General information
Full name plenum van 2012-06-28 14:20:00+00:00 in Chamber of representatives
Type plenum
URL https://www.dekamer.be/doc/PCRI/html/53/ip095x.html
Parliament Chamber of representatives
You are currently viewing the advanced reviewing page for this source file. You'll note that the layout of the website is less user-friendly than the rest of Demobel. This is on purpose, because it allows people to voluntarily review and correct the translations of the source files. Its goal is not to convey information, but to validate it. If that's not your goal, I'd recommend you to click on one of the propositions that you can find in the table below. But otherwise, feel free to roam around!
Propositions that were discussed
Code
Date
Adopted
Title
53K1378
07/04/2011
✘
Proposition de résolution relative au rétablissement de l'obligation de suivre des cours théoriques de conduite auprès d'une école de conduite agréée pour les personnes qui ont échoué à deux reprises à l'examen de conduite théorique.
53K2232
04/06/2012
✔
Projet de loi relatif à la semaine de quatre jours et au travail à mi-temps à partir de 50 ou 55 ans dans le secteur public.
53K2295
22/06/2012
✔
Projet de loi modifiant la loi du 20 janvier 1999 visant la protection du milieu marin dans les espaces marins sous la juridiction de la Belgique, en ce qui concerne l'organisation de l'aménagement des espaces marins.
53K2063
14/02/2012
✔
Projet de loi modifiant l'article 6.3 de l'arrêté royal du 1er décembre 1975 portant règlement général sur la police de la circulation routière et l'usage de la voie publique afin d'introduire une dérogation au principe général de primauté des signaux lumineux de circulation en ce qui concerne les signaux routiers relatifs à la priorité pour les cyclistes.
53K2223
31/05/2012
✔
Projet de loi relatif à la création et à l'organisation d'un intégrateur de services fédéral.
53K2216
25/05/2012
✔
Projet de loi modifiant la loi du 15 mai 2007 relative à la sécurité civile et la loi du 31 décembre 1963 sur la protection civile.
Discussions
You are currently viewing the English version of Demobel. This means that you will only be able to review and correct the English translations next to the official text. If you want to review translations in another language, then choose your preferred language in the footer.
Discussions statuses
ID
German
French
English
Esperanto
Spanish
Dutch
#0
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#1
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#2
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#3
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#4
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#5
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#6
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#7
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#8
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#9
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#10
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#11
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#12
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#13
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#14
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#15
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#16
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#17
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#18
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#19
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#20
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#21
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#22
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#23
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#24
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#25
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#26
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#27
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#28
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#29
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#30
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#31
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#32
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#33
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#34
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#35
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#36
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#37
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#38
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#39
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#40
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#41
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#42
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#43
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#44
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#45
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#46
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#47
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#48
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#49
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#50
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#51
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#52
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#53
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#54
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#55
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#56
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#57
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#58
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#59
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#0
#1
Official text
Het is duidelijk dat men op dit moment alleen nog de theorie leert op basis van de examenvragen en dus niet meer op basis van het handboek. Iedereen kent nog wel die twee boekjes, vroeger was dat met onder meer commissaris Vervucht en ook met een socialistische politiecommissaris. Iedereen kent nog wel die boekjes van de rijschool, die men moest doorploeteren. Men begon met het oplossen van de examenvragen en waar men er niet uit geraakte of de oplossing niet begreep, ging men het misschien nalezen. Op die manier probeerde men toch op een vlotte manier zijn theoretisch rijexamen af te leggen.
Dit heeft ervoor gezorgd dat men met het volgende geconfronteerd wordt. Men moet bij het afleggen van dit elektronisch examen 41 op 50 behalen, maar elke vraag heeft eenzelfde gewicht. Dus, als men op het theorie-examen vijf keer antwoordt dat men door het rode licht mag rijden, is men glansrijk geslaagd. Dat is een slechte zaak.
Men heeft mij bij het examencentrum meegedeeld dat er nu zes reeksen zijn van 50 vragen. Die vragen zijn zelfs niet allemaal verschillend. Dat betekent dat indien men zes keer niet geslaagd is, men sowieso opnieuw dezelfde vragen krijgt. Er schort dus iets aan de wijze waarop men het examen afneemt.
Vermits wij reeds jarenlang geconfronteerd worden met deze problematiek, zou men moeten evolueren van een goksysteem voor de vragen naar inschatting van verkeerssituaties, naar risicoacceptatie en dergelijke meer. Dergelijke vragen zouden tot een veel beter resultaat en een veel betere inschatting leiden of men wel de juiste kennis van het verkeersreglement heeft, in plaats van gewoon te gokken op A, B of C.
In de huidige database zitten ongeveer 300 vragen voor het theoretisch rijexamen. Ook dat zijn er veel te weinig.
Dat zijn allemaal bedenkingen bij het huidige systeem van examen.
Collega Wollants vraagt zich af, als men met die problemen geconfronteerd wordt, of men niet beter het rijexamen zou aanpassen.
Translated text
It is clear that at the moment theory is only taught on the basis of the exam questions and therefore no longer on the basis of the manual. Everyone still knows those two books, before it was with, among other things, commissioner Vervucht and also with a socialist police commissioner. Everybody knows the books of the driving school, which one had to run through. One began by solving the examination questions, and where one did not get out of it or did not understand the solution, one might read it. In this way, however, they tried to pass their theoretical driving exams smoothly.
This has ensured that one is faced with the next. When passing this electronic exam, one must obtain 41 out of 50, but each question has the same weight. So, if one answers five times at the theory exam that one can drive through the red light, one has brilliantly succeeded. That is a bad thing.
I was informed at the examination centre that there are now six sets of 50 questions. These questions are not all different. This means that if one fails six times, one gets the same questions again anyway. There is a shortage in how the exam is taken.
Since we have been faced with this problem for years, one should evolve from a gambling system for the questions of estimation of traffic situations, to risk acceptance and so on. Such questions would lead to a much better outcome and a much better assessment of whether one has the right knowledge of the traffic regulation, rather than simply gambling on A, B or C.
The current database contains approximately 300 questions for the theoretical driving exam. That too is too little.
These are all concerns with the current exam system.
Collega Wollants asks, if one is faced with these problems, whether one would not better adjust the driving exam.
#2
Official text
Ter zake ligt een probleem bij de wetgever, die blijkbaar toelaat dat een bepaald examencentrum, eenmaal het zijn erkenning heeft binnengehaald, vrij spel heeft.
Ook op dat vlak ligt voor de staatssecretaris voor Mobiliteit een taak weggelegd, om een aantal initiatieven te nemen.
Anderzijds, collega’s, worden in België via een multiple-choicesysteem enkel klassieke vragen over de Wegcode gesteld. Meer nog, bij de oorspronkelijke examenvragen bleek de tekst zelfs te moeilijk. De tekst moest dan ook worden aangepast. De tekst werd gemakkelijker gemaakt en vragen die enigszins dubbelzinnig waren, zijn gewoon geschrapt.
Ik zou de staatssecretaris willen aanraden om eens naar het buitenland te kijken. In het buitenland wordt meer met multiple-choicevragen in combinatie met open vragen gewerkt. Bijvoorbeeld, bij een bepaalde verkeerssituatie wordt een foto getoond en wordt gevraagd hoe snel er mag worden gereden. Vervolgens moet de deelnemer aan het examen met het cijferklavier en dus niet met een vast aantal een antwoord invullen. Bij ons krijgen wij meteen de mogelijkheid om bijvoorbeeld 40, 50 of 60 km per uur aan te duiden, wat het natuurlijk erg gemakkelijk maakt om opnieuw in een goksysteem te vervallen.
Om aan voorgaand probleem te verhelpen, moet niet zozeer het examen worden aangepast, maar kan in het leslokaal, waarvoor wij pleiten om de mensen de theorie te laten volgen, aan de mentaliteit en de mobiliteitskeuze worden gewerkt. Het leslokaal is de plaats bij uitstek om daaraan te werken en om jongeren die al tot tweemaal toe niet zijn geslaagd, alsnog aan hun probleem te laten werken. Zulks heeft ook in het verleden zijn nut bewezen en bewijst in het buitenland nog steeds zijn nut.
Een ander argument dat in de commissie werd gegeven, is dat op school al veel wordt gedaan. Wanneer wij kijken naar de eindtermen, naar het takenpakket in de scholen en naar wat de leraren nu al in hun agenda hebben staan, zou het, gezien de beperkte tijd die de scholen krijgen om aan verkeerslessen te besteden, veel beter zijn dat er een apart lessenpakket van de erkende rijscholen zou zijn. Aldus kan ervoor worden gezorgd dat jongeren voldoende en niet enkel via de scholen op het verkeer worden voorbereid.
Uiteindelijk gaat het er immers vaak over dat wat niet bij de erkende rijscholen gebeurt, op school binnen een tijdsbestek van acht uur wordt gedaan, terwijl de rijscholen een en ander gedurende twaalf volle uren behandelen. In het onderwijssysteem wordt nu in ongeveer acht uur voorzien, om aan verkeerseducatie te doen.
Translated text
In this regard, there is a problem with the legislature, which apparently allows a particular examination centre, once it has obtained its recognition, to have free play.
In this regard, the State Secretary for Mobility is also assigned a task, to take a number of initiatives.
On the other hand, colleagues, in Belgium, through a multi-choice system, only classic questions about the Road Code are asked. Moreover, in the original exam questions, the text was even too difficult. The text had to be adjusted. The text was made easier and questions that were somewhat ambiguous were simply deleted.
I would recommend the Secretary of State to look abroad. In overseas, more work is done with multiple-choice questions in combination with open questions. For example, in a particular traffic situation, a photo is shown and asked how fast it can be driven. Subsequently, the examiner must fill out an answer with the numerical keyboard and therefore not with a fixed number. With us, we immediately get the opportunity to indicate, for example, 40, 50 or 60 km per hour, which of course makes it very easy to fall back into a gambling system.
To remedy the previous problem, not so much the exam needs to be adjusted, but in the classroom, which we advocate to let people follow the theory, can be worked on the mentality and the choice of mobility. The classroom is the perfect place to work on it and to let young people who have failed twice still work on their problem. This has also proven its usefulness in the past and still proves its usefulness abroad.
Another argument given in the committee is that much is already done in school. When we look at the deadlines, the task package in schools and what teachers already have on their agenda, given the limited time that schools have to spend on traffic lessons, it would be much better to have a separate lesson package from the approved driving schools. Thus, it can be ensured that young people are adequately prepared for traffic and not only through schools.
In the end, it is often the case that what does not happen in the approved driving schools is done in the school within a time frame of eight hours, while the driving schools deal with it over a period of twelve full hours. The educational system now provides about eight hours to do traffic education.
#3
Official text
Niet alleen ik maar ook de rijscholen stellen vast dat dit te weinig is. De twaalf uur theorielessen bij een erkende rijschool zijn meer dan nodig.
Met het huidige schoolsysteem bereikt men niet de volledige doelgroep, enkel zij die een goede opleiding hebben genoten. Jaarlijks is er een grote uitval van leerlingen in de middelbare school. Zij hebben dus niet voldoende lessen verkeerseducatie gevolgd. Volgens de huidige regelgeving mogen zij wel uitentreuren hun theoretisch rijexamen afleggen.
Er is een contradictie tussen de opleidingen op school en de verplichting die men krijgt opgelegd als men twee keer niet is geslaagd. Als men in het huidige systeem niet slaagt dan is het duidelijk dat men de materie niet beheerst. Het is onrealistisch te denken dat iemand die vandaag de Wegcode niet kent, morgen wel over voldoende kennis zal beschikken. De verkeerseducatie en de rol van de rijscholen hierin zijn bijzonder belangrijk.
Mij is altijd geleerd dat trial and error, het gokken naar de juiste antwoorden, geen goede zaak is. Men geeft dus een foute boodschap aan de jongeren die zich met een wagen in het verkeer willen begeven. Nu zegt men: gok er maar op los, ooit win je de hoofdprijs.
Wij zijn vragende partij om deze resolutie alsnog te behandelen.
Translated text
Not only I, but also the driving schools find that this is too little. The twelve hours of theoretical lessons at a certified driving school are more than necessary.
With the current school system one does not reach the entire target group, only those who have ⁇ a good education. Every year there is a large drop of students in high school. Therefore, they did not follow sufficient lessons of traffic education. According to the current regulations, they are allowed to take their theoretical driving exam.
There is a contradiction between the training in school and the obligation imposed upon one if one has failed twice. If one fails in the current system, then it is clear that one does not control the matter. It is unrealistic to think that someone who does not know the Code of the Road today will possess sufficient knowledge tomorrow. Traffic education and the role of driving schools are ⁇ important.
I have always been taught that trial and error, betting on the right answers, is not a good thing. Therefore, a wrong message is being given to young people who want to get into traffic with a car. Now they say, just bet on it, someday you will win the main prize.
We are the requesting party to address this resolution.
#4
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar het schriftelijk verslag, dat tijdig is rondgestuurd.
Translated text
I refer to the written report, which was sent in due time.
#5
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, jammer genoeg niet bevoegd voor Mobiliteit – die staatssecretaris is afwezig –, collega’s, op 19 juli 2011 uitte onze fractie van op het spreekgestoelte ernstige bedenkingen en kritiek in verband met de wijziging van het KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer, omdat hiermee de verkeerslichten als het ware vogelvrij werden verklaard. Tot dan was het algemeen principe dat rood licht stoppen betekende, ongeacht welk verkeersbord het rood licht begeleidt.
Ik heb toen aangeklaagd dat er een groot probleem bij de fietsers was. Uit cijfers bleek ook dat fietsers 20 % van de tijd die zij onderweg zijn, doorbrengen voor een rood licht, veeleer dan dat zij te kampen hadden met uitlaatgassen van auto’s, slechte fietspaden, verkeersonveiligheid of ongevallen.
Dat was een zeer ernstig probleem, dat moest worden verholpen. Enkele zeer vindingrijke volksvertegenwoordigers hier waren bereid om het probleem op te lossen.
Ik denk dat het van een zeker egoïsme van de fietsers getuigt als zij vinden dat het principe van het rood licht aan de snelheid moet worden opgeofferd. Dat was immers een van de grote problemen van de fietsers. Nu moeten wij aan jongeren en kinderen op het vlak van verkeerseducatie meegeven dat zelfs een rood licht niet meer heilig is.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Secretary of State, unfortunately not competent for Mobility – that Secretary of State is absent – colleagues, on 19 July 2011, our group expressed serious concerns and criticism of the speaker in connection with the amendment of the KB of 1 December 1975 concerning the general regulation on the road traffic police, because it declared the traffic lights as the true bird free. Until then, the general principle was that red light means stopping, regardless of which traffic sign the red light accompanies.
I then complained that there was a big problem with the cyclists. The figures also showed that cyclists spend 20% of the time they are on the road in front of a red light, rather than having to deal with car exhaust gases, poor bike paths, road safety or accidents.
This was a very serious problem that had to be addressed. Some very ingenious people representatives here were willing to solve the problem.
I think it testifies to a certain selfishness of the cyclists when they find that the principle of the red light should be sacrificed to speed. This is one of the biggest problems for cyclists. Now we must tell young people and children in the field of traffic education that even a red light is no longer sacred.
#6
Official text
Ik denk dat er daaromtrent toch een zeer zware verantwoordelijkheid rust bij de initiatiefnemers. Het voorliggend wetsvoorstel verhelpt dat niet. Aan de eerder geuite kritiek komt men vandaag evenmin tegemoet. Er moesten ook flankerende maatregelen komen, maar wij stellen vast dat daartoe geen enkel initiatief werd genomen. Wij zien alleen parlementair – verontschuldig mij voor het woord – prulwerk. Men slaagde er zelfs niet in om een correcte Nederlandstalige versie door de Kamer goedgekeurd te krijgen. Er werd blijkbaar geen rekening gehouden met de bestaande verkeersreglementering. Daarom moest een nieuw wetsvoorstel ingediend worden om dat te repareren.
In de commissiebesprekingen vorig jaar hebben onder meer de juridische diensten van de Kamer, de bevoegde staatssecretaris en de toenmalige commissievoorzitter, mevrouw De Block, er zeer terecht op gewezen dat het geen goede zaak was om een koninklijk besluit te wijzigen door middel van een wet. We kunnen natuurlijk stellen dat het Parlement goedkeurt wat het wil, en hoe minder werk wij geven aan de Koning, des te beter, want des te sneller kan hij in zijn jacht ergens in de buurt van Motril gaan dobberen.
Hoe dan ook worden we geconfronteerd met een slechte wet. Wij moeten die aanpassen. Dat had allemaal vermeden kunnen worden, als men geluisterd had naar toenmalig staatssecretaris Schouppe en ook naar de sprekers in commissie om een koninklijk besluit niet te wijzigen door middel van een wet.
Wij hebben dat nu moeten doen via het voorliggend wetsvoorstel. Dat heeft tot gevolg dat niemand, ook de bevoegde staatssecretaris niet, tot nu toe een initiatief heeft genomen.
Translated text
I think there is a very heavy responsibility on the initiators. The current bill does not remedy this. The earlier criticisms are not accepted today either. There were also flanking measures, but we note that no initiative was taken to do so. We see only parliamentary – apologize for the word – rubbish. It was not even possible to get a correct Dutch-language version approved by the Chamber. The existing traffic regulations were not taken into account. Therefore, a new bill had to be submitted to correct this.
In the committee discussions last year, among other things, the legal services of the House, the competent secretary of state and the then chairman of the committee, Ms. De Block, have very rightly pointed out that it was not a good thing to amend a royal decree by means of a law. We can, of course, say that Parliament approves what it wants, and the less work we give to the King, the better, because the sooner he can go into his hunt somewhere near Motril.
In any case, we are facing a bad law. We need to adjust them. All this could have been avoided, if one had listened to then-state secretary Schouppe and also to the speakers in the committee not to change a royal decree by means of a law.
We have to do this through the present legislation. As a result, no one, including the competent secretary of state, has so far taken an initiative.
