Proposition 55K2426

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi modifiant la loi du 26 avril 2002 relative aux éléments essentiels du statut des membres du personnel des services de police et portant diverses autres dispositions relatives aux services de police, en vue d'optimiser les conditions de recrutement.

General information

Author
Vooruit Bert Moyaers
Submission date
Jan. 13, 2022
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
recruitment administrative procedure police

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld N-VA LDD MR VB
Abstained from voting
PVDA | PTB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Oct. 20, 2022 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Eliane Tillieux

De rapporteurs, mevrouw Goethals en de heer Senesael, verwijzen naar het schriftelijk rapport.


Ortwin Depoortere VB

Mevrouw de voorzitster, collega's, wij hebben heel wat adviezen gekregen over de beide voorstellen. Uit de adviezen die wij mochten ontvangen, bleek duidelijk dat een hervorming zich opdringt en dat een levenslange uitsluiting op heel wat kritiek stuit. Jeugdige kandidaten evolueren. Zij worden volwassener, zij volgen bijkomende opleidingen of krijgen nieuwe inzichten via allerhande jobs. In één van de adviezen is dit laatste ook expliciet aangehaald. Vaak vinden deze kandidaten de weg naar andere sectoren, in het bijzonder naar beroepen in de private veiligheidssector.

Twee zaken zijn hier ons inziens uitermate belangrijk. Enerzijds moet vermeden worden dat belangrijk menselijk kapitaal verloren gaat door de huidige levenslange uitsluiting van de selectieproeven. Anderzijds mag dit geenszins een versoepeling van de toelatings- en persoonsvoorwaarden betekenen. De meest geschikte kandidaat voor de job vinden moet het belangrijkste uitgangspunt zijn en blijven. Voor elke kandidaat mag er geen tegenindicatie zijn op basis van de generieke voorwaarden, in het bijzonder de voorwaarde van onberispelijk gedrag.

Het spreekt voor zich dat een kandidaat waarbij bijvoorbeeld het eerdere ontslag, het niet slagen aan de politieacademie of de houding tijdens eerdere selectieproeven een tegenindicatie geeft voor het onberispelijk gedrag, niet zal worden toegelaten.

In het algemeen ondersteunen de adviezen het principe dat levenslange uitsluiting te streng is. De meningen variëren nog wel van verregaande versoepelingen tot een iets stringentere aanpak. Belangrijke aspecten die zeker niet uit het oog verloren mogen worden, zijn de werklast en de werkdruk in de selectiecentra.

De verdienste van het wetsvoorstel is wel dat het de aanwerving soepeler maakt, wat zeker nodig is in deze tijden waarin er een tekort is aan politieagenten.

De Vlaams Belangfractie heeft zelf ook een wetsvoorstel ingediend met een iets andere invalshoek. Het is nu immers zo dat kandidaten met een negatieve eindbeoordeling niet meer toegelaten worden tot de selectieproeven. Echter, net zoals wetten, ordonnanties en personen evolueren, kunnen ook kandidaten evolueren. In deze zin kan een jeugdige kandidaat van 18 jaar met een negatieve beoordeling een totaal andere persoon zijn op 21-jarige leeftijd of ouder. De kandidaat kan bijvoorbeeld meer volwassen geworden zijn of bijkomende opleidingen gevolgd hebben.

Op basis van deze inzichten stellen wij dan ook vast dat een levenslange uitsluiting van de selectieproeven op basis van een evaluatie met eindvermelding onvoldoende disproportioneel is en niet in verhouding staat met het beoogde doel van de wetgeving, met name de meest geschikte kandidaten laten doorstromen naar onze politiediensten. We zullen deze problematiek dan ook blijven aankaarten bij de minister.


Nabil Boukili PVDA | PTB

Madame la présidente, cette proposition de loi passe à côté de la vraie question. Est-ce en permettant de faire passer cinq fois, au lieu de trois, les procédures de sélection dans la police intégrée que l'on va permettre à ces personnes qui ont échoué trois fois de faire une bonne carrière dans la police?

Je rejoins assez bien l'avis de la CGSP qui, avant toute chose, pense qu'il faudrait déterminer combien de personnes font ces première, deuxième et troisième tentatives et à quel âge mais aussi savoir sur quoi échouent celles qui ne sont finalement pas reçues après la troisième fois. Combien de personnes échouent-elles trois fois et pour quelles raisons? Ce sont des questions qui doivent être abordées pour qu'on pose le bon diagnostic avant de décider de donner de façon générale des chances supplémentaires.

