Proposition 55K2883

Logo (Chamber of representatives)

Projet de loi contenant le quatrième ajustement du Budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2022.

General information

Submitted by
Vivaldi
Submission date
Sept. 27, 2022
Official page
Visit
Status
Adopted
Requirement
Simple
Subjects
budget national budget

Voting

Voted to adopt
Groen CD&V Vooruit Ecolo PS | SP Open Vld MR
Voted to reject
DéFI N-VA LDD PVDA | PTB VB

Contact form

Do you have a question or request regarding this proposition? Select the most appropriate option for your request and I will get back to you shortly.








Bot check: Enter the name of any Belgian province in one of the three Belgian languages:

Discussion

Oct. 27, 2022 | Plenary session (Chamber of representatives)

Full source


President Eliane Tillieux

De rapporteur, de heer Laaouej, verwijst naar het schriftelijk verslag.


Sander Loones N-VA

Mevrouw de voorzitster, komt de staatssecretaris van Begroting?


President Eliane Tillieux

Er zouden antwoorden op vragen die nog niet gesteld zijn aan haar collega-minister bezorgd zijn.


Sander Loones N-VA

Ik heb respect voor de agenda van iedereen, maar ik weet dat mevrouw De Bleeker er meestal aan houdt om aanwezig te kunnen zijn. Als ze er niet is, zal daar wel een gegronde reden voor zijn, maar ik wil haar niet de kans ontnemen om het debat te volgen. We zullen mevrouw De Bleeker de volgende weken en maanden trouwens nog vaak zien, want we zullen het hier nog vaak over de begroting hebben.

Beste collega's, dat dit dossier op de agenda staat, is eigenlijk geen goed nieuws. Er worden opnieuw voor 1,8 miljard euro extra uitgaven voorzien. Dat is een bewijs van het feit dat corona nog niet voorbij is. Het is het bewijs dat we met een crisis in Oekraïne zitten. Het is het bewijs dat er een energiecrisis is. Dat is geen goed nieuws, want het gaat bij die 1,8 miljard euro niet om uitgaven die wij willen doen, maar om uitgaven die wij moeten doen, omdat er nu eenmaal op een crisissituatie moet worden geantwoord. Dat is dus geen goed nieuws.

Toch moet ik zeggen dat ik zelf wel enigszins tevreden ben, om persoonlijke redenen. Ik heb gezien dat er zes mensen op de sprekerslijst zijn ingeschreven. Het is ooit anders geweest. We zitten inmiddels aan de vierde aanpassing. Ik herinner mij discussies waarbij ik de enige spreker was, soms met de heer Vermeersch. Ik ben tevreden te zien dat er vandaag zes sprekers zijn ingeschreven. Ik hoop daaruit te mogen concluderen dat het besef in het Parlement groeit dat de begroting relevant is en dat die best wel wat aandacht verdient en dat daarover wel enkele woorden mogen worden gezegd. Ik denk dat het vorige debat met mevrouw Depoorter dat ook duidelijk heeft gemaakt. We hebben het hier over zuurverdiende centen die door de belastingbetaler worden betaald. Het is onze taak om ervoor te zorgen dat die zo efficiënt mogelijk worden uitgegeven en als steunmechanisme worden ingezet, los van elke politieke discussie die daarover kan worden gevoerd.

Het is dus niet de eerste keer voor dit jaar, we zitten inmiddels aan het vierde aanpassingsblad. Dat gebeurt bijna nooit. De eerste keer toen jullie naar mij mochten luisteren ging het over 220 miljoen euro aan extra uitgaven. De tweede keer had ik het over 900 miljoen euro aan extra uitgaven. De derde keer ging het over 4,7 miljard euro aan extra uitgaven bij de begrotingscontrole. Vandaag komt daar nog eens 1,8 miljard euro aan extra uitgaven bij. Ik wens u proficiat. U had een begroting die al gigantisch in de rode cijfers draaide en u doet er nog eens een extra tekort van 7,6 miljard euro bovenop.

Ik herhaal dat heel wat van die uitgaven echt noodzakelijk zijn. Wij betwisten ze ook niet, omdat er een coronacrisis is geweest, omdat er de oorlog in Oekraïne is en omdat er een energiecrisis is alsook inflatie en een koopkrachtuitdaging. Heel wat van die uitgaven moesten dus gebeuren. In totaal gaat het in 2022 al om 7,6 miljard euro extra bovenop het reeds becijferde tekort.

Het probleem is niet zozeer dat die uitgaven er komen, het probleem schuilt vooral in het feit dat nu eindelijk iemand eens duidelijk zou moeten maken hoe de regering dat alles plant te betalen. Mevrouw Lahbib, in uw hoedanigheid van vertegenwoordiger van de regering zou ik u die vraag graag nog eens expliciet willen stellen. Plant de huidige regering dit jaar effectief nog iets te doen op het vlak van hervormingen? Plant de regering alleen maar met extra uitgaven te komen of zal zij eindelijk ook gaan werken aan een verstandig hervormingsbeleid, zodat wij de mensen de zekerheid kunnen bieden dat zij niet alleen vandaag steun krijgen, maar dat zij die steun ook morgen zullen krijgen, omdat er een begroting is die toch enigszins meer op het juiste pad wordt gezet? Dat is mijn eerste vraag.

Mijn tweede vraag aan de regering is of het de laatste keer is dat wij hier samenzitten voor een aanpassingsblad. Ik heb het daarnet opgesomd, het is intussen al de vierde keer. Opnieuw is er voor 1,8 miljard euro aan extra uitgaven. Het is nu eind oktober 2022. Het zou mij evenwel niet verbazen als de regering ons nogmaals zou verrassen met eigenaardigheden. Ik zou mijn vraag dus expliciet beantwoord willen horen. Betreft het hier het laatste aanpassingsblad?

Wij gaan straks een begrotingsdiscussie aan. Die gaat echter over de begroting voor 2023, dus voor het komende jaar, en potentieel ook over de begroting voor 2024 als de regering die tabellen op tafel zou leggen. Ze beloofde immers met een traject voor twee jaar naar het Parlement te komen. Intrinsiek gaat het dus niet meer over het jaar 2022.

Mevrouw de minister, mijn vraag aan u is dus of het om de laatste keer gaat in 2022 dat de regering naar het Parlement moet komen om extra uitgaven te bepleiten.

Collega's, ik stel die vraag, omdat er gerechtvaardigde vrees is. Ik overloop heel kort een aantal dossiers. Ten eerste is er een Europees coronaherstelfonds, dat aanvankelijk betekende dat er voor 5,9 miljard euro aan Europese steun aan België zou worden toegewezen. Dat is geen Europese steun, maar geld dat wij aan Europa hebben betaald en in mindere mate terugkrijgen.

