General information
Full name plenum van 2005-03-24 14:15:00+00:00 in Chamber of representatives
Type plenum
URL https://www.dekamer.be/doc/PCRI/html/51/ip124.html
Parliament Chamber of representatives
You are currently viewing the advanced reviewing page for this source file. You'll note that the layout of the website is less user-friendly than the rest of Demobel. This is on purpose, because it allows people to voluntarily review and correct the translations of the source files. Its goal is not to convey information, but to validate it. If that's not your goal, I'd recommend you to click on one of the propositions that you can find in the table below. But otherwise, feel free to roam around!
Propositions that were discussed
Code
Date
Adopted
Title
51K1082
23/03/2004
✔
Projet de loi relatif au suivi de l'action gouvernementale en ce qui concerne les objectifs du millénaire pour le développement.
51K1637
25/10/2004
✔
Projet de loi modifiant l'arrêté royal n° 4 du 29 décembre 1969 relatif aux restitutions en matière de taxe sur la valeur ajoutée, la loi du 8 août 1997 sur les faillites et le Code des impôts sur les revenus 1992, en vue d'assurer un traitement fiscal plus équitable aux créanciers dans le cadre d'un concordat judiciaire ou d'une faillite.
51K1534
23/12/2004
✔
Projet de loi modifiant la loi du 25 juin 1993 sur l'exercice d'activités ambulantes et l'organisation des marchés publics.
51K1523
04/10/2004
✔
Projet de loi portant assentiment aux Actes internationaux suivants: 1° Convention, établie par le Conseil conformément à l'article 34 du Traité sur l'Union européenne, relative à l'entraide judiciaire en matière pénale entre les Etats membres de l'Union européenne, faite à Bruxelles le 29 mai 2000; 2° Protocole à la Convention relative à l'entraide judiciaire en matière pénale entre les Etats membres de l'Union européenne, établi par le Conseil conformément à l'article 34 du Traité sur l'Union européenne, fait à Luxembourg le 16 octobre 2001.
Discussions
You are currently viewing the English version of Demobel. This means that you will only be able to review and correct the English translations next to the official text. If you want to review translations in another language, then choose your preferred language in the footer.
Discussions statuses
ID
German
French
English
Esperanto
Spanish
Dutch
#0
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#1
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#2
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#3
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#4
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#5
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#6
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#7
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#8
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#9
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#10
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#11
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#12
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#13
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#14
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#15
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#16
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#17
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#18
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#19
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#20
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#21
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#22
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#23
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#24
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#25
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#26
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#27
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#28
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#29
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#30
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#31
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#32
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#33
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#34
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#35
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#36
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#37
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#38
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#39
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#40
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#41
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#42
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#43
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#44
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#45
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#46
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#47
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#48
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#49
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#50
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#51
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#52
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#53
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#54
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#55
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#56
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#57
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#58
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#59
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#60
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#61
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#62
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#63
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#64
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#65
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#66
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#67
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#68
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#69
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#70
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#71
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#72
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#73
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#74
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#75
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#76
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#77
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#78
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#79
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#80
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#81
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#82
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#83
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#84
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#85
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#86
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#87
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#88
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#89
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#90
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#91
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#92
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#93
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#94
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#95
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#96
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#97
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#98
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#99
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#100
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#101
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#102
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#103
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#104
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#105
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#106
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#107
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#108
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#109
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#0
#1
Official text
Een ogenblikje. Ik zoek de verslaggever. Ik veronderstel dat de verslaggever naar zijn schriftelijk verslag verwijst. Uiteraard. Het is het document nummer 1082/1-4.
Translated text
for a moment. I am looking for the reporter. I suppose that the reporter refers to his written report. of course . It is the document number 1082/1-4.
#2
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik heb dat verslag niet gelezen.
Translated text
I have not read that report.
#3
Official text
Dat verslag is gedagtekend op 17 maart. Het wetsontwerp dateert van 3 mei 2004. Er werden amendementen ingediend. Het verslag dateert van 17 maart en het is het document 1082. Het is zeer kort, het telt drie paragrafen.
Translated text
The report was signed on 17 March. The draft law dates from 3 May 2004. Amendments were submitted. The report dates from March 17 and it is the document 1082. It is very short, it contains three paragraphs.
#4
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik wacht op het verslag.
Translated text
I look forward to the report.
#5
Official text
De heer Boukourna verwijst naar zijn schriftelijk verslag.
Translated text
Mr Boukourna refers to his written report.
#6
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik moet toch geen beroep doen op het Reglement? De verslaggever moet hier zijn.
Translated text
I do not have to appeal to the Rules of Procedure. The reporter must be here.
#7
Official text
Mijnheer De Crem, kijk naar het verslag en u zult merken dat men al veel verbeelding moet hebben om daarover iets te zeggen.
Translated text
Mr. De Crem, look at the report and you will find that one must already have a lot of imagination to say something about it.
#8
Official text
Mijnheer de voorzitter, die Millenniumdoelstellingen zijn zo belangrijk. Het is amper vijf jaar geleden dat wij een nieuw millennium zijn ingetreden. Ik denk niet dat we de start van het volgend millennium zullen meemaken, ondanks het feit, voorzitter, dat u de langlevendheid heeft.
Ik wens dus dat het verslag wordt gebracht. Ik wens de rapporteur te horen.
Translated text
The Millennium Goals are so important. It has only been five years since we entered a new millennium. I don’t think we will experience the beginning of the next millennium, despite the fact, Mr. Speaker, that you have the longevity.
I would like the report to be presented. I would like to hear the rapporteur.
#9
Official text
Men zegt mij dat de heer Boukourna in aantocht is.
Translated text
They tell me that Mr. Boukourna is coming.
#10
Official text
De heer Boukourna kan uiteraard verwijzen naar zijn schriftelijk verslag.
Translated text
Mr Boukourna may, of course, refer to his written report. Their
#11
Official text
Het verslag is slechts een halve bladzijde lang en bovendien merk ik dat het wetsontwerp eenparig werd aangenomen.
Translated text
The report is only half a page long and I also note that the bill was unanimously adopted.
#12
Official text
En général, pour un projet de ce type venant du Sénat, on renvoie à son rapport. Je ne vais pas le faire à sa place évidemment, sinon je l'aurais déjà fait. J'avais tout à l'heure convenu de suspendre la discussion de ce projet-ci. Entre-temps, M. Demotte est arrivé.
Translated text
Generally, for a project of this type coming from the Senate, one refers to its report. I ⁇ ’t do it in his place, otherwise I would have already done it. I had just agreed to suspend the discussion of this project. In the meantime, Mr. Demotte has arrived.
#13
Official text
Ik heb de vraag van mevrouw Govaerts even uitgesteld om minister Demotte toe te laten erop te antwoorden. Dat was zo afgesproken.
Translated text
I postponed the question of Mrs Govaerts for a moment to allow Minister Demotte to answer it. It was so agreed. Their
#14
Official text
Mijnheer de minister, ik weet dat u het de voorbije dagen al druk had.
Translated text
Mr. Minister, I know that you have been busy in the last few days.
#15
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, ik moet mijn vraag een beetje anders formuleren. Ik wilde ze stellen aan minister Vande Lanotte aangezien het dossier van de kinesisten blijkbaar daar is blijven steken. Mijn collega's hebben u op 9 maart ondervraagd en u hebt toen geantwoord dat u ...
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, I have to formulate my question a little differently. I wanted to submit them to Minister Vande Lanotte, as the dossier of the Chineseists appears to have remained there. My colleagues questioned you on March 9 and you then answered that you ...
#16
Official text
Collega's, zoiets wordt in de Kamer niet gedaan. Het Reglement verbiedt dat. Ik vraag dat op de gepaste wijze wordt opgetreden en dat de rustverstoorders worden verwijderd.
Translated text
This is not done in the Chamber. The Rules prohibit this. I ask that appropriate action be taken and that the rest disruptors be removed.
#17
Official text
Mijnheer de voorzitter, mag ik vragen dat men dat op de gepaste wijze doet zoals u vraagt en zonder het machogedrag waaraan een aantal deurwachters zich bezondigen. Ik zou dat bijzonder rustig laten doen.
Translated text
Mr. Speaker, I can ask that it be done in the appropriate manner as you request and without the machage behavior to which some doorkeepers sin. I would let this be done very calmly.
#18
Official text
Mijnheer De Coene, het is mijn verantwoordelijkheid en van niemand anders. Ik heb gezegd dat dit op de gepaste wijze moet gebeuren. (Tumult) Mijnheer Van den Eynde, u hebt het woord niet.
Translated text
Mr. De Coene, it is my responsibility and of no one else. I have said that this must be done in the appropriate way. (Tumult) Mr. Van den Eynde, you do not have the word.
#19
Official text
Mijnheer de voorzitter, de heer De Coene heeft hier ook gereageerd. Ik herinner hem eraan dat een bijna-gewezen partijgenoot van hem - gewezen Europees commissaris Karel Van Miert -, toen hij het standpunt van sp.a over Turkije vernam, hier op dezelfde tribune pamfletten naar beneden heeft gegooid tegen de plaatsing van kernwapens in België en nadien nog minister van Staat is geworden.
Translated text
Mr. De Coene also responded here. I remind him that a near-being party partner of him – former European Commissioner Karel Van Miert – when he heard the position of sp.a on Turkey, here on the same tribune has thrown down pamphlets against the placement of nuclear weapons in Belgium and subsequently has become Minister of State.
#20
Official text
Mijnheer De Crem, ik moet u zeggen: "Que celui qui n'a jamais péché jette la première pierre!" Je pense que beaucoup parmi vous ne lapideront personne!
Translated text
Mijnheer De Crem, ik moet u zeggen: "Let him who has never sinned throw the first stone!"I think many of you will not stone anyone!
#21
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijn vraag heeft niets te maken met de vraag over de kinesisten die vorige week werd gesteld.
Mijn vraag betreft het sociaal statuut van de kinesisten die wel erkend zijn en die wel een RIZIV-nummer hebben. Zij zijn vragende partij dat zo snel mogelijk een koninklijk besluit wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad om zodoende een individuele aanvraag te kunnen indienen om te kunnen genieten van de sociale voordelen.
Niet alleen de tienduizenden rechthebbende kinesisten maar ook de verzekeringsinstellingen worden ongeduldig en zijn vragende partij dat het koninklijk besluit zo snel mogelijk in orde wordt gemaakt.
Mijnheer de minister, u hebt in de commissie geantwoord dat voor u alles in orde was. U hebt toen gezegd dat u goed nieuws had, met name dat het ontwerp van koninklijk besluit ter goedkeuring werd overgemaakt aan de minister van Begroting. U zei echter ook dat u slecht nieuws had, met name dat het nog niet teruggekomen is.