Nous ne sommes pas opposés par principe à cette proposition mais nous nous abstiendrons car, pour nous, toutes les données ne sont pas disponibles pour trancher et apporter le bon remède au bon problème. Il est en effet assez difficile de se prononcer sur cette proposition car on n'a aucune idée des causes de ces échecs pour pouvoir y répondre correctement. Si cela passe à cinq, pour nous, cela ne résoudra pas le problème. C'est la raison pour laquelle nous nous abstiendrons.


Bert Moyaers Vooruit

Mevrouw de voorzitster, het wetsvoorstel strekt ertoe om het toegelaten aantal kandidaatstellingen voor een selectieprocedure bij de geïntegreerde politie op te trekken tot vijf, door na een periode van 6 jaar na de voorgaande deelname toch nog eens opnieuw twee kansen te geven.

In het regeerakkoord werd de doelstelling om minstens 1.600 agenten per jaar aan te werven, overeengekomen. Om dat mogelijk te maken, werd er reeds een efficiëntere aanwervingprocedure uitgewerkt, met onder meer een verkorte selectieprocedure. Die nieuwe selectieprocedure is ondertussen ook reeds een tijdje in werking. Ik was echter van oordeel dat er ook nog verdere stappen kunnen en moeten gezet worden. Het moet ook de bedoeling zijn om iets oudere of wat rijpere kandidaten, die door hun ervaring belangrijke bagage kunnen meebrengen, aan te trekken. Om die reden wil ik de rekruteringsvoorwaarden aanpassen.

Met het wetsvoorstel worden die voorwaarden een beetje verruimd, zonder dat aan kwaliteit bij de instromers wordt ingeboet. Kandidaten voor een job bij de geïntegreerde politie kunnen volgens de huidige regels slechts drie keer deelnemen aan de selectieprocedure. Dat is te streng. Het wetsvoorstel wil daaraan iets doen ten gunste van de kandidaten die in het verleden de selectieprocedure drie keer hebben doorlopen maar niet geslaagd waren en vandaag definitief zijn uitgesloten van deelname, door hen 6 jaar na de laatste poging alsnog twee extra kansen te bieden.

Vaak gaat het om kandidaten die te jong waren en die niet de noodzakelijke maturiteit hadden. Ze misten niet alleen de maturiteit om het ambt van politieambtenaar daadwerkelijk uit te oefenen, maar ook om met succes heel het rekruterings- en selectieproces te doorlopen. Daarbij weerleg ik meteen de kritiek van collega Boukili daarnet. De betrokkenen stromen vandaag vaak door naar veiligheidsberoepen in de private veiligheidssector, bij de brandweer of bij defensie. Zij hebben heel vaak jaren later nog steeds de ambitie om bij de politie te werken en hun droomjob uit te oefenen.

Het wetsvoorstel moet die mogelijkheid geven. Voor de geïntegreerde politie zelf is het belangrijk om mensen met algemene levenservaring en ervaring in andere veiligheidsberoepen in huis te hebben, vooral maar niet uitsluitend voor de functies die voor jonge politieambtenaren en jongere afgestudeerden aan de politiescholen nu eenmaal minder aantrekkelijk zijn, zoals de wijkpolitie, het slachtofferonthaal, het jeugdwerk en de jeugdrecherche. Die kiezen inderdaad vaker voor de interventiepolitie. Maar zelfs bij een interventiedienst zijn mensen met ervaring nodig; zij kunnen door de band crisissituaties beter aanpakken of minstens gemakkelijker zorgen voor de-escalatie.

Vijf deelnames is niet zomaar een lukraak gekozen aantal. Ook voor het vergelijkend toegangsexamen tot de gerechtelijke stages zijn vandaag vijf deelnames toegelaten. Het is niet logisch om de kandidaten voor het operationele kader van de politie strengere toelatingsvoorwaarden op te leggen dan toekomstige magistraten.

Het wetsvoorstel zal uiteraard niet leiden tot een massastroom kandidaten dat nog een vierde of een vijfde poging zal wagen. Het zal er evenmin voor zorgen dat het tekort aan politiepersoneel binnen de kortste keren verdwijnt. Het heeft wel de verdienste om kandidaten na een rijpingsproces, na het opbouwen van meer levenservaring en maturiteit een nieuwe kans te geven om hun droom na te streven. Zowel de geïntegreerde politie als uiteindelijk de hele samenleving kan maar wel varen bij die droom. Daarom kan daar uiteindelijk niemand echt tegen zijn.