Eigenlijk hadden we 12 miljard moeten krijgen. Men heeft echter gezegd: u krijgt 5,9 miljard, slechts de helft. Intussen blijkt dat we maar 4,5 miljard krijgen. De Europese Commissie zegt zelfs dat het misschien nog minder zal zijn. Omdat deze regering niet met voldoende pensioenhervormingen komt, riskeert ook die Belgische enveloppe te dalen. Dat zou een impact kunnen hebben op dit begrotingsjaar.

Hetzelfde voor een nieuw Europees mechanisme dat er aan komt, REPowerEU. Dat gaat over middelen in het kader van de verduurzaming van de economie. Volgens de becijfering hadden wij eigenlijk 500 miljoen moeten krijgen. De regering is er echter in geslaagd om zo slecht te onderhandelen dat we maar 280 miljoen krijgen, amper de helft. Dat zou opnieuw een budgettaire impact kunnen hebben op dit jaar en de volgende. De Nationale Bank heeft aangekondigd onvoldoende geld in kas te hebben om een aantal dividenden te betalen. Heeft dat alleen impact in de volgende jaren of dreigt dat ook partieel een impact te hebben op dit jaar? Vandaag kwam het nieuws dat de effectentaks deels werd vernietigd door de rechters. Ook zulke zaken hebben per definitie een potentiële budgettaire impact. Ook daar men ik dat onze vraag terecht is, mevrouw de minister. Kunt u garanderen dat het hier stopt en dat uw begroting, die dit jaar al voor 23 miljard in het rood gaat, bovenop de 7,1 miljard die er via de aanpassingsbladen is bijgekomen, nu wel klopt?


Wouter Vermeersch VB

Mevrouw de voorzitster, minister Lahbib, ik wil u een aantal ernstige vragen stellen over deze begroting.

Zoals aangehaald, worden de uitgaven ondertussen voor de vierde keer aangepast. In december vorig jaar hebben we in dit Parlement de begroting van 2022 goedgekeurd, waarbij er voor de gezamenlijke overheid een tekort zou zijn van ongeveer 25 miljard euro. Ondertussen is dat tekort gestegen met bijna 5 miljard euro tot 30 miljard euro voor dit jaar, een tekort van ongeveer 5% van het bbp. Dat betekent dat de overheidsschuld in dit land oploopt tot 105% van het bbp, wat neerkomt op ongeveer 600 miljard euro.

Dat hoeft niet te verwonderen, want nagenoeg elk paarsgroen akkoord of beslissing gaat gepaard met extra uitgaven. Dat hebben we ook vastgesteld bij het afgelopen begrotingsconclaaf. Er werd een koehandel georganiseerd tussen zeven partijen, met uiteindelijk meer uitgaven zonder enige echte grondige hervorming. Deze regering lijkt een permanente crisisregering te zijn geworden, waar geld uitgeven het enige beleidsinstrument lijkt te zijn. Aangezien staatssecretaris De Bleeker niet aanwezig is, wat we uiteraard betreuren voor begrotingsbesprekingen, richt ik mijn vragen aan u.

Hoelang zal deze paarsgroene regering nog op deze manier verder werken? Hoelang zal uw regering nog doen alsof elke financiële en budgettaire discussie ten gronde overbodig is. Zult u werkelijk wachten tot de internationale context, de stijgende rentes en spreads, dit land uiteindelijk het mes op de keel zetten om in te grijpen? Hoelang zult u nog doorgaan met paarsgroene facturen door te sturen naar de volgende regeringen en generaties? Dat is hetgeen wat u doet. De inflatie stijgt tot meer dan 10%. Het begrotingstekort stijgt tot bijna 30 miljard euro. Er is een ongeziene koopkrachtcrisis en er staat een recessie voor de deur. Waaruit blijkt de ernst van deze regering? Ik heb ze nog niet gezien en andere instellingen evenmin. Het Planbureau, de Nationale Bank van België, de OESO, het IMF en de Europese Commissie gaan er allemaal van uit dat het begrotingstekort ook de komende jaren ongeveer 5% van het bbp zal bedragen.

Men kan dus helemaal niet beweren dat de slechte begrotingstoestand enkel het gevolg is van corona of van de Oekraïnecrisis. Neen, ook als alle tijdelijke crisismaatregelen uitdoven, dan nog blijft het begrotingstekort in dit land onhoudbaar. Ondertussen komt de vergrijzing op toerental, stijgen de rentes op de staatsschuld en liggen er nog heel wat facturen te wachten voor broodnodige investeringen in onze koopkracht en in de politie en defensie. De uitdagingen zijn enorm. Wij beleven op dit eigenste moment ook een door het beleid van de regering uitgelokte asielcrisis. Wij merken ook ongezien drugsgeweld in onze straten en door het jarenlang non-beleid inzake onze energievoorziening gaat het licht binnenkort misschien uit in dit land. Tegen deze achtergrond stijgt de overheidsschuld bij ongewijzigd beleid naar 130 % van het bbp in 2030 en volgens risicoscenario's zelfs naar 140 %. Op die manier is dit land budgettair ongewapend voor nieuwe tegenslagen. De vele crisissen zouden niet mogen verhinderen dat de staatssecretaris voor Begroting de structurele gezondheid van onze overheidsfinanciën blijft bewaken, maar dat doet zij niet. Dat kan zij ook niet, toch niet binnen deze regering.

Ik heb nog eens het verslag nagelezen, want er was een opmerkelijke uitspraak van de heer Leysen. Ik lees die even voor: "De heer Christian Leysen onderstreept dat hij uitermate bezorgd is over de toestand van de publieke financiën gezien de economische crisis die België te wachten staat." Het blijft echter bij zulke holle praatjes. Dat is populisme van een Kamerlid dat deel uitmaakt van de meerderheid en van wie de partij zelfs de eerste minister en de staatssecretaris voor Begroting levert. De woorden van collega Leysen zijn helemaal niet in overeenstemming met de daden van zijn regering, een door Wallonië en links gedomineerde regering die maar al te graag de facturen doorschuift naar de hardwerkende Vlaming. Dat is de realiteit met deze regering.

Het ontbreekt de regering ook aan een echt plan om bijvoorbeeld de werkzaamheidsgraad op te krikken tot 80 %, zeker in Wallonië en Brussel. Het ontbreekt de regering ook aan een plan om onze pensioenen structureel betaalbaar te houden en om de verstikkende belastingdruk in het land onder de knoet te krijgen. Het ontbreekt de regering ook aan een geloofwaardig meerjarentraject om de financiën van ons land weer op orde te brengen.