Het dossier is blijven steken bij minister Vande Lanotte. U hebt gezegd dat het vroeg of laat terugkomt. Het is nu al redelijk laat want vóór 31 maart moesten die mensen hun aanvraag indienen maar zij zijn in de onmogelijkheid. Mijn vraag is of minister Vande Lanotte inderdaad het dossier geblokkeerd heeft en of hij na die vraag van 9 maart aan minister Demotte misschien toch stappen gezet heeft om het koninklijk besluit toch te laten publiceren in Het Belgisch Staatsblad. Over welke termijn zullen de kinesisten dan beschikken om toch hun aanvraag te kunnen indienen?
Mijn laatste vraag, minister Demotte, handelt meer over de bedragen. Die vraag had ik graag aan minister Vande Lanotte gesteld. In 2003 is beslist om de kinesisten 640 euro te geven. Zij hebben toen meer gevraagd. Zij hebben 1.250 euro gevraagd voor 2004. Ik geloof dat er in de begroting maar 649 euro is ingeschreven. Kunt u dat bevestigen? Kunnen zij tegen 2008 — want dat was beloofd na 5 jaar — 1.900 euro krijgen als tussenkomst van de Staat? Kan de minister mij bevestigen dat zij tegen 2008 1.900 euro aan tussenkomst zullen krijgen?
Translated text
Mr. Speaker, my question has nothing to do with the question about the Chineseists asked last week.
My question concerns the social status of the Chineseists who are recognized and who have a RIZIV number. They are requesting that a royal decree be published in the Belgian Staatsblad as soon as possible in order to be able to submit an individual application in order to enjoy the social benefits.
Not only the tens of thousands of rightful Chineseists, but also the insurance institutions become impatient and his requesting party that the royal decree be made in order as soon as possible.
Mr. Minister, you answered in the committee that everything was okay for you. You said then that you had good news, in particular that the draft royal decree was submitted to the Minister of Budget for approval. However, you also said you had bad news, especially that it has not yet returned.
The case has been filed with Minister Vande Lanotte. You said it will come back sooner or later. It is already reasonably late because before March 31 these people had to submit their applications, but they are in the impossibility. My question is whether Minister Vande Lanotte indeed blocked the file and whether after that question of 9 March to Minister Demotte he may still have taken steps to publish the royal decree in the Belgian Staatsblad. What time will the Chinese have to submit their application?
My last question, Minister Demotte, is more about the amounts. I would like to ask this question to Minister Vande Lanotte. In 2003 it was decided to give the Chinese 640 euros. They then asked for more. They requested 1,250 euros for 2004. I believe that only 649 euros have been entered in the budget. Can you confirm that? Can they get 1,900 euros by 2008 — because it was promised after 5 years — as state intervention? Can the Minister confirm me that they will receive 1,900 euros of intervention by 2008?
#22
Official text
Ik zal u antwoorden, loco de minister van Begroting. Ik heb dit zojuist, tien minuutjes geleden, vernomen.
Wat betreft de problemen. Ik ben mij ervan bewust dat het koninklijk besluit niet vóór 31 maart zal kunnen worden gepubliceerd. Dit is de einddatum waarop de kinesitherapeuten alle documenten over hun sociaal statuut moeten indienen bij het RIZIV. Om het probleem te vermijden, zal ik instructies geven aan het RIZIV zodat, vanaf het moment dat wij het advies van de Raad van State ontvangen, een omzendbrief kan worden verzonden aan alle kinesitherapeuten. In deze omzendbrief zal staan dat zij drie maanden, te tellen van de publicatie, hebben om hun documenten in te dienen om het probleem te vermijden.
Translated text
I will answer you, loco the Minister of Budget. I just heard this, ten minutes ago.
As for the problems. I am aware that the Royal Decree will not be published before March 31. This is the end date on which kinesiotherapists must submit all documents about their social status to the RIZIV. To avoid the problem, I will give instructions to the RIZIV so that, from the moment we receive the advice of the Council of State, a referral letter can be sent to all kinesiotherapists. This marketing letter will state that they will have three months, counting from the publication, to submit their documents to avoid the problem.
#23
Official text
(...) in orde voor het jaar 2004 en zij krijgen drie maanden de tijd om zich in orde te stellen? Zo is het? Ik moet toch zeggen dat de kinesisten al een paar keer de kop van Jut zijn geweest voor de regering en dat het niet de eerste keer is dat minister Vande Lanotte een dossier van minister Demotte een beetje vertraagt.
Translated text
... in order for the year 2004 and they have three months to put themselves in order? Is it so? I must say that the Chineseists have been the head of Jut for the government several times and that it is not the first time that Minister Vande Lanotte delays a dossier of Minister Demotte a little.
#24
Official text
Monsieur le président, je me réfère à mon rapport écrit.
Translated text
I am referring to my written report.
#25
Official text
Mijnheer De Crem, u hebt het woord in de algemene bespreking.
Translated text
Mr De Crem, you have the word in the general discussion.
#26
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik zal mij baseren op hetgeen het Reglement mij toelaat, te weten dat wij ook de verslaggever kunnen interpelleren over de werkzaamheden. Ik heb een aantal vragen omtrent het wetsontwerp dat wij thans bespreken.
Translated text
Mr. Speaker, I will rely on what the Rules of Procedure allows me, to know that we can also interpell the reporter about the work. I have a few questions about the bill we are currently discussing.
#27
Official text
Mijnheer de voorzitter, wij verstaan geen woord van wat de heer De Crem zegt, net zoals wij daarstraks mevrouw Govaerts niet konden verstaan.
Translated text
Mr. Speaker, we do not understand a word of what Mr. De Crem says, just as we could not understand Mrs. Govaerts afterwards.
#28
Official text
Mijnheer Van den Eynde, ik weet het en gelieve mij hiervoor te verontschuldigen. Er wordt aan gewerkt. Ik ben geen technicus. Misschien zou het dan beter gaan. Wij hebben reeds een aantal micro's veranderd. U hebt dat daarstraks gezien. De micro's worden overgevoelig. Deze zijn waarschijnlijk "ondergevoelig". De zaak wordt bestudeerd en ik reken op de technici.
Mijnheer De Crem, misschien kunt u wat dichter bij de micro spreken, opdat de heer Van den Eynde u kan horen.
Translated text
Mr. Van den Eynde, I know it and please apologize for this. Work is being done. I am not a technician. Maybe it would be better. We have already changed some microphones. You have seen it afterwards. The microphones become hypersensitive. These are probably “subsensitive.” The case is being studied and I rely on the technicians. Their
Mr De Crem, maybe you can speak a little closer to the microphone, so that Mr Van den Eynde can hear you.
#29
Official text
Wij zullen de micro's hoger laten plaatsen.
Translated text
We will put the microphones higher.
#30
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik moet een beetje inpikken op hetgeen de collega's zeggen. Dit trapje werd immers aangebracht in het begin van uw voorzitterschap. Het is de lengte van een gewezen ECOLO-collega, die u als voorwendsel hebt gebruikt om te zeggen dat de micro's niet functioneren. Normaal gezien zou dit immers moeten lukken. Heel wat collega's struikelen nog.
Mijnheer de voorzitter, ik wil u het volgende zeggen. De hoeveelste keer is het nu dat ik dit moet zeggen over die micro's? Het is toch wel ongelooflijk dat er in dit Parlement geen geluidsversterking mogelijk is. Laat dit alstublieft oplossen.
Translated text
Mr. Speaker, I need to get a little bit into what the colleagues say. This step was made at the beginning of your presidency. It’s the length of a former ECOLO colleague, which you used as a pretext to say that the microphones don’t work. Normally, this should succeed. A lot of colleagues are still stumbling. Their
Mr. Speaker, I would like to say the following. How many times is it now that I have to say this about those microphones? It is unbelievable that no noise amplification is possible in this Parliament. Please solve this.
#31
Official text
Ik heb in de Conferentie van voorzitter meegedeeld dat er opnieuw een grondige studie wordt uitgevoerd tijdens de eerste twee of drie dagen van de week na de paasvakantie.
Translated text
I informed the Conference of Presidents that a further in-depth study will be conducted during the first two or three days of the week following the Easter holiday.
#32
Official text
Goed, mijnheer de voorzitter. Ik hoor niets. Ik hoor het niet.
Translated text
Well, Mr the President. I hear nothing. I do not hear.
#33
Official text
Collega's, luister toch eens.
Translated text
Ladies and gentlemen, listen to me.
#34
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik wens een bespreking over de Millenniumdoelstellingen die uit dit ontwerp voortvloeien. Het is immers bijzonder belangrijk. Dit heeft het voorwerp uitgemaakt van een voorstel van een geëerde collega van ons. Die collega is zo geëerd dat zij thans voorzitter is van de Senaat. Het is met name een ontwerp van mevrouw Lizin. Mevrouw Lizin heeft voorgesteld dat er een parlementaire controle moet worden georganiseerd op de uitvoering, door de regering, van de Millenniumdoelstellingen inzake ontwikkeling, en de regering de verplichting op te leggen een jaarlijks voortgangsrapport in te dienen.
Translated text
Mr. Speaker, I would like to have a discussion on the Millennium Goals resulting from this draft. After all, it is ⁇ important. This was the subject of a proposal from a honored colleague of us. That colleague is so honored that she is now the chairman of the Senate. It is in particular a design by Mrs. Lizin. Ms Lizin has proposed that a parliamentary control of the implementation by the government of the Millennium Development Goals should be organised and that the government should be obliged to submit an annual progress report.
#35
Official text
Ik dacht eerlijk gezegd dat het gekoppeld was aan een ander voorstel, namelijk het wetsvoorstel dat mevrouw Lizin ook zou hebben ingediend en ertoe strekkende een parlementaire controle in te stellen op de uitvoering van de door de voorzitter van de Senaat gedane tussenkomsten bij de magistratuur inzake de opvolging door de magistratuur van bepaalde uitspraken bij vonnissen en arresten van hoven en rechtbanken, en terzake ook een voortgangsrapport in te dienen.
Translated text
I honestly thought that it was linked to another proposal, namely the bill that Mrs. Lizin would have also submitted and aimed at establishing a parliamentary control over the implementation of the interventions made by the President of the Senate to the magistracy concerning the succession by the magistracy of certain judgments in judgments and judgments of courts and courts, and also to submit a progress report in this regard.
#36
Official text
(Protestations sur les bancs du PS)
Translated text
(Protests on the banks of the PS)
#37
Official text
Après tout ce qui s'est passé, c'est grossier de la part du PS d'intervenir ainsi!
Translated text
After all that has happened, it is gross from the PS party to intervene like this!
#38
Official text
C'est petit. Je ne vois pas en quoi cela concerne les objectifs du millénaire.
Translated text
It is small. I don’t know what the Millennium Goals are about.
