Proposition 55K3302

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi portant assentiment à l'Accord entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République gabonaise relatif aux services de transport aérien, fait à Bruxelles le 28 mai 2018.

General information

Submitted by
Vivaldi
Submission date
April 12, 2023
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
Gabon international agreement airline air transport

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo LE PS | SP DéFI Open Vld N-VA LDD MR PVDA | PTB VB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

May 25, 2023 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Eliane Tillieux

De rapporteur, mevrouw Reynaert, verwijst naar het schriftelijk verslag.


Kathleen Depoorter N-VA

Mevrouw de voorzitster, ik stel vast dat de bevoegde minister er niet is.


President Eliane Tillieux

Mevrouw Lahbib is afwezig, dat weten we. Mevrouw Van der Straeten vertegenwoordigt de regering.


Kathleen Depoorter N-VA

Dat komt eigenlijk goed uit. Eigenlijk is dit een update van verdragen die al lang bestaan en die heel belangrijk zijn voor onze luchtvaartsector, net als voor alle bedrijven die werken in en rond de luchthavens. Onlangs vierden mijn collega’s uit Vlaams-Brabant het 100-jarig bestaan van de luchthaven.

Onze partij is dus wel altijd voorstander geweest van dergelijke verdragen, maar ik doe hier wel een bijzondere vaststelling. Het komt dan ook goed uit dat minister Van der Straeten hier aanwezig is. Inzake deze verdragen en de discussies daarover is er een grote spreidstand waarneembaar bij de groene partij. Ik neem u even mee terug naar de vorige regering, de Zweedse, toen bepaalde van deze verdragen geüpdatet werden. De groene partij merkte toen steevast op dat men zonder een aanpassing van de vrijstelling van accijnzen op brandstof niet kon meegaan in deze verdragen. Dat was onmogelijk voor de groene partij en eigenlijk ook voor Vooruit. Ik wil het wel voorlezen. Een lid van de fractie Ecolo-Groen, de heer Devriendt, gaf aan dat hij geen akkoord kon goedkeuren “dat het heffen van een kerosinetaks onmogelijk maakte”. Hij verwees daarbij naar een bilateraal akkoord met Qatar dat zo’n clausule bevatte. Hij vroeg uitdrukkelijk om een clausule in het akkoord in te voegen om ervoor te zorgen dat die kerosinetaks toch mogelijk zou worden.

Tevens stel ik vast dat diezelfde groene partij over het verdrag met Tanzania ook geen opmerkingen heeft gemaakt. Dat verdrag is in 2021 ondertekend en goedgekeurd. Alle leden van ECOLO-Groen hebben toen op het knopje gedrukt. U weet wel dat het over de zoveelste bocht gaat. Wij hebben het hier daarnet uitgebreid gehad over een aantal inconsequenties van de groene dogmatici.

Collega’s, vandaag zullen wij hier over dat verdrag stemmen. Ik haal het toch nog eens aan, ik heb in de commissie geen tussenkomst gehoord van de groene partij. Ik heb ook geen antwoord gekregen op mijn vragen, met name hoe die partij vandaag staat tegenover het feit dat er in het verdrag helemaal geen gewag wordt gemaakt van de vrijstelling van accijnzen op brandstof. Misschien zal er straks nog een uitvoerige toelichting volgen.

Ik wil echter nog een bijkomende vraag stellen aan de groene collega’s. Hoe komt het dat u in de regionale parlementen wel consequent stemt? Daar hebt u zich tenminste onthouden bij de stemming over de verdragen. Hoe komt het dus dat u regionaal uw groene dogma’s wel aanhoudt, maar dat u voor luchtvaartakkoorden hier in het federale Parlement al uw principes opzijschuift en dus niet meegaat in dit akkoord, dat voor alle duidelijkheid voor mijn partij een logisch verdrag en een logische manier van werken is? Hier worden die principes dus eigenlijk overboord gegooid.