En daarvoor is Open Vld en haar staatssecretaris medeverantwoordelijk. Het beleid van deze regering is dan ook onverantwoord voor deze en komende generaties.

Het is gewoon een kwestie van tijd voor de financiële markten en de internationale context dit land het mes op de keel zullen zetten en de regeringen van dit land dwingen om pijnlijke saneringen door te voeren ten nadele van de eigen bevolking. Dat zullen wij als Vlaams Belang blijven aankaarten. Wij vrezen dat scenario en zullen het blijven bekampen.

We kunnen de begrotingen van deze regering dan ook onmogelijk goedkeuren.


Marco Van Hees PVDA | PTB

Madame la présidente, chers collègues, vous connaissez l'expression "jamais deux sans trois". En matière budgétaire, c'est plutôt "jamais trois sans quatre", puisqu'on est ici au quatrième ajustement budgétaire. C'est l'ajustement qui nous est soumis aujourd'hui. L'essentiel de celui-ci, c'est de traduire budgétairement l'accord Énergie que le gouvernement avait annoncé le 16 septembre dernier.

Il faut dire qu'il s'agit de mesures particulièrement décevantes puisqu'elles reviennent à dire aux gens "débrouillez-vous", "ne comptez pas sur nous" face à la crise énergétique. Le gouvernement avait annoncé une réduction de 135 euros par mois sur la facture de gaz et de 61 euros sur la facture d'électricité en novembre et en décembre. Entre-temps, lors du conclave budgétaire, le gouvernement a décidé de prolonger cette réduction temporaire jusqu'au mois de mars 2023. Mais ce chèque hiver de 196 euros pendant seulement cinq mois ne va pas permettre aux ménages de passer l'hiver au chaud, alors qu'un ménage moyen paie environ 5 000 euros de plus pour l'énergie qu'avant la crise. Au total, cela représente pour les ménages 980 euros de moins sur les factures annuelles d'un montant moyen de 6 800 euros. Vous voyez ainsi l'écart entre ces petits chèques qui sont donnés et l'explosion de la facture énergétique. C'est totalement insuffisant.

Si on veut vraiment protéger les ménages, les indépendants et les PME, il faut bloquer les prix de l'énergie à un prix inférieur à celui d'aujourd'hui, comme cela se fait dans d'autres pays.

Le PTB n'est pas le seul à dire cela et à considérer que les mesures du gouvernement sont largement insuffisantes. Et je m'adresse aux collègues socialistes, il y a d'abord les syndicats. Parmi les revendications de la grève générale du 9 novembre, il y a le blocage des prix et la liberté de négocier les augmentations de salaires. Or le gouvernement Vivaldi fait finalement l'inverse. Il bloque les salaires mais il ne bloque pas les prix. Il suffirait de renverser les choses pour être dans le droit chemin. Ce n'est en fait pas si compliqué.

Le résultat, ce sont des marges bénéficiaires record pour les grandes entreprises. À deux jours d'intervalle, L'Écho disait "des marges bénéficiaires record pour les entreprises" et, deux jours plus tard, "marge salariale négative pour les deux voire quatre ou six ans à venir."

Voilà ce qu'on lit sur le site de la FGTB: "Des mesures ont été adoptées lors du conclave budgétaire par le gouvernement fédéral. Insuffisantes et temporaires, elles ne permettront pas d'enrayer la précarité qui touche de plus en plus de travailleurs, travailleuses et allocataires sociaux."

Que revendiquent les syndicats? Je cite à nouveau le site de la FGTB: "La libéralisation de l'énergie est un échec total pour les ménages. La FGTB demande que ce secteur stratégique soit à nouveau sous contrôle de l'État. Elle revendique aussi un plafonnement des prix de l'énergie." C'est exactement ce que nous défendons. Ce sont les deux revendications prioritaires pour le PTB: bloquer les prix et nationaliser le secteur de l'énergie.

Il n'y a pas que les syndicats. Je me tourne plutôt du côté du MR. Les organisations représentatives des indépendants et des PME trouvent aussi que les mesures prises par le gouvernement sont totalement insuffisantes. Là, je cite l'Union des Classes Moyennes (UCM): "Pour l'UCM, les mesures et les aides énergie ne suffisent pas. Nous le clamons avec ce slogan: 'Indépendants et PME sous haute tension'. Il en va de la survie de nos entreprises, mais aussi des emplois qui en découlent, qui sont autant de familles menacées."

J'ai l'impression que de part et d'autre, les oreilles sont un peu bouchées. Oui, Bouchez! Surtout au MR, les oreilles sont bouchées.

Nous espérons que la grève générale du 9 novembre va déboucher quelques oreilles. C'est en tout cas à cela que cela sert.

C'était le point principal. Vous comprendrez que nous ne pouvons évidemment pas soutenir un budget de ce genre.

Je veux aussi épingler une mesure de moindre ampleur. Il s'agit d'une subvention à des entreprises privées dans le cadre du plan de relance. De quoi s'agit-il? Il s'agit de cette subvention octroyée dans le cadre du plan de relance au consortium MPVAqua pour financer le projet "Floating solar at sea" – des panneaux solaires qui flottent sur la mer. Cela illustre bien une des critiques que le PTB a formulées, de manière structurelle, sur le plan de relance initié par ce gouvernement: en réalité, de l'argent public est utilisé pour subventionner des entreprises privées.

Qui trouve-t-on dans ce consortium subsidié via l'ajustement budgétaire qui nous est soumis ici? S'agit-il de PME croulant sous les dettes et qui ont vraiment besoin d'aide? Pas vraiment!

En effet, je vais vous donner les noms des trois principaux partenaires de ce consortium. Il y a DEME détenu à 62 % par le holding Ackermans & van Haaren, présidé par Luc Bertrand. La fortune de la famille Bertrand-Ackermans est estimée à 1,8 milliard d'euros, ce qui en fait la 19ᵉ fortune de Belgique. Nos collègues du MR connaissent bien cette famille puisque la fille de Luc Bertrand, Alexia Bertrand, est non seulement administratrice du holding Ackermans & van Haaren, mais aussi chef du groupe MR au Parlement bruxellois.

Qui trouve-t-on d'autre dans ce consortium? Jan De Nul, dirigeant du groupe Jan De Nul. Celui-ci est encore mieux classé que la famille Bertrand puisqu'il est la 13ᵉ fortune belge avec un patrimoine estimé à 2,7 milliards d'euros. Il s'agit bien ici de milliards d'euros et non de millions d'euros. Mais que fait-on encore, aujourd'hui, avec 2,7 milliards d'euros? Pas grand-chose! On peut donc comprendre qu'il ait besoin de l'aide de l'État.