#39
Official text
Madame Dieu, chers collègues, nous ne sommes pas au bureau du PS. Ici, c'est le parlement. "Electus electa populus est": nous sommes tous des élus du peuple; nous ne sommes appointés ni par le président du PS ni par le bureau du PS.
Translated text
Dear colleagues, we are not in the office of the PS. This is the Parliament. "Electus electa populus est": we are all elected by the people; we are not appointed either by the president of the PS or by the PS office.
#40
Official text
Je vais communiquer ici, au nom de mon groupe, ce que je veux faire. Et si cela ne vous plaît pas, quittez la salle! Mais, une fois de plus, je vous dis que c'est grossier d'intervenir comme cela! Dus, ik zal zelf een wetsvoorstel indienen, samen met mijn collega's, om inzake de interventies van de voorzitters van Kamer en Senaat in vonnissen en arresten van hoven en rechtbanken een parlementaire rapportage te maken.
Translated text
You will communicate here, in the name of my group, what you want to do. And if that does not please you, leave the room! But, une fois de plus, you say that it's more gross d'intervenir que cela! So, I will myself submit a bill, together with my colleagues, to make a parliamentary report on the interventions of the chairs of the House and Senate in judgments and decisions of courts and courts.
#41
Official text
Ik kom terug op die zaak want ik zie dat de verslaggever van die zaak in het Parlement een aantal opmerkingen heeft gemaakt. De commissie heeft een aantal amendementen ingediend waardoor de regering verzocht wordt in beide wetgevende kamers een aantal adviezen in te dienen. Dat gaat dan over de schuld en over de hervorming van de VN. Het is natuurlijk inzake die hervorming van de VN dat ik mijn betoog wil houden.
Translated text
I return to that matter because I see that the reporter of that matter has made a number of comments in Parliament. The committee has submitted a number of amendments asking the government to submit a number of opinions in both legislative chambers. This is about the debt and the reform of the UN. It is, of course, about that reform of the UN that I want to keep my speech.
#42
Official text
De hervorming van de VN is een bijzonder belangrijke zaak. Zij is zelfs zo belangrijk dat de Belgische regering heeft voorgesteld de voorzitter van de Senaat — die net op dat moment in het oog van de storm zat — voor te dragen voor de functie van bijzonder commissaris voor de Vluchtelingen; en ook nog een VLD minister — omwille van het moeilijke evenwicht tussen PS en VLD — voor te dragen voor diezelfde post. Ik meen dat wanneer men het heeft over de hervorming van de VN de geloofwaardig van die VN als eerste moet vooropstaan en dat men niet door dergelijke belachelijke beslissingen de hele werking van de VN in twijfel mag trekken.
Translated text
The reform of the United Nations is a ⁇ important matter. It is even so important that the Belgian government has proposed to nominate the chairman of the Senate – who was just at that time in the eye of the storm – for the position of Special Commissioner for Refugees; and also to nominate a VLD minister – due to the difficult balance between PS and VLD – for that same post. I think that when one talks about the reform of the United Nations, the credibility of that United Nations must come first, and that such ridiculous decisions should not question the entire functioning of the United Nations.
#43
Official text
Ten slotte, zou ik willen zeggen, voorzitter, dat ik hier veel interessante zaken heb gelezen, vooral over wapenlicenties. U moet zich goed inbeelden dat het voorstel van mevrouw Lizin het heeft over wapenlicenties. Het gaat over wapenlicenties waarvoor een soort gedragscode wordt vastgelegd, zegt dat ontwerp, waarbij het uitgesloten moet zijn dat er nog wapens worden geleverd aan landen waarvan men weet dat zij geen democratieën zijn, dat zij geen eerlijke en open verkiezingen houden, en dat zij de toets van de internationale standaarden op het vlak van de mensenrechten niet kunnen doorstaan. Wat zie ik? Dat net diegenen die dat voorstel indienen erin geslaagd zijn in Franstalig België aan New Lachaussée een wapenexportlicentie af te leveren.
Translated text
Finally, I would like to say, Mr. Speaker, that I have read a lot of interesting things here, especially about weapons licenses. You should well imagine that Mrs. Lizin’s proposal is about weapons licenses. It is about weapons licenses for which a kind of code of conduct is established, says that draft, which should exclude that weapons are still supplied to countries that are known to be not democracies, that they do not hold fair and open elections, and that they cannot pass the test of international standards in the field of human rights. What do I see? That just those who submitted that proposal managed to issue a weapons export license to New Lachaussée in French-speaking Belgium.
#44
Official text
Voorzitter, ik kan u zeggen dat tot slot in het verslag staat dat in het wetsontwerp geen andere opmerkingen kunnen worden gemaakt. Voorzitter, wij kunnen met onze fractie niet anders dan onze grote verontwaardiging uitspreken over de wijze waarop de millenniumdoelstellingen in dit Parlement en in de politieke fracties is behandeld. Het is een klein staaltje van grote schande.
Translated text
Finally, I can tell you, Mr. Speaker, that the report states that no other comments can be made in the draft law. Mr. Speaker, we and our group can only express our great indignation over the way the Millennium Goals have been addressed in this Parliament and in the political groups. It is a small piece of great shame.
#45
Official text
Monsieur Boukourna, je vous donne la parole en tant que rapporteur.
Translated text
Mr Boukourna, I give you the floor as the rapporteur.
#46
Official text
Monsieur le président, j'attendais une question sur "les objectifs du millénaire". J'ai entendu des interpellations ...
Translated text
I was looking forward to a question on “the Millennium Goals.” I have heard interpellations.
#47
Official text
Vous souhaitez répondre à la question posée par M. De Crem?
Translated text
You would like to answer the question asked by Mr. of the cream?
#48
Official text
Oui. J'attendais une question à propos de ce rapport. J'ai eu droit à des réflexions sur les cours et tribunaux.
Translated text
and yes. I was waiting for a question about this report. I had the right to reflect on courts and courts.
#49
Official text
Mijnheer de voorzitter, de regering is er niet!
Translated text
The government is not there!
#50
Official text
Effectivement, il y a un petit problème technique, le gouvernement n'est pas là. Vous avez raison!
Translated text
In fact, there is a small technical problem, the government is not there. You are right!
#51
Official text
Mijnheer de voorzitter, u moet de vergadering schorsen!
Translated text
You must suspend the meeting.
#52
Official text
Ik weet niet waar de heer Demotte juist is. Hij is waarschijnlijk om een of andere reden buitengegaan.
Translated text
I do not know where Mr. Demotte is right. He probably left for some reason.
#53
Official text
Ik zal een paar minuten wachten tot de heer Demotte aanwezig is.
Translated text
I will wait a few minutes until Mr. Demotte is present.
#54
Official text
Il y a des devoirs auxquels même un ministre ne peut se soustraire. Je constate que le ministre est de retour.
Translated text
There are tasks that even a minister cannot avoid. I know the minister is back.
#55
Official text
Monsieur le président, je voulais simplement dire que j'attendais une question de la part de M. De Crem à propos de ce rapport. Mais je me rends compte qu'il a évoqué les cours et tribunaux, il a évoqué la candidature de Mme Lizin, il a évoqué les licences d'armes. Je m'en remets tout simplement à mon rapport écrit car je n'ai aucune réponse à ces questions et ce n'est pas le sujet de ce rapport.
Translated text
Mr. Speaker, I just wanted to say that I was waiting for a question from Mr. Crem about this report. But I realize that he talked about courts and courts, he talked about Ms. Lizin’s candidacy, he talked about weapons licenses. I simply rely on my written report because I have no answers to these questions and that is not the subject of this report.
#56
Official text
Monsieur le président, la question du trafic d'armes figure dans le rapport. Ik citeer: "... dat elke regering de verantwoordelijkheid draagt controle over wapens uit te oefenen, ...de wapens die ze op hun grondgebied houden, kopen, aankopen of verhandelen... om hun onderdanen te beschermen en de wapens die ze exporteren, ...om het internationaal recht betreffende de mensenrechten en het internationaal humanitair recht over de hele wereld in acht te doen nemen, de regeringen dringend moeten samenwerken om de wapenhandel en de verspreiding van de wapenproductie te controleren en te beperken en omdat de wereld zonder vrede nooit de millenniumdoelstellingen zal bereiken". Alstublieft.
Dan zegt de rapporteur echter dat er over het wapengegeven niet wordt gesproken in het verslag. Naar mijn mening is de rapporteur dan ofwel blind, ofwel kent hij zijn verslag niet.
Translated text
Mr. le président, the issue of arms trafficking is included in the report. I quote: “... That every government bears the responsibility to control the weapons it holds on its territory, to buy, buy or trade the weapons it holds on its territory. In order to protect their citizens and the weapons they export, ... to respect international human rights law and international humanitarian law around the world, governments must urgently work together to control and limit the trade in weapons and the proliferation of weapons production and because a world without peace will never ⁇ the Millennium Goals.” Please please .
Then, however, the rapporteur says that weapons are not discussed in the report. In my opinion, the rapporteur is either blind, or he does not know his report.
#57
Official text
Mijnheer Van den Eynde, u krijgt het woord in de algemene bespreking.
Translated text
Mr Van den Eynde, you will have the word in the general discussion.
#58
Official text
Mijnheer de voorzitter, hartelijk dank om mij het woord te verlenen. Ik ben nog meer ontroerd, omdat u mij het woord geeft in de algemene bespreking. Ik heb immers de indruk dat de uiteenzettingen omtrent het wetsontwerp zich zullen beperken tot de algemene bespreking.
Mijnheer de voorzitter, wij worden in het Parlement vaak geconfronteerd met wetgevende initiatieven die er nu eenmaal komen, omdat het modieus staat om ze te nemen. Die wetgevende initiatieven staan bol van een soort weldenkende vroomheid, waarin de initiatiefnemers alles tegelijk willen zeggen, waarin zij zich met veel pathos bereid verklaren om een paar doelstellingen te bereiken en waarin zij zich met veel sentiment uitspreken over een aantal zaken die zij willen verwezenlijken, vooral over intenties.
Mijnheer de voorzitter, neem het mij niet kwalijk, maar meestal blijft het ook daartoe beperkt. Ik heb heel vaak de indruk gehad dat de initiatieven moeten worden beschouwd als een soort amusement en als een soort bezigheidstherapie voor weldenkende politici.
Dat is voor de millenniumwet heel duidelijk het geval. Mijnheer de voorzitter, dat blijkt al meer dan duidelijk uit het feit dat, wanneer de bespreking begint, de regering zelfs niet de moeite neemt om aanwezig te zijn. Ik kan best begrijpen dat de minister die hier van dienst is — zo moeten we het immers wel noemen — op een zeker moment wordt buitengeroepen. Ik kan dat allemaal begrijpen. Ik kan ook begrijpen dat hij niet permanent aanwezig kan zijn. Op het ogenblik dat de fractievoorzitter van de grootste oppositiepartij het woord neemt in het debat, zou het echter toch moeten kunnen dat een lid van de regering, wie het ook moge zijn, aanwezig is.
