General information
Full name plenum van 2006-03-23 14:15:00+00:00 in Chamber of representatives
Type plenum
URL https://www.dekamer.be/doc/PCRI/html/51/ip198.html
Parliament Chamber of representatives
You are currently viewing the advanced reviewing page for this source file. You'll note that the layout of the website is less user-friendly than the rest of Demobel. This is on purpose, because it allows people to voluntarily review and correct the translations of the source files. Its goal is not to convey information, but to validate it. If that's not your goal, I'd recommend you to click on one of the propositions that you can find in the table below. But otherwise, feel free to roam around!
Propositions that were discussed
Code
Date
Adopted
Title
51K2298
15/02/2006
✔
Projet de loi modifiant la loi du 19 février 1965 relative à l'exercice, par les étrangers, des activités professionnelles indépendantes.
51K2323
07/03/2006
✔
Projet de loi portant des dispositions fiscales diverses en matière de revenus mobiliers.
Discussions
You are currently viewing the English version of Demobel. This means that you will only be able to review and correct the English translations next to the official text. If you want to review translations in another language, then choose your preferred language in the footer.
Discussions statuses
ID
German
French
English
Esperanto
Spanish
Dutch
#0
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#1
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#2
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#3
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#4
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#5
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#6
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#7
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#8
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#0
#1
Official text
Dat is een uitstekende manier om bondig te zijn. De heer Depoortere heeft het woord in de algemene bespreking.
Translated text
This is a great way to be concise. Mr Depoortere has the word in the general discussion.
#2
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, de minister van Middenstand heeft de bedoeling om met dit wetsontwerp de toekenningsprocedure voor beroepskaarten te veranderen, voor vreemdelingen die zich in ons land willen vestigen als zelfstandige. Volgens de minister is dit noodzakelijk, omdat zij nu te kampen heeft met lange wachtlijsten. Daarom noemt de minister dit ontwerp een administratieve vereenvoudiging.
Mijnheer de voorzitter, collega's, op het eerste gezicht lijkt dit een goed en nobel doel, maar er is wel degelijk een keerzijde aan de medaille. Daarom is het goed om de oude en de nieuwe procedure met elkaar te vergelijken en daaruit onze conclusies en politieke besluiten te trekken.
Het huidige systeem laat niet toe een negatieve beslissing te nemen zonder vooraf de Raad voor Economisch Onderzoek inzake Vreemdelingen te raadplegen. Het grote probleem — dat geef ik toe, mevrouw de minister — is natuurlijk dat er geen termijnen vooropgesteld worden, zodat er uiteraard wachtlijsten ontstaan.
Dit wetsontwerp stelt een procedure voor in twee stappen. In eerste aanleg beslist een persoon, met name een afgevaardigd ambtenaar. Bij weigering, dat is de tweede fase, kan de aanvrager beroep aantekenen bij de minister zelf, die dan op haar beurt een advies moet vragen aan de Raad voor Economisch Onderzoek inzake Vreemdelingen.
Mevrouw de minister, collega's, ik heb hierbij twee grote bedenkingen. Wat de eerste stap van de procedure betreft, vind ik het hoegenaamd lichtzinnig om een ambtenaar te laten beslissen over dossiers. Niettegenstaande de minister in de commissie een aantal criteria opsomde waaraan voldaan moet worden, blijf ik op mijn honger, omdat er niet in een controle wordt voorzien op de beslissingen van deze ambtenaar. Mevrouw de minister, ook met de tweede fase heb ik een fundamenteel probleem. Ik meen dat collega Pieters in de commissie het aantal maanden heeft berekend dat verloopt vanaf de dag dat een aanvrager, bij weigering, beroep instelt bij de minister. De vreemdeling beschikt over 30 dagen om beroep aan te tekenen. De Raad beschikt over vier maanden om een advies uit te brengen en de minister beschikt over twee maanden, na ontvangst van het advies. Dit geeft in totaal een termijn van zeven maanden.
Het huidige ontwerp versnelt dus in feite alleen de procedure bij goedkeuring, maar ook hier worden geen termijnen bepaald waarbinnen de ambtenaar zijn beslissing moet nemen, en laat de termijnen tot zeven maanden oplopen bij een negatieve beslissing in eerste aanleg.