Le troisième larron de ce consortium, c'est la société Tractebel, filiale du groupe ENGIE, cette multinationale qui s'en met plein les poches en nous faisant payer l'électricité dix fois le prix coûtant. Rien que sur les six premiers de cette année, ENGIE a réalisé 5 milliards de bénéfices.

Je voudrais demander à la secrétaire d'État qui devrait être présente, mais qui ne l'est pas, si elle trouve vraiment qu'il faut faire payer le contribuable pour accorder des subventions à ces multinationales et à ces grandes fortunes. Je n'ai pas l'impression que le choix qui a été fait est le plus judicieux. Alors que l'on aide de manière totalement insuffisante la population, le même texte budgétaire prévoit d'accorder des subventions à des grandes fortunes, à des multinationales qui pillent littéralement les familles de notre pays.

Vous comprendrez donc que nous ne pourrons pas soutenir ce texte budgétaire.

Voorzitter: André Flahaut.

Président: André Flahaut.


Christian Leysen Open Vld

Ik ben een voorstander van parler vrai. Populisme is zeggen wat de mensen graag willen horen. Als ondernemer laat ik mij daar op mijn leeftijd niet toe verleiden. Ik probeer hier duidelijk en eerlijk ten aanzien van de bevolking te zeggen wat ik als verkozene van het volk moet zeggen.

Vandaag bespreken wij de vierde aanpassing aan de uitgavenbegroting 2022, waarmee we vooral het hoofd moeten bieden aan de energiecrisis en de gevolgen ervan voor de bedrijven en de gezinnen. Ook al zullen wij die aanpassing goedkeuren, sta me toe om van de gelegenheid gebruik te maken en nogmaals uiting te geven aan mijn grote bezorgdheid over de vooruitzichten voor de volgende jaren en de daarmee gepaard gaande moeilijkheden.

We kunnen het uitgebreid hebben over de pandemie, de oorlog in Oekraïne en de energieschok, die we moeten trotseren, maar dat is geen excuus om niet opnieuw richting begrotingsevenwicht te gaan. Dat is niet evident, want de verleiding in een parlement is om het geld van anderen uit te geven. Wij hadden hier in al ons enthousiasme ei zo na een btw-verlaging op zeep goedgekeurd, maar op het laatste moment beseften we dat we soms ook neen moeten zeggen.

Ik zal hier niet de inventaris maken van de dossiers waarin we het misschien beter hadden kunnen doen. Iedereen moet in eigen boezem kijken. Iemand de zwartepiet toespelen is niet mijn stijl. In een democratie moeten we roeien met de riemen die de kiezer ons heeft gegeven, maar moeten we er ook voor zorgen dat het land goed wordt bestuurd.

Uitzonderlijke tijden vergen uitzonderlijke maatregelen, op korte termijn, maar ook op lange termijn. Het was volkomen terecht dat de regering kosten noch moeite heeft gespaard om de gevolgen van al die crisissen te milderen om de koopkracht van de bevolking te beschermen en het economisch weefsel veilig te stellen.

Er is echter een maar en een meer. Als ondernemer weet ik uit ervaring dat crisistijden ons ertoe nopen om wat ons gebruikelijk en verworven lijkt, ter discussie te stellen. Dat betekent dat we heel doelgericht maatregelen moeten durven te nemen, ze regelmatig evalueren, bijsturen, faseren en tijdig afbouwen. We moeten spaarzaam zijn met de schaarse middelen en lessen trekken uit de fouten van het verleden om ze niet meer te herhalen.

Voor mij is de essentie van crisisbestrijding dat men er alles aan doet om het tij te keren.

De gouverneur van de Nationale Bank, Pierre Wunsch, drukte vorige week nog zijn vrees ervoor uit om terecht te komen in een Europese subsidieoorlog die de inflatie verder aanjaagt, wat dan weer de interestvoeten zal optrekken, terwijl de economie stil dreigt te vallen. Zo geraken we geen stap vooruit. De Belgische Staat heeft extreme wendbaarheid getoond door snel nieuwe steunmaatregelen in te zetten, maar het is oppassen geblazen dat men die steunmaatregelen niet als structureel verworven rechten begint te zien. Dezelfde wendbaarheid is nodig om steunmaatregelen weer af te bouwen, als ze niet meer nodig zijn en ik hoop dat dat moment zo rap mogelijk komt.

Men kan natuurlijk opwerpen dat onze buurlanden Duitsland en Nederland hetzelfde doen. Buiten het feit dat die landen niet dezelfde begrotingstekorten noch schuldgraad laten optekenen, kennen zij ook geen automatische indexkoppeling. Wij moeten er dus voor waken achter dat argument te verstoppen.

Het doet mij als parlementslid alvast zeer veel genoegen dat staatssecretaris De Bleeker het voortouw neemt om het begrotingsproces verder te professionaliseren. Dat is hoognodig en we moeten eerlijk toegeven dat er nog een lange weg te gaan is.

Ik herhaal wat ik in commissie al zei: wij moeten ons in de volgende maanden en jaren durven te bezinnen over de verwachting, laat staan de wensdroom, dat de Staat elk risico en elke schade kan compenseren. De essentiële opdracht van een regering is volgens mij structurele oplossingen te bieden en te faciliteren. Mensen en bedrijven verdienen steun als het moeilijk gaat, maar wij moeten ook werk maken van gedragsverandering, doorgedreven innovatie-inspanningen leveren, zorgen voor gerichte investeringen en een gezonde marktwerking bewerkstelligen. Als we niet oppassen, belanden we in een subsidie-economie, waar burgers en bedrijven al hun energie aanwenden om op steunmaatregelen in de vorm van directe toelagen of fiscale incentives een beroep te kunnen doen, al te vaak in de wetenschap dat zij, in geval zij hun gedrag, investeringen en processen niet aanpassen, toch kunnen rekenen op een schadevergoeding van de Staat. Wij riskeren de volgende jaren in een recessie terecht te komen en dus moeten we misschien een aantal onrealistische en niet langer houdbare beloftes, die we allemaal te gemakkelijk doen, intrekken en zo bijzonder voorzichtig omspringen met overheidssteun.

Steun na steun geven, is water naar de zee dragen. Het is empathie tonen, maar het lost structureel niets op. Het is de cafébaas die een tournée génerale geeft op de kosten van de klanten.

Laten wij eerlijk zijn, wij hebben dat in de jaren 70 al eens geprobeerd. Wij betalen daar nog altijd voor.