Is hij niet aanwezig, dan toont hij dat deze bezigheidstherapie, de politiek, zeer weinig waarde heeft.
Wanneer wij de voorliggende tekst lezen, is dat heel duidelijk. Men zal eindeloos naar die teksten blijven verwijzen, in elke discussie over om het even welk humanitair probleem dat zich in de wereld voordoet. Wanneer men over ontwikkelingssamenwerking spreekt, zal er altijd wel iemand zijn die de barometer van de Millenniumdoelstellingen zal hanteren.
Wij hebben daarstraks al mogen meemaken dat terecht werd verwezen naar de wapensmokkel en de wapenverkoop, waarover deze tekst heel duidelijk is, maar dat men zelfs niet weet dat dit gebeurt, laat staan dat men rekening houdt met de consequenties ervan. Wat men wel doet is er altijd naar verwijzen en steeds maar zeggen dat men die doelstellingen moet halen.
Mijnheer de voorzitter, ik denk dat wij van dit soort politieke initiatieven af moeten. Vroomheid kan mooi zijn. Vroomheid kan af en toe ontroerend zijn, maar met vroomheid haalt men niets in de politiek. Wie niets wil realiseren en zich wil beperken tot die vroomheid, voert een heel mooi nummertje op, maar meer is het niet.
Mijnheer de voorzitter, ik wil een concreet element geven dat men vanzelfsprekend ook in de Millenniumdoelstellingen terugvindt. Een element dat er moet instaan omdat de heersende vroomheid dat oplegt. Een element waaraan weldenkenden niet mogen twijfelen op straffe van verdoemenis naar de hel van de politieke incorrectheid. Dat is de beruchte, de heilige, de niet te betwisten 0,7%-norm in de ontwikkelingssamenwerking.
Mijnheer de voorzitter, ik zou eerst een vraag willen stellen aan de anciens in dit Parlement, aan de echte oud-strijders. Ik ben hier nog maar vijftien jaar. Dat is nog te recent om te kunnen antwoorden. Dit is geen aanval op een politieke kleur of strekking. Ik zou hen willen vragen hoeveel leden van hoeveel regeringen, met de krop in de keel en de tranen in de ogen, al hebben verklaard dat ze de 0,7% zouden halen of minstens een ernstige stap zouden ondernemen om de 0,7% te benaderen.
Ik denk dat dat de voorbije twintig jaar permanent gebeurd is. Dat waren regeringen van verschillend politiek allooi. Af en toe doen we wel een stapje in die richting. Ik geef dat grif toe. Mijnheer de minister, u mag mij niet kwalijk nemen, maar we zijn op dit ogenblik op ongeveer 0,43%. Dat is pas de helft van de doelstelling.
Waarom zijn we daar niet geraakt? Wel, in de eerste plaats omdat niemand zin heeft om tot die 0,7% te geraken, omdat niemand daar echt in gelooft, maar iedereen zich wel verplicht voelt om regelmatig een geloofsbelijdenis in die zin uit te spreken.
Er is erger, mijnheer de minister. Ik verwijt zelfs niet aan de regering dat ze die norm niet gehaald heeft. Ik verwijt u wel dat u uw eigen programma niet toepast. Dat is een andere zaak. Ik verwijt u niet dat u die norm niet gehaald hebt, want voor mij hoeft u dat niet te doen. Dat hoeft niet, omdat wij al lang niet meer weten waarom het nu precies 0,7% is dat we moeten halen, omdat dat een taboecijfer is, een soort heilige koe of een heilig huisje waar niet aan mag geraakt worden.
Bovendien, wanneer men dan praat met mensen uit de ontwikkelingssamenwerkingsector, wanneer men met die mensen een diepgaand gesprek heeft, dan verneemt men dat ook zij daar feitelijk niet op zitten te wachten. Regelmatig moet men dan horen dat het probleem niet zozeer zit in een grotere financiering dan wel in een betere organisatie ervan. Ik heb hier al meer dan eens verschillende bronnen op dat vlak geciteerd. Ik wil er hier één naar voren brengen, omdat ze in uw ogen misschien totaal neutraal zal zijn en misschien zelfs betrouwbaar. Het is een Franstalige NGO. Ik wil u de naam geven, maar niet in het openbaar. Een grote Franstalige NGO zei mij dat het toch ongelooflijk is dat men in Nederland zover is, dat ze daar aan de 0,7% zijn. U weet, in vroomheid zullen de Nederlanders ons altijd voorbijsteken. "Dat ik doch vroom mag blijven, Uw dienaar 't aller stond." In vroomheid zullen ze altijd beter zijn dan wij. In Nederland zijn ze aan die 0,7%, maar ze weten niet wat ze ermee moeten doen. Zo werd die Franstalige NGO benaderd door Nederlanders met de vraag of ze niet wat centen kon gebruiken. U ziet, mijnheer de minister, wij zitten in de totale absurditeit. Ik zou zeggen, om eventjes te verwijzen naar de Franse literatuur, wij zitten in het koninkrijk van Ubu. U weet, koning Ubu heerste over een land dat totaal absurd was.
Bijgevolg, mijnheer de minister, verwijt ik de regering niet dat ze die norm niet haalt. Ik kan wel alleen maar constateren dat de regering duchtig meedoet aan die hypocrisie, aan die vroomheid en aan dat weldenkend gedoe. Bijgevolg, mijnheer de minister, zal de Vlaams Belang-fractie, die nog altijd trots en fier de strijd voor haar eigen kiezers aangaat, zich straks onthouden. Men kan zelfs niet tegenstemmen, want het loont de moeite niet.
Ik dank u voor uw aandacht.
Translated text
Thank you very much for giving me the word. I am even more moved because you give me the word in the general discussion. After all, I have the impression that the statements on the draft law will be limited to the general discussion.
Mr. Speaker, we in Parliament are often confronted with legislative initiatives that come once, because it is fashionable to take them. These legislative initiatives are full of a kind of well-thoughtful piety, in which the initiators want to say everything at once, in which they declare themselves with much pathos willing to ⁇ a few goals and in which they speak with much sentiment about a number of things they want to ⁇ , especially about intentions.
Mr. Speaker, I do not apologize, but it is usually limited to that. I have often had the impression that the initiatives should be seen as a kind of entertainment and as a kind of occupation therapy for well-thought politicians.
This is clearly the case with the Millennium Law. Mr. Speaker, this is already more than clear from the fact that, when the discussion begins, the government does not even bother to be present. I can quite understand that the minister who serves here — so we must call it — will be dismissed at some point. I can understand all this. I can also understand that he cannot be permanently present. However, at the time the group chairman of the largest opposition party speaks in the debate, it should still be possible that a member of the government, whoever it may be, is present.
If he is not present, he shows that this occupation therapy, politics, has very little value.
When we read the previous text, this is very clear. One will continue to refer to these texts endlessly, in every discussion about any humanitarian problem that arises in the world. When it comes to development cooperation, there will always be someone who will use the barometer of the Millennium Goals.
We have since witnessed that we have rightly referred to the smuggling of weapons and the sale of weapons, about which this text is very clear, but that one does not even know that this is happening, let alone that one takes into account the consequences of it. What one does is always referring to it and always just saying that one must ⁇ those goals.
I think we should stop this kind of political initiative. Humility can be beautiful. Humility can be touching from time to time, but with devotion you get nothing in politics. Those who want to realize nothing and want to limit themselves to that piety, enter a very nice number, but no more is it.
Mr. Speaker, I would like to give a concrete element that is of course also reflected in the Millennium Goals. An element that must be established because the prevailing piety imposes it. An element of which well-thinking people should not doubt the punishment of condemnation to hell of political incorrectness. That is the notorious, holy, undisputed 0.7% standard in development cooperation.
Mr. Speaker, I would like to ask a question first to the ancients in this Parliament, to the real former warriors. I have only been here for fifteen years. This is too recent to be able to answer. This is not an attack on a political color or direction. I would like to ask them how many members of how many governments, with the crap in the throat and the tears in the eyes, have already declared that they would get the 0.7% or at least take a serious step to approach the 0.7%.
I think that has happened permanently for the last twenty years. These were governments of different political alliances. Sometimes we take a step in that direction. I give that grip. Mr. Minister, you can’t blame me, but we are at about 0.43% at the moment. That is only half of the goal.
Why have we not hit there? Well, first of all because nobody wants to reach that 0.7% because nobody really believes in it, but everyone feels obliged to regularly pronounce a belief in that sense.
It is even worse, Mr. Minister. I do not blame the government for failing to meet this standard. I blame you for not implementing your own program. That is another matter. I do not blame you for not reaching that standard, because for me you do not have to do so. That doesn’t have to be, because we have not known for a long time why it is exactly 0.7% that we need to get, because that is a taboo figure, a kind of sacred cow or a sacred house that should not be touched.
Moreover, when one speaks with people from the development cooperation sector, when one has a deep conversation with those people, then one learns that they too are not actually waiting for it. Regularly one should then hear that the problem is not so much in a greater funding as in a better organization of it. I have cited several sources on this subject more than once. I would like to highlight one here, because in your eyes it may be completely neutral and maybe even reliable. It is a French-speaking NGO. I want to give you your name, but not in public. A large French-speaking NGO told me that it is unbelievable that in the Netherlands one is so far, that they are there at 0.7%. You know, in piety the Dutch will always overtake us. “That I may remain devout, thy servant was all standing.” in devotion they will always be better than us. In the Netherlands they are at that 0.7%, but they don’t know what to do with it. For example, the French-speaking NGO was approached by Dutch people with the question of whether they could not use a few cents. You see, Mr. Minister, we are in the total absurdity. I would say, to refer for a moment to the French literature, we are in the kingdom of Ubu. You know, King Ubu ruled over a country that was completely absurd.
Therefore, Mr. Minister, I do not blame the government for not achieving that standard. I can only see that the government is participating properly in that hypocrisy, in that piety and in that well-thoughtful trouble. Consequently, Mr. Minister, the Flemish Belang group, which still proudly and proudly engages in the struggle for its own voters, will soon abstain. You cannot even vote against it, because it is not worth the effort.
I thank you for your attention.
#59
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar het schriftelijk verslag.
Translated text
I refer to the written report.
#60
Official text
(...
Translated text
( ... ...
#61
Official text
Elle est malheureusement dans l'incapacité de venir nous rejoindre. C'est un cas de force majeure.
Translated text
Unfortunately, they are unable to join us. This is a case of force majeure. by
#62
Official text
Dans ces conditions spéciales, que personne ne peut prévoir, et qui constituent une excuse tout à fait valable, je vais demander que le rapport de Mme Ghenne soit un rapport écrit.
Translated text
In these special circumstances, which no one can foresee, and which constitute an entirely valid excuse, I will ask that Mrs. Ghenne’s report be a written report.