#7
Official text
Mijnheer Veys, ik heb niet echt de gewoonte om u te onderbreken wanneer u aan het woord bent. Als ik het goed begrijp, dan vindt u het eigenlijk ongepast dat voorliggend wetsvoorstel werd ingediend. Daarop komt uw betoog neer.
U hebt dan echter wel een zeer kort geheugen. Op 16 december 2010 heeft mevrouw Colen, tot nader order lid van uw partij, een wetsvoorstel ingediend, volledig hetzelfde, tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 december 1975 met als samenvatting: “Dit wetsvoorstel strekt ertoe het verkeer aan kruispunten vlotter te laten verlopen door aan fietsers die rechts willen afslaan, de mogelijkheid te geven hun manoeuvre ook bij rood licht uit te voeren.” Ondertekend door mevrouw Colen, de heer Veys, mevrouw Ponthier en de heer Valkeniers. (Applaus)
Ik zou nu de boeken toe doen en terug naar mijn plaats gaan, als ik in uw plaats was.
Translated text
Mr. Veys, I don’t really have the habit of interrupting you when you’re speaking. If I understand it correctly, then you find it actually inappropriate that the present bill was submitted. That is where your speech comes down.
You have a very short memory. On 16 December 2010, Ms. Colen, a member of your party, submitted a legislative proposal, entirely the same, amending the Royal Decree of 1 December 1975 with the summary: “This legislative proposal aims to make traffic at crossroads more smooth by giving cyclists who want to turn to the right the possibility to perform their manoeuvre also at red light.” (Applause of Applause)
I would now put the books and go back to my place, if I were in your place.
#8
Official text
Toch niet. Mevrouw Temmerman, ik zal zelf wel beslissen wanneer ik de boeken toe zal doen.
Voorts hebben wij dat voorstel wel in de commissie ingediend, maar nooit de agendering gevraagd. Wij hebben ons namelijk laten overtuigen door onder meer de Gezinsbond en het BIVV, personen die ter zake goede argumenten hadden om ons voorstel niet te handhaven. Men kan namelijk altijd van mening veranderen.
Op het vlak van verkeersveiligheid zijn er belangrijke argumenten om van mening te veranderen. Vorig jaar hebben wij tegengestemd, dat is niet gênant. Ik ben blij dat ik op het vlak van verkeersveiligheid van mening kan veranderen. Zeker op het vlak van verkeerseducatie heeft men zeer terechte argumenten aangehaald om tegen die wet te stemmen. Wij hebben dat toen gedaan en zullen dat vandaag opnieuw doen. Er zijn hier genoeg andere voorbeelden genoemd waarbij men ook van mening is veranderd. Ik verander alvast liever van mening dan dat ik volhard in de boosheid.
Ik had het over een aantal zeer terechte kritieken die werden geuit, niet alleen door het Vlaams Belang, dat zich, zoals zeer attent aangeduid door mevrouw Temmerman, heeft laten overtuigen door een aantal gegronde argumenten zijn mening te herzien. Onder meer in de commissie werd daar toch wel naar verwezen. Daarbij merk ik terloops op, mevrouw Temmerman, dat uw enige verdienste was dat u uw naam per amendement hebt toegevoegd aan het oorspronkelijke wetsvoorstel. Op het moment van de hoorzittingen was u echter in de verste verte niet te bespeuren.
Ik heb niet alleen verwezen naar het standpunt van de staatssecretaris bevoegd voor Mobiliteit. Onder meer de organisatie VTB/VAB merkt duidelijk op dat het niet verstandig is om het rechtsaf-door-roodprincipe te hanteren. Zij verwijst naar alternatieven en niet alleen op het vlak van infrastructuur, dus van de inrichting van de weg. Voorts vraagt zij wat een fietser ervan weerhoudt om, getergd door het rode licht, van de fiets te stappen en dan via het voetpad de hoek om te gaan en weer op de fiets te stappen.
Dat doet hij niet; blijkbaar is dat een te groot probleem. Men wijst er in de hoorzitting, waar u afwezig was, mevrouw Temmerman, op dat een van de problemen waarmee fietsers worden geconfronteerd, erin bestaat dat zij vanuit stilstand moeten vertrekken. Zij moeten dus opnieuw enorm veel kracht op een fiets brengen om zich van stilstand bij groen licht in beweging te zetten. Ook dit is blijkbaar een probleem, dat men probeert de wetten van de dynamica te overwinnen. Het is toch wel een bijzondere prestatie dat onderhavig wetsvoorstel ook daaraan tegemoetkomt!
Translated text
Yet not . Mrs. Temmerman, I will decide myself when I will send the books.
We also submitted this proposal to the committee, but never asked for the agenda. We have been persuaded by, among others, the Family Union and the BIVV, individuals who had good arguments in this regard to not maintain our proposal. You can always change your mind.
In the field of road safety, there are important arguments for changing opinions. Last year we voted against, which is not embarrassing. I am pleased to be able to change my mind on road safety. Especially in the field of traffic education, very justified arguments have been cited to vote against this law. We did it then and will do it again today. There are many other examples mentioned here that have also changed their minds. I would rather change my mind than persist in anger.
I spoke of a number of highly justified criticisms expressed, not only by the Flemish Interest, which, as very carefully indicated by Ms. Temmerman, has been convinced by a number of well-founded arguments to revise its opinion. This was mentioned, among other things, in the Committee. In this context, I would like to point out, Mrs. Temmerman, that your only merit was that you added your name by amendment to the original bill. At the time of the hearings, however, you were not visible in the far distance.
I have not only referred to the position of the State Secretary responsible for Mobility. Among other things, the organization VTB/VAB clearly notes that it is not wise to use the right-to-door red principle. It refers to alternatives and not only in terms of infrastructure, i.e. of road design. Furthermore, she asks what prevents a cyclist from leaving the bike, struck by the red light, and then through the pedestrian path to go the corner and step on the bike again.
He does not; it is apparently a too big problem. In the hearing, where you were absent, Ms. Temmerman, it was pointed out that one of the problems facing cyclists is that they must leave from standstill. They must therefore again put tremendous amount of power on a bicycle to move from stopping at green light. Also this is apparently a problem, that one tries to overcome the laws of dynamics. It is an extraordinary achievement that this bill also meets this!
#9
Official text
Een ander aspect waarop wordt gewezen vanuit de beleidscel van de staatssecretaris voor Mobiliteit is dat nu al veel fietsers door een rood licht rijden. Hoe lossen wij dat op? In plaats van de mensen de wet te doen naleven, gaat men de wet aanpassen. Welk signaal geeft men daarmee? Overtreed maar de wet, wij zullen ons wel aanpassen, zodat u blijvend uw zin kunt doen.
Er is nog een ander aspect. Wij zullen nu toelaten dat fietsers door een rood licht mogen rijden om rechtsaf te slaan, maar wat zal straks de volgende vraag zijn? Misschien ook om rechtdoor te rijden? En wat met de voetgangers? Die zien dat ook en zij willen ook oversteken, ook al is het licht rood. Men geeft dus een bijzonder fout signaal.
Enerzijds, rust er een zware verantwoordelijkheid op de schouders van de initiatiefnemers, ook ten aanzien van kinderen, die ineens geconfronteerd worden met het blijkbaar niet meer heilige principe van de verkeerslichten. Anderzijds, zal men als fietser maar betrokken worden bij een ongeval op een moment waarop men denkt “het is rood, maar voor mij groen”, terwijl deze fietser plots opduikt voor een autobestuurder die ervan uitgaat dat er geen verkeer langs de rechterzijde mogelijk is.
Dat zijn allemaal indicaties die erop wijzen dat het een enorm slechte zaak zou zijn. Niet alleen het Vlaams Belang wijst daarop, maar ook het BIVV, de Gezinsbond en zelfs ex-staatssecretaris Schouppe. In de commissie heeft men zich te gemakkelijk laten overtuigen om daarop in te gaan.
Wat de beleidsomkaderende maatregelen betreft, mevrouw Crevits heeft in de plenaire vergadering van het Vlaams Parlement van 1 februari 2012 zeer terecht gesproken over het negatieve advies van de Vlaamse regering, waar ook uw partij in zit, mevrouw Temmerman. Blijkbaar heeft uw partij dus ook een negatief advies gegeven of praat u niet met uw collega’s in de Vlaamse regering? Ook zij hebben een negatief advies bij dit voorstel gegeven. U schudt neen, maar ik zal mevrouw Crevits citeren.
Translated text
Another aspect that is pointed out from the policy cell of the State Secretary for Mobility is that now many cyclists are already driving through a red light. How do we solve this? Instead of making people obey the law, they are changing the law. What signal is it giving? If you violate the law, we will adapt, so that you can make your wish permanently.
There is another aspect. We will now allow cyclists to drive through a red light to turn to the right, but what will be the next question? Maybe to drive straight? What about the pedestrians? They also see it and they also want to cross, even if the light is red. It gives a very wrong signal.
On the one hand, a heavy responsibility rests on the shoulders of the initiators, also with respect to children, who suddenly face the apparently no longer sacred principle of traffic lights. On the other hand, as a cyclist, one will only be involved in an accident at a time when one thinks “it’s red, but for me green,” while this cyclist suddenly appears in front of a bus driver who assumes that there is no traffic on the right side.
These are all indications that indicate that it would be an extremely bad thing. Not only the Flemish Interest points to this, but also the BIVV, the Family Union and even former secretary of state Schouppe. In the committee, it was too easy to be persuaded to do so.
Regarding the policy framework measures, Ms. Crevits, in the plenary session of the Flemish Parliament of 1 February 2012, correctly addressed the negative opinion of the Flemish government, which includes your party, Ms. Temmerman. Apparently your party has also given a negative advice or do you not talk to your colleagues in the Flemish government? They also gave a negative opinion on this proposal. You shake no, but I will quote Mrs. Crevits.
#10
Official text
(…)
Translated text
The [...]
#11
Official text
U schudt nee wanneer ik spreek van een negatief advies van een regering waar u zelf in zit! Wie is hier ongeloofwaardig?
Translated text
You shake no when I speak of a negative advice from a government you are in! Who is unreliable here?
#12
Official text
U kent het dossier niet goed. (…) heel duidelijk. U kent het dossier niet.
Translated text
You do not know the file well. [...] very clearly. You do not know the file.
#13
Official text
Uw Vlaamse regering heeft een negatief advies gegeven.
Translated text
Your Flemish government has given a negative advice.
#14
Official text
(…) voor de gewestwegen.
Translated text
[...] for the roads.
#15
Official text
Het zou er nog aan mankeren dat zij over gemeentewegen een advies mogen geven. Zij zijn daarvoor niet bevoegd. U kent uw dossier niet. Het gaat over gewestwegen. Het Vlaams Gewest geeft natuurlijk advies over gewestwegen en niet over provinciale wegen, want die zijn afgeschaft, en evenmin over gemeentewegen, die tot de lokale bevoegdheden behoren.
Translated text
It would still be lacking that they could give advice on municipal roads. They are not competent for this. You do not know your file. It is about roads. The Flemish Region, of course, gives advice on regional roads and not on provincial roads, because they have been abolished, nor on municipal roads, which belong to the local authorities.
#16
Official text
Aangezien wij daar toch bij beland zijn, mevrouw Crevits stelde zeer duidelijk in de plenaire vergadering van 1 februari: “De Vlaamse regering heeft ervoor gekozen een negatief advies te geven op het wetsvoorstel om rechtsaf te slaan door rood. In onze huidige Vlaamse context en zeker op Vlaamse gewestwegen is het maar de vraag of het zo verstandig is…”.
Uw wetsvoorstel slaat ook op gewestwegen. Hebt u soms een amendement geschreven waardoor het niet geldt voor gewestwegen? Ook uw eigen Vlaamse regering heeft dit afgewezen.
Ik citeer mevrouw Crevits verder: “…is het maar de vraag of het zo verstandig is om dat op te lossen door middel van een bord. Ik krijg van alle collega’s regelmatig klachten over het feit dat er te veel borden staan.” Wat doen wij vandaag? Wij plaatsen er nog een bord bij. Nu zouden wij een principe dat al zolang bestaat, “rood is rood en dan moet men stoppen” negeren en zeggen dat men daar nu en dan toch door mag. Collega’s, er zijn andere middelen om tot een andere situatie te komen. Mevrouw Crevits stelt verder dat een mogelijk conflict met de voetgangers vrij gevaarlijk is.
Ze zegt ook iets over de lokale wegen. “Wat betreft de lokale wegen had ik liever gehad dat men tegelijk met de goedkeuring van die wet in het federale parlement meteen ook het flankerend inrichtingsbesluit mee zou hebben aangepast waarbij duidelijk zou worden gemaakt in welke situaties het goed zou zijn”. Ondanks het feit dat wij al jaren hebben moeten wachten om die prulwet aan te passen bent u er niet in geslaagd om hier voor een flankerend inrichtingsbesluit te zorgen. “Nu zegt men aan iedereen”, aldus mevrouw Crevits, ”doe wat je denkt dat goed is”. Men geeft dus een vrijgeleide, richt maar in. Het zal de initiatiefnemers worst wezen of er nu een fietser of iemand anders bij betrokken raakt. Het doel heiligt de middelen.
Een laatste citaat van mevrouw Crevits: “Ik ben dus een beetje ongelukkig met de manier waarop de beslissing goedgekeurd is, zo zonder flankerend programma”. Dat is dus iemand die namens de Vlaamse regering spreekt, waarin tot heden ook de sp.a zit, hoewel men zich soms kan afvragen welke sfeer daar heerst.
Als wij teruggaan naar de plenaire vergadering van 19 juli van vorig jaar, dan was ook staatssecretaris Schouppe, bij mijn weten nog altijd een CD&V’er of ACV’er als correctere omschrijving, toch zeer duidelijk. In ieder geval, het was toen laat en misschien is het sommigen ontgaan. Ik citeer de staatssecretaris: “Uit de vele tientallen en zelfs honderden reacties die ik heb gekregen is duidelijk gebleken dat er een beperkt aantal voorstanders is”. Ik vermoed dat er hier in de plenaire vergadering misschien meer voorstanders zijn dan buiten het Parlement.
Translated text
Since we have reached that point, Mrs. Crevits stated very clearly in the plenary session of 1 February: “The Flemish government has chosen to give a negative opinion on the bill to turn right by red. In our current Flemish context and ⁇ on Flemish regional roads, it is only a question of whether it is so sensible...”.
Your proposed legislation also applies to local roads. Have you ever written an amendment that does not apply to roadways? Your own Flemish government has also rejected this.
I quote Mrs. Crevits further: “...it is only the question of whether it is so wise to solve that by means of a board. I regularly receive complaints from all my colleagues about the fact that there are too many signs.” We will add another board. Now we would ignore a principle that has existed for so long, “red is red and then one must stop” and say that one can go through it now and then. Colleagues, there are other means to come to a different situation. Mrs Crevits further states that a possible conflict with pedestrians is quite dangerous.
He also talks about local roads. “As for the local roads, I would have preferred that, at the same time as the federal parliament approves that law, the flankering installation decision would be immediately adjusted, making it clear in which situations it would be right.” Despite the fact that we have had to wait for years to amend that prulwet, you have not been able to ensure a flankering arrangement decision here. “Now everyone is told,” said Mrs. Crevits, “do what you think is right.” Therefore, one gives a free guide, but it is directed in. It will be the initiators worst whether there is a cyclist or someone else involved. The purpose justifies the means.
A final quote from Mrs. Crevits: “So I’m a little unhappy with the way the decision was adopted, so without a flankering program.” Thus, that is someone who speaks on behalf of the Flemish government, in which to this day also the sp.a. is located, although one can sometimes wonder what atmosphere prevails there.
If we go back to the plenary session of 19 July last year, then also Secretary of State Schouppe, to my knowledge still a CD&V’er or ACV’er as a more correct description, was yet very clear. In any case, it was then late and maybe some have missed it. I quote the Secretary of State: “From the many dozens and even hundreds of responses I have received, it has clearly shown that there is a limited number of supporters.” I suspect there may be more supporters here in the plenary session than outside the Parliament.
#17
Official text
Het gaat dan met name om mensen die lid zijn van een fietsersbond. Ouderverenigingen, voetgangersverenigingen en wandelaars zijn vierkant tegen het voorstel. Ik moet in alle eerlijkheid bekennen dat ik persoonlijk erg negatief sta tegenover de goedkeuring van voorliggend wetsvoorstel.
Ik meen dat toenmalig staatssecretaris Schouppe zeer duidelijk is geweest. Hij heeft het Parlement uiteraard de kans gegeven de wetten goed te keuren die het wenste goed te keuren. In deze meen ik dat staatssecretaris Schouppe er terecht heeft op gewezen. Hij zei onder meer dat het basisprincipe van het werken in normale omstandigheden naast andere weggebruikers in elk geval ten gronde verwerpelijk is om de eenvoudige reden dat het veel te gevaarlijk is. Ik meen dat verkeersveiligheid en verkeerseducatie twee heel belangrijke elementen zijn die ons moeten kunnen overtuigen dat het hier om een slechte wet gaat.
Dit heeft mij en mijn fractie er alvast van overtuigd om ons eigen wetsvoorstel niet opnieuw te agenderen. Ik hoop van u alvast hetzelfde.
Translated text
This is especially true for those who are members of a bicycle association. Parent associations, pedestrian associations and walkers are square against the proposal. I have to admit in all honesty that I personally am very negatively opposed to the approval of the present bill.
I think that then Secretary of State Schouppe was very clear. He, of course, gave Parliament the opportunity to approve the laws it wanted to approve. In this, I think that Secretary of State Schouppe correctly pointed out. He said, among other things, that the basic principle of working in normal conditions alongside other road users is, in any case, fundamentally rejectable for the simple reason that it is too much dangerous. I think that road safety and traffic education are two very important elements that should convince us that this is a bad law.
This has already persuaded me and my group not to re-agend our own bill. I hope of you the same.
#18
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega’s, de commissie voor de Binnenlandse Zaken heeft dit wetsontwerp en de toegevoegde wetsvoorstellen besproken in de vergadering van 13 juni 2012.