Wouter Vermeersch VB

Mijnheer Leysen, u zei op een bepaald moment dat de staatssecretaris erin geslaagd is de processen van de begroting en de rekeningen te verbeteren.

Ik weet niet, mijnheer Leysen, of u de blunderboeken van het Rekenhof leest? Wij hebben die in de afgelopen week besproken met het Rekenhof. Het Rekenhof is werkelijk vernietigend voor de rekeningen van de Staat. Vorig jaar heeft het Rekenhof voor het eerst een verklaring afgelegd over de rekeningen van de Staat. Deze verklaring was: onthouding. Dat betekent dat het Rekenhof, met de cijfers waarover het beschikt, zelfs niet in staat is een oordeel te vormen over die rekeningen.

In het jongste blunderboek staat dat de rekeningen geen getrouw beeld leveren. Er staat een waslijst van zaken die fout lopen. Het gaat over miljarden euro. Het gaat zelfs over facturen die dubbel en driedubbel betaald zijn. Men zegt soms dat de Staat zijn facturen niet betaalt. Wel, sommige afdelingen van de Staat betalen hun facturen drie keer. Dat gebeurt er onder deze regering. Dat is ook de verantwoordelijkheid van de staatssecretaris.

Het werd ook gezegd in de commissie. De staatssecretaris kan natuurlijk niet de verantwoordelijkheid dragen voor alle crisissen die er geweest zijn, maar zij kan er natuurlijk wel voor zorgen dat zij het verschil maakt in de manier waarop de rekeningen verwerkt worden, omdat dit minder politiek gevoelig is. Zij slaagt daar hoe dan ook niet in. Als wij de blunderboeken van het Rekenhof bekijken, jaar na jaar, zien wij daar geen enkele evolutie in. Als u hier dus durft te zeggen dat de staatssecretaris erin geslaagd is de processen van de begroting en de rekeningen te verbeteren, klopt dit absoluut niet met de realiteit, mijnheer Leysen.


Christian Leysen Open Vld

Als u echt had geluisterd naar wat ik had gezegd, zou u weten dat ik had gezegd dat zij ermee bezig is dat verder te professionaliseren. We zetten stappen, gezien de budgetprocessen tijdens het begin van de legislatuur en nu. Dat is zeker niet voldoende. U ontgaat ook een verschil tussen jaarrekeningen opstellen en begroten. Begroten is een budget maken. De financiële boekhouding van de Staat en al haar onderdelen staat inderdaad nog mijlenver van waar ze moet staan.

Ik apprecieer het werk van de begrotingssecretaris. Ik ben blij om te kunnen rekenen op iemand die werkt aan een misgelopen situatie, die verbeteringen vergt, die structureel moet worden aangepakt. De echte uitdaging is inzetten op ieders talent en verantwoordelijkheidszin. We kunnen elkaar de zwartepieten blijven toespelen, maar er zijn specialisten ter zake. We moeten inzetten op wilskracht en daadkracht. Dat zullen we in de begroting ook doen. Dat geldt voor de overheid, de burgers en de bedrijven. Enkel zo kunnen we ons sociale weefsel in stand houden. Voor een goeddraaiend economisch weefsel willen wij allemaal vechten. Daarin moet iedereen zijn plaats vinden en dit moet bijdragen aan welvaart voor allen, vandaag en morgen.


Wouter Vermeersch VB

Mijnheer Leysen, u begint altijd uw tussenkomsten in het Parlement door te zeggen dat u een ondernemer bent. Uit rapporten blijkt dat de minister van Financiën geen zicht heeft op een deel van de rekeningen van de Staat, bijvoorbeeld de volledige inkomsten. Het Rekenhof zegt dat hij voor een groot stuk blind vaart, dat er zaken verkeerd geboekt worden, dat er zaken verkeerd voorgesteld worden. Zou u als ondernemer uw onderneming kunnen leiden zonder dat u de correcte cijfers hebt, zonder dat u de cijfers hebt waar u recht op hebt, zonder dat u de cijfers hebt die duidelijk en correct zijn? U zou dat niet kunnen. Dat is gewoon onmogelijk. In een normale onderneming, maar ook in een regering, moeten de rekeningen op orde zijn, zodat er niet blind wordt gevaren, zodat met kennis van zaken beslissingen kunnen worden genomen. Dat kan deze regering niet, dat bewijst het Rekenhof keer op keer.

U verwijst ook naar de begroting. Ook daarvan maakt het Rekenhof altijd een beoordeling. Het zegt telkens, zwart op wit, dat er over een groot stuk van de ontvangsten nog onduidelijkheid bestaat en dat er nog zaken niet correct worden ingeschat. Dat is de realiteit. Het is onmogelijk een regering of een land te besturen, of om een onderneming te leiden, als men niet over de correcte cijfers beschikt.


Sander Loones N-VA

Mijn verontschuldiging aan de collega's dat ik hun geduld op de proef stel, maar het is de eerste keer dat we dergelijke duidelijke stellingname horen van de heer Leysen. Specifiek over de kwaliteit van de rekeningen was de vraag of de regering voldoende deed. Uw antwoord was zeer duidelijk: zeker niet, we staan mijlen ver van waar we moeten staan. Ik vond het interessant dat u zei dat de regering zeker niet voldoende deed.

Wilt u op een aantal andere vragen even duidelijk antwoorden? U zei dat crisistijden ons er toe nopen om zaken in vraag te stellen. Vindt u dat de regering dit doet? Ja of nee? U zei ook dat wij spaarzaam moeten zijn. Vindt u dat de regering dit doet en spaarzaam is? Of vindt u dat zeker niet? Verder zei u nog dat de regering er alles aan moet doen om het tij te keren. Vindt u dat de regering dit doet? Of zeker niet?


Christian Leysen Open Vld

Wij zijn hier collectief verantwoordelijk voor het verleden. Sommigen hebben nooit aan het beleid deelgenomen. Ik ken ook geen onderneming die nooit fouten heeft gemaakt en niet beter kon doen. Wat ik gezegd heb, daar sta ik achter. Wij hebben een collectieve verantwoordelijkheid en spelen met de kaarten die de kiezer ons gegeven heeft. Ik hoop dat bij de volgende verkiezingen de kaarten anders gelegd kunnen worden, zodat er daadkrachtiger wordt geregeerd.


Sander Loones N-VA

Mijnheer Leysen, ik heb door de commotie het einde van uw tussenkomst niet gehoord. U zei: "Ik hoop dat de kaarten bij de volgende verkiezingen anders liggen, zodat (…)" Wat zei u daarna?


Christian Leysen Open Vld

" (…) zodat politici de moed hebben de structurele hervormingen door te voeren."