#63
Official text
Je vais faire chercher Mme Gerkens, qui s'est inscrite dans la discussion générale.
Translated text
I will call Mrs. Gerkens, who has signed up for the general discussion.
#64
Official text
Het woord is aan de heer Tommelein.
Translated text
The word is yielded to Mr. Tommelein.
#65
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega's, thans ligt het wetsontwerp voor betreffende de uitoefening van de ambulante handel en de organisatie van openbare markten.
Dat is een dossier met specifieke kenmerken dat dus een specifieke aanpak en bijgevolg specifieke wetgeving vereist. Daartoe werd geopteerd voor een kaderwet die de basisprincipes bevat, om dan via koninklijke besluiten in te vullen in functie van de beoogde objectieven. Dat geeft ons de mogelijkheid om accuraat en snel op gewijzigde omstandigheden in te spelen die zich in de sector voordoen.
Dat er vandaag over dat wetsontwerp gestemd wordt, is geen dag te vroeg, want de sector snakt als het ware naar een nieuwe, verruimde wetgeving. De laatste decennia werden wij geconfronteerd met tanende cijfers qua omzetgroei en starters. In eerste instantie is dat verwonderlijk, omdat de publieke interesse toenam en er behoefte was aan allerlei rommelmarkten en brocantemarkten, lokale initiatieven die de streekproducten te kijk zetten, enzovoort.
Dat leidt ons ertoe na te gaan wat tot het verval van de sector leidde. De verouderde en stringente wetgeving bleek aan de grond ervan te liggen. Door tal van weliswaar goed bedoelde voorwaarden en beperkingen in te stellen teneinde misbruik en illegale handel te voorkomen, werd de strop steeds meer aangesnoerd voor de ambulante handel. Nieuwe ontplooiingskansen strookten niet met de realiteit of, erger zelfs, de markten werden opgeheven zonder te voorzien in een waardig alternatief.
Bovendien was de toekenningsprocedure voor een machtiging het heikele punt. Teneinde de sector van de ambulante handel, die gekenmerkt is door het familiale karakter, in stand te houden, werd de uitbreiding van een bloeiende zaak verhinderd. Zo kwam alleen de zelfstandige handelaar in aanmerking voor de verkrijging van een zogenaamde leurkaart en kon hij slechts een beperkt aantal personen in dienst nemen. Het spreekt voor zich dat dit problemen creëerde in geval van pieken in het hoogseizoen of bij ziekte.
Kortom, situaties ontstonden die niet thuishoren in de moderne maatschappelijke context en die de vrijheid van ondernemen en vrije handel de das omdoen.
Via het voorliggend wetsontwerp wordt de wetgeving terzake gemoderniseerd, rekening houdend met de situatie op het terrein, enerzijds, en versoepeld, anderzijds. Bovendien wordt bovengeschetste situatie ondervangen door een uitbreiding van het stelsel. Voor de sector blijft de leurkaart van belang, omdat deze een erkenning weergeeft van beroepsbekwaamheid — daarop kom ik dadelijk nog terug — die toch enige fierheid met zich meebrengt.
Wij mogen niet uit het oog verliezen dat in die sector vooral laaggeschoolden worden tewerkgesteld, die de kansen om hun beroepsactiviteit creatief uit te bouwen, met beide handen moeten grijpen.
Een tweede deel van het wetsontwerp bestaat erin dat de kermisuitbaters in de wetgeving worden opgenomen. De sector was hiervoor al langer vragende partij. Nu wordt voorzien in een eenvormig stelsel van toewijzing van standplaatsen op kermissen, dat geënt is op de bestaande regeling voor marktplaatsen. Het wetsontwerp, zoals het oorspronkelijk werd ingediend, zorgt voor een nieuw evenwicht tussen de verschillende actoren binnen de ambulante sector. Zowel de sedentaire handelaars, de verenigingen als de ambulante handelaars, de foorkramers en de lokale autoriteiten weten waartoe en waaraan. Bovendien worden ook de belangen van de consument gewaarborgd.
In het wetsontwerp is echter — en dat stemt mijn fractie helemaal niet tevreden — een amendement aangenomen waarbij de verkoop van deur tot deur nagenoeg wordt verboden. Als liberalen hebben wij het daar moeilijk mee. Wij begrijpen dat er in de huis-aan-huisverkoop malafide praktijken zijn die een verkeerd beeld geven van de activiteit op zichzelf. Ik heb daarnet in mijn betoog al gezegd dat de leurkaart van zeer groot belang is. De mensen die over een leurkaart beschikken, werken op een correcte manier en zijn in orde met de sociale wetgeving en de fiscale wetgeving. Bij die activiteit is de consument al heel goed beschermd: wie aan huis iets koopt, een product of een dienst, heeft het recht om aan de koop te verzaken. Hij heeft zeven de dagen de tijd om, indien hij een product of een dienst aangekocht heeft, te verzaken. Bovendien wordt de betaling — dat is allemaal wettelijk geregeld — nooit onmiddellijk uitgevoerd. Er wordt een koop gesloten en de handelaar in kwestie mag niet contant ontvangen. Hij moet wachten tot de verkoop definitief is gesloten, zijnde na de verzakingstermijn van zeven dagen.
Beste collega's, ik en mijn fractie begrijpen dat er maatregelen genomen worden om de consument zo goed mogelijk te beschermen. De vraag blijft echter voor een stuk waar de verantwoordelijkheid van de consument is. Wij kunnen doorgaan met het uitvinden van nieuwe regeltjes, nieuwe wetten die een bepaalde sector en een bepaalde activiteit lam leggen - zoals dat naar mijn mening nu het geval is — en de klanten en de consumenten het gevoel geven van valse veiligheid. Dat betekent dat wij ze zodanig verwennen dat ze geen enkele reflex meer hebben van verantwoordelijkheid. Voor een daad die je stelt, ben je nog altijd zelf verantwoordelijk.
Ik begrijp echter de indieners van het amendement. Ik begrijp, mevrouw De Meyer, dat u zegt dat er veel malafide praktijken zijn. Laten we even naar de kern van de zaak gaan. In de commissie werd eerst voorgesteld om huis-aan-huisverkoop te verbieden boven de 100 euro.
Het definitieve resultaat is een verkoop tot 250 euro. Dat betekent dat alle bonafide handelaars die met alles in orde zijn, correct verkopen en alles correct regelen, dat vandaag niet meer kunnen, tenzij - en dat is het argument van de indieners van het amendement - de minister afwijkingen toestaat. Men zou op het eerste gezicht kunnen zeggen dat dat niet slecht is.
Collega's, gaan wij nu zoiets in het leven roepen, zeggen wij nu dat, wanneer iemand wil ondernemen, met alles in orde is, een leurkaart heeft en zijn socialezekerheidsbijdrage en zijn belastingen betaalt, bijkomende vergunningen en afwijkingen moet aanvragen en bijkomend moet bedelen om te mogen ondernemen, omdat het product of de dienst die hij aanbiedt een bepaald bedrag overschrijdt. Dat is voor ons in tegenstrijd met hoe het zou moeten zijn.
Ik heb een voorstel ingediend om dat te veranderen, om te zeggen dat de huis-aan-huisverkoop toegelaten blijft in het kader van de vrijheid van ondernemen, maar dat de minister bij koninklijk besluit zal vastleggen welke producten en diensten niet bestemd zijn voor de huis-aan-huisverkoop en de product- en prijscategorieën zal bepalen. Dat lijkt mij wel de juiste weg, de juiste richting. Het gaat dan niet meer over mensen die met alles in orde zijn en toch bijkomende vergunningen moeten aanvragen. Het gaat dan over mensen waarvan we vermoeden dat zij malafide praktijken uitoefenen met bepaalde producten of diensten. Het gaat dan over producten waarvan we zelf zeggen dat ze niet geschikt zijn voor de huis-aan-huisverkoop, omdat ze te duur zijn en omdat de technische kennis van de kopers te beperkt is.
Mevrouw de minister, volgens mij is dat de juiste weg. Ik probeer mijn collega's nog altijd ervan te overtuigen dat het amendement waarbij de huis-aan-huisverkoop boven 250 euro d'office wordt verboden, te vervangen. Het is geen goede manier van handelen. Het zorgt voor bijkomende administratieve overlast door bijkomende vergunningen. Dat is niet de juiste weg.
Dankzij het voorstel van de Vlaamse liberalen kan veel beter en efficiënter worden opgetreden. Een verkoop tot 250 euro is nu nog altijd toegelaten. De verkoop van detergenten, zeep of poetsproducten is nog altijd mogelijk, terwijl er precies in die sector veel malafide praktijken zijn. Er wordt dikwijls 10 tot 30 kilo zeep verkocht aan mensen die ze op dat ogenblik niet nodig hebben. Met een wettelijk geregelde huis-aan-huisverkoop - die is nu al goed geregeld, gelet op de verzakingstermijn en het verbod op de contante verkoop - kan men inderdaad de minister laten beslissen voor welke producten huis-aan-huisverkoop niet kan.
De indieners van het amendement hebben, mijns inziens, goede bedoelingen die ik steun. Heel wat mensen werken evenwel in deze sector. Alleen al in de textielsector gaat het over 3.000 mensen die straks hun job niet meer kunnen uitoefenen. Volgens mij is dit belangrijk. Ik heb er reeds op gewezen dat het vooral over laaggeschoolden gaat die dankzij goede commerciële kwaliteiten en creativiteit die toch belangrijk is in onze maatschappij in staat zijn van op een correcte en goede manier hun brood te verdienen. Ik heb het er zeer moeilijk mee dat we deze mensen niet de mogelijkheid geven hun beroep uit te oefenen. Malafide handelaars zullen blijven komen. Met dit amendement treft men de correcte handelaar. De handelaars van over de grens die over geen leurderskaart beschikken en mensen proberen op te lichten, zullen echter blijven komen. Concreet. Vanop dit spreekgestoelte doe ik een oproep om nog eens goed na te denken, ook u mevrouw de minister, over de stap die met dit wetsontwerp wordt gezet. De VLD steunt dit ontwerp. We zouden niet anders willen. U weet immers zeer goed dat het een ontwerp is waar de vorige minister, thans onze fractievoorzitter, mee aan de basis ligt. VLD heeft geen problemen met het wetsontwerp dat heel veel goede zaken bevat. Het amendement heeft evenwel het wetsontwerp verkracht. Bovendien heeft het niets te maken met onze oorspronkelijke doelstelling van het ontwerp.
Mevrouw de minister, de VLD-fractie beraadt zich. U moet uw verantwoordelijkheid nemen en ernstig nadenken of we niet beter de omgekeerde volgorde zouden toepassen in plaats van een hele sector in de onmogelijkheid te brengen om hun beroep nog verder uit te oefenen. VLD zal de betogen van andere collega's en uw antwoord afwachten.