Mevrouw de minister, ik kan hieruit enkel concluderen dat er geen vereenvoudiging is van de huidige procedure, maar wel degelijk een versoepeling. Het wordt met andere woorden voor een vreemdeling gemakkelijker om een beroepskaart te krijgen. Bij een negatieve beslissing in eerste aanleg wordt alles in de beroepsprocedure opnieuw op de lange baan geschoven. Het is meer dan waarschijnlijk dat de vreemdelingen tijdens deze periode in de illegaliteit zullen verdwijnen.
Dit laatste is geen verzinsel. Mijnheer de voorzitter, ik wil de collega's en de minister wijzen op een interne nota van de stad Gent waarin de problematiek van de schijnzelfstandigen beschreven staat. Momenteel is er druk overleg aan de gang tussen de stad Gent en het kabinet van de minister van Binnenlandse Zaken in verband met de problematiek van de schijnzelfstandigen. Het gaat hier om vreemdelingen die zijn uitgesloten van het recht op ingeschreven arbeid en dan de mogelijkheid aangrijpen — en ik citeer letterlijk — "de intentie te kennen te geven zich te willen vestigen als zelfstandige. Op die basis bekomen zij dan een verblijfsvergunning met alle gevolgen van dien."
Dit is op zijn minst merkwaardig te noemen omdat reeds in de wet van 19 februari 1965 staat ingeschreven dat een beroepskaart slechts mag worden afgeleverd aan de vreemdeling die een vergunning heeft om in België te verblijven of er zich te vestigen. De wettelijke bepalingen nemen dus niet weg dat er misbruik wordt gemaakt van de situatie.
Voor de Vlaams Belang-fractie zal eerst deze zaak moeten worden uitgeklaard vooraleer een nieuwe procedure wordt ingesteld. Het huidig wetsontwerp neemt deze bepaling van 1965 immers letterlijk over, wat mij doet besluiten dat de problematiek van de schijnzelfstandigheid onopgelost blijft.
Mijnheer de voorzitter, ik besluit. Ten eerste, dit wetsontwerp is volgens ons wel een versoepeling die zou kunnen leiden tot misbruiken, met name in hoofde van zelfstandige vreemdelingen die niet te goeder trouw zijn omdat in eerste aanleg de afgevaardigde ambtenaar de beslissing alleen moet nemen zonder controle hierop door een instantie. Bovendien valt een grondige screening in eerste aanleg weg. Alleen indien wordt vastgesteld dat een vreemdeling zonder een vergunning in ons land verblijft, wordt advies gevraagd aan de dienst Vreemdelingenzaken. Voor ons moet een vreemde kandidaat-zelfstandige, voorafgaand en bij een vestiging op ons grondgebied, aan een grondig onderzoek worden onderworpen.
Ten tweede, het feit — officiële documenten van de stad Gent zetten mijn argument kracht bij — dat momenteel het omgekeerde aan de gang is, met name vreemdelingen die de intentie tonen om zich hier als zelfstandigen te vestigen om op die manier aan een verblijfsvergunning te komen, wijst erop dat een grondig onderzoek noodzakelijk is. Die controle van de zogenaamde schijnzelfstandigen is momenteel absoluut ondermaats omdat de sociale inspectie te weinig middelen heeft, zowel financieel als wat betreft het personeelsbestand.
Ten derde, de administratieve vereenvoudiging waarover de minister het heeft, bestaat alleen bij een gunstige beslissing voor het afleveren van een beroepskaart. Bij een beroepsprocedure zijn er niet minder dan zeven maanden waarin een beslissing genomen moet worden. Mij lijkt dat niet meteen te getuigen van een administratieve vereenvoudiging.
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, om die redenen stellen wij voor om de huidige procedure te behouden, maar dan wel met de inlossing van termijnen. Het voorliggend wetsontwerp houdt het risico in dat er misbruik wordt gemaakt door malafide vreemdelingen die zich hier willen vestigen als zelfstandigen zonder dat er een diepgaand onderzoek wordt gevoerd.
De fractie van het Vlaams Belang zal daarom tegen het voorliggend wetsontwerp stemmen.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, the Minister of Middle-Earth intends to change with this bill the procedure for granting professional cards, for foreigners who want to settle in our country as self-employed. According to the minister, this is necessary because she is now facing long waiting lists. Therefore, the Minister calls this draft an administrative simplification.
At first glance, this seems to be a good and noble goal, but there is indeed a reverse side of the medal. Therefore, it is good to compare the old and the new procedures and draw our conclusions and political decisions from them.