Sander Loones N-VA

Dat hebt u niet gezegd. U hebt gezegd: "zodat we wel krachtiger kunnen ingrijpen" of iets in die trant. Ik zal het verslag nalezen om het te controleren, mijnheer de voorzitter.


Josy Arens LE

Monsieur le président, au terme du quatrième ajustement du budget général des dépenses de l'État pour l'année 2022, pour la seule Entité I, c'est-à-dire le budget de l'État fédéral et la sécurité sociale, le déficit du solde de financement SEC avoisinerait les 23 milliards d'euros. C'est une situation qui appelle des réponses fortes de la part du gouvernement afin d'éviter un dérapage continu de nos finances publiques à moyen et à long terme. Pourtant, le gouvernement semble se mettre la tête dans le sable, sans qu'aucune vision structurelle à plus long terme ne soit envisagée. Depuis les bancs de l'opposition, nous avons en effet le sentiment que le gouvernement attend patiemment la fin de la législature, c'est-à-dire 2024, sans vouloir prendre le risque de remédier aux problèmes des finances publiques que nous connaissons et qui impacteront inévitablement les générations à venir.

La résorption de nos problèmes, ce sera pour le ou les prochains gouvernements. Pire, de semaine en semaine, nous avons le plaisir d'entendre des idées - je ne vais pas parler des visions puisque les visions n'ont pas de budget et ne coûtent probablement rien - toutes plus impayables les unes que les autres émaner du gouvernement mais aussi des présidents de partis surtout francophones qui composent la majorité. Il y a là une avalanche de promesses impayables en vue de s'attirer un vote que nous pourrions qualifier dans le meilleur des cas de populaire et, dans le pire des cas, de démagogique voire de populiste.

Or, si l'on en croit les avis de la Cour des comptes, du Conseil supérieur des Finances ou encore de la Banque nationale de Belgique, pour assurer à moyen terme la maîtrise de nos finances publiques et ainsi pouvoir retourner vers un respect des critères de Maastricht, il faut d'abord réduire le déficit et stabiliser le taux d'endettement des pouvoirs publics, et ensuite le réduire de manière progressive et continue. Pourtant, la majorité Vivaldi est incapable de stabiliser ce taux d'endettement du royaume, et ce, alors que nous faisons partie des pays au plus haut taux d'endettement de la zone euro. Ainsi, selon le Conseil supérieur des Finances, le taux d'endettement de l'ensemble de la Belgique passerait de 108 % du PIB fin 2021 à 113 % en 2027, avec comme principal responsable de cette dérive budgétaire, malheureusement, le niveau fédéral. La situation est intenable, ce qui ne me semble pourtant pas émouvoir l'actuel gouvernement. Celui-ci laisse filer le déficit sans prendre de mesures structurelles.

Comprenons-nous bien! En aucun cas ce que nous dénonçons aujourd'hui ne doit se comprendre comme une remise en cause des interventions de l'État en faveur des ménages et des entreprises pour passer le cap de conséquences des crises en Ukraine et aussi de la crise énergétique, lesquelles interventions sont des interventions conjoncturelles. Ce que nous vous reprochons aujourd'hui, c'est de ne pas anticiper un futur qui s'annonce pourtant délicat.

En refusant de procéder aux réformes structurelles nécessaires, les finances de l'État étaient assurées de terminer dans le mur avant que le moindre obstacle ne se présente à nous. Or, des obstacles, depuis le début de cette législature, reconnaissons qu'il y en a eu suffisamment que pour achever définitivement ce qui nous restait de "sauvable".

Quel est donc le futur pour les finances de notre État? À moyen terme, deux indicateurs semblent synthétiser à eux seuls cet avenir sombre qui annonce malheureusement les impôts de demain. Premièrement, les charges d'intérêt du Trésor devraient en effet augmenter de 6,7 milliards d'euros, en 2022, à 9,1 milliards d'euros, à l'horizon 2027, selon la Cour des comptes. Deuxièmement, le déficit du solde de financement SEC devrait s'établir de manière structurelle, augmentation des charges d'intérêt comprise bien sûr, autour de 17 milliards d'euros d'ici à la fin de la législature. Une somme colossale puisque correspondant à 8,4 % de l'ensemble des dépenses de l'État et de la sécurité sociale réunies. Ceci revient à dire que l'État vit au-dessus de ses moyens, au minimum de 8,4 %. Une situation qu'un ménage lambda ne pourrait comprendre.

Voulons-nous diminuer le niveau de protection sociale? Absolument pas. Voulons-nous diminuer les allocations de pension? Évidemment pas. Voulons-nous diminuer le financement de la justice et de la police? Sûrement pas. Mais, pour permettre de ne pas faire de coupes sombres dans des dépenses essentielles de demain, notre pays a besoin de réformes structurelles aujourd'hui. Et plus nous attendrons pour faire les efforts nécessaires, plus ceux-ci seront douloureux.

Ce que nous voulons, c'est une ambitieuse réforme fiscale, qui récompense celles et ceux qui travaillent. Ce que nous voulons, ce sont des mesures qui augmentent le taux d'emploi et mettent fin aux pénuries de main-d'œuvre en activant différentes catégories de travailleurs. Ce que nous voulons, c'est une mobilité qui nous permette de tout mettre en œuvre pour protéger notre planète contre ce fameux réchauffement. Ce que nous voulons, c'est une réforme de notre appareil d'État qui le rende plus efficient, grâce à plus de sobriété, de sélectivité et d'efficacité.

Sans ces réformes structurelles, impossible de limiter certaines dépenses et augmenter les recettes structurelles de l'État. Sans ces réformes structurelles, c'est l'essence de notre système de protection des citoyens qui risque d'être mis en péril par un retour de l'austérité qui nous sera imposé par les marchés et par l'Europe. Faute d'avoir le courage de faire preuve de rigueur aujourd'hui, le gouvernement nous promet l'austérité de demain, et ce, inévitablement. Qu'attendez-vous donc pour vous réveiller? Quand ce gouvernement et cette majorité prendront-ils enfin leurs responsabilités?

Nos concitoyens attendent de vous la gestion de l'État en personnes responsables, et non un abandon à des déclarations politiciennes intempestives.

Du côté du groupe Les Engagés, nous vous attendons dans la gestion d'un État responsable, soucieux de son avenir et de celui de ses concitoyens, et nous sommes prêts à soutenir ces réformes structurelles indispensables pour assurer l'avenir de notre pays. Je vous remercie.


François De Smet DéFI

Madame la présidente, chers collègues, je ne serai pas long; je m'arrêterai juste rapidement sur deux points.