De minister van Binnenlandse Zaken gaf toelichting bij het voorliggend ontwerp. Zij herinnert eraan dat de huidige brandweerdiensten nog steeds gemeentelijke diensten zijn en dus heel verschillend zijn over het hele landsgebied.
De wet van 15 mei 2007 gaf het startschot aan een hervorming van de sector van de civiele veiligheid. Deze hervorming moet echter in verschillende stappen worden gerealiseerd.
Na de geografische afbakening van de nieuwe hulpverleningszones in 2009 werden in 2010 en 2011 de operationele prezones opgericht om de operationele coördinatie tussen de brandweerdiensten te versterken door het sluiten van overeenkomsten tussen de gemeenten van de zone en de federale overheid, alsook door het toekennen van een jaarlijkse subsidie.
Dit ontwerp is een volgende stap in deze hervorming door de oprichting van de prezones en door deze ook rechtspersoonlijkheid toe te kennen.
Het ontwerp wordt uitgevoerd binnen de kredieten die hiervoor zijn voorzien op de begroting van Binnenlandse Zaken, met name 21,747 miljoen euro.
De minister wijst erop dat voor de toekenning van de rechtspersoonlijkheid en de bijhorende subsidie aan de prezone een aantal voorwaarden moet worden vervuld: de aanwijzing van de voorzitter van de raad, de aanwijzing van een coördinator, de aanwijzing van een ontvanger, de goedkeuring van een zonaal operationeel organisatieplan, de opmaak en goedkeuring van een begroting en de toewijzing van een deel van dit budget aan personeelskosten, in het bijzonder aan de rekrutering van vrijwillige en beroepsbrandweerlieden.
De spreker van CD&V is tevreden dat met dit ontwerp een nieuwe stap in de hervorming wordt gezet en hoopt dat ook de uitvoering nu snel zal kunnen verlopen. Toch blijven er enkele onzekerheden. Zo is nog onduidelijk waarom het ontwerp het aangaan van leningen door de prezones onmogelijk maakt en vraagt men zich af of de investeringsprogramma’s die nu door de gemeenten kunnen worden aangegaan nog steeds zullen kunnen worden aangewend na de oprichting van de prezone.
Gezien het belang van de risicoanalyse vraagt men zich af of er ondertussen reeds duidelijkheid is omtrent de terbeschikkingstelling aan de zones.
De spreker van de Ecolo-fractie vindt het jammer dat bij de totstandkoming van de zones nog steeds de keuze werd gemaakt voor heel veel zones. Volgens hem had een kleiner aantal zones immers een aanzienlijke kostenbesparing kunnen opleveren.
Niettemin vindt de spreker dit ontwerp een belangrijke stap vooruit in de hervorming. Hij heeft echter wel vragen bij de aanduiding van de coördinator die een officier niveau A moet zijn, maar waar de wet bij ontstentenis van een kandidaat geen enkele andere voorwaarde oplegt. Volgens de spreker zou de coördinator steeds een personeelslid van niveau A moeten zijn.
Ook informeert de spreker naar de specifieke situatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In de uiteenzetting van de sp.a-fractie wordt gewezen op de werking van de coördinator. De spreker stelt dat die functie volgens een ontwerp voltijds moet worden uitgeoefend, terwijl dit op het terrein misschien personeelsproblemen zou kunnen opleveren. Dit kan worden vermeden indien de functie door twee personen kan worden uitgeoefend.
De spreker vraagt ook naar de werking van het preventiebeleid. Zullen deze ambtenaren aan de prezone moeten worden gedetacheerd of blijven zij binnen de gemeentelijke korpsen werken?
Translated text
Mr. Speaker, colleagues, the Committee on Internal Affairs discussed this bill and the attached bills at the meeting of 13 June 2012.
The Minister of Internal Affairs gave explanations to the present draft. She reminds that the current fire services are still municipal services and therefore very different across the country.
The law of 15 May 2007 launched a reform of the civil security sector. However, this reform must be implemented in several steps.
Following the geographical delimitation of the new emergency zones in 2009, the operational prezones were established in 2010 and 2011 to strengthen the operational coordination between the fire departments by concluding agreements between the municipalities of the zone and the federal government, as well as by granting an annual subsidy.
This draft is a further step in this reform by establishing the prezones and by granting them legal personality.
The draft is implemented within the appropriations provided for this purpose in the budget of the Interior Affairs, in particular EUR 21,747 million.
The Minister points out that the award of legal personality and the associated subsidy to the prezone must meet a number of conditions: the appointment of the chairman of the council, the appointment of a coordinator, the appointment of a recipient, the approval of a zonal operational organisation plan, the preparation and approval of a budget and the allocation of part of this budget to personnel costs, in particular to the recruitment of volunteer and professional firefighters.
The speaker of CD&V is pleased that this draft sets a new step in the reform and hopes that the implementation will be able to run quickly. However, there are still some uncertainties. Thus, it is still unclear why the draft makes it impossible to take out loans by the prezones and it is questioned whether the investment programs that can now be undertaken by the municipalities will still be able to be used after the establishment of the prezone.
Given the importance of the risk analysis, it is questionable whether there is already clarity about the allocation to the zones.
The speaker of the Ecolo group regrets that when the zones were created, the choice was still made for a very large number of zones. According to him, a smaller number of zones could have resulted in significant cost savings.
Nevertheless, the speaker considers this draft a significant step forward in the reform. However, he has questions regarding the designation of the coordinator who must be an officer of level A, but where the law does not impose any other condition in the absence of a candidate. According to the speaker, the coordinator should always be a level A staff member.
The speaker also informs about the specific situation of the Brussels Capital Region.
The presentation of the sp.a-fraction indicates the functioning of the coordinator. The speaker argues that according to a design, that function should be exercised full-time, while this could cause personnel problems in the field. This can be avoided if the function can be exercised by two persons.
The speaker also asks about the functioning of the prevention policy. Will these officials be dispatched to the prezone or will they continue to work within the municipal corps?
#19
Official text
Ook de PS-fractie drukte haar tevredenheid uit in verband met de vooruitgang in het dossier van de brandweerhervorming. Ze informeerde naar de specifieke situatie van de intercommunale brandweerdienst in Luik en vroeg of deze in aanmerking komt voor de financiering, zoals voorzien in het kader van deze wet.
Namens de Open Vld-fractie benadrukte de heer Defreyne het belang van deze nieuwe fase in de hervorming en wees vervolgens op de belangrijke budgettaire impact ervan. Hij vroeg zich af of hieromtrent reeds een meerjarenplanning werd opgemaakt en hoe de controle zal gebeuren op de voorwaarden in de toekenning van de subsidies. De spreker had ook vragen over de toegevoegde wetsvoorstellen, die een alternatieve financiering voorstellen en vroeg naar de positie van de minister hieromtrent.
De heer Arens wees op de beloftes die in de wet zijn opgenomen om een betere spreiding van de lasten inzake civiele veiligheid tussen de gemeenten en de federale overheid en hoopt dat deze belofte snel zal worden nagekomen.
De minister wees er in haar antwoorden op dat de prezone een tijdelijke organisatievorm is en dat er daarom voor werd gekozen om de prezones geen leningen te laten aangaan. Voor het personeel moet in afwachting van het tot stand brengen van een nieuw statuut gewerkt worden via detachering of terbeschikkingstelling. De extra federale middelen worden aan de prezones toegekend, naast de bestaande investeringsprogramma’s.
In verband met de verdeling van de dotatie werd de oorspronkelijke verdeelsleutel behouden, om praktische redenen, maar het kan dat in de toekomst deze herzien wordt op grond van de objectieve behoeften en de specifieke kenmerken van de zone.
In verband met de opmerkingen omtrent de coördinator wees de minister erop dat het in principe een voortzetting is van een bestaande situatie. In alle zones is nu reeds een coördinator actief en men gaat ervan uit dat deze zijn taak zal voortzetten.
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zal worden beschouwd als een hulpverleningszone op zich.
De minister benadrukte dat dit wetsontwerp, met de nodige uitvoeringsbesluiten, klaar is voor inwerkingtreding vóór het reces. De mogelijke alternatieve financiering moet nog verder worden bekeken in het kader van de opmaak van de begroting voor 2013.
De spreker van de CD&V-fractie was bezorgd om de drang naar professionalisering van het personeel bij de hervorming. De rol van de vrijwilligers moet ook meer aandacht krijgen in de hervorming.
In zijn repliek kwam de heer Arens terug op de financiering van de zones. Hij vroeg duidelijkheid over het deel van de financiering dat ondertussen reeds door de federale overheid werd overgenomen.
Ook de heer Doomst wees op de gevolgen van de hervormingen op de begrotingen van de gemeenten.
Er werden amendementen ingediend die in enkele technische aanpassingen voorzien aan het wetsontwerp, om tegemoet te komen aan de specifieke situatie van enkele brandweerdiensten op het terrein.
Het geheel van het wetsontwerp werd vervolgens eenparig aangenomen.
Vanmiddag om 14 u 30 vond er nog een extra commissie voor de Binnenlandse Zaken plaats waar een amendement voorgelegd werd op dit wetsontwerp. Aan artikel 206 § 3 wordt een vijfde lid toegevoegd dat bepaalt dat de personeelsleden van de noodoproepcellen 100 en 112 een uitstel kunnen aanvragen betreffende de keuze die ze moeten maken in het kader van hun statuut. Zij moesten vóór 1 november 2012 hun keuze meedelen, dit amendement laat toe dat de betrokken personeelsleden uitstel kunnen aanvragen omtrent deze beslissing. Dit amendement werd door de commissie aangenomen.
Translated text
The PS group also expressed its satisfaction with regard to the progress made in the fire department reform dossier. She informed about the specific situation of the intercommunal fire service in Liège and asked whether it is eligible for funding, as provided in the framework of this law.
On behalf of the Open Vld Group, Mr Defreyne emphasized the importance of this new phase in reform and then pointed out its significant budgetary impact. He wondered whether a multiannual planning has already been drawn up in this regard and how the control of the conditions in the granting of the subsidies will be carried out. The speaker also had questions about the added bills, which propose an alternative financing, and asked for the position of the minister in this regard.
Mr. Arens pointed out the promises contained in the law to better distribute the burden of civil security between the municipalities and the federal government and hopes that this promise will be fulfilled quickly.
The Minister pointed out in her responses that the prezone is a temporary form of organization and that it was therefore chosen not to allow the prezones to borrow. For the staff, work should be carried out through dispatch or deployment until the establishment of a new statute. Additional federal funds are allocated to the prezones, in addition to the existing investment programs.
In connection with the allocation, the original allocation key was retained, for practical reasons, but it is possible that in the future it will be revised on the basis of objective needs and the specific characteristics of the zone.
In connection with the comments on the coordinator, the Minister pointed out that it is in principle a continuation of an existing situation. In all zones, a coordinator is already active and it is expected that he will continue his task.
The Brussels Capital Region will be considered as a rescue zone in itself.
The Minister stressed that this bill, with the necessary implementing decisions, is ready for entry into force before the recess. Possible alternative financing needs to be further examined in the framework of the 2013 budget.
The speaker of the CD&V group was concerned about the urge to professionalize the staff in the reform. The role of volunteers should also be paid more attention in the reform.
In his replica, Mr. Arens returned to the financing of the zones. He asked for clarity on the part of the funding that has already been taken over by the federal government.
Mr Doomst also pointed out the consequences of the reforms on the budgets of the municipalities.
Amendments were submitted providing for some technical adjustments to the draft law, in order to address the specific situation of some fire departments on the ground.
The entire draft law was then unanimously adopted.
This afternoon at 14:30 there was another additional committee for Internal Affairs where an amendment was submitted to this bill. Article 206 § 3 is supplemented with a fifth paragraph providing that staff members of emergency cell 100 and 112 may request a deferral regarding the choice to be made within the framework of their status. They had to communicate their choice before 1 November 2012; this amendment allows the staff concerned to request a deferral of this decision. This amendment was adopted by the committee.
#20
Official text
Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, le groupe socialiste ne peut que se satisfaire du fait que la réforme des services d'incendie avance enfin.
La mise en place des PZO + est une étape essentielle dans l'accomplissement de la réforme votée en 2007. Il y a donc déjà cinq ans.
Désormais, les prézones auront véritablement un pouvoir d'action, d'organisation, de recrutement, avec un financement pérennisé.
De façon plus sous-localiste, je me réjouis évidemment que le modèle de l'intercommunale de Liège puisse toujours bénéficier, malgré le vote de ce projet, du financement du fédéral. Mais revenons au texte.
La possibilité offerte aux prézones d'adopter un plan zonal va leur permettre de se doter d'une véritable politique de lutte contre l'incendie. Dans cette optique, la mise en place d'une structure de coordination permanente, composée de la commission technique réunissant les chefs de services d'incendie de la prézone et d'un responsable-coordinateur, va permettre de déterminer les moyens humains et matériels nécessaires au bon fonctionnement opérationnel de la future zone.
Sur le plan financier, la désignation d'un receveur ou d'un gestionnaire financier de la zone ne fera qu'améliorer le nouveau fonctionnement des prézones en leur donnant une gestion propre, notamment la gestion des dotations fédérales. Cela va leur permettre d'engager du personnel, d'acheter du matériel, etc. Tout cela bien évidemment en concordance avec la mise en place d'une politique zonale de prévention.
Madame la ministre, une nouvelle étape dans la mise en œuvre de la réforme sera franchie. Toutefois, le chemin vers sa finalisation est encore long; il reste d'autres pans à mettre en œuvre.
À cet égard, deux questions importantes demeurent, qui ont d'ailleurs été posées en commission: celle du financement de la réforme et le coût général des services d'incendie pour les communes. Je rappelle la brillante intervention du collègue Arens en commission lors des débats à ce sujet. Il n'était pas le seul.
Comme vous le savez, la loi de 2007 prévoit dans le financement des services d'incendie un ratio 50/50 entre les communes et le fédéral. À l'heure actuelle, le ratio est toujours de 85/15 en défaveur des communes. Je n'ai évidemment pas besoin de vous rappeler leur situation budgétaire.
Madame la ministre, nous savons tous dans quelles conditions financières budgétaires nous sommes. C'est pourquoi je voudrais rappeler à votre bon souvenir deux propositions de loi que j'ai déposées et qui visent à dégager un financement complémentaire pour les services d'incendie en faisant, par exemple, participer les sociétés d'assurance. Vous aviez annoncé le dépôt d'un texte il y a déjà plusieurs semaines pour pouvoir faire le point à cet égard. Si vous n'êtes pas prête, je me propose d'activer mes propositions de loi, de façon à vous venir en aide à ce sujet.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, dear colleagues, the Socialist Group can only be satisfied with the fact that the fire service reform is finally moving forward.
The implementation of PZO+ is an essential step in achieving the reform voted in 2007. So it is already five years ago.
From now on, the prezones will truly have a power of action, organization, recruitment, with enduring financing.
In a more sub-localistic way, I am obviously delighted that the model of the intercommunal of Liège can still benefit, despite the vote on this project, from federal funding. But back to the text.
The possibility offered to the prefectures to adopt a zone plan will allow them to equip themselves with a real fire fighting policy. In this perspective, the establishment of a permanent coordination structure, consisting of the technical committee gathering the heads of fire services of the prezone and a responsible-coordinator, will allow to determine the human and material resources necessary for the proper operational functioning of the future zone.
On the financial level, the designation of a receiver or financial manager for the area will only improve the new functioning of the prezones by giving them their own management, including the management of federal allocations. This will allow them to hire staff, buy equipment, etc. All this, of course, is in line with the establishment of a zonal prevention policy.
A new step in the implementation of the reform will be taken. However, the road to its completion is still long; there are still other sides to be implemented.
In this regard, two important questions remain, which have also been raised in the committee: the financing of the reform and the overall cost of fire services for municipalities. I recall the brilliant intervention of colleague Arens in the committee during the discussions on this subject. He was not the only one.
As you know, the 2007 law provides for a 50/50 ratio in the financing of fire services between municipalities and the federal. At present, the ratio is still 85/15 to the disadvantage of the municipalities. There is no need to mention their budget.
We all know what financial conditions we are in. Therefore, I would like to remind you of two bills that I have submitted and which aim to raise additional funding for fire services by, for example, involving insurance companies. You had already announced the submission of a text several weeks ago in order to be able to make a point in this regard. If you are not ready, I propose to activate my bill proposals, so that I can help you in this matter.
#21
Official text
Il reste encore la question de la mise en place des centres 112, qui préoccupe fortement mon groupe. C'est pourquoi je souhaite, madame la ministre, que vous puissiez nous présenter dès la rentrée prochaine une note d'orientation relative à l'état d'avancement de ce dossier.
Translated text
There is still the issue of the establishment of the 112-centres, which is very concerned by my group. Therefore, I wish, Mrs. Minister, that you may present to us from the next entry a guidance note concerning the state of progress of this matter.
#22
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik dank iedereen die hierbij betrokken was om ons wetsvoorstel op de agenda te brengen.
Mijn opmerking is in feite puur procedureel omdat het wetsvoorstel dat wij hebben ingediend van ver noch van nabij betrekking heeft op de materie. Het heeft weliswaar te maken met de brandweerdiensten en misschien van ver ook met de civiele bescherming, maar helemaal niet met de materie die werd besproken.
Wij gaan dus op een andere keer pogen dit wetsvoorstel opnieuw in te dienen zodat het opnieuw kan worden besproken. Ons wetsvoorstel behelst gewoon het feit dat de kosten van brandbestrijding door steden en gemeenten niet kunnen worden verhaald op daders van opzettelijke brandstichting. Dat is dus niet het voorwerp van wat thans ter stemming voorligt. Ik weet niet waarom het hierbij geagendeerd is, wij hadden er zelf niet om gevraagd. Ons wetsvoorstel heeft dus geen betrekking op deze materie en wij willen het graag een andere keer besproken zien.
Translated text
Mr. Speaker, I would like to thank everyone involved in putting our bill on the agenda.
My comment is, in fact, purely procedural because the bill we have submitted is neither far nor close to the matter. It has to do with the fire services and ⁇ from far away also with civil protection, but not at all with the matter that was discussed.