Translated text
Mr. Speaker, colleagues, now is the draft law concerning the exercise of the ambulant trade and the organization of public markets.
This is a dossier with specific characteristics that therefore requires a specific approach and, consequently, specific legislation. To this end, it was opted for a framework law containing the basic principles, to be completed by royal decrees according to the intended objectives. This allows us to respond accurately and quickly to changing conditions that occur in the sector.
Today’s vote on that bill is not a day too early, as the sector is hoping for a new, expanded legislation. In the last decades, we have faced declining figures in terms of sales growth and start-ups. At first, this is surprising, because the public interest increased and there was a need for all kinds of mess markets and brocant markets, local initiatives that look at the regional products, and so on.
This leads us to examine what led to the decline of the sector. The obsolete and strict legislation turned out to be at the bottom of it. By imposing numerous, although well-meaning, conditions and restrictions to prevent abuse and illicit trade, the strap became increasingly tight for the ambulance trade. New opportunities for deployment were not in line with reality or, worse even, the markets were abolished without providing a worthy alternative.
Furthermore, the granting procedure for an authorisation was the delicate point. In order to maintain the sector of the ambulatory trade, which is characterized by its family character, the expansion of a flourishing business was prevented. For example, only the self-employed trader was eligible for obtaining a so-called “lean card” and could employ only a limited number of persons. It goes without saying that this created problems in case of peaks in the high season or in case of illness.
In short, situations arose that do not belong to the modern societal context and that disrupt freedom of enterprise and free trade.
Through the present draft law, the legislation on this subject is modernized, taking into account the situation on the ground, on the one hand, and eased, on the other. In addition, the above situation is dealt with by an expansion of the system. For the sector, the lean card remains of importance, because it represents a recognition of professional competence — to which I will return soon — which nevertheless brings with it some pride.
We must not ignore the fact that in this sector mainly low-skilled people are employed, who must seize the opportunities to create their professional activity with both hands.
The second part of the draft law consists in the inclusion of the kermis output users in the legislation. The industry has long been a demanding party for this. It now provides for a uniform system of allocation of seats on carpets, which is attached to the existing system for market places. The draft law, as originally submitted, provides a new balance between the various actors within the ambulance sector. Both the sedentary merchants, the associations as well as the ambulant merchants, the foorkramers and the local authorities know what to do and what to do. In addition, the consumer interests are also safeguarded.
However, in the draft law — and my group is not satisfied with that at all — an amendment has been adopted which practically prohibits the sale from door to door. As liberals, we have difficulty with this. We understand that there are misleading practices in home-to-home sales that give a misconception of the activity on its own. I have already said in my speech that their card is of great importance. The people who have a lean card work in a correct way and are in order with the social legislation and tax legislation. In this activity the consumer is already very well protected: whoever buys something at home, a product or a service, has the right to refuse to buy. He has seven days to give up if he has purchased a product or service. In addition, the payment — which is all regulated by law — is never made immediately. A purchase is concluded and the trader concerned may not receive cash. He must wait until the sale is finally closed, being after the seven-day withdrawal period.
Dear colleagues, I and my group understand that measures are being taken to protect consumers as best as possible. However, the question remains for a piece where the responsibility of the consumer is. We can continue to invent new rules, new laws that disrupt a particular sector and activity – as I think it is now – and make customers and consumers feel false security. This means that we ruin them so that they no longer have any reflex of responsibility. For an act you make, you are still responsible for yourself.
However, I understand the proposers of the amendment. I understand, Mrs. De Meyer, that you say that there are many misleading practices. Let us go to the core of the matter. In the commission was first proposed to ban home-to-home sales above 100 euros.
The final result is a sale up to 250 euros. That means that all bonafide traders who are okay with everything, sell correctly and arrange everything correctly, which today can no longer, unless - and that is the argument of the submissions of the amendment - the minister permits derogations. At first glance, one could say that is not bad.
Colleagues, let us now put this into practice, we now say that when someone wants to do business, everything is in order, has a scam card and pays his social security contribution and his taxes, he must apply for additional permits and derogations and additional begging to be able to do business, because the product or service he offers exceeds a certain amount. This is contrary to how it should be.
I have submitted a proposal to change that, to say that home-to-home sale remains permitted within the framework of the freedom of enterprise, but that the minister will by royal decree determine which products and services are not intended for home-to-home sale and determine the product and price categories. That seems to be the right path, the right direction. It is no longer about people who are okay with everything and yet need to apply for additional permits. These are people whom we suspect they are engaging in misleading practices with certain products or services. It is about products that we say are not suitable for home-to-home sales, because they are too expensive and because the technical knowledge of the buyers is too limited.
Mr. Minister, I think that is the right path. I still try to persuade my colleagues to replace the amendment prohibiting home-to-home sales above 250 euros d'office. It is not a good way of acting. It creates additional administrative burdens due to additional permits. That is not the right path.
Thanks to the proposal of the Flemish liberals, it can be done much better and more efficiently. A sale up to 250 euros is still allowed. The sale of detergents, soaps or brushing products is still possible, while there are many misleading practices in this sector. Often, 10 to 30 kilograms of soap are sold to people who don’t need them at the moment. With a legally regulated home-to-home sale – which is already well regulated, given the cancellation period and the ban on cash sales – one can indeed let the minister decide for which products home-to-home sale cannot.
In my view, the proposers of the amendment have good intentions which I support. A lot of people work in this sector. In the textile sector alone, there are about 3,000 people who will no longer be able to perform their jobs. I think this is important. I have already pointed out that it is primarily about low-skilled people who, thanks to good commercial qualities and creativity, which is still important in our society, are able to earn their bread in a correct and good way. I find it very difficult that we do not give these people the opportunity to exercise their profession. Maleficent traders will continue to come. This amendment affects the right trader. However, cross-border traders who do not have a leather card and are trying to educate people will continue to come. and concrete. From this speech, I make a call to reflect again, also you, Mrs. Minister, on the step that is taken with this bill. The VLD supports this project. We would not want otherwise. After all, you know very well that it is a draft on which the former minister, now our group chairman, is based. VLD has no problems with the bill which contains a lot of good things. However, the amendment violated the bill. Moreover, it has nothing to do with our original purpose of the design.
The VLD group is debating. You should take your responsibility and seriously consider whether it would be better for us to apply the reverse order instead of making an entire sector unable to further exercise their profession. VLD will wait for the arguments of other colleagues and your response.
#66
Official text
Collega's, er is een quiproquo ontstaan.
Translated text
There has been a quiproquo.
#67
Official text
Malgré son état, Mme Ghenne a eu la gentillesse de venir nous rejoindre. Elle est là où le devoir l'appelle! Mais elle s'était déjà fait remplacer par Mme Pécriaux qui est venue me le signaler pendant que je faisais chercher Mme Ghenne. Puis-je laisser Mme Pécriaux faire le rapport?
Translated text
Despite her condition, Mrs. Ghenne had the kindness to come to join us. She is where duty calls her. But she had already been replaced by Mrs. Pécriaux who came to report it to me while I was looking for Mrs. Ghenne. Can I let Mrs. Percriaux make the report?
#68
Official text
Mijnheer de voorzitter, u maakt een nodeloze omweg. Bij mijn weten is mevrouw Pécriaux rapporteur over deze aangelegenheid. Het zou normaal zijn dat zij als rapporteur hier het woord neemt, niet Mme Ghenne.
Translated text
Mr. President, you are making an unnecessary turn. As far as I know, Mrs. Pécriaux is the rapporteur on this matter. It would be normal that she speaks here as the rapporteur, not Ms. Ghenne.
#69
Official text
Mijn probleem is dat op mijn nota hier mevrouw Ghenne de eerste keer nog was aangeduid, maar dat zij in de loop van het debat, na haar ongeval, vervangen werd door mevrouw Pécriaux.
Translated text
My problem is that in my note here Mrs. Ghenne was mentioned for the first time, but that she was replaced by Mrs. Pécriaux in the course of the debate, after her accident. Their
#70
Official text
Conclusion: on entend Mme Pécriaux faire son rapport?
Translated text
Conclusion: Are you listening to Mrs. Percriaux reporting?
#71
Official text
Oui. Il lui appartient de le faire.
Translated text
and yes. It is up to him to do it.
#72
Official text
Au nom de notre groupe, nous souhaitons une convalescence rapide à Mme Ghenne.
Translated text
On behalf of our group, we wish a quick recovery to Mrs. Ghenne.
#73
Official text
Si cet esprit généreux persiste au cours de ces débats, nous en aurons le bénéfice.
Translated text
If this generous spirit persists during these debates, we will benefit from it.
#74
Official text
Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, nous avons examiné le présent projet de loi au cours des réunions du 22 février et du 8 mars 2005. Une proposition de Mme Pieters en vue d'organiser des auditions a été rejetée par huit voix contre trois.
Dans son exposé introductif présenté le 22 février, Mme la ministre des Classes moyennes et de l'Agriculture a précisé qu'il s'agissait d'un projet élaboré par le ministre Daems compétent pour ces matières sous la législature précédente et qui exécutait l'un des points de la déclaration gouvernementale.
Le présent projet s'articule autour de deux pôles principaux: le premier visant à donner à l'activité de forain un statut et un cadre législatif, le second visant à réformer le commerce ambulant pour permettre à ce secteur de renouer avec la croissance. Le métier de forain a fortement évolué ces dernières années. Le cadre administratif le concernant restait daté et disparate. Celui-ci pouvait même constituer un obstacle au bon fonctionnement du secteur, par exemple, par les incertitudes qu'il laissait planer en matière d'attribution d'emplacements ou de transmission de ceux-ci.
Le projet entend, à la demande du secteur, d'une part de fixer un socle minimal de règles communales qui soit commun à tous les règlements de foires, pour permettre de répondre aux attentes des forains tout en garantissant l'autonomie des communes. D'autre part, les forains se voient dotés d'un statut calqué sur celui des commerçants ambulants et adapté en fonction des spécificités de la profession.
La partie du projet consacrée au commerce ambulant a pour objectif de donner les moyens au secteur de surmonter la crise qu'il connaît depuis quelques années, comme en témoignent les chiffres de renouvellement des cartes et des starters cités par Mme la ministre. L'analyse de cette dernière attribue ce déclin à un excès d'encadrement et à des velléités protectionnistes, au moment même où ce type d'activité connaît un regain d'intérêt, comme le montre le développement des marchés saisonniers ou régionaux.