Premièrement, comme cela a déjà été soulevé, si l'ont tient compte de l'ensemble des ajustements budgétaires qui ont déjà eu lieu, on constate que depuis le vote du budget initial, ce sont plus de 7,5 milliards d'euros de dépenses supplémentaires qui ont été adoptés, pratiquement sans aucune mesure compensatoire. La Belgique s'approche désormais d'un déficit total s'élevant à 22 milliards. Au surplus, je rappelle par ailleurs que de nombreuses grandes réformes sont encore attendues: pensions, fiscalité, etc. Notre groupe aime à conserver l'espoir que celles-ci seront neutres budgétairement, mais nous n'y croyons qu'à moitié.

La vraie question à se poser est donc la suivante. Jusqu'à quand le gouvernement actuel va-t-il laisser se creuser ce déficit? Que restera-t-il demain comme marge de manœuvre pour les générations future et pour les prochains gouvernements ? À priori, bien peu de choses.

Deuxièmement, j'aborderai les moyens alloués aux mesures énergétiques. À de multiples reprises, mon groupe a indiqué que ce paquet de mesures était très nettement insuffisant au regard de la hausse des prix de ces derniers mois. S'il est vrai que plusieurs mesures permettent de soulager quelque peu les ménages, force est de constater qu'elles ne suffisent plus depuis longtemps.

Le maintien du taux de TVA à 6 %, la prime chauffage et la prolongation et l'élargissement du tarif social n'influencent plus assez le coût de l'énergie pour les ménages, principalement ceux de la classe moyenne. Depuis des mois, l'ensemble de l'opposition, les citoyens et les acteurs de terrain réclament une mesure simple: le blocage des prix de l'énergie. L'urgence de la situation est telle que nous assistons à la fermeture forcée de certains secteurs. Plusieurs autres, se remettant difficilement de la crise économique et du covid, sont démotivés ou tout simplement écœurés. Je ne disconviens pas du fait que ce gouvernement a tenté d'atténuer les conséquences de la hausse des prix, mais la réponse ne fut pas à la hauteur des attentes et de l'urgence actuelle. Vous comprendrez donc, madame la présidente, chers collègues, que notre groupe ne soutiendra pas plus ce quatrième ajustement budgétaire qu'il n'a pu soutenir les trois autres. Je vous remercie.


Ministre Hadja Lahbib

Madame la présidente, chers collègues, je vous remercie de vos questions. Je crois que certaines d'entre elles ont déjà été abordées en commission avec Mme De Bleeker, qui ne peut malheureusement pas assister à la séance plénière de ce soir en raison d'un dernier hommage qu'elle doit rendre. Je vais tenter de répondre à toutes vos questions du mieux que je peux.

En effet, le présent contexte n'est pas facile.

Waarom is deze vierde aanpassing van de begroting nodig? Ze maakt het budgettair mogelijk om het verruimde sociaal tarief te verlengen, gelet op de hoge energieprijzen. Het sociaal tarief beschermt ongeveer 1 miljoen huishoudens tegen de grootste prijsstijgingen.

À part le tarif social étendu, cette feuille d'ajustement prévoit des moyens pour le forfait de base décidé pour le gaz d'un montant de 135 euros par mois, pour l'électricité de 61 euros par mois pendant les mois de novembre et décembre 2022. La feuille d'ajustement comprend également l'impact de la hausse de la prime mazout à 300 euros. Comme cela a été indiqué, cette mesure a été prolongée dans le cadre du budget 2023.

Dit aanpassingsblad wordt ook gebruikt om verschillende dossiers inzake de transitie-investeringen te integreren in de begroting.

Cette feuille d'ajustement a, en effet, un coût très important.

En ce qui concerne l'impact global de ces décisions sur les finances du groupe fédéral, je renvoie au rapport du Comité de monitoring publié le 22 septembre dans le cadre duquel cette quatrième feuille d'ajustement a déjà été prise en compte.

Le solde du financement pour le fédéral et la sécu pour 2022 représente un déficit de 19,588 milliards d'euros.

Monsieur Loones, vous avez posé beaucoup de questions. Comme vous l'avez indiqué, les dépenses sont nécessaires pour répondre aux suites des crises du covid et aux difficultés en termes de pouvoir d'achat.

Dans le cadre du budget 2023-2024, on continue de soutenir la population avec des aides notamment au niveau de l'énergie, mais aussi avec des mesures permettant d'améliorer le solde budgétaire. Je renvoie d'ailleurs aux discussions sur le budget 2023 initial.

Ce gouvernement prévoit encore des réformes durant les mois à venir sur le plan fiscal, le marché du travail et le système de pension. Il va donc continuer à agir et à mener des réformes, ce jusqu'en 2024.

Normaal gezien is dit de laatste begrotingsaanpassing voor dit jaar, maar zoals u weet kan ik dit niet 100 % garanderen door de inherente onzekerheid van de begroting.

Il ne devrait pas y avoir encore d'augmentation, mais je préfère rester prudente, compte tenu de la situation géopolitique qui, comme vous le savez, est très incertaine.

Monsieur Vermeersch, la secrétaire d'État est prête à discuter avec vous, dans les mois à venir, de la politique budgétaire de ce gouvernement dans le cadre du budget 2023.

Monsieur Van Hees, ce gouvernement comprend le besoin de soutenir les ménages, au vu des prix de l'énergie qui flambent. Il a déjà pris des mesures pour les protéger. Je viens de vous en énumérer les plus importantes: le tarif social normal étendu et le forfait de base dans les mois à venir. Aussi, dans le cadre du budget 2023, ce gouvernement a réservé la priorité au soutien des ménages, des PME et des sociétés.

Mijnheer Leysen, ik dank u voor uw steun en deel uw bezorgdheid. Deze regering wordt geconfronteerd met uitdagende crisissen en weet dat wij onze verantwoordelijkheden zullen opnemen.

Mijnheer Arens en mijnheer De Smet, de uitgaven die met deze aanpassing kunnen gebeuren, zijn noodzakelijk. Gelet op de uitzonderlijke omstandigheden moeten wij tijdelijk in ondersteuning voorzien aan de huishoudens, zonder dat dit betekent dat deze regering de structurele uitdagingen waar dit land voor staat, uit het oog zou verliezen.


Sander Loones N-VA

Mevrouw de minister, ik wil u bedanken voor de antwoorden die u hebt gegeven. U had zich er gemakkelijk vanaf kunnen maken door te verwijzen naar de staatssecretaris, maar u hebt zich voorbereid, ongetwijfeld bijgestaan door een aantal kabinetsmedewerkers.

Ik onthoud twee zaken.