So we will try another time to submit this bill again so that it can be discussed again. Our bill simply involves the fact that the costs of fire control by cities and municipalities cannot be recovered from perpetrators of intentional fires. This is not the subject of what is now put to the vote. I don’t know why this is scheduled, we didn’t ask for it ourselves. Therefore, our bill does not relate to this matter and we would like to see it discussed another time.
#23
Official text
Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, le matin du 30 juillet 2004, les pompiers d'Ath payaient un lourd tribut en portant secours pour éviter ce qui allait pourtant se transformer en véritable catastrophe. Trois ans après Ghislenghien, ses morts et ses blessés, l'onde de choc créée par l'ampleur du désastre a contribué au vote de la loi relative à la sécurité civile en mai 2007.
Depuis lors, les prézones opérationnelles ont été définies mais ce n'est qu'aujourd'hui, cinq ans après le vote de la loi que la réforme entre dans une phase cruciale. Les services d'incendie sortent peu à peu de la sphère communale pour travailler en prézones opérationnelles et, nous l'espérons, bientôt en zones de secours à part entière avec toutes les compétences et tous les moyens prévus par la loi de 2007. L'octroi de subsides annuels, l'approbation d'un plan zonal d'organisation opérationnelle sont des mesures du projet de loi qui doivent améliorer la sécurité des pompiers et celle des citoyens. Nous soutenons, madame la ministre, bien évidemment cette étape essentielle.
Nous faisons néanmoins deux observations. La première est relative au mode de recrutement et de désignation du coordinateur de prézones. Nous l'avons évoqué en commission mais je voulais y revenir pour redire combien la procédure prévue dans le projet de loi nous paraît assez légère, manque de critères objectifs et risque dès lors d'ouvrir la voie à un certain arbitraire. Il nous semble pourtant que le rôle de coordinateur de prézones est un rôle essentiel dans la réussite de la réforme des services. C'est pourquoi nous déposerons un nouvel amendement sensiblement modifié. Vous ne vous étiez pas montrée tout à fait opposée à notre raisonnement.
Cet amendement introduira la possibilité, en cas d'absence d'officier détenteur de diplôme de niveau A dans la prézone, d'assurer un recrutement en dehors de la prézone d'un officier détenteur d'un tel diplôme et, au cas où cela n'est pas possible, en tout cas de définir via arrêté royal les critères nécessaires, les normes à rencontrer pour pouvoir entrer dans cette fonction de coordinateur. Voilà pour cette question peut-être un peu technique mais qui nous semble pourtant essentielle.
Quant au financement, il a déjà été évoqué: 21 millions d'euros cette année au budget. C'est une somme importante mais elle n'est évidemment pas suffisante car les estimations tournent entre 180 et 220 millions d'euros pour assurer le financement de la réforme des services d'incendie et permettre notamment, comme d'autres collègues l'ont dit, un rééquilibrage de la contribution au budget des services, rééquilibrage entre l'État fédéral et les communes.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, dear colleagues, on the morning of July 30, 2004, the firefighters of Ath paid a heavy tribute by bringing aid to avoid what was yet to turn into a real catastrophe. Three years after Ghislenghien, his dead and wounded, the shock wave created by the scale of the disaster contributed to the passing of the Civil Security Act in May 2007.
Since then, the operational prezonas have been defined but it is only today, five years after the passing of the law, that the reform enters a crucial phase. Firefighters are gradually leaving the municipal sphere to work in operational prezones and, we hope, soon in full-fledged rescue areas with all the skills and means provided by the 2007 law. The granting of annual subsidies, the approval of a zonal plan of operational organization are measures in the bill that should improve the safety of firefighters and that of citizens. We support this crucial step.
However, we make two observations. The first is related to the way of recruiting and appointing the pre-zone coordinator. We talked about it in the committee but I wanted to return to it to reiterate how much the procedure provided in the bill seems to us quite light, lack of objective criteria and therefore the risk of opening the way to a certain arbitrary. However, it seems to us that the role of prezon coordinator is an essential role in the successful reform of services. Therefore, we will submit a new substantially amended amendment. You were not shown to be entirely opposed to our reasoning.
This amendment will introduce the possibility, in the absence of an officer holding a Diploma of Level A in the Prezone, to ensure recruitment outside the Prezone of an officer holding such a Diploma and, in the event that this is not possible, in any case to define by royal decree the necessary criteria, the standards to meet in order to be able to enter this function of coordinator. This may be a bit of a technical question, but it seems to us essential.
As for funding, it has already been mentioned: 21 million euros this year in the budget. This is a significant sum, but it is obviously not enough because the estimates range between 180 and 220 million euros to ensure the financing of the fire services reform and allow, as other colleagues have said, a re-balance of the contribution to the service budget, re-balance between the federal state and the municipalities.
#24
Official text
Comme d'autres, nous voulons rappeler qu'il n'est possible de trouver ces nouveaux moyens que par un financement alternatif. La piste est tracée dans l'accord de gouvernement. Je signale que, nous aussi, monsieur Frédéric, nous avons déposé une proposition de loi instaurant une contribution du secteur des assurances au budget de la sécurité civile. En effet, des services d'incendie performants bénéficient aussi aux assureurs. Il nous semble donc logique qu'ils participent à leur financement.
Madame la ministre, chers collègues, voilà une attente forte vis-à-vis d'un autre mode de financement des services d'incendie, un amendement sur le coordinateur de zones que nous soumettons à votre appréciation. Mais, d'ores et déjà, nous appuyons votre projet de loi, qui sera voté aujourd'hui. Car, après des années de lenteur, il s'agit d'un premier signe annonçant une politique cohérente de sécurité civile.
Translated text
Like others, we want to remind you that these new ways can only be found through alternative financing. The track is traced in the government agreement. I point out that, too, Mr. Frédéric, we have submitted a bill introducing a contribution of the insurance sector to the civil security budget. Effective firefighting services also benefit insurers. It is therefore logical for us that they participate in their financing.
Mr. Minister, dear colleagues, here is a strong expectation for another mode of financing of fire services, an amendment on the area coordinator which we submit to your assessment. But we already support your bill, which will be voted today. Because, after years of slowdown, this is a first sign announcing a coherent civil security policy.
#25
Official text
Monsieur le président, le groupe cdH se réjouit bien évidemment de l'aboutissement de ce dossier. La loi réformant les services d'incendie a été votée en 2007. Il est donc vrai qu'il nous a fallu cinq années pour voir ce dossier évoluer
Comme mon excellent collègue et ami André Frédéric, je reviendrai, madame la ministre, sur le financement des zones. En effet, la loi prévoit en son article 67 un financement à parts égales par le fédéral et les communes (50/50). Nous en sommes loin: une répartition à environ 90/10. C'est une véritable catastrophe pour les communes. Et vous savez aussi bien que moi combien les difficultés budgétaires de celles-ci ne font que s'aggraver d'année en année, de législature en législature.
J'ai aussi pu remarquer dans ce dossier qu'une province avait réussi à former une seule zone. Cela me semble extraordinaire. Il s'agit, en l'occurrence, de la province de Luxembourg. Madame la ministre, les quarante-quatre communes qui la composent devraient recevoir un soutien fédéral exceptionnel. Je compte donc sur vous pour faire progresser ce dossier.
Voilà, monsieur le président, les quelques points qu'il me restait à développer. Mes autres observations ont été communiquées en commission.
Translated text
Mr. Speaker, the CDH Group is of course pleased with the conclusion of this case. The law reforming fire services was passed in 2007. It took five years to see this issue evolve.
Like my excellent colleague and friend André Frédéric, I will return, Mrs. Minister, on the financing of the areas. In fact, the law provides in its article 67 for equal funding by the federal and the municipalities (50/50). We are far from it: a distribution of about 90/10. This is a real disaster for municipalities. And you know as well as me how much the budgetary difficulties of these are only getting worse from year to year, from legislature to legislature.
I also noticed in this case that a province had managed to form a single zone. This seems to me extraordinary. In this case, it is the province of Luxembourg. The forty-four municipalities that make up it should receive exceptional federal support. I rely on you to advance this issue.
Here, Mr. Speaker, are the few points that I still have to develop. My other comments were communicated in the committee.
#26
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega’s, wij wensen nogmaals te benadrukken dat de fractie van CD&V voorliggend ontwerp ten volle zal steunen.
De wettelijke grondslag voor de erin vervatte brandweerhervormingen is reeds in 2007 goedgekeurd. Het is aangewezen dat de wettelijke grondslag en de uiteindelijke uitvoering niet te ver uit elkaar liggen.
In de voorbije jaren heeft de wet van 2007 hoe dan ook op het terrein een bepaalde dynamiek met zich gebracht. Het is in ieders belang dat de ontwikkeling van de hulpverleningszones in ons land zoveel mogelijk gelijk en volgens eenzelfde dynamiek verloopt.
Bovendien wachten alle gemeenten al ongeduldig op de uitvoering van de hervorming. Het is echter niet abnormaal dat zij in dergelijke omstandigheden en in afwachting van enige duidelijkheid bepaalde investeringen uitstellen of bepaalde beslissingen niet nemen.
Wij wensen de minister te bedanken voor de duidelijkheid die zij over de hervormingen biedt, doordat zij in de commissie een duidelijke planning heeft meegegeven. Aldus kunnen wij op termijn nagaan in welke jaren welke koninklijk besluiten en welke wetswijzigingen ons te wachten staan.
Ik heb nog één vraag ter verduidelijking, over het amendement dat wij deze namiddag hebben goedgekeurd. Mevrouw de minister, kunt u verduidelijken op welke manier de in het amendement opgenomen uitzondering door de personeelsleden van de centrales 112 en 100 precies moet worden aangevraagd?
Dat gezegd zijnde, wensen wij nogmaals onze bezorgdheid uit te drukken over een aantal bijzondere punten in deze hervorming.
De eerste bekommernis van CD&V is de rol van de vrijwilligers in de nieuwe hulpverleningszones. Wij vragen de minister uitdrukkelijk om aan hun rol meer aandacht te besteden, alvast meer dan momenteel wordt gedaan. De vrijwilligers zijn in vele korpsen immers de ruggengraat van de hulpverleningsdiensten. De voornemens om de brandweermensen een goede opleiding te verschaffen en deze in vergelijking met vroeger ook te verbeteren, is absoluut een goede zaak. De verplichtingen die nu op de vrijwilligers worden gelegd, moeten echter met andere aspecten combineerbaar blijven, zijnde hun beroepsactiviteiten en hun persoonlijk gezinsleven. Wij stellen vast dat de slinger vandaag steeds meer naar de professionele opleidingen doorslaat.
Een ander punt, dat bij het voorgaande aansluit, is de carrièremogelijkheid van de vrijwilligers. Indien alle, leidinggevende functies aan beroepsmensen zullen worden voorbehouden, loopt men het risico de vrijwilligers te ontmoedigen en vooral erg gedreven mensen te verliezen. Zoals eerder vermeld, verdient de combinatie met de beroepsloopbaan meer aandacht. Ook hier willen wij er bij de minister op aandringen om overleg te plegen, niet alleen met de vrijwilligers maar ook met de werkgevers. De vraag moet immers worden gesteld op welke manier wij de werkgevers bij de hervorming kunnen betrekken, om personeel aan te trekken dat als vrijwilliger bij de brandweer soms afwezig kan zijn op het werk omdat het wordt opgeroepen.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, we would like to emphasize once again that the CD&V group will fully support the present draft.
The legal basis for the firefighting reforms contained therein was already approved in 2007. It is appropriate that the legal basis and the final implementation are not too far apart.
In recent years, the law of 2007 has brought some dynamism in the field anyway. It is in everyone’s interest that the development of the relief zones in our country proceeds as equally and according to the same dynamics as possible.
In addition, all municipalities are already waiting impatiently for the implementation of the reform. However, it is not abnormal that under such circumstances and pending some clarity, they postpone certain investments or do not make certain decisions.
We would like to thank the Minister for the clarity she provides about the reforms, by providing a clear plan in the committee. Thus, we can see in the future in which years which royal decrees and which legislative changes await us.
I have another question to clarify, concerning the amendment we approved this afternoon. Mrs. Minister, can you explain how exactly the exemption contained in the amendment should be applied for by the staff of the centers 112 and 100?
That said, we would like to reiterate our concerns about a number of specific points in this reform.
The first concern of CD&V is the role of the volunteers in the new relief zones. We expressly ask the Minister to pay more attention to their role, even more than is currently being done. In many cases, volunteers are the backbone of the emergency services. The intention to provide the firefighters with a good training and to improve them in comparison with before is definitely a good thing. However, the obligations now imposed on volunteers must remain compatible with other aspects, such as their professional activities and their personal family life. We note that the slinger today increasingly passes into professional training.
Another point, which joins the previous one, is the career opportunities of the volunteers. If all managerial positions are reserved for professionals, one risks discouraging the volunteers and especially losing highly motivated people. As mentioned earlier, the combination with the professional career deserves more attention. Here too, we would like to urge the Minister to consult not only with the volunteers but also with the employers. In fact, the question must be asked how we can involve employers in the reform, in order to attract staff who, as volunteers at the fire department, can sometimes be absent at work because they are called.
#27
Official text
De tweede belangrijke bekommernis van onze partij is de financiering van de zones. Het is reeds eerder gezegd, de financiering blijft de achillespees van deze hervorming, en eigenlijk van elke hervorming.
Bij de start van de hervorming droegen de gemeenten 90 % van de kosten van de civiele veiligheid. De federale overheid beloofde toen dat de kostenverdeling op termijn 50 %-50 % zou zijn, maar daar zijn wij vandaag nog ver vandaan. De onrust van de gemeenten speelt vooral op dit vlak. Met de politiehervorming van 2001 in gedachten vrezen de gemeenten nu een herhaling van dat scenario. Wij menen dat een stappenplan nodig is, en liefst zo vlug mogelijk. Wij willen een duidelijk zicht op de kostenopdrijvende factoren van deze hervorming. In de eerste plaats gaat het dan om het nieuwe statuut van het personeel. Wij vragen de minister dat zij bij de implicatie van het statuut meteen een schatting maakt van de mogelijke budgettaire impact voor de gemeenten.
Wij zullen deze wet goedkeuren, maar wij hopen dat de regering in de komende maanden duidelijkheid zal verschaffen inzake onze twee bekommernissen.
Translated text
The second major concern of our party is the financing of the zones. It has been said earlier, financing remains the Achillespeeze of this reform, and in fact of every reform.
At the start of the reform, the municipalities covered 90 % of the costs of civil security. The federal government promised at the time that the cost distribution would be 50%-50% in the long term, but we are still far from that today. The distress of the municipalities plays mainly in this area. With the 2001 police reform in mind, the municipalities now fear a repetition of that scenario. We believe that a step-by-step plan is needed, and preferably as soon as possible. We want a clear view of the cost-increasing factors of this reform. First of all, it is the new Staff Statute. We ask the Minister to immediately make an estimate of the potential budgetary impact on the municipalities.
We will pass this law, but we hope that the government in the coming months will provide clarity about our two concerns.
#28
Official text
Collega’s, hartelijk bedankt voor de verschillende opmerkingen.
Dit wetsontwerp tot wijziging van de wet van 15 mei 2007 is een heel belangrijke bijkomende en fundamentele stap in de uitvoering van de hervorming van de civiele veiligheid.
De tekst heeft als voornaamste doel om de veiligheid van de brandweerlieden te verhogen door hoofdstukken van de wet van 2007 uit te voeren, de prezone rechtspersoonlijkheid te geven en haar een blijvende federale dotatie toe te kennen wanneer een aantal doelstellingen vervuld zijn, onder meer de aanwijzing van een voorzitter van de raad en de aanwijzing van een coördinator. Er wordt onder meer voorzien in de snelle en democratische besluitvorming in de prezoneraad die bestaat uit de burgemeesters van de prezone, in de oprichting van een permanente coördinatiestructuur en de geleidelijke uitvoering van de minimale normen inzake de interventiemiddelen.
Translated text
Dear colleagues, thank you very much for the various comments.
This draft law amending the law of 15 May 2007 is a very important additional and fundamental step in the implementation of the civil security reform.
The text has as its primary purpose to increase the safety of firefighters by implementing chapters of the 2007 Act, giving the prezone legal personality and granting it a permanent federal dotation when a number of objectives are met, including the appointment of a chairman of the council and the appointment of a coordinator. It shall include the rapid and democratic decision-making in the presidential council consisting of the presidential mayor, the establishment of a permanent coordination structure and the gradual implementation of the minimum standards on intervention resources.
#29
Official text
Je remercie les membres de la commission pour leur travail et leur soutien. Comme tout le monde l'a dit, nous disposons à présent d'un élément fondamental qui démontre que la réforme non seulement s'exécute, qu'elle est en marche, mais que l'objectif est bien de terminer le processus, incluant tous les arrêtés royaux, pour le premier semestre 2014.
Divers membres sont intervenus, comme M. Arens ou M. Frédéric; je partage leurs remarques. Oui, nous avons besoin d'un financement complémentaire qui ne devra pas être à charge des communes, mais du pouvoir fédéral. Dans le cadre budgétaire actuel, nous pouvons assumer les coûts, notamment de la discussion relative aux statuts, et l'ensemble des coûts de la réforme de manière neutre, avec des pistes de financement alternatif, que vous avez évoquées, notamment via les assurances et d'autres.
D'ailleurs, j'ai déposé une note générale sur la problématique du financement auprès du kern. Nous le ferons également à l'occasion du conclave de juillet 2012 et lors du budget 2013.
En ce qui concerne les centres 112, la note que vous avez évoquée est prête et sera déposée auprès du kern avant le 21 juillet.
Au sujet du mode de recrutement, votre remarque n'est pas dénuée de sens. Comme je vous l'ai précisé, un arrêté d'exécution peut préciser différents éléments, tels qu'évoqués dans le cadre des travaux de la commission.
Translated text
I would like to thank the members of the committee for their work and support. As everybody has said, we now have a fundamental element that demonstrates that the reform is not only implemented, that it is in progress, but that the goal is to complete the process, including all royal decrees, for the first half of 2014.