Mme la ministre a expliqué que ce carcan législatif se vérifie particulièrement en ce qui concerne l'emploi et le champ d'exercice de l'activité. En matière d'emploi, les restrictions protégeant le secteur excluaient le recours à différents statuts, comme celui de conjoint aidant ou d'intérimaire. Pour ce qui concerne le champ d'exercice de ces activités, la nouvelle loi vise à encadrer des pratiques qui existent déjà aujourd'hui sous un couvert plus ou moins légal. Pour ce projet, Mme la ministre entend doter le secteur d'un encadrement plus souple qui soit compatible avec les besoins d'une entreprise moderne, sans oublier le contrôle confié à l'administration qui disposera d'outils tels que la Banque-Carrefour des Entreprises ou le système DIMONA.
En vue d'acquérir un équilibre entre toutes les parties concernées, le présent projet a fait l'objet d'une très large concertation. Mme la ministre a entendu les organisations représentatives des commerçants ambulants et sédentaires, des forains, des communes, des consommateurs et de la distribution, notamment via le Conseil de la consommation.
En ce qui concerne la forme, le choix de la ministre s'est porté sur une loi-cadre. Selon elle, cette forme législative est la mieux adaptée et permet de définir les principes généraux tout en garantissant la souplesse nécessaire. Mme la ministre a terminé son exposé introductif par un rapide tour d'horizon du secteur du commerce ambulant en insistant sur le cas particulier que représentent les brocantes dont l'encadrement devra être précisé dans un arrêté. Elle a illustré cet aperçu du secteur en donnant quelques chiffres, tout en signalant qu'il était difficile de réunir des données chiffrées pertinentes, complètes et actualisées sur ce secteur. Pour plus de détails, chers collègues, je vous renvoie au rapport écrit. Quant à la proposition de loi jointe de Mme Barzin et consorts, celle-ci a présenté la proposition de loi jointe qui vise à accélérer la procédure de remplacement d'un salarié malade ou accidenté.
Nous sommes alors passés à la discussion générale. Au nom de mon groupe — que je représente ici -, j'ai approuvé la démarche visant à donner un cadre législatif clair aux activités ambulantes, tout en signalant la diversité de celles-ci et donc la difficulté de les appréhender toutes dans le même texte. Le recours à une loi-cadre justifie donc ici même s'il sera nécessaire d'être particulièrement attentifs à sa mise en oeuvre au travers des arrêtés d'exécution. En outre, j'ai insisté pour qu'au nom de la souplesse nécessaire à l'activité économique, on ne néglige pas la protection du consommateur et qu'on assure les contrôles nécessaires.
Mme De Meyer soutient au nom de son groupe ce projet, fruit d'une concertation entre les partis. Elle souhaite cependant faire deux remarques. La première concerne les préoccupations qui se sont exprimées au sujet des marchés privés qui pourraient constituer une concurrence déloyale. En outre, Mme De Meyer a exprimé ses craintes relatives à une pratique de certains marchands qui cèdent le fonds de commerce sans céder la totalité des emplacements, ces derniers étant cédés plus tard à d'autres, causant ainsi d'importants déséquilibres.
La seconde remarque de Mme De Meyer concerne la pratique du porte-à-porte qui donne souvent lieu à des pratiques frauduleuses contre lesquelles il convient de protéger le consommateur. Elle annonce donc le dépôt d'un amendement visant à instaurer un montant maximum pour ce type de vente.
Mme Pieters approuve la simplification administrative amenée par ce texte mais émet des réserves notamment en ce qui concerne l'élargissement du champ d'activité. Elle regrette également qu'un système d'autorisation conservé par la loi soit particulièrement lourd.
Après avoir contesté les chiffres donnés par la ministre, Mme Pieters a lu les différents avis relatifs au projet de loi parmi lesquels celui du Conseil de la consommation, du Conseil supérieur des indépendants et des PME et du Conseil d'Etat. Elle a ensuite proposé à la commission d'organiser l'audition de certains organismes intéressés.
M. Lenssen a exprimé sa satisfaction concernant le projet, estimant que la simplification administrative et la protection du consommateur sont des éléments très importants. Il retire son amendement n° 1, l'objectif étant rencontré via la possibilité de dérogation prévue à l'article 9.
Sur la question du porte-à-porte, le groupe VLD s'oppose à son interdiction mais ne voit pas d'inconvénient à de meilleurs contrôles dans le but d'éviter les abus.
Le président de la commission, M. Paul Tant, a ensuite attiré l'attention de la ministre sur les implications juridiques de l'avis du Conseil d'Etat quant aux habilitations extrêmement larges données au Roi par le projet, souhaitant que la ministre donne à la commission les explications relatives aux arrêtés royaux. Dans ses réponses, Mme la ministre a précisé que les marchés privés, qui suscitaient une certaine inquiétude, seraient encadrés et contrôlés de manière aussi rigoureuse que les autres. En ce qui concerne le porte-à-porte, elle a déclaré qu'elle n'était pas opposée à la fixation d'un montant maximum, en vue d'accroître la protection du consommateur, pour autant qu'il soit possible d'accorder des dérogations aux secteurs qui en auraient besoin pour fonctionner.
Répondant à la préoccupation du président de la commission, Mme la ministre a précisé qu'il n'était pas possible de soumettre chaque projet d'arrêté d'exécution à la commission. En revanche, elle a accepté la proposition du président d'avoir une discussion sur le contenu général des arrêtés.
Chers collègues, pour le détail des interventions et pour les réponses de Mme la ministre je vous renvoie au rapport écrit.
En ce qui concerne la discussion des articles, certains articles n'ont fait l'objet d'aucune discussion ni d'aucun amendement. Les principaux amendements et remarques seront rapidement présentés ci-après.
Aux articles 1, 2, 3 et 4, nous n'avons ni amendement, ni discussion.
A l'article 5, il s'agissait d'une remarque légistique que les services de la Chambre rectifieront.
A l'article 6, ni amendement, ni discussion.
A l'article 7, l'amendement déposé par Mme Pieters vise à obliger le ministre des Classes moyennes à informer le demandeur d'autorisation de l'état d'avancement de sa demande, dans un délai de trois mois. Mme la ministre ne s'oppose pas à cet amendement puisque le délai prévu correspond à la pratique actuelle qui serait donc confirmée.
A l'article 8, l'amendement déposé par Mme De Meyer concerne la vente de porte-à-porte et entend protéger le consommateur contre les pratiques abusives, en fixant un plafond de 100 euros. Mme la ministre ne s'oppose pas à cet amendement pour autant que des dérogations soient possibles et que l'on relève le plafond prévu.
S'il approuve l'objectif, M. Lenssen ne peut être d'accord avec la méthode, préférant, quant à lui, une meilleure organisation des contrôles.
Mme Pieters soutient cet amendement, signalant qu'un plafond de 250 euros constitue un maximum. Après discussion, Mme De Meyer introduit un sous-amendement prévoyant un plafond de 250 euros. Mme la ministre précise que certains secteurs pourront bénéficier de dérogations, accordées par arrêté royal.
A l'article 9, après les explications de Mme la ministre, M. Lenssen a retiré l'amendement déposé qui visait à ce que les ventes occasionnelles sans but commercial soient exclues de la loi.
A la question de Mme Pieters de savoir si une dérogation pouvait être accordée rapidement en cas d'action caritative, à la suite de catastrophes naturelles, la ministre a assuré que c'était le cas. A la demande de Mme Pieters à la suite d'une préoccupation du conseil de la consommation concernant la vente ambulante dans les locaux d'un autre commerce, la ministre a précisé que le projet ne faisait que formaliser une pratique administrative actuelle.
Concernant l'article 10, Mme Pieters a évoqué la possibilité de déposer un amendement visant à permettre au Roi d'introduire la vente de certains biens par des commerçants ambulants. La ministre a expliqué que son projet prévoyait bel et bien la possibilité d'interdire la vente de certains produits non conformes et elle s'est déclarée d'accord pour inclure dans l'arrêté royal d'exécution les produits dont l'interdiction serait justifiée par des raisons d'ordre public.
A l'article 11, l'amendement n° 4 de Mme Pieters prévoyait l'exonération fiscale de produits à des fins exclusivement charitables. Outre le fait qu'aucune taxe n'est prévue sur ces ventes, la ministre a rappelé qu'aucune loi ne peut aller à l'encontre d'autres lois, par exemple fiscales. L'amendement a donc été retiré.
L'article 12 n'a fait l'objet d'aucun amendement ni d'aucune discussion.
A l'article 13, deux amendements techniques ont été déposés par Mme Pieters.
A l'article 14, un amendement de correction linguistique a été déposé par Mme Pieters.
L'article 15 n'a fait l'objet d'aucun amendement ni d'aucune discussion.
A l'article 16, Mme Pieters a déposé un amendement n° 9 visant à éviter que les marchés organisés sur des terrains privés ne se voient pas appliquer les règles prévues pour les autres marchés. La ministre a estimé cet amendement inutile, dans la mesure où le système actuel donne une plus grande latitude d'action aux communes, qui pourront adapter leurs règlements aux circonstances et au contexte local, notamment en matière de concurrence, préoccupation exprimée par plusieurs membres de la commission. Sur la base de ces explications, l'amendement n° 9 a été retiré.
L'article 17 n'a fait l'objet d'aucun amendement ni d'aucune discussion.
A l'article 18, un amendement n° 10 a été déposé par Mme Pieters. Celui-ci permet aux communes d'envoyer leurs procès-verbaux d'infraction aussi bien par envoi postal recommandé que par courrier électronique recommandé. Il a été accepté par Mme la ministre.
Les articles 19, 20 et 21 n'ont fait l'objet d'aucun amendement ni d'aucune discussion.
L'article 22 a fait l'objet d'un amendement n° 11 de correction linguistique.
Les articles 23, 24 et 25 n'ont fait l'objet d'aucun amendement ni d'aucune discussion. A l'article 26, un amendement n° 12 a été déposé par Mme Pieters visant à faire coïncider l'entrée en vigueur de la loi avec la publication des arrêtés royaux d'exécution, démarche avec laquelle la ministre se déclare pleinement d'accord. L'amendement est donc retiré.
Les amendements n os 3, 7, 8, 10 et 11 de Mme Pieters ainsi que l'amendement n° 2 et le sous-amendement n° 13 de Mme De Meyer ont été retenus.
Le projet de loi a été adopté à l'unanimité. Par conséquent, la proposition de loi jointe modifiant la loi du 25 juin 1993 sur l'exercice d'activité ambulante et l'organisation de marchés publics, en vue de permettre aux commerçants ambulants d'engager un travailleur intérimaire en remplacement d'un salarié malade ou accidenté devient sans objet.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, Ladies and Gentlemen, we discussed this bill during the meetings of February 22 and March 8, 2005. A proposal by Ms. Pieters to organise hearings was rejected by eight votes against three.
In her introductory presentation presented on 22 February, the Minister of the Middle Class and Agriculture specified that this was a project developed by Minister Daems responsible for these matters during the previous legislature and that executed one of the points of the government statement.