Ten eerste, u verwijst naar de inherente onzekerheid over de begroting. Ik denk dat dit klopt, maar u sluit dus niet uit dat er mogelijks nog een extra aanpassing aan de begroting van 2022 nodig zal zijn. Daarmee hebt u dat iets explicieter verwoord dan de staatssecretaris heeft gedaan in de commissie, maar ik denk wel dat het correct is.

Ten tweede, het is mij in uw antwoord ook opgevallen dat u voor de hervormingen die er moeten gebeuren onmiddellijk verwijst naar de begroting voor 2023, waardoor ik helaas moet concluderen dat we voor dit jaar wellicht niet al te veel meer moeten verwachten. Laten we hopen dat het voor volgend jaar is, al beloofde de State of the Union niet veel op dat vlak, maar goed.

Ik heb ook gehoord dat u zei dat er een extra pensioenhervorming komt. Dat vind ik tof. Ik hoop dat de PS dat ook goed heeft gehoord. Wij hebben net namens de regering vernomen dat er nog extra stappen in de pensioenhervorming worden gezet. Dat is in elk geval nieuwe informatie na de State of the Union, waar gesproken werd over extra arbeidsmarkthervormingen en extra fiscale hervormingen, maar op het vlak van de pensioenen bleef men eerder op de vlakte. Wij zullen dat met bijzonder enthousiasme tegemoet zien.

Voor alle duidelijkheid, ik zal u daar in de toekomst niet op aanspreken, maar wel de mensen die u met die informatie hebben gevoed voor het beantwoorden van de vragen, met name de staatssecretaris, het kabinet van de premier en in de eerste plaats minister Lalieux, die verantwoordelijk is voor het pensioenbeleid van de regering. Nogmaals dank u voor uw antwoord.

Misschien nog een kleine tip voor uw kabinet. Ik ben zelf West-Vlaming en ik heb het ook moeite met het woord huishouden. Alle woorden met h en g zijn voor West-Vlamingen niet zo gemakkelijk. Gezinnen is een goed synoniem, al kan dat ook een uitdagend woord zijn… Ik heb mijzelf in de problemen gewerkt. Ik vraag om deze zinnen uit het verslag te schrappen, mevrouw de voorzitster. (Hilariteit)


Wouter Vermeersch VB

Mevrouw de minister, u antwoordde dat de staatssecretaris bereid is om het begrotingsbeleid met mij te bespreken. Ik mag hopen dat zij dat effectief wil doen.

We hekelen niet zozeer de uitgaven, want die zijn noodzakelijk om de koopkracht te versterken. We hekelen wel het feit dat we enkel met uitgavenbegrotingen en aanpassingen van uitgavenbegrotingen werken, dus meeruitgaven zonder dat de regering enige structurele hervorming doorvoert. Dat heeft tot gevolg dat de getroffen maatregelen ontoereikend zijn. We kunnen eigenlijk veel meer doen. Landen als Nederland en Duitsland, die hun financiën wel op orde hebben, kunnen vandaag immers veel meer doen voor hun bevolking.

Dit land heeft gewoonweg geen buffers meer voor toekomstige crisissen. We moeten dus ons hart vasthouden voor de toekomst, zeker voor onze kinderen en kleinkinderen, maar ook al voor de korte termijn, voor de huidige generaties, want vanaf 2027 zal niet alleen de rentesneeuwbal volop beginnen rollen, maar zal ook de vergrijzing op kruissnelheid komen.

De situatie is niet alleen zorgwekkend, ze is alarmerend. Onder andere door het beleid van deze regering bedraagt de inflatie ondertussen meer dan 10 %. Het tekort bedraagt meer dan 30 miljard euro. Er is een ongeziene koopkrachtcrisis en we staan aan de vooravond van misschien wel opnieuw een economische crisis en een recessie.

Voor mijn vragen betreffende het begrotingsbeleid verwijst u naar de staatssecretaris van Begroting. Dat is tekenend voor het feit dat er in dit Parlement helemaal geen debat wordt gevoerd over die zaken, over de miljarden euro's die worden verspild aan instellingen zoals de Senaat, de provincies en dergelijke, maar ook over de miljardenfactuur van de migratie en de transfers.

Over al die zaken wordt er helemaal geen debat gevoerd in het Parlement. Ik denk ook aan de enorme bijdrage die wij leveren aan de Europese Unie, waar wij gerust een korting op kunnen krijgen. Al die zaken, die miljarden euro's worden hier nooit besproken. Dat is tekenend voor het gebrek aan ernst van de regering wat het luik begroting betreft. Ik herhaal nogmaals dat als wij onze financiën op orde zouden hebben, wij vandaag veel meer zouden kunnen doen voor de bevolking, zoals Nederland kan doen. Dat kunnen wij echter niet, omdat de vorige generatie politici, met onder andere de liberalen die al twintig jaar deel uitmaken van de regering, ervoor gezorgd heeft dat wij geen enkele buffer hebben om deze crisis ten gronde aan te pakken.


Josy Arens LE

Madame la ministre, je vous remercie d'avoir réagi à nos exposés. Je sais très bien que nous sommes ici face à un ajustement budgétaire. Vous avez raison: un ajustement, c'est un ajustement. Dans une commune, c'est une modification budgétaire et ce n'est pas lors d'un ajustement qu'on définit les grandes lignes pour le budget de l'année à venir.

Ce que nous voulions dire aujourd'hui et mon groupe voulait être très clair, c'est que la discussion sur le budget va s'entamer d'ici peu et que nous aurons un ou deux mois de vrais débats budgétaires. Pour ma part, je suis toujours heureux d'avoir au fédéral ces discussions fouillées. Nous souhaitons effectivement de tout notre cœur que, finalement, une vraie réforme fiscale soit enclenchée. Le ministre Van Peteghem en parle régulièrement. J'ai l'impression qu'il rencontre des problèmes au niveau de l'actuelle majorité pour évoluer correctement, puisque certains autres parlent d'une mini-réforme fiscale.

Madame la ministre, je suis heureux de vous avoir entendue parler d'une réforme des pensions. Bien évidemment, il faut encore travailler de ce côté-là. Il faut tout mettre en œuvre pour que chaque citoyen - chaque citoyen ayant, madame la ministre, des droits mais aussi des devoirs - puisse participer à la constitution de la richesse de ce pays. C'est pourquoi il nous faut des réformes. C'est aussi notre appareil d'État qui doit devenir plus efficient, plus sélectif, plus efficace. Tout cela nécessite aussi des réformes, comme certains collègues l'ont indiqué. J'espère que nous aurons l'occasion d'en discuter en profondeur dans les semaines à venir à l'occasion du vote de notre budget 2023.