The current system does not allow a negative decision to be made without prior consultation with the Council for Economic Research on Foreigners. The big problem — which I admit, Mrs. Minister — is, of course, that no deadlines are set in advance, so that of course waiting lists arise.
This bill proposes a two-step procedure. In the first instance, a person, in particular a delegated official, decides. In case of refusal, which is the second phase, the applicant may appeal to the Minister himself, who then in turn must seek advice from the Council for Economic Research on Foreigners.
I have two major concerns. As regards the first step of the procedure, I find it largely unreasonable to have a civil servant decide on files. Although the Minister in the committee listed a number of criteria that must be met, I remain hungry because there is no control over the decisions of this official. Also with the second phase, I have a fundamental problem. I think that colleague Pieters in the committee has calculated the number of months that run from the day that a applicant, in case of refusal, appeals to the minister. The foreigner has 30 days to file an appeal. The Council has four months to issue an opinion and the Minister has two months after receiving the opinion. This gives a total period of seven months.
Thus, the current draft actually only speeds up the approval procedure, but also here no time limits are set within which the official must make his decision, and the time limits up to seven months in the case of a negative decision in first instance.
Mrs. Minister, I can only conclude from this that there is no simplification of the current procedure, but indeed a easing. In other words, it will be easier for a foreigner to obtain a professional card. In the case of a negative decision in the first instance, everything in the appeal procedure is pushed back on the long track. It is more than likely that the foreigners will disappear in the illegality during this period.
The latter is not a fiction. Mr. Speaker, I would like to point out to my colleagues and the Minister an internal note of the city of Gent describing the problem of the phony self-employed. Currently there is a busy consultation ongoing between the city of Gent and the Cabinet of the Minister of Home Affairs in connection with the problem of the phony self-employed. This is about foreigners who are excluded from the right to registered labour and then take advantage of the possibility — and I literally quote — “to show the intention of wanting to establish themselves as self-employed. On this basis, they shall then obtain a residence permit with all the consequences thereof.”
This is at least strange to be called because already in the law of 19 February 1965 is written that a professional card may only be delivered to the foreigner who has a permit to reside or settle in Belgium. Therefore, the legal provisions do not eliminate the abuse of the situation.
For the Vlaams Belang group, this case will first have to be clarified before a new procedure is initiated. In fact, the present draft law takes this 1965 provision literally, which makes me conclude that the problem of the apparent independence remains unresolved.
Mr. Speaker, I will decide. First, this bill is, in our opinion, a mitigation that could lead to abuse, in particular in respect of self-employed foreigners who are not in good faith because in the first instance the delegated official must take the decision alone without control by an authority. In addition, a thorough screening in the first instance is avoided. Only if it is established that a foreigner is staying in our country without a permit, advice is requested from the Foreign Affairs Service. For us, a foreign candidate-self-employed, before and at an establishment on our territory, must be subject to a thorough examination.
Secondly, the fact — official documents of the city of Ghent confirm my argument — that the opposite is currently happening, in particular foreigners who demonstrate the intention to settle here as self-employed persons in order to obtain a residence permit in this way, indicates that a thorough investigation is necessary. This control of the so-called false self-employed is currently absolutely undermeasurable because the Social Inspectorate has insufficient resources, both financially and in terms of the workforce.
Third, the administrative simplification referred to by the Minister exists only in the case of a favorable decision for the delivery of a professional card. In an appeal procedure, there are no less than seven months in which a decision must be taken. This does not appear to be an immediate indication of an administrative simplification.
For these reasons, we propose that the current procedure be ⁇ ined, but with the introduction of deadlines. The present draft law presents the risk of being abused by malafide foreigners who want to settle here as self-employed without a thorough investigation being conducted.
The Flemish Interest Group will therefore vote against the present bill.
#3
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, met onze CD&V-fractie hebben wij in de commissie dit wetsontwerp goedgekeurd, nadat het inderdaad uit de programmawet was gelicht en als apart ontwerp werd ingediend. Het heeft weliswaar twee maand geduurd vooraleer dit wetsontwerp in de Kamer werd ingediend, dat eerder als amendement in het Generatiepact was ingeschreven en te elfder ure werd omgezet in een wetsontwerp. Het was daarbij belangrijk dat we konden werken met een advies van de Raad van State, wat zeer nuttig was, en dat er ook een levendige discussie geweest is in onze kamercommissie, terwijl op het ogenblik van de bespreking van het Generatiepact iedereen slordig zou gestemd hebben volgens het advies van de regering. Men zou dit goedgekeurd hebben zonder enige discussie.