Several members spoke, such as Mr. Aries or Mr. Frédéric; I agree with your comments. Yes, we need additional funding that will not be borne by the municipalities, but by the federal power. In the current budgetary framework, we can bear the costs, including the discussion on the statutes, and all the costs of the reform in a neutral way, with alternative financing options, which you mentioned, including through insurance and others.
In addition, I submitted a general note on the issue of financing with the kern. We will also do so on the occasion of the conclave in July 2012 and in the 2013 budget.
For 112-centres, the note you mentioned is ready and will be deposited with the kern before July 21.
Regarding the method of recruitment, your comment is not meaningless. As I have pointed out, an enforcement order may specify various elements, such as those mentioned in the work of the committee.
#30
Official text
Ik kom dan tot de vragen in verband met de amendementen.
De personeelsleden die hun huidige statuut willen behouden, kunnen een aanvraag indienen tot 31 juli. In dat geval kunnen zij hun statuut voorlopig behouden. Wij zullen morgen een KB indienen dat op de Ministerraad van 6 juli kan worden behandeld en waarin de verschillende modaliteiten zullen worden opgenomen. Het gaat om een brief met daarin de aanvraag en een speciale formulering die terug te vinden is op de website van de FOD Binnenlandse Zaken. Wij zullen vanaf morgen elk personeelslid een brief schrijven met daarin alle mogelijke inlichtingen.
Translated text
I will then come to the questions related to the amendments.
Employees who wish to maintain their current status may apply until 31 July. In that case, they may temporarily retain their status. We will submit a KB tomorrow which can be discussed at the Council of Ministers on 6 July and which will include the various modalities. It is a letter containing the application and a special wording that can be found on the website of the FOD Internal Affairs. We will write a letter to each employee from tomorrow with all possible information.
#31
Official text
En ce qui concerne la problématique des volontaires, je suis d'accord avec les intervenants et je précise que les négociations avec les syndicats avancent bien sur cet aspect.
Translated text
Regarding the problem of volunteers, I agree with the speakers and I specify that the negotiations with the trade unions are progressing well on this aspect.
#32
Official text
Mevrouw de minister, u had gezegd dat deze wet voor het reces in het Belgisch Staatsblad zou staan, net als de nodige vier koninklijke besluiten ter verduidelijking. Ik dank u voor de voortgang in dat dossier. Wij kijken uit naar de volgende stappen die in dit dossier gezet zullen worden.
Translated text
Mrs. Minister, you had said that this law would be published in the Belgian State Gazette, as well as the necessary four royal decrees for clarification. I would like to thank you for the progress in this dossier. We look forward to the next steps that will be taken in this document.
#33
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega’s, voorliggend wetsontwerp houdende de oprichting en de organisatie van een federale dienstenintegrator werd besproken in de commissievergadering van 20 juni 2012. Met voorliggend wetsvoorstel wordt Fedict formeel een kruispuntbank. Dat zal de eenmalige inzameling van gegevens en het hergebruik van die gegevens stimuleren binnen een strikt privacykader. De privacycommissie dringt daar sinds 2007 op aan.
Fedict wordt bevoegd voor het elektronisch uitwisselingsverkeer tussen de federale overheidsdiensten, maar iedere FOD blijft autonoom verantwoordelijk voor zijn eigen ICT-beleid.
De staatssecretaris, de heer Hendrik Bogaert, lichtte de voordelen toe van dienstenintegratie. Ten eerste, de eenmalige inzameling van gegevens leidt tot administratieve vereenvoudiging.
Ten tweede, de inzameling van gegevens schept de mogelijkheid om formulieren vooraf in te vullen en om diensten te personaliseren.
Ten derde, rechten kunnen automatisch toegewezen worden.
Ten vierde, wij bekomen kwalitatief betere gegevens en schaalvoordelen.
Ten vijfde, dit is een efficiënt middel om fraude te bestrijden, wat een van de prioriteiten is van het federaal regeerakkoord. De dienstenintegrator Fedict zal waken over de informatieveiligheid en de correcte toepassing van de regelgeving inzake de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van de betrokken partijen, moet een dienstenintegrator de samenwerking stimuleren en een coördinerende rol spelen.
De basisprincipes van het wettelijk kader zijn de verplichting om gegevens te verstrekken indien zij nodig zijn voor een opdracht van algemeen belang, het inlassen in de wet van een begrippenkader inzake de dienstenintegratoren en authentieke gegevens, en de oprichting van een coördinatiecomité voor gebruikers en een overlegcomité van de dienstenintegratoren.
Tot slot krijgen de sectorale comités van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer een controlerende rol.
Translated text
Mr. Speaker, colleagues, the present bill on the establishment and organization of a federal service integrator was discussed at the committee meeting of 20 June 2012. With the present bill, Fedict will formally become a cross-point bank. This will encourage the single collection of data and the reuse of that data within a strict privacy framework. The Privacy Commission has been calling for this since 2007.
Fedict is responsible for the electronic exchange between federal government agencies, but each FOD remains autonomously responsible for its own ICT policy.
The Secretary of State, Mr. Hendrik Bogaert, highlighted the benefits of service integration. First, the single collection of data leads to administrative simplification.
Second, the collection of data creates the possibility to pre-fill forms and to personalize services.
Third, rights can be assigned automatically.
Fourth, we obtained better data quality and scale benefits.
Fifth, this is an efficient means of combating fraud, which is one of the priorities of the federal government agreement. The service integrator Fedict will oversee the information security and the correct application of the regulations on the protection of privacy. Without prejudice to the powers of the parties concerned, a service integrator should encourage cooperation and play a coordinating role.
The basic principles of the legal framework are the obligation to provide data if they are necessary for a public interest contract, the introduction in law of a conceptual framework on service integrators and authentic data, and the establishment of a user coordination committee and a consultative committee of service integrators.
Finally, the Commission’s sectoral committees on privacy will be given a control role.
#34
Official text
De heer Madrane wees op het feit dat er niet in een budget was voorzien voor de uitvoering en vroeg zich af of er voldoende personeel is.
De heer Dedecker was voorstander van één kaderwet voor alle huidige en toekomstige dienstenintegratoren. Ook vroeg hij welke impact dit zal hebben op de regelgeving op de gemeenten.
De heer Ducarme steunde het ontwerp als stap in de administratieve vereenvoudiging en vroeg of elke FOD ook nog een eigen dienstenintegrator kan hebben.
Ikzelf benadrukte dat elke nieuwe gegevensstroom tegelijkertijd ook een koppeling van nieuwe gegevens inhoudt en de informatieveiligheid van groot belang is. Welke garanties zijn er opdat de veiligheidsadviseur voldoende onafhankelijk zijn werk kan verrichten?
Mevrouw Fonck benadrukte dat het niet de bedoeling is van eHealth om deze gegevens voor andere dan medische doeleinden te gebruiken en vroeg zich af hoe de gegevens van de patiënten voldoende worden beschermd.
De heer Valkeniers vroeg of en hoe de afstemming verloopt met de Vlaamse dienstenintegrator die in de steigers staat.
Mevrouw Temmerman stelde dat het systeem onontbeerlijk is in het kader van de fraudebestrijding.
Als laatste verwees de heer Jadot naar een brief van de privacycommissie waarin deze dreigde om geen machtigingen meer toe te kennen.
De staatssecretaris antwoordde op de verschillende vragen en bemerkingen. Hij gaf aan dat er geen bijkomende begrotingsmiddelen nodig zijn om uitvoering te verlenen aan het voorliggend wetsontwerp, dat hij voorstander is van een stapsgewijze aanpak en niet te werken via één grote kaderwet.
De staatssecretaris gaf mee dat het klopt dat er aanzienlijke verschillen bestaan tussen de diensten en dat de niveauverschillen tussen de departementen in de toekomst zullen moeten worden weggewerkt. Hiertoe zal een administratieve samenwerking tussen de verschillende gezagsniveaus onontbeerlijk zijn.
De staatssecretaris benadrukte dat het niet de bedoeling is om een enige databank op te richten, maar wel om de reeds bestaande systemen met elkaar te verbinden om zo een vlotte doorstroming van gegevens mogelijk te maken. Het is voorts de bedoeling dat de verschillende departementen hun autonomie behouden. Voor de veiligheidsadviseurs van de FOD zal binnenkort een KB worden aangenomen om te waarborgen dat zij hun functie onafhankelijk kunnen uitoefenen.
Tevens wees de staatssecretaris erop dat eHealth niet onder het toepassingsgebied van dit wetsontwerp valt. De louter medische gegevens mogen niet worden vermengd met de administratieve gegevens.
Het wetsontwerp werd op 12 juni 2012 eenparig aangenomen door de commissie voor de Binnenlandse Zaken, Algemene Zaken en Openbaar Ambt.
Translated text
Mr Madrane pointed to the fact that there was no budget for the implementation and wondered if there is sufficient staff.
Mr. Dedecker was in favour of a single framework law for all current and future service integrators. He also asked what impact this will have on the regulation on the municipalities.
Mr Ducarme supported the draft as a step in the administrative simplification and asked whether each FOD could also have its own service integrator.
I myself emphasized that each new data flow also involves a link of new data at the same time and information security is of great importance. What guarantees are there to ensure that the safety adviser can perform his work sufficiently independently?
Ms. Fonck stressed that it is not the intention of eHealth to use this data for other than medical purposes and wondered how to adequately protect patient data.
Mr Valkeniers asked whether and how the alignment goes with the Flemish service integrator who is in the steigers.
Ms. Temmerman argued that the system is indispensable in the context of anti-fraud.
Finally, Mr Jadot referred to a letter from the Privacy Commission threatening to no longer grant authorisations.
The Secretary of State responded to the various questions and comments. He indicated that no additional budgetary resources are needed to implement the present bill, that he is in favour of a step-by-step approach and not to work through a single major framework law.
The Secretary of State stated that it is true that there are significant differences between the services and that the level differences between the departments will need to be eliminated in the future. For this purpose, administrative cooperation between the different levels of authority will be essential.
The Secretary of State stressed that it is not intended to establish a single database, but rather to interconnect the already existing systems to enable a smooth flow of data. It is also intended that the various departments retain their autonomy. A KB will soon be adopted for the FOD safety advisors to ensure that they can exercise their functions independently.
The State Secretary also pointed out that eHealth does not fall within the scope of this bill. The purely medical data shall not be confused with the administrative data.
The draft law was unanimously adopted on 12 June 2012 by the Committee on Internal Affairs, General Affairs and Public Service.
#35
Official text
Mijnheer de voorzitter, het is ook al tijdens de bespreking in de commissie gezegd: wij kunnen hiervoor alleen onze steun uitdrukken. Dit is zeker een stap vooruit. Het zal de efficiëntie bevorderen.
Het is alleen een beetje jammer dat het zo laat komt, zeker gezien de vele kreten en de flamboyante communicatie van uw voorganger, minister van Quickenborne, die hier steeds de mond vol van had. Dat is uiteraard geen kritiek aan uw adres, mijnheer de minister.
Ik wil nog een zijdelingse opmerking maken. Deze wet is gelijkaardig aan de KSZ-wet. De privacycommissie bracht er uiteraard een positief advies over uit. Het verbaast mij dan ook ten zeerste dat wanneer andere overheden in dit land, in dezen de Vlaamse regering, een gelijkaardig voorstel van decreet, een voorstel dat bijna letterlijk hetzelfde is als de Fedictwet, aan de privacycommissie voorleggen, daarover een negatief advies wordt gegeven.
Dit is voor mij een signaal dat de werking van de privacycommissie dringend moet worden geëvalueerd. U weet ook hoe de privacycommissie wordt samengesteld. Ze wordt aangeduid door de Kamer van volksvertegenwoordigers, maar wordt gekozen op een lijst, samengesteld door de regering op een strikt partijpolitiek afgewogen weegschaal. Dit is alleszins niet de manier waarop het zou moeten gaan.
De Europese Commissie heeft voor het Europees Hof van Justitie al een zaak gewonnen tegen Duitsland omdat de band tussen de privacycommissie en de uitvoerende macht veel te groot was.
Naar aanleiding van deze wet kan ik alleen maar oproepen om ook eindelijk werk te maken van een deftige hervorming van de privacycommissie. Spelletjes waarbij hier wel een stap naar een grotere efficiëntie kan worden gezet, maar waarbij tegelijkertijd een stap naar een grotere efficiëntie van andere deelstaten wordt tegenhouden, kunnen echt niet.
Translated text
Mr. Speaker, it has already been said during the discussion in the committee: we can only express our support for this. This is ⁇ a step forward. It will promote efficiency.
It is only a little shame that it comes so late, ⁇ given the many screams and the flamboyant communication of your predecessor, Minister of Quickenborne, who always had his mouth full of this. This, of course, is not a criticism of your address, Mr. Minister.
I would like to make another side-by-side comment. This law is similar to the KSZ Act. The Privacy Commission issued a positive opinion. I am therefore very surprised that when other authorities in this country, in this case the Flemish government, submit a similar proposal of decree, a proposal that is almost literally the same as the Fedict Act, to the Privacy Commission, a negative opinion is given on this.
This is a signal to me that the functioning of the Privacy Commission needs urgently to be evaluated. You also know how the Privacy Commission is composed. She is designated by the House of Representatives, but is elected from a list, compiled by the government on a strictly party-politically balanced scale. This is not the way it should go.
The European Commission has already won a case before the European Court of Justice against Germany because the link between the Privacy Commission and the executive power was far too wide.
Following this law, I can only call for the final work of a flawed reform of the Privacy Commission. Games where it is possible to take a step toward greater efficiency, but at the same time to prevent a step toward greater efficiency from other states, can really not.
#36
Official text
Monsieur le président, chers collègues, j'ignore si tout le monde a compris l'intitulé du projet de loi, à savoir ce qu'est un intégrateur. Ce projet est important car il a pour objet une simplification administrative, recherchée par tous. Sa mise en œuvre révèle la nécessité de dégager des moyens financiers et humains et soulève des questions relatives à la protection de la vie privée auxquelles, nous, écologistes, sommes particulièrement attentifs.
L'objectif de ce projet de loi est de permettre une meilleure circulation des données entre les administrations fédérales. Pour ce faire, un intégrateur de services est créé: Fedict va recevoir et donner suite aux demandes de consultation et communication des données se trouvant dans une ou plusieurs banques de données.
Les buts à atteindre se définissent en termes d'efficacité, d'économie, de qualité et de lutte contre la fraude. Dans ce cadre, on ne peut évidemment qu'y souscrire. Cela ne veut pas dire qu'il ne faut pas se poser de questions par rapport à ce projet de loi. D'ailleurs, certaines ont été posées en commission: quels sont les moyens financiers attribués à Fedict, afin de réaliser le projet? Quels sont les moyens humains éventuellement nécessaires à Fedict pour le faire? Quel est le timing prévu pour la concrétisation de l'intégrateur? Quelle est l'intégration éventuelle avec les systèmes en place au niveau des entités fédérées?
Pour toute une série de questions, les réponses n'ont pas été très claires. Aucun budget n'est alloué au niveau fédéral. C'est donc sur le budget de Fedict que l'on travaille. Nous travaillons dans des conditions difficiles. M. le secrétaire d'État l'a expliqué, de manière très honnête en commission. C'est acté!
Il a été répondu que les moyens humains de Fedict étaient potentiellement suffisants et qu'au niveau du timing, Fedict avait déjà commencé des travaux d'intégration. Il y avait d'ailleurs eu des remontrances de la part de la Commission de la protection de la vie privée, parce qu'on agissait en dehors de tout cadre légal et législatif.
Ce projet de loi a le mérite de nous permettre de rentrer dans un cadre légal et législatif. Cela ne signifie pas que toutes les questions ont reçu une réponse. Par contre, je reconnais que le secrétaire d'État a donné des réponses claires à certaines questions. Les données eHealth, qui sont des données de santé, domaine sensible certes, restent-elles des données de santé? Le citoyen peut-il être assuré que ces données ne circuleront pas dans les services ou des départements étrangers au sujet principal? Le secrétaire d'État a répondu positivement à cette question. Fallait-il envisager la délégation de certaines missions de Fedict, qui peut-être seraient déplacées vers la Smals? Là aussi, il a répondu que tel n'était pas l'objectif.
Par rapport à l'objectif qui est de rentrer dans un cadre légal et de permettre à Fedict de fonctionner en accord avec la Commission de la protection de la vie privée, nous soutiendrons ce projet de loi, mais il subsiste encore de nombreuses interrogations en ce qui concerne sa concrétisation.
En tout cas, nous serons très attentifs à chaque étape de la concrétisation de cet intégrateur que tout le monde souhaite.
Translated text
Mr. Speaker, I do not know if everyone has understood the title of the bill, namely what an integrator is. This project is important because it aims at an administrative simplification, sought by all. Its implementation reveals the need for financial and human resources and raises issues related to privacy protection to which we, environmentalists, are ⁇ attentive.
The aim of this bill is to enable better data flow between federal administrations. To do this, a service integrator is created: Fedict will receive and respond to requests for consultation and communication of data located in one or more databases.
The objectives to be achieved are defined in terms of efficiency, economy, quality and anti-fraud. In this context, we can only subscribe. This does not mean that there should be no questions about this bill. In addition, some were asked in commission: what are the financial resources allocated to Fedict, in order to realize the project? What human resources may be needed for Fedict to do so? What is the timing for the implementation of the integrator? What is the possible integration with existing systems at the level of federated entities?
For a whole series of questions, the answers were not very clear. No budget is allocated at the federal level. This is the Fedict budget. We work in difficult conditions. by Mr. The Secretary of State explained this, in a very honest way in commission. It is act!
It was replied that Fedict’s human resources were potentially sufficient and that at the timing level, Fedict had already begun integration work. There had also been rebounds from the Privacy Protection Commission, because it was acting outside of any legal and legislative framework.
