Het kan nog veel zotter. Er zijn nog veel grotere uitingen van disrespect, namelijk inzake artikel 1. Door het verfoeilijke wegstemmen van artikel 1 van ons wetsvoorstel, een schandelijke techniek, ook aangewend bij het voorstel van de collega's van de PVDA-PTB, moest men zich over de grond van de zaak niet meer uitspreken in de commissie. Op die manier verhinderden de PS en de sp.a dat zij tegen één van hun eigen programmapunten moesten stemmen. Het Parlement degradeert zichzelf door het spelen van deze politieke spelletjes.