Ik vind het terecht dat we erover konden discussiëren. Dit is niet zomaar eenvoudig om een beroepskaart toe te kennen, te verlengen of te vernieuwen. Er moeten hiervoor de nodige onderzoeken gedaan worden om aan bonafide zelfstandige vreemdelingen toe te laten om in ons land te komen werken.
Het is noodzakelijk kennis te hebben van hun bekwaamheid, hun achtergrond en de eerlijkheid van de intenties waarmee ze naar dit land komen. Ik beaam dan ook wat mijn collega daarnet heeft gezegd. De procedure is inzake de termijnen inderdaad niet vereenvoudigd. De procedure is vrij lang, maar als het een goede procedure is, heb ik daar geen problemen mee. Onze conclusie is dat dit ontwerp geen vereenvoudiging is wat de termijnen betreft, maar wanneer alles correct gebeurt en alles goed onderzocht wordt, zullen we toch met een systeem kunnen werken waarbij we zeker zijn dat we alleen te doen hebben met bonafide zelfstandigen die zich hier willen vestigen. Dit is onze doelstelling en daarom hebben wij geopteerd voor een ernstig onderzoek dat door de ambtenaar van de minister moet gebeuren en desgevallend door een extern orgaan, namelijk de Raad voor Economisch Advies.
Tot slot wil ik de aandacht van de aanwezige commissieleden erop vestigen dat wij steeds geconfronteerd worden met een wederkerend feit in onze commissie voor het Bedrijfsleven. Ik spreek over de ongelooflijke slordigheid van de wetteksten. De Nederlandse vertaling van het ultieme wetsontwerp heeft over amper vier artikelen en twee pagina's acht correcties gekregen van de juridische diensten van de Kamer, niet alleen juridische opmerkingen, maar vooral opmerkingen over vertalingen. We leren ermee leven, mijnheer de voorzitter, maar als u het mij vraagt, is dit niet gezond. De regering zou op dit vlak beter werk moeten presteren.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, with our CD&V group, we approved this bill in the committee, after it was indeed removed from the program law and was submitted as a separate draft. It took two months before this bill was submitted to the House, which was previously registered as an amendment to the Generation Pact and was converted into a bill at eleven o’clock. It was important that we could work with an opinion from the State Council, which was very useful, and that there was also a lively discussion in our chamber committee, while at the time of the discussion of the Generation Pact everyone would have voted dishonestly according to the advice of the government. This would have been approved without any discussion.
I think it was right that we could discuss it. This is not simply easy to grant, renew or renew a professional card. For this, the necessary research needs to be done to allow bonafide self-employed foreigners to come to work in our country.
It is necessary to have knowledge of their capacity, their background and the honesty of the intentions with which they come to this country. I agree with what my colleague has just said. The procedure is not simplified in terms of deadlines. The procedure is quite long, but if it is a good procedure, I have no problems with it. Our conclusion is that this design is not a simplification in terms of deadlines, but when everything is done correctly and everything is thoroughly examined, we will still be able to work with a system in which we are sure that we are only dealing with bonafide self-employed who want to settle here. This is our goal and therefore we have opted for a serious investigation that must be carried out by the official of the Minister and, if necessary, by an external body, namely the Council for Economic Advisory.
Finally, I would like to draw the attention of the members of the committee present to the fact that we are constantly facing a recurring fact in our committee for business. I am talking about the incredible blamage of the legislative texts. The Dutch translation of the ultimate bill has received eight corrections from the Chamber’s legal services on just four articles and two pages, not only legal comments, but above all comments on translations. We learn to live with it, Mr. Speaker, but if you ask me, this is not healthy. The government should do a better job in this area.
#4
Official text
Mevrouw, u hebt gelijk over de legistiek. Ik herinner de Kamer eraan dat wij enkele jaren geleden die dienst hebben uitgebouwd. Dat was niet gemakkelijk. We zijn overeengekomen dat er een tijdspanne was tussen de legistieke correcties en de eindstemming. Er was een periode, mevrouw Pieters — een tijdje geleden — dat het Belgisch Staatsblad vol errata stond. Ik vind dat niet aanvaardbaar.