This bill has the merit of allowing us to enter into a legal and legislative framework. This does not mean that all questions have been answered. On the other hand, I recognize that the Secretary of State has given clear answers to some questions. Are eHealth data, which are health data, a sensitive domain, still health data? Can the citizen be assured that these data will not circulate in the services or departments foreign to the main subject? The Secretary of State responded positively to this question. Should we consider the delegation of some Fedict missions, which might be moved to the Smals? He also said that this was not the goal.
In relation to the goal of re-entering the legal framework and allowing Fedict to operate in accordance with the Privacy Protection Commission, we will support this bill, but there are still many questions regarding its implementation.
In any case, we will be very attentive at every step of the realisation of this integrator that everyone wants.
#37
Official text
Mme Catherine Fonck, rapporteur, renvoie à son rapport écrit.
Translated text
Catherine Fonck, the rapporteur, refers to her written report.
#38
Official text
Mijnheer de voorzitter, op zich is dit ontwerp wat ons betreft een goede zaak. Wij kunnen ons er wel in vinden. Flexibilisering in de carrièreplanning, indien zij zowel van werkgevers als werknemers uitgaat, draagt normaliter onze goedkeuring weg. Ook na de discussie in de commissie blijven wij echter een aantal bedenkingen hebben waarop wij geen antwoord hebben gekregen.
Ten eerste, het onderscheid tussen vastbenoemden, statutairen en contractuelen wordt ook hier niet weggewerkt. Dat is een gemiste kans, men had hier kunnen beginnen.
Ten tweede, de bepaling van zware beroepen is nog altijd onduidelijk. Er wordt wel gezegd dat dit ooit bij KB zal worden geregeld maar ik vrees dat "ooit" zeer snel "nooit" wordt in dit land.
Ten slotte blijft de vraag hoe dit kadert in een globale pensioenregeling. Dat debat moet nog volgen. Het zal op zijn minst zeer spannend zijn, om niet te zeggen dat het typisch Belgisch zal verlopen. Daar hebben wij tijdens het vragenuurtje van daarnet nog een voorbeeld van gezien. Enerzijds waren er de bedenkingen van Van Quickenborne en anderzijds van Magnette bij het Europese masterplan van de nieuwe Europese goeroe, president Herman Van Rompuy, die zich met heel dat debat nog eens komt bemoeien. De vraag blijft dus open hoe de opbouw van pensioenrechten en de impact op het loopbaankrediet voor de viervijfde regeling en de halftijdse regeling onderdeel zullen uitmaken van een globale pensioenregeling. Niemand weet dat vandaag. Ook dat is een gemiste kans. Om die redenen zullen wij ons onthouden bij de stemming.
Translated text
This proposal, in itself, is a good thing for us. We can find ourselves in it. Flexibility in career planning, if it comes from both employers and employees, usually takes away our approval. Even after the discussion in the committee, however, we continue to have a number of concerns to which we have not received an answer.
First, the distinction between permanent employees, statutory employees and contracts is also not eliminated here. This is a missed opportunity, one could have started here.
Second, the definition of heavy professions is still unclear. It is said that this will be settled at KB someday, but I fear that "someday" very quickly becomes "never" in this country.
Finally, the question remains how this will be framed in a global pension scheme. This debate needs to follow. It will at least be very exciting, not to say that it will run typically Belgian. We have seen another example of this during the questioning hour. On the one hand, there were the concerns of Van Quickenborne and on the other hand of Magnette about the European master plan of the new European guru, President Herman Van Rompuy, who will once again interfere with all that debate. Therefore, the question remains open as to how the structure of pension rights and the impact on the career credit for the fourth scheme and the half-term scheme will be part of a global pension scheme. No one knows that today. This is also a missed opportunity. For these reasons, we will abstain from voting.
#39
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega’s, wij zijn zeer tevreden met het voorliggend ontwerp dat eindelijk opnieuw rust brengt in de openbare sector. Het geeft ambtenaren de mogelijkheid om vanaf een bepaalde leeftijd gebruik te maken van het systeem van deeltijds werken. De vorige regeling was immers afgelopen op 31 december van vorig jaar en werd niet verlengd. Dit gaf de staatssecretaris de mogelijkheid om het systeem te herzien in het licht van de behoeften die zich vandaag stellen en die niet meer overeenstemmen met de arbeidsmarktsituatie die aan basis lag van de wet van 1995. Toen lag immers de nadruk op een arbeidsherverdelende maatregel terwijl wij de ambtenaar nu de mogelijkheid geven om binnen de perken van het budget zelf aan carrièreplanning te doen.
Translated text
Mr. Speaker, colleagues, we are very satisfied with the present draft that finally brings rest to the public sector. It allows officials to use the system of part-time work from a certain age. The previous scheme expired on 31 December last year and was not renewed. This gave the Secretary of State the opportunity to revise the system in the light of today’s needs that no longer correspond to the labour market situation underlying the 1995 Act. After all, then the emphasis was on a labour-sharing measure while we now give the civil servant the opportunity to make career planning within the limits of the budget itself.
#40
Official text
Iedereen is het er wellicht over eens dat wij mensen langer aan het werk moeten kunnen houden. Daartoe moeten wij erin voorzien dat vanaf een bepaalde leeftijd en beperkt in de tijd een betere combinatie tussen werk en gezin mogelijk is.
Op dat punt maakt CD&V het verschil met de N-VA, die het voorstel verwerpt. Blijkbaar is de N-VA er wel voor te vinden om mensen langer dan tot hun 65 jaar te laten werken. Bovendien moeten zij volgens de N-VA hun werk ook nog verrichten tegen het tempo van een 25-jarige. Dat liet die partij althans uitschijnen in de commissie. Hoewel zij tegen voorliggend ontwerp stemde, mochten wij haar alternatief voor het ontwerp niet vernemen.
Collega’s, CD&V vindt het een evenwichtig voorstel, dat de combinatie arbeid en gezin mogelijk maakt. Het zal echter ook de mensen de ademruimte bieden om langer te blijven werken. Wij zullen het daarom zeker goedkeuren.
Translated text
Everyone may agree that we should be able to keep people working longer. To this end, we must provide that from a certain age and limited in time a better combination between work and family is possible.
At that point, CD&V makes the difference with the N-VA, which rejects the proposal. Apparently, the N-VA is intended to allow people to work longer than until they are 65 years old. In addition, according to the N-VA, they must still do their work at the pace of a 25-year-old. That, at least, made the party appear in the committee. Although she voted against the present draft, we were not allowed to hear her alternative to the draft.
Colleagues, CD&V considers it a balanced proposal, which allows the combination of work and family. However, it will also give people the breathing space to continue working longer. We will ⁇ approve it.
#41
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de staatssecretaris, collega's, het is inderdaad de bedoeling of het zou de bedoeling zijn dat wij een belangrijke hervorming goedkeuren. Dat waren althans de ambities die wij in de memorie van toelichting bij uw wetsontwerp hebben kunnen lezen. U maakt daarin terecht de analyse dat beide verlofstelsels niet langer mogen passen in een tewerkstellingspolitiek, waarbij in een periode van laagconjunctuur een aantal ambtenaren door werklozen worden vervangen. Het past inderdaad niet in een visie over een modern overheidsapparaat.
De beoogde doelstelling is nu onder meer om deze stelsels om te vormen in een HR-instrument, teneinde aldus de combinatie van gezin en werk vlotter te maken. De andere doelstellingen waren onder andere de betaalbaarheid verzekeren, meer aansluiting vinden bij de stelsels uit de privésector en de financiële verantwoordelijkheid deels bij het personeel leggen door het gebruik ervan te beperken en in een regeling van de pensioenrechten te voorzien.
Het klinkt allemaal goed. Dat dachten wij tenminste toen wij de memorie van toelichting bij uw wetsontwerp lazen. Maar wat blijkt? Uiteindelijk merken wij niet bijster veel verschil tussen het oude en het nieuwe stelsel. Ik heb u dat in de commissie al trachten toe te lichten en zal dat hier dus niet uitgebreid doen, maar ik wil niettemin een aantal zaken opnieuw duiden.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Secretary of State, colleagues, it is indeed the intention or it would be the intention that we approve an important reform. Those were at least the ambitions that we could read in the memorandum of explanation to your bill. You correctly analyze that both leave schemes should no longer fit into an employment policy, in which in a period of low-budgetation a number of officials are replaced by unemployed. It does not really fit into a vision of a modern government apparatus.
The intended objective is now, among other things, to transform these systems into a HR tool, in order thus to make the combination of family and work easier. Other objectives included ensuring affordability, improving integration with private sector schemes and partly placing the financial responsibility on the staff by limiting their use and providing for a system of pension rights.
Everything sounds good. At least that was what we thought when we read the memorandum of explanation on your bill. But what appears? In the end, we do not notice much difference between the old and the new system. I have already tried to clarify this in the committee and will therefore not do this here extensively, but I would nevertheless like to point out a number of things again.
#42
Official text
Op alle vragen die ik u in de commissie heb gesteld, om het verschil te kunnen begrijpen tussen de erg kleine aanpassingen in het wetsvoorstel, maar die in de praktijk misschien wel grote gevolgen kunnen hebben, kreeg ik op geen enkele manier een antwoord. U hebt geen impactanalyse uitgevoerd. U beschikt niet over gedetailleerde cijfers. Waarom is dat zo? Ik citeer even het commissieverslag. U zei: “Omdat het moeilijk is aan betrouwbare cijfers te geraken.” Dat was een aandoenlijk eerlijk antwoord.
Wat moeten wij vandaag doen? Wij moeten een zogezegd belangrijke hervorming goedkeuren, waarvan wij de impact echter helemaal niet kennen. Dat staat in het verslag op pagina 11, mijnheer de staatssecretaris. Mocht u ernaar zoeken, daar heb ik het gehaald.
U weet dus niet waarom deze hervorming belangrijk is, en waarom wij ze vandaag zouden moeten goedkeuren. Niemand weet het blijkbaar, niemand kan er cijfers over geven. U gaat vandaag “een wet-Bogaert” goedkeuren. Dat is leuk voor u. U hebt dan uw tweede wet op zak. Spijtig genoeg gaat het om een waardeloze wet, die slechts enkele verschillen kent met de huidige wet. Wij stonden achter de ambitie die u in het begin had. Had in de wet gestaan wat u in de memorie van toelichting meegaf als motivering voor deze wet, dan hadden wij ze heel graag gesteund. De eerlijke vaststelling leidt ons er evenwel toe uw wetsontwerp niet te steunen, omdat u er te veel in hebt toegegeven.
Zoals ik in de commissie gezegd heb, hebt u een aantal gesprekken met de vakbonden gevoerd. Ik stel vast, als ik uw memorie van toelichting vergelijk met wat er uiteindelijk overblijft van de wet, dat u op alles hebt toegegeven, en dat het voorstel nu een doorslagje is van alles wat de vakbonden graag willen. Dat is voor ons onvoldoende. Het is een ambitieloze wet en dat is de reden waarom wij ze niet willen steunen.
Mijnheer de staatssecretaris, om te eindigen wil ik mij nog heel kort richten tot uw collega’s van CD&V. Collega’s, u wil altijd graag het programma van de N-VA kennen. Ik begrijp dat. Misschien kunnen wij met de voorzitter afspreken dat wij een hoorzitting houden over het programma van de N-VA. Dan zal ik enkele mensen uitnodigen en kunnen wij het een uur lang hebben over het programma van de N-VA. Dit daarentegen is wel een wetsontwerp van uw staatssecretaris, en niet een wetsvoorstel van de N-VA. Dat wetsontwerp lag ter bespreking in de commissie, daarover hebben wij ons oordeel geveld, daarover gaat het hier.
Translated text
To all the questions I have asked you in the committee, in order to be able to understand the difference between the very small amendments in the bill, but which in practice may have large implications, I did not get a response in any way. You have not performed an impact analysis. You do not have detailed figures. Why is it so? I would like to quote the committee report. You said, “Because it is difficult to reach reliable figures.”
What should we do today? We must approve a so-called important reform, whose impact we do not know at all. This is stated in the report on page 11, Mr. Secretary of State. If you were to look for it, I found it there.
So you do not know why this reform is important, and why we should approve it today. No one seems to know it, no one can give numbers about it. Today you will approve a “Law-Bogaert”. That is fun for you. You have your second law in your pocket. Unfortunately, this is a worthless law, which has only a few differences from the current law. We supported the ambition you had in the beginning. If in the law had been stated what you brought with you in the memorandum of explanation as a justification for this law, we would have very much supported them. However, the fair conclusion leads us not to support your bill, because you have admitted too much in it.
As I said in the committee, you have held a number of talks with the trade unions. If I compare your memory of explanation with what ultimately remains of the law, I find that you have admitted to everything, and that the proposal is now an outcome of everything that the trade unions want. That is not enough for us. It is an ambitious law and that’s why we don’t want to support them.
Mr. Secretary of State, to conclude, I would like to address very briefly to your colleagues of CD&V. Colleagues, you always want to know the program of the N-VA. I understand that. Per ⁇ we can agree with the Chairman that we will hold a hearing on the N-VA program. Then I will invite some people and we can talk about the program of the N-VA for an hour. This, on the other hand, is a bill of your secretary of state, and not a bill of the N-VA. That bill was to be discussed in the committee, we have made our opinion on that, that is what we are talking about here.
#43
Official text
Monsieur le président, monsieur le secrétaire d'État, chers collègues, via ce projet de loi, le gouvernement réintroduit des mécanismes de conciliation entre vie privée et vie professionnelle dans le secteur public qui étaient normalement prolongés année après année par arrêté royal.
L'idée de légiférer une fois pour toutes peut sembler intéressante. Elle ne nous convainc pas parce que certaines restrictions sont introduites dans ce projet de loi et que de nombreuses interrogations demeurent.
Il s'agit, en clair, de la semaine de quatre jours et du travail à quatre cinquièmes temps ou à mi-temps pour les travailleurs arrivés en fin de carrière.
Cette année, le gouvernement profite de l'occasion pour restreindre ces mécanismes qui, auparavant, étaient beaucoup plus accessibles, comme il l'a fait avec les crédits-temps au sein du secteur privé. Ce faisant, il applique – il est vrai – son accord de gouvernement.
Tout comme dans le secteur privé, la question de l'assimilation de ces périodes dans le calcul de la pension n'est pas abordée dans ce projet, ce qui engendre, parfois, beaucoup d'incertitudes dans le chef des citoyens qui ne savent finalement pas comment ces mécanismes seront pris en compte dans le calcul de leur pension.
Permettez-moi de vous dire que les écologistes ne sont pas prêts à accorder leur blanc-seing à l'actuel ministre des Pensions sur ces points.
Il faut noter que le projet ne traite pas de l'interruption de carrière, autre mécanisme de conciliation entre vie privée et vie professionnelle au sein du secteur public que l'accord de gouvernement prévoit également de restreindre. Au niveau de l'interruption de carrière, une partie des réformes est déjà passée au début de l'année, à savoir la partie qui prévoit de limiter à 60 mois la prise d'une interruption de carrière. Une autre partie des réformes en la matière est en discussion en Comité A.
Les questions sont donc encore nombreuses dont une qui me semble importante et qui a trait à la semaine de quatre jours. Ainsi, pour certains membres du personnel nommés à titre définitif (ceux qui ont occupé un métier lourd ou ceux qui ont une ancienneté de moins de 28 ans), la condition d'âge est abaissée à 50 ans pour pouvoir bénéficier, à titre définitif, de la semaine de quatre jours, de façon illimitée. Le problème réside dans le fait que la définition actuelle de "métier lourd" est trop restreinte. Quels sont aujourd'hui les métiers lourds dans le secteur public? Nous ne disposons pas de liste reprenant ce genre de métiers. En tout cas, une telle liste n'a pas été communiquée à la commission. Le gouvernement se donne le droit de trancher par arrêté royal. Une fois encore, on donne un blanc-seing alors que cet aspect n'a pas, a priori, été défini, ce qui est regrettable.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Secretary of State, dear colleagues, through this bill, the government reintroduces mechanisms of conciliation between private and professional life in the public sector that were normally extended year after year by royal decree.
The idea of legislation once and for all may seem interesting. It does not convince us because some restrictions are introduced in this bill and many questions remain.
It is, clearly, a four-day week and a four-fifth-time or half-time work for workers arriving at the end of their career.
This year, the government is taking advantage of the opportunity to restrict those mechanisms that, previously, were much more accessible, as it did with time loans within the private sector. In doing so, it applies – it is true – its government agreement.
Just like in the private sector, the issue of assimilation of these periods in the calculation of pension is not addressed in this project, which sometimes creates a lot of uncertainty in the head of citizens who ultimately do not know how these mechanisms will be taken into account in the calculation of their pension.
Let me tell you that environmentalists are not ready to give their white-seed to the current Minister of Pensions on these points.
It should be noted that the project does not address career interruption, another mechanism of conciliation between private and professional life within the public sector that the government agreement also plans to restrict. At the level of career interruption, a part of the reforms has already been passed at the beginning of the year, namely the part that plans to limit taking a career interruption to 60 months. Another part of the reforms in this area is being discussed in Committee A.
There are still many questions, including one that I think is important and that relates to the four-day week. Thus, for some permanently appointed staff members (those who have occupied a heavy occupation or those who have an old age of less than 28 years), the age requirement is lowered to 50 years to be able to benefit, as a last, of the four-day week, in an unlimited way. The problem lies in the fact that the current definition of "heavy work" is too restricted. What are the heavy jobs in the public sector today? We do not have a list of such occupations. In any case, such a list has not been communicated to the Commission. The government gives itself the right to decide by royal decree. Once again, a white-seing is given while this aspect has not, a priori, been defined, which is regrettable.
#44
Official text
Au cours des échanges en commission, monsieur le secrétaire d'État, un collègue parlementaire du MR a défini ce projet comme étant de centre droit et donc, a priori, comme étant un bon projet. C'est un projet qui, à mon sens, part certainement d'une bonne intention dans votre chef car on connaît les contraintes budgétaires. Vous devez gérer un poste et il n'est pas évident de libérer des fonds.