Ik wil mij ook richten tot de Vooruitfractie. Ik zie immers dat de heer Verduyckt daarover overlegt met zijn fractievoorzitster. Ook aan de Vooruitfractie vraag ik naar die inconsequente houding. Misschien kan er straks nog een woordje uitleg volgen.


President Eliane Tillieux

Zijn er nog leden die het woord vragen? (Neen.)

Mevrouw de minister, u krijgt het woord.


Minister Tinne Van der Straeten

Mevrouw Depoorter, dank u voor uw interventie over een onderwerp dat ook in de commissie aan bod is gekomen en daar een antwoord heeft gekregen. Misschien kan ik echter nog een aantal punten extra toelichten.

In de commissie werd aangehaald dat in 1944 over het Verdrag van Chicago werd onderhandeld en dat het toen van vitaal belang was om de civiele economische machine nieuw leven in te blazen, met name om de verbinding en de connectiviteit tussen staten te verzekeren. Om dit te doen, werd beslist om elke belasting van de commerciële luchtvaartsector, in het bijzonder die van kerosine, tot het strikte minimum te beperken.

De ICAO-raad heeft herhaaldelijk de wens uitgesproken om alle belastingen zo veel mogelijk te verminderen, ook voor kerosine die in een derde land wordt geladen. Als gevolg hiervan hebben we in al onze luchtvaartovereenkomsten, evenals in de multilaterale EU-overeenkomsten, een dubbele vrijstelling voor kerosine, namelijk voor de kerosine die al aan boord is en voor de kerosine die in een derde land is geladen. Kerosine aan boord is dus vrijgesteld onder het verdrag en de kerosine in een derde land geladen, in ons land geladen door de buitenlandse vervoerder.

De klimaatopwarming maakt dat dit principe steeds meer onder druk komt te staan. Daarom is het noodzakelijk om hiervoor een gecoördineerde aanpak te ontwikkelen. Dit kan op Europees niveau, maar het dient bij voorkeur op wereldwijde schaal te worden aangepakt, vooral en met name om de eerlijke concurrentie niet te verstoren of te kunnen blijven behartigen.

Als België alleen een belasting op kerosine zou invoeren, met name via bilaterale akkoorden, dan kan dit voor de Belgische luchtvaartmaatschappijen een concurrentieel nadeel opleveren. Als het Belgisch-Congolese luchtvaartakkoord bijvoorbeeld een belasting op kerosine omvat, maar het Frans-Congolese of het Turks-Congolese akkoord niet, dan levert dat een prijsvoordeel op voor de Franse en Turkse luchtvaartmaatschappijen en wordt de doelstelling in fine niet bereikt.

Daarom bekijkt de minister van Mobiliteit momenteel de mogelijke opties om in toekomstige luchtvaartakkoorden te voorzien in de mogelijkheid van een belasting op kerosine.


Kathleen Depoorter N-VA

Mevrouw de minister, wij zijn het eens met uw uitleg. Wij zijn voor dit verdrag, u hoeft eigenlijk niet uit te leggen waarom u voor zult stemmen.

Ik verwijs echter nog eens naar het verslag van de commissie uit de vorige legislatuur, waar uw collega, Wouter De Vriendt, duidelijk zei: “Het is niet nodig om te wachten om de overeenkomst te heronderhandelen totdat een Europese kerosinetaks kan worden ingesteld.”

Dat was, voor alle duidelijkheid, vijf jaar geleden. U haalt hier nu aan dat minister Gilkinet momenteel laat onderzoeken hoe een dergelijke kerosinetaks geïmplementeerd kan worden, maar u zit al drie jaar in de regering en komt nu een zoveelste bocht van Groen verdedigen.

Mevrouw de minister, al vaker is de vraag gesteld wat u daar zit te doen, behalve het blokkeren van een aantal dossiers, behalve ruziemaken over het klimaatbeleid en behalve ruziemaken over het al dan niet sluiten van de kerncentrales. Het is toch wel een beetje flauw. Als onze kiezers iets verwachten van politici, dan is het consequent gedrag. Dat kan ik hier zelfs met de beste wil van de wereld niet bespeuren.