Ik ben zeer aandachtig voor al deze detaillistische, maar soms ook belangrijke correcties. Ik heb een viertal weken geleden de premier geschreven om de aandacht van zijn collega's te vestigen op het feit dat het toch moeilijk aanvaardbaar is — ik zie de vice-premier, die een echte parlementaire bewogenheid bezit — dat we teksten kregen waarin soms tien, vijftig of honderd bemerkingen van legistieke aard van onze diensten op terug te vinden waren. Des te beter, als wij het gezien hebben vraagt het geen erratum in het Belgisch Staatsblad. Madame, j'insiste: vous avez des administrations, des collaborateurs. Je sais qu'il n'est pas toujours facile de traduire en texte législatif des compromis d'ordre politique, c'est normal. La vie est une chose délicate! Cependant, monsieur le premier ministre, légistiquement, j'ai encore rappelé la lettre: je tiens à ce que cela soit exemplaire. Mevrouw Pieters, ik dank u dat u dit hebt aangehaald. Het geeft mij de kans de eerste minister een herinneringsbrief te sturen. Ik heb met mijn brief ook een lijst meegezonden met tientallen bemerkingen over teksten die niet waren opgepoetst. Dan heb ik het niet over de inhoud, maar over de vorm. Ik vind dat de Kamer hierin op haar strepen moet staan.
Translated text
You are right about legality. I remind the Chamber that we expanded this service a few years ago. It was not easy. We agreed that there was a time interval between the legislative corrections and the final vote. There was a period, Mrs. Pieters — some time ago — that the Belgian Staatsblad was full of errata. I find this unacceptable.
I am very attentive to all these retail, but sometimes important corrections. I wrote to the Prime Minister four weeks ago to draw his colleagues’ attention to the fact that it is hard to accept — I see the Deputy Prime Minister, who possesses a genuine parliamentary motivation — that we were given texts in which sometimes ten, fifty, or a hundred observations of the legistic nature of our services could be found. Even better, if we have seen it, it does not require an erratum in the Belgian Staatsblad. Madame, I insist: you have of administrations, of collaborators. You know that it is not always easy to translate and text legislative of compromise of political order, it is normal. Life is a delicate thing! However, Monsieur le premier ministre, légistiquement, j'ai encore rappelé la lettre: you tiens à ce que cela soit exemplaire. Mrs. Peters, I thank you for quoting this. It gives me the opportunity to send the Prime Minister a letter of remembrance. In my letter, I also sent a list with dozens of comments on texts that were not polished. I am not talking about the content, but about the form. I think the room in this should be on its lines.
#5
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik wil alleen maar opmerken dat u langer hebt gesproken dan ik.
Translated text
Mr. Speaker, I just want to note that you spoke longer than I did.
#6
Official text
Mevrouw, u was met de grond van de zaak bezig, terwijl ik met de vorm bezig was.
Translated text
Mrs, you were dealing with the bottom of the matter, while I was dealing with the form.
#7
Official text
Monsieur le président, je serai très brève. Nous avons eu l'occasion d'en discuter en commission.
Ik moet wel zeggen dat dit project geen versoepeling is, maar wel een vereenvoudiging. De vreemdeling moet ten eerste de vergunning krijgen om in België te blijven. Le premier critère est et reste le fait d'obtenir tout d'abord le permis de séjour en Belgique. Nous avons défini des délais de rigueur non pas pour assouplir mais pour faciliter les demandes d'octroi.
Translated text
I will be very brief. We had the opportunity to discuss this in the committee.
I have to say that this project is not versoepeling, but is a vereenvoudiging. De vreemdeling moet ten eerste de vergunning krijgen om in Belgium te stay. The first criterion is and remains the fact of obtaining the first residence permit in Belgium. We have set strict deadlines not to ease but to facilitate grant applications.
#8
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik kan de collega's meedelen dat het deels ging over een reparatiewet en deels over de behandeling van de inning van de roerende inkomsten. De minister heeft een inleiding gegeven en uw dienaar een uiteenzetting. Vermits de teksten eenparig werden goedgekeurd, denk ik dat het wetsontwerp niet nog meer commentaar behoeft.
Translated text
Mr. Speaker, I can inform the colleagues that it was partly about a repair law and partly about the treatment of the collection of the movable income. The minister gave an introduction and your servant a presentation. Since the texts were unanimously approved, I think the bill does not need further comment.