Toutefois, les bonnes intentions ne sont pas suffisantes et les interrogations sont trop nombreuses à ce stade pour que nous puissions vous soutenir, certainement pour ce qui est des pensions. Il est en effet très insécurisant pour les travailleurs de ne pas savoir comment ils pourront réagir et s'adapter à un projet qui leur est soumis. Ne pas connaître les conséquences sur votre pension quand vous réduisez votre temps de travail est assez problématique. Or, c'est ce qui se passe.
Il semblerait qu'un numéro vert soit mis à disposition pour répondre à ces questions mais, actuellement, il est demandé de retéléphoner d'ici trois ou quatre mois. Nous, nous ne retéléphonerons pas dans trois à quatre mois mais nous ne voterons pas ce projet!
Translated text
During the exchanges in the committee, Mr. Secretary of State, a parliamentary colleague of the MR defined this project as center-right and therefore, a priori, as a good project. This is a project that, in my opinion, definitely starts with a good intention in your head because you know the budget constraints. You have to manage a position and it is not obvious to release funds.
However, good intentions are not enough and the questions are too many at this stage for us to support you, ⁇ in terms of pensions. It is indeed very insecure for workers not to know how they will react and adapt to a project that is submitted to them. Not knowing the consequences on your pension when you reduce your working hours is quite problematic. This is what is happening.
It would seem that a green number is available to answer these questions but, currently, it is asked to call back within three or four months. We will not call back in three to four months, but we will not vote on this project!
#45
Official text
Mijn collega Eric Jadot heeft de besprekingen in de commissie namens mijn fractie gevolgd. Ik heb het verslag gelezen en, mijns inziens, zijn er nog enkele vragen te stellen.
Voor alle duidelijkheid, het gaat niet om loopbaanonderbreking voor ambtenaren. Ook daarin heeft de regering het mes gezet. Onze vrees was dat het bereiken van de doelstelling om langer te werken moeilijker wordt gemaakt als men de combinatiemogelijkheden arbeid-gezin inperkt. Daarom hebben wij ons daartegen verzet.
Ik heb 5 vragen bij het voorliggend wetsontwerp.
Ten eerste,hoe zal de gelijkstelling van de pensioenen gebeuren? Dat lijkt mij vrij essentieel. We hebben er allemaal baat bij dat de zekerheid bij de betrokken ambtenaren toeneemt. Nu is er enige onzekerheid. In het verslag van de commissiebespreking lees ik dat u daarover een of twee zinnen hebt gezegd. Ik citeer: “Beperking van de pensioenrechten voor de viervijfderegeling tot zestig maanden. Daarover zou er al een politiek akkoord zijn.”
Kunt u dat toelichten? Wat bedoelt u daarmee?
Is er een volledige gelijkstelling voor mensen onder 55 jaar die gedurende zestig maanden viervijfden hebben gewerkt en de 55+’ers, of de 50+’ers in het geval van een zwaar beroep, die in een landingsbaan zitten?
Ten tweede, wie heeft recht op de halftijdse en de viervijfde landinsgbaan vanaf 50 jaar?
In de tekst is er sprake van bijvoorbeeld zware beroepen. Zijn er nog andere categorieën? Wat zijn zware beroepen?
De huidige definiëring is veel te beperkt. De wet van 12 augustus 2000 heeft erin voorzien dat de minister van Pensioenen nog een koninklijk besluit zou uitvaardigen om tot een lijst van zware beroepen te komen. U weet ook dat zulks in de praktijk bijzonder moeilijk is. Zware beroepen evolueren voortdurend, zowel naar de aard als naar de benaming. Die weg volgen we beter niet.
Translated text
My colleague Eric Jadot followed the discussions in the committee on behalf of my group. I have read the report and, in my opinion, there are still a few questions to be asked.
For all clarity, this is not a career interruption for officials. The government has also put the knife. Our fear was that achieving the goal of working longer will be made more difficult by limiting the combination of work-family possibilities. That is why we resisted it.
I have 5 questions on the bill.
First, how will the equalization of pensions happen? This seems to me quite essential. We all benefit from the fact that the security of the officials involved increases. Now there is some uncertainty. In the report of the committee discussion, I read that you said one or two sentences on this subject. I quote: “Limitation of pension rights for the four-five-year scheme to sixty months. There would be a political agreement on that.”
Can you explain that? What do you mean by this?
Is there a complete equality for people under 55 who have worked four-fifths for sixty months and the 55+’s, or the 50+’s in the case of a heavy occupation, who are in a landing track?
Secondly, who is entitled to the half-time and four-fifth landing course from 50 years old?
In the text, for example, heavy professions are mentioned. Are there other categories? What are heavy professions?
The current definition is too limited. The law of 12 August 2000 stipulated that the Minister of Pensions would issue another royal decree to enter a list of heavy professions. You also know that this is ⁇ difficult in practice. Heavy professions are constantly evolving, both in nature and in name. It is better not to follow that path.
#46
Official text
Ten derde, is het de bedoeling van de regering om deeltijds werk onder de 55 jaar zonder premie onmogelijk te maken of te ontmoedigen? Nu gaat het om vier vijfde werken met een premie. Mijn vraag gaat over het werken zonder premie, halftijds of vier vijfde. Is het de bedoeling om dat op een of andere manier onmogelijk te maken of te ontmoedigen?
Ten vierde, deze vraag gaat over het sociaal overleg. Er heeft overleg plaatsgevonden binnen het comité A. Wat is daarvan inhoudelijk de uitkomst? Welke is de opinie van de sociale partners? Op onze banken vinden wij een erratum bij het verslag terug, waarbij u vraagt om een bepaalde passage in te lassen, namelijk dat het wetsontwerp werd aangepast aan enkele opmerkingen vanuit vakbondszijde, maar dat uiteindelijk toch twee van de drie representatieve vakorganisaties zich niet akkoord hebben verklaard met het wetsontwerp.
Ten vijfde, deze vraag gaat over een opmerking van de Raad van State. De Raad van State zegt dat het toepassingsveld van dit wetsontwerp onvoldoende duidelijk is. Er is immers sprake van een uitbreiding van de federale overheidsdiensten naar personeel van andere federale diensten of zelfs naar andere overheden. Voor de Raad van State is het niet duidelijk genoeg op wie het voorliggend wetsontwerp van toepassing is.
Translated text
Third, is it the government’s intention to make it impossible or discourage part-time employment under the age of 55 without premium? Now it is four-fifth work with a prize. My question is about working without premium, half-time or four-fifths. Is it intended to make it impossible or discourage it in some way?
Fourth, this question is about social consultation. There was a discussion within the Committee A. What is the substantial outcome? What is the opinion of the social partners? On our banks we find an erratum with the report, in which you ask for a certain passage, namely that the bill was adjusted to some comments from the trade union side, but that in the end two of the three representative trade union organizations did not agree with the bill.
Fifth, this question is about a comment from the State Council. The State Council says that the scope of this bill is not sufficiently clear. There is, after all, an extension of the federal public services to staff from other federal services or even to other public authorities. For the State Council, it is not clear enough to whom the present draft law applies.
#47
Official text
Mijnheer de staatssecretaris, u krijgt het woord voor uw antwoord.
Translated text
Mr. Secretary of State, you are given the word for your answer.
#48
Official text
Mijnheer de voorzitter, beste collega’s, ik dank alle leden die het woord gevoerd hebben, hier en in de commissievergadering.
Mijnheer Valkeniers, u haalt terecht een aantal punten aan, onder meer in verband met de zware beroepen, wat ook door andere collega’s naar voor is gebracht. De definitie van zware beroepen is uiteraard een heikel punt. De discussie daarover sleept al jaren aan.
Wij zullen dat als volgt aanpakken. De regio’s stellen lijsten voor die bij ons komen in het comité A, waar wij met de vakbonden onderhandelen over het geheel van alle overheidsambtenaren. Er zal ook input komen van het Comité Overheidsbedrijven. In het comité A zullen wij daarover onderhandelen. Ons protocol, met een akkoord of niet-akkoord van de vakbonden, zullen wij vervolgens doorsturen naar minister De Coninck, die de beslissing zal nemen.
Wij doen niets aan het verschil tussen vastbenoemden en statutairen, maar dat gaat natuurlijk enkel over de wet-Vande Lanotte die geactualiseerd moest worden. Per definitie gaat het dan niet over de contractuelen. Dat zijn heel andere stelsels, het een is compatibel met het andere. Bijgevolg hebben wij niet alles kunnen bespreken in het voorliggend wetsontwerp, omdat een bespreking daarover ook al voorzien is op een andere plaats. Wel hebben wij geprobeerd om de zaken op verschillende plaatsen op elkaar af te stemmen.
Translated text
I would like to thank all the members who spoke here and at the committee meeting.
Mr Valkeniers, you are rightly drawing up a number of points, including in connection with the heavy professions, which has also been suggested by other colleagues. The definition of heavy professions is, of course, a delicate point. The discussion on this subject has been raging for years.
We will address this as follows. The regions submit lists that come to us in Committee A, where we negotiate with the trade unions on the whole of all public officials. There will also be input from the Committee of Public Companies. We will discuss this in Committee A. Our protocol, with an agreement or no agreement of the trade unions, we will then forward to Minister De Coninck, who will make the decision.
We do not do anything about the difference between permanent and statutory officials, but that is, of course, only about the law-Vande Lanotte that had to be updated. By definition, it is not about contracts. These are very different systems, one is compatible with the other. Consequently, we have not been able to discuss everything in the present draft law, because a discussion about it is already planned in another place. We have tried to reconcile things in different places.
#49
Official text
Ik kom tot de vragen over de pensioenen. Er is een akkoord over de opbouw van pensioenrechten, maar dat moet in de wetgeving betreffende de pensioenen verder worden uitgewerkt.
De heer Van Esbroeck suggereert dat er weinig of niets zou zijn veranderd. Dat is natuurlijk helemaal niet zo. In de huidige vrijwillige vierdagenweek en de halftijdse vervroegde uitdiensttreding is de opbouw van pensioenen onbeperkt. Als iemand 5 in de plaats van 4 dagen werkt, telt die 5ᵈᵉ dag compleet mee voor het pensioen. Dat is de huidige situatie. De nieuwe situatie is helemaal anders. Daar zal de 5ᵈᵉ dag nog slechts voor 60 maanden meetellen. Dat is een belangrijke wijziging. Vandaar ook de notie financiële verantwoordelijkheid.
Wil dat zeggen dat de mensen minder van de viervijfdeweek zullen kunnen genieten, mijnheer De Vriendt? Neen, er is enerzijds een onderscheid tussen de mogelijkheid tot de viervijfde week en anderzijds de opbouw van pensioenrechten of de premie.
Mijnheer Van Esbroeck, het is wel zo dat de premie die nu geldt voor de hele carrière van de viervijfde week tot 60 maanden wordt ingeperkt. Dat is een belangrijke verandering.
Mensen die zeggen dat er niets is veranderd, raad ik aan om het dossier goed door te nemen. Er is wel degelijk een en ander veranderd. De notie financiële verantwoordelijkheid staat duidelijk in de wet. Daarnaast is er het idee om de combinatie tussen het privéleven en het professionele leven intact proberen te houden.
Mevrouw Slegers, ik dank u voor uw opmerkingen. Ik hoop dat het inderdaad een evenwichtige wet is die verschillende principes bundelt, die een goede koers houdt en die ervoor zorgt dat wij niet in deze of gene richting radicaliseren. Ik dank u voor de aandacht die u aan dit wetsontwerp hebt besteed en de interessante vragen die u ook in uw uiteenzetting in de commissie hebt gesteld.
Mijnheer Van Esbroeck, mijn vraag naar een alternatief blijft bestaan. Voor de opbouw van pensioenrechten hebt u geen alternatief gegeven. Voor de premie hebt u geen alternatief gegeven. Voor de vrijstelling en de bijdrage voor de sociale zekerheid heeft de N-VA geen alternatief gegeven. Voor de termijn heeft de N-VA geen alternatief gegeven. Het blad blijft blanco, ook met betrekking tot deze wet.
Translated text
Let me get to the questions about pensions. There is an agreement on the construction of pension rights, but that needs to be further developed in the legislation on pensions.
Mr. Van Esbroeck suggests that little or nothing would have changed. Of course, this is not at all so. In the current voluntary four-day week and the half-time early departure, the accumulation of pensions is unlimited. If someone works 5 days instead of 4 days, that 5th day counts in full for retirement. That is the current situation. The new situation is completely different. There, the fifth day will only count for 60 months. This is an important change. Hence the notion of financial responsibility.
Does that mean that people will be able to enjoy less of the four-fifth week, Mr. De Vriendt? No, there is a distinction between, on the one hand, the possibility of up to the fifth week and, on the other hand, the accumulation of pension rights or the premium.
Mr. Van Esbroeck, it is true that the premium that now applies for the entire career of the fifth week is limited to 60 months. This is an important change.
People who say that nothing has changed, I advise to review the file thoroughly. Certainly something has changed. The concept of financial responsibility is clearly stated in the law. In addition, there is the idea of trying to keep the combination between private life and professional life intact.
Mrs Slegers, I thank you for your comments. I hope that it is indeed a balanced law that unites different principles, that keeps a good course and that ensures that we do not radicalize in this or that direction. I thank you for the attention you have paid to this bill and the interesting questions you have also asked in your presentation in the committee.
Mr. Van Esbroeck, my question for an alternative remains. For the construction of pension rights, you did not provide an alternative. For the prize, you did not offer an alternative. For the exemption and the social security contribution, the N-VA gave no alternative. For the term, the N-VA did not provide an alternative. The paper remains blank, even with regard to this law.
#50
Official text
Monsieur Jadot, je crois avoir répondu à vos questions concernant certains métiers lourds.
En fait, sur base de l'avis des Régions, les négociations se dérouleront au sein du Comité A en tenant compte également de l'avis du comité qui négocie au nom des entreprises publiques. Toutes ces informations seront rassemblées et serviront de base aux négociations en Comité A pour donner lieu à un protocole d'accord ou de non-accord. Tous ces avis seront alors transmis à la ministre De Coninck.
En effet, le MR a qualifié cette loi de tendance centre-droit. Centre-droit ou centre-gauche, pour moi, c'est tout droit! L'important, c'est que le projet fait bouger les choses, peu importe que ce soit à droite ou à gauche, peu importe son orientation. Mon avis est que nous transformons actuellement la Belgique, y compris par une combinaison entre vie professionnelle et vie privée.
Monsieur Jadot, vous avez raison en ce qui concerne les pensions. Beaucoup de personnes, beaucoup d'agents étaient inquiets au sujet de leurs droits à la pension: les disposions applicables jusqu'à aujourd'hui seront-elles maintenues? J'espère que cette loi apaisera les craintes de nos agents et nos collaborateurs.
Translated text
Mr. Jadot, I think I have answered your questions regarding some heavy jobs.
Indeed, based on the opinion of the Regions, the negotiations will take place within Committee A, also taking into account the opinion of the committee that negotiates on behalf of public enterprises. All this information will be collected and will serve as the basis for negotiations in Committee A to give rise to a protocol of agreement or no agreement. All these opinions will then be forwarded to Minister De Coninck.
In fact, the MR described this law as a center-right trend. Center-right or center-left, for me, it is right! The important thing is that the project moves things, regardless of whether it is right or left, regardless of its orientation. My opinion is that we are currently transforming Belgium, including through a combination of work and private life.
You are right about pensions. Many people, many agents were concerned about their retirement rights: will the provisions applicable to date be ⁇ ined? I hope that this law will calm the fears of our agents and our employees.
#51
Official text
Mijnheer De Vriendt, u zegt dat we er het mes in hebben gezet. Dat is wat antagonistisch ten opzichte van wat de heer Van Esbroeck heeft gezegd. De N-VA vooral moet dan maar zeggen waar men nog verder zou hebben gesnoeid. Als men hier vandaag op de vlakte blijft wat dat betreft, zitten we op de goede weg. Het was niet de bedoeling het mes te zetten, wel een goed evenwicht te vinden tussen enerzijds financiële verantwoordelijkheid en anderzijds een goede combinatie van arbeid en gezin.
Ik heb geantwoord op de vraag in verband met de zware beroepen en de vraag over de premies. De viervijfderegeling blijft altijd mogelijk, maar dan zonder premie. Met premie zal dat gedurende vijf jaar mogelijk blijven, opbouw van pensioenrechten inbegrepen. Halftijdse werknemers respectievelijk viervijfdewerknemers in landingsbanen kunnen vanaf 55 jaar of vanaf 50 jaar voor de zware beroepen gedurende 84 en 120 maanden pensioenrechten opbouwen. Dat is nu het voorstel.
Wat de Raad van State betreft, andere overheden in het land kunnen zich aansluiten bij onderhavige wettekst. Wij volgen bewust een beleid waarbij de federale overheid zaken op punt stelt en andere overheden kunnen inspelen op de voorliggende wet. Wij hebben niet meer de ambitie om te declameren wat er moet gebeuren bij andere entiteiten.
Ik hoop daarmee alle vragen te hebben beantwoord.
Translated text
Mr. De Friend, you say that we put the knife in it. This is somewhat antagonistic to what Mr. Van Esbroeck has said. The N-VA above all must then say where one would have cut further. If we stay on the ground here today in this regard, we are on the right path. It was not the intention to put the knife, but to find a good balance between, on the one hand, financial responsibility and, on the other, a good combination of work and family.
I answered the question related to the heavy occupations and the question about the premiums. The four-fifth scheme is always possible, but then without a premium. With premium, this will remain possible for five years, including building up pension rights. Part-time employees and four-fifth employees in landing tracks can accumulate pension rights for 84 and 120 months from the age of 55 or from the age of 50 for the heavy occupations. That is now the proposal.
As regards the Council of State, other governments in the country may adhere to this Act. We consciously follow a policy in which the federal government sets up matters and other governments can respond to the law in question. We no longer have the ambition to declame what needs to be done with other entities.
I hope that I have answered all the questions.
#52
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik heb naar de heer Van Esbroeck geluisterd. Hij heeft mij uitgenodigd om op een vergadering een aantal alternatieven te bespreken. Evenwel hebben wij in de commissie een hele namiddag vergaderd en nu vergaderen we hier al een half uur over onderhavig wetsvoorstel. Ik heb nog altijd geen alternatief gehoord. Als ik vanavond naar Terzake kijk, zal ik daar misschien een partijlid een alternatief horen aanbieden, wie weet. Dan kunnen we daarover misschien debatteren.
Ik benadruk nog eens dat wij het een evenwichtig voorstel vinden en zullen goedkeuren. De combinatie van arbeid en gezin wordt hierdoor mogelijk en op die manier geven we de ambtenaren ademruimte om langer te blijven werken.
Translated text
I have listened to Mr. Van Esbroeck. He invited me to discuss a number of alternatives at a meeting. However, we have met in the committee a whole afternoon and now we have been meeting here for half an hour on this bill. I have not heard any alternative. If I look at Terzake tonight, I may hear a party member there offer an alternative, who knows. Then we may be able to discuss this.
I would like to emphasize again that we find it a balanced proposal and will adopt it. This makes it possible to combine work and family and thus we give officials breathing space to continue working longer.
#53
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik meen dat alles duidelijk was. Wij hebben vooral uiting willen geven aan onze teleurstelling. De ambitie was goed en daar konden wij ons achter scharen. Als men voorstellen wil, dan stel ik voor dat men de motie en de toelichting bij het wetsvoorstel leest. Ik heb altijd gezegd dat wij ons daarin konden vinden. Maar wij weten niet hoe het verhaal uiteindelijk uitgewerkt wordt en wat de gevolgen worden. U hebt trouwens zelf toegegeven dat u het evenmin weet. U kunt het niet berekenen en weet niet eens over welke cijfers het gaat.
Mevrouw Slegers, ik begrijp dat u het programma van de N-VA wilt leren kennen, maar ik denk niet dat het de bedoeling is dat ik dat hier in het Parlement voorstel, tenzij de voorzitter dat wil. In dat geval kunnen we een aantal hoorzittingen organiseren, zoals ik had voorgesteld. Ik zal dan een aantal personen uitnodigen die ons programma kunnen komen toelichten. Ik wil dat gerust doen.
Translated text
I think everything was clear. We wanted to express our disappointment. The ambition was good and we were able to get behind. If you want to make proposals, I suggest that you read the motion and the explanation attached to the bill. I have always said that we can find ourselves in it. But we do not know how the story will eventually be drawn up and what the consequences will be. You have also acknowledged that you do not know. You can’t calculate it and don’t even know what numbers it’s about.
Mrs Slegers, I understand that you want to get to know the N-VA program, but I don’t think it is intended that I propose that here in Parliament, unless the Chairman so wishes. In that case, we can organize a number of hearings, as I had suggested. I will then invite a few people who can come to explain our program. I want to reassure it.
#54
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik wil de discussie niet ellenlang laten aanslepen, maar het is nogmaals duidelijk dat de N-VA ook ter zake geen alternatief heeft.
Men kan dan verwijzen naar het algemene partijprogramma, maar een partij die niet eens het lef heeft om ook maar het kleinste amendement in te dienen, zou ik toch wel een klein beetje bescheidenheid willen aanraden. Als men de parlementaire discussie ernstig neemt, dan dient men een aantal amendementen in. Als men daartoe niet in staat is, als men dat niet durft of niet wilt, dan zou ik mijn kritiek toch wat temperen.
Translated text
Mr. Speaker, I do not want to allow the discussion to last long, but it is once again clear that the N-VA has no alternative in this regard either.
One can then refer to the general party program, but a party that does not even have the courage to submit even the slightest amendment, I would still recommend a little bit of modesty. If one takes the parliamentary debate seriously, a number of amendments should be submitted. If one is unable to do so, if one does not dare or does not want to do so, then I would still temper my criticism a little.
#55
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega’s, het wetsontwerp ter bescherming van het mariene milieu in de zeegebieden schept het kader voor de opmaak van een ruimtelijk structuurplan voor de zee.
Het geeft de bevoegdheid aan de Koning om een procedure uit te werken om het plan op te stellen, evenals het mariene ruimtelijk plan zelf vast te leggen.
Het mariene ruimtelijk plan zal vertrekken vanuit een ruimtelijke analyse van de Belgische zeegebieden en op basis van een langetermijnvisie en doelstellingen een beleidspakket met maatregelen, instrumenten en acties uitwerken.
Er zal door de Koning tevens een raadgevende commissie worden ingesteld.
De vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee wijst erop dat er momenteel geen geïntegreerd ruimtelijk ordeningsplan voorhanden is voor het Belgisch deel van de Noordzee.
Tot nu toe beschikken weinig landen over een dergelijk plan voor hun territoriale wateren. In de Europese Unie is er nu echter een tendens om een maritieme strategie en planning uit te werken. Mede gezien er een bottom-upvraag is van de gebruikers van de Noordzee acht de regering het nodig de wet op de mariene planning te wijzigen en de mariene ruimtelijke planning mogelijk te maken.
Verschillende fracties merkten op dat er een ruime delegatie wordt verleend aan de Koning, onder andere wat de samenstelling van de raadgevende commissie betreft. De minister wijst erop dat de regelgeving geïnspireerd is op de wetgeving inzake ruimtelijke ordening.
De samenstelling van de commissie wordt niet in de wet opgenomen, omdat er nood is aan flexibiliteit en omdat de samenstelling zou kunnen worden gewijzigd. De minister is evenwel van oordeel dat er zoveel mogelijk actoren in de commissie zitting moeten hebben.
De N-VA vraagt op welke manier zal worden samengewerkt met andere actoren, zoals de Gewesten en andere landen, en of er exclusieve rechten op de zee zullen worden toegekend.
CD&V is erom bekommerd of alle actoren wel zullen worden betrokken en vraagt of het verstandig is vooruit te lopen op de toekomstige Europese regelgeving.
Groen is benieuwd naar de impact van het plan op de definiëring van de tweede zone voor offshore windenergie, op de draagwijdte van het bindend karakter van het plan en op de relatie tot de kustbescherming.
De PS wenst vooral te vernemen wie welke taken op zich zal nemen. Ecolo wil de duurzaamheid verankerd zien in de wet en in het plan. cdH en Open Vld informeren naar een verdere planning.
De minister onderstreept in zijn antwoord dat de ruime overlegfase heel belangrijk is om tot een coherent plan te komen. Er is daarom reeds contact opgenomen met de Gewesten, de provincies en de gemeenten.
De minister laat voorts weten dat na contact met de Europese Commissie duidelijk is geworden dat zij enkel een kaderwetgeving zal opstellen en dat de lidstaten die zelf verder mogen uitwerken.
De minister stelt dat het uitwerken van het plan bindend is. Dat wil zeggen dat het een juridisch instrument is, dat door iedereen moet worden nageleefd.
Translated text
The draft law on the protection of the marine environment in the marine areas creates the framework for the preparation of a marine spatial structural plan.
It empowers the King to draw up a procedure for drawing up the plan, as well as to establish the marine space plan itself.
The marine spatial plan will start from a spatial analysis of the Belgian marine areas and, based on a long-term vision and objectives, develop a policy package of measures, instruments and actions.
The King will also set up an advisory committee.
The Deputy Prime Minister and Minister of Economy, Consumers and the North Sea points out that there is currently no integrated spatial planning plan for the Belgian part of the North Sea.
So far, few countries have such a plan for their territorial waters. However, there is now a tendency in the European Union to develop a maritime strategy and planning. Given that there is a bottom-up demand from the North Sea users, the government considers it necessary to amend the law on marine planning and to enable marine spatial planning.
Several factions noted that a broad delegation is granted to the King, including in terms of the composition of the advisory committee. The Minister points out that the regulation is inspired by the legislation on spatial planning.
The composition of the committee is not included in the law because there is a need for flexibility and because the composition could be changed. However, the Minister is of the opinion that as many actors as possible should sit in the committee.
The N-VA asks how it will cooperate with other actors, such as the Regions and other countries, and whether exclusive rights on the sea will be granted.
CD&V is concerned about whether all actors will be involved and asks whether it is wise to move forward on future European regulation.
Green is curious about the impact of the plan on the definition of the second zone for offshore wind energy, on the scope of the binding character of the plan and on the relationship to coastal protection.
In particular, the PS wants to know who will take on what tasks. Ecolo wants to see sustainability anchored in the law and in the plan. CDH and Open Vld inform for further planning.
The Minister stressed in his response that the broad consultation phase is very important in order to reach a coherent plan. Therefore, contact with the regions, the provinces and the municipalities has already been established.
The Minister also said that after contacting the European Commission it became clear that it will only prepare a framework legislation and that the Member States can further develop them themselves.
The Minister says that the drafting of the plan is binding. That is, it is a legal instrument, which must be respected by everyone.
#56
Official text
Het al dan niet reserveren van de tweede zone moet in het kader van het plan worden opgenomen. Het is te vroeg om ter zake al uitspraken te doen.
De kustbescherming is een element waarmee rekening moet worden gehouden. Eens het ontwerp is goedgekeurd, kan het koninklijk besluit over de procedure aan de Raad van State worden voorgelegd. Daarna kan de opdracht worden gestart. Er kan dan ook tegelijkertijd worden gewerkt aan een ontwerpplan. Het is de bedoeling dit alles binnen het jaar klaar te hebben.
De oppositiepartijen steunen het doel van de wet, met name het realiseren van een ruimtelijk plan voor het Noordzeegebied. Gelet op de vermelde reserves, onder meer betreffende de ruime delegatie aan de Koning, hebben ze zich bij de stemming over het geheel onthouden.
Het wetsontwerp werd aangenomen met 8 stemmen voor en 5 onthoudingen.
Translated text
The reservation or non-reservation of the second zone should be included in the framework of the plan. It is too early to make statements on this issue.
Coast protection is an element to be taken into account. Once the draft has been approved, the royal decree on the procedure may be submitted to the Council of State. After that, the task can be started. A draft plan can be worked out at the same time. It is intended to finish all this within the year.
The opposition parties support the purpose of the law, in particular the implementation of a spatial plan for the North Sea region. Given the aforementioned reservations, in particular concerning the broad delegation to the King, they abstained at the vote in its entirety.
The bill was adopted with 8 votes for and 5 abstentions.
#57
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega’s, ik dank mevrouw Muylle voor het rapport.
Voor de Noordzee zijn verschillende bevoegdheden actief. Zowel het federaal niveau als het Vlaams Gewest is actief op het vlak van zeevisserij, het baggeren of het ruimen van wrakken. Dat maakt het allemaal bijzonder complex.
Daarom steunen wij de insteek die de Vlaamse administratie enkele jaren geleden tijdens de vorige gewestelijke legislatuur inzake het regionaliseren van de Noordzee heeft gegeven. Die nota’s zijn er gekomen op vraag van de N-VA, sp.a, Open Vld, CD&V en Spirit, waar die zich ondertussen ook mogen bevinden.
Ik denk dat dit de weg is die wij moeten bewandelen. Dat zal niet voor vandaag zijn, maar dat zal ongetwijfeld komen. Daarop wachten wij om ervoor te zorgen dat wij op een zo efficiënt mogelijke manier te werk kunnen gaan.
Hoewel het in de Kamer niet altijd vooruitgaat, was dat voor dit ontwerp wel even anders. Ik weet niet aan welke touwtjes de minister heeft getrokken, maar als hier vrijdag een ontwerp wordt ingediend dat maandag de toelating krijgt om te worden gedrukt en dinsdag al door de commissie wordt gesluisd, moet ik hem feliciteren met het snelle werk dat blijkbaar in andere dossiers, ik denk bijvoorbeeld aan telecomwetten, niet kan worden gehaald.
Inhoudelijk is het voor ons belangrijk dat er een ruimtelijke planning komt en dat dit op een goede manier gebeurt. Wij weten immers dat het masterplan dat vandaag bestaat veel te statisch is. Wij moeten in de Noordzee verschillende zaken mogelijk maken op het vlak van energie, op het vlak van scheepvaart, op het vlak van zand- en grindwinning enzovoort. Die zaken moeten zo veel mogelijk complementair kunnen gebeuren.
Waarover wij ook moeten waken, is dat wij geen kolonialisering van de Noordzee krijgen. Wij gaan wel rechten toekennen, maar die zijn altijd tijdelijk van aard. Dat zijn gebruiksrechten. Wij willen niet dat dit op een andere manier gebeurt.
Heel wat fracties hebben het al gezegd: er zit een zeer ruime delegatie aan de Koning en daarmee ook aan de heer Vande Lanotte in het wetsontwerp. Daarmee zijn wij niet zo gelukkig omdat wij graag ook vat hebben op de manier waarop die zaken worden geregeld.
Op dat punt kwamen de minister en ikzelf overeen. Als hij op mijn plaats had gezeten, had hij exact hetzelfde gedaan. Dat is inderdaad het verschil, mijnheer de minister. U zit daar en ik sta hier.
Ik vind dat de wetgever hierop vat moet hebben. Als u een commissie in het leven roept om een advies met betrekking tot de procedure te geven, is het interessant om te zien wie daarbij wordt betrokken.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, colleagues, I would like to thank Mrs. Muylle for the report.
For the North Sea, various powers are active. Both the federal level and the Flemish Region are active in the field of marine fishing, drilling or cleaning wreckage. That makes it all ⁇ complex.
Therefore, we support the contribution made by the Flemish administration several years ago during the previous regional legislature on the regionalization of the North Sea. These notes have arrived at the request of the N-VA, sp.a, Open Vld, CD&V and Spirit, where they may be located.
I think this is the path that we must follow. It will not be for today, but it will undoubtedly come. We wait for this to ensure that we can work in the most efficient way possible.
Although it doesn’t always progress in the Room, it was a bit different for this design. I do not know which ropes the minister has pulled, but if here on Friday a draft is submitted that receives the permission to be printed on Monday and is already closed by the committee on Tuesday, I must congratulate him on the quick work that apparently cannot be achieved in other files, I think, for example, telecommunications laws.
In terms of content, it is important for us that there is a spatial planning and that this is done in the right way. After all, we know that the master plan that exists today is too static. In the North Sea, we must enable various things in the field of energy, in the field of shipping, in the field of sand and grinding mining and so on. These things should be complementary as much as possible.
What we also need to be careful about is that we do not get colonization of the North Sea. We will grant rights, but they are always temporary in nature. These are usage rights. We do not want this to happen in another way.
Many factions have already said it: there is a very large delegation to the King and therefore also to Mr. Vande Lanotte in the bill. We are not so happy with this because we also like to have an understanding of the way these things are arranged.
On that point, the Minister and I agreed. If he had been in my place, he would have done exactly the same. That is the difference, Mr. Minister. You are there and I am here.
I think the legislator should take this into account. If you create a committee to advise on the procedure, it is interesting to see who is involved.
#58
Official text
We weten dat het Vlaams Gewest daar bijzonder veel maatregelen in kan en moet nemen, en dus ook een impact heeft op wat er volgens uw plan gebeurt. We weten ook dat de Fransen, de Nederlanders en het Verenigd Koninkrijk ook belangen hebben in het kader van de Noordzee. Denk bijvoorbeeld aan wat er is gebeurd met dat laatste windpark, dat door de Nederlanders wordt aangevochten. Om die reden lijkt het ons aangewezen dat ook al op wetgevend niveau wordt bepaald wie daarbij wordt betrokken. U kunt inderdaad iedereen erbij betrekken die u nuttig acht, maar u kunt ook diegene eruit laten die u wat minder nuttig acht. Daar moeten we als wetgever toch nauw op toezien.
Collega’s, dat plan als instrument is een goede zaak. Daarover gaat het vandaag niet, wel over hoe we dat goed sturen. Mijn fractie vindt dat u zich hier veel te veel hebt toegeëigend en dat u veel te veel hebt opengelaten. Dat is ook de voornaamste reden waarom wij ons zullen onthouden bij dit ontwerp.
Translated text
We know that the Flemish Region can and should take a lot of measures in this area, and therefore also has an impact on what happens according to your plan. We also know that the French, the Dutch and the United Kingdom also have interests in the North Sea framework. Think, for example, of what happened to that last wind farm, which is being disputed by the Dutch. For this reason, it seems appropriate to us that already at legislative level it is determined who is involved. You can indeed involve anyone that you find useful, but you can also leave out those that you consider a little less useful. As legislators, we need to monitor this closely.
This plan as a tool is a good thing. It is not about this today, but about how to manage it properly. My group thinks that you have attached too much here and that you have left too much open. This is also the main reason why we will refrain from this design.
#59
Official text
Mijnheer de voorzitter, in het verslag werd er niet naar verwezen, dus wil ik graag even toelichten waarom onze fractie zich zal onthouden. Wij hebben uiteraard ook geen enkel probleem met ruimtelijke ordening op zee zoals door Europa gevraagd, maar wij zouden het liever over de Vlaamse territoriale wateren hebben dan over de Belgische territoriale wateren.
De overdracht van de bevoegdheid over de Noordzee is nog niet gepland, wat wij betreuren. Indien de coördinatie op Vlaams niveau zou gebeuren, gepaard aan de overdracht van de restbevoegdheden inzake de Noordzee, zou men een veel coherenter beleid krijgen en zouden de activiteiten veel sneller kunnen worden afgehandeld. Men zou veel sneller tot beslissingen kunnen komen, zowel inzake energie als inzake natuurbehoud als inzake het logistiek gebruik van de Noordzee.
Om die reden zal mijn fractie zich onthouden.
Translated text
Mr. Speaker, there was no reference to this in the report, so I would like to explain for a moment why our group will abstain. Of course, we also have no problem with maritime spatial arrangement as requested by Europe, but we would rather have about the Flemish territorial waters than about the Belgian territorial waters.
The transfer of power over the North Sea has not yet been planned, which we regret. If the coordination would take place at the Flemish level, accompanied by the transfer of the remaining powers in the North Sea, a much more coherent policy would be achieved and the activities could be completed much faster. Decisions could be made much faster, both on energy and nature conservation as well as on the logistical use of the North Sea.
For this reason, my group will abstain.