The present project is structured around two main poles: the first aimed at giving the furnace activity a status and a legislative framework, the second aimed at reforming the mobile trade to enable this sector to return to growth. The profession of foreman has evolved sharply in recent years. The administrative framework relating to it remained dated and disparate. The latter could even constitute an obstacle to the proper functioning of the sector, for example, by the uncertainties it left to flourish with regard to the allocation of sites or the transmission of them.
The project aims, at the request of the sector, on the one hand to establish a minimum basis of municipal rules that is common to all trade fair regulations, in order to meet the expectations of the farmers while guaranteeing the autonomy of the municipalities. On the other hand, forensics are endowed with a status equal to that of ambulant merchants and adapted according to the specificities of the profession.
The part of the project dedicated to ambulant trade aims to give the sector the means to overcome the crisis it has experienced for a few years, as evidenced by the figures of renewal of maps and starters cited by the Minister. The analysis of the latter attributes this decline to excessive framework and protectionist veil, at the very moment when this type of activity experiences a regain of interest, as shown by the development of seasonal or regional markets.
The Minister explained that this legislative carcass is ⁇ verified in terms of employment and the scope of activity. In terms of employment, restrictions protecting the sector excluded the use of different statutes, such as the status of assisting spouse or temporary spouse. With regard to the scope of these activities, the new law aims to frame practices that already exist today under a more or less legal coverage. For this project, the Minister intends to provide the sector with a more flexible framework that is compatible with the needs of a modern enterprise, without forgetting the control entrusted to the administration, which will have tools such as the Bank-Carrefour des Entreprises or the DIMONA system.
In order to ⁇ a balance between all stakeholders, this project has been the subject of a very broad consultation. The Minister listened to the representative organizations of walking and sedentary merchants, forensics, municipalities, consumers and the distribution, in particular through the Consumer Council.
As for the form, the choice of the Minister was based on a framework law. According to her, this legislative form is the most suitable and allows to define general principles while guaranteeing the necessary flexibility. The Minister concluded her introductory exhibition with a quick round of the horizon of the ambulant trade sector, insisting on the particular case represented by the brocantes whose framework will need to be specified in a decree. She illustrated this industry overview by giving a few figures, while pointing out that it was difficult to gather relevant, complete and up-to-date numerical data on the sector. For further details, I refer you to the written report. As for the joint bill proposed by Ms. Barzin et consorts, she presented the joint bill that aims to accelerate the procedure for the replacement of a sick or injured employee.
Then we went to the general discussion. On behalf of my group — which I represent here — I approved the approach aimed at providing a clear legislative framework for outbound activities, while pointing out the diversity of them and therefore the difficulty of understanding them all in the same text. The recourse to a framework law is therefore justified here even if it will be necessary to be ⁇ attentive to its implementation through execution orders. Furthermore, I insisted that, in the name of the flexibility necessary for economic activity, consumer protection should not be neglected and the necessary controls should be ensured.
Ms. De Meyer supports this project on behalf of her group, the result of a concertation between the parties. However, she would like to make two comments. The first concerns have been expressed regarding private markets that could constitute unfair competition. Furthermore, Ms. De Meyer expressed her concerns about the practice of some merchants ceding the trading fund without ceding all the locations, the latter being later ceded to others, thereby causing significant imbalances.
De Meyer’s second observation concerns the practice of door-to-door, which often leads to fraudulent practices against which the consumer should be protected. It therefore announces the filing of an amendment aimed at introducing a maximum amount for this type of sale.
Ms. Pieters endorses the administrative simplification brought by this text but makes reservations, in particular with regard to the extension of the scope of activity. It also regrets that a system of authorization ⁇ ined by the law is ⁇ heavy.
After challenging the figures given by the minister, Ms. Pieters read the various opinions relating to the bill, including that of the Consumer Council, the Superior Council of Independents and SMEs and the State Council. She subsequently proposed to the committee to arrange the hearing of certain interested bodies.
by Mr. Lenssen expressed his satisfaction with the project, believing that administrative simplification and consumer protection are very important elements. It withdraws its amendment No. 1, the objective being met through the possibility of derogation provided for in Article 9.
On the door-to-door issue, the VLD group opposes its ban but sees no disadvantage in improving controls in order to avoid abuses.
The President of the Commission, Mr. Paul Tant, then drew the Minister’s attention on the legal implications of the State Council opinion regarding the extremely broad authorizations given to the King by the project, wishing that the Minister should give the commission the explanations regarding the royal decrees. In her responses, the minister said that private markets, which raise some concern, would be framed and controlled as rigorously as others. As regards door-to-door, it stated that it was not opposed to the fixing of a maximum amount in order to increase consumer protection, provided that derogations can be granted to sectors that would need it to operate.
Responding to the concern of the chairman of the committee, the minister specified that it was not possible to submit each draft implementation order to the committee. On the other hand, it accepted the proposal of the President to have a discussion on the general content of the arrests.
For the details of the interventions and for the responses of the Minister, I refer you to the written report.
As for the discussion of articles, some articles have not been discussed or amended. The main amendments and comments will be submitted shortly.
In Articles 1, 2, 3 and 4, we have no amendment or discussion.
In Article 5, it was a legal notice that the Chamber’s services will correct.
No amendment or discussion.
In article 7, the amendment filed by Ms. Pieters aims to oblige the Minister of the Middle Classes to inform the applicant for authorisation of the state of progress of his application, within three months. The Minister does not object to this amendment since the time limit corresponds to the current practice which would therefore be confirmed.
In Article 8, the amendment filed by Ms. De Meyer concerns the sale of door-to-door and aims to protect the consumer against abusive practices, by fixing a ceiling of 100 euros. The Minister does not object to this amendment as long as derogations are possible and the planned ceiling is raised.
If the objective is met, Mr. Lenssen cannot agree with the method, preferring, in turn, a better organization of controls.
Ms. Pieters supports this amendment, pointing out that a ceiling of 250 euros constitutes a maximum. After discussion, Ms. De Meyer introduced a sub-amendment providing for a ceiling of 250 euros. The minister said that some sectors could benefit from derogations granted by royal decree.
Article 9, following the explanations of the Minister, Mr. Lenssen withdrew the filed amendment aimed at excluding occasional non-commercial sales from the law.
Asked by Ms. Pieters whether a derogation could be granted quickly in the event of charitable action, following natural disasters, the minister assured that this was the case. At the request of Ms. Pieters following a concern of the Consumer Council regarding the outbound sale in the premises of another trade, the minister specified that the project merely formalizes the current administrative practice.
Regarding Article 10, Ms. Pieters mentioned the possibility of filing an amendment to allow the King to introduce the sale of certain goods by walking merchants. The Minister explained that its draft envisaged the possibility of prohibiting the sale of certain non-conforming products and agreed to include in the Royal Execution Decree those products whose prohibition would be justified by reasons of public order.
In Article 11, Amendment No. 4 of Ms. Pieters provided for the tax exemption of products for purely charitable purposes. In addition to the fact that there is no tax on these sales, the minister recalled that no law can go against other laws, for example tax laws. The amendment was therefore withdrawn.
Article 12 has not been subject to any amendment or discussion.
In Article 13, two technical amendments were submitted by Ms. Pieters.
In Article 14, a linguistic correction amendment was submitted by Ms. Pieters.
Article 15 has not been the subject of any amendment or discussion.
In Article 16, Mr. Pieters submitted an amendment No. 9 aiming to prevent contracts held on private land from being subject to the rules laid down for other markets. The Minister considered this amendment unnecessary, inasmuch as the current system gives a greater breadth of action to the municipalities, which will be able to adapt their regulations to the circumstances and the local context, in particular in matters of competition, a concern expressed by several members of the commission. On the basis of these explanations, Amendment No. 9 was withdrawn.
Article 17 has not been the subject of any amendment or discussion.
In Article 18, an amendment No. 10 was submitted by Ms. Pieters. This allows municipalities to send their violation minutes both by recommended mail and by recommended e-mail. It was accepted by the Minister.
Articles 19, 20 and 21 have not been amended or discussed.
Article 22 was the subject of an amendment No. 11 of linguistic correction.
Articles 23, 24 and 25 have not been the subject of any amendment or discussion. In Article 26, an amendment No. 12 was deposited by Ms. Pieters to make the entry into force of the law coincide with the publication of the Royal Decrees of Execution, a approach with which the Minister fully agrees. The amendment is therefore withdrawn.
Amendments no. 3, 7, 8, 10 and 11 of Ms. Pieters as well as Amendment no. 2 and Subamendment no. 13 of Ms. De Meyer were adopted.
The bill was adopted unanimously. Consequently, the attached bill amending the law of 25 June 1993 on the exercise of ambulant activity and the organization of public procurement, in order to allow ambulant merchants to hire an interim worker in place of a sick or injured worker, becomes obsolete.
#75
Official text
Monsieur le président, si je tiens à intervenir aujourd'hui, c'est parce que je n'ai pu participer, malheureusement, aux travaux de la commission. On ne peut être présent partout et je devais être dans une autre commission à ce moment-là.
Cela dit, ce projet de loi me tient particulièrement à coeur étant donné que, sous la précédente législature, j'avais déposé début 2001 une proposition de loi relative aux marchés et à certains marchés spécialisés. A cette occasion, j'avais été interpellée par les représentants des forains, par les représentants des commerçants ambulants de différents secteurs d'activités et par les brocanteurs. Je me suis rendu compte qu'il fallait effectivement revoir l'entièreté de la législation en cette matière. J'avais trouvé un interlocuteur très réceptif au sein de l'administration, et il faut remercier M. De Nerinck, qui était particulièrement intéressé et motivé par la modernisation de cette loi. J'ai eu l'occasion de travailler plusieurs mois avec lui ainsi qu'avec Mme Hory du cabinet du ministre Daems à l'époque.
Il devait en résulter le dépôt du projet en septembre 2002 puisque nos travaux étaient terminés à cette date. J'étais satisfaite car je me disais que j'avais participé à l'élaboration d'un projet de loi qui allait être porté par le ministre et arriver au Parlement. Rien ne s'est finalement produit, d'où ma déception.
Mais je savais qu'on pouvait faire confiance à M. De Nerinck ainsi qu'aux représentants des forains, des ambulants et des brocanteurs. Mme Laruelle a donc pris le relais et le projet qui est sur la table est effectivement le résultat de ces consultations et de ce travail collectif. Je n'étais donc pas trop inquiète de mon absence en commission car je savais que le résultat me satisferait.
Par rapport aux intérêts qu'il y a dans ce projet, je voudrais mettre en évidence, à travers toutes les rencontres que j'ai eu l'occasion d'organiser durant ces années de travail, que la manière dont les communes s'accaparaient ou ne s'accaparaient pas la gestion des marchés qu'elles autorisaient et la manière dont ces marchés pouvaient s'organiser sur leur territoire étaient particulièrement variées. Dans certaines communes, il y avait des excès qui frôlaient le non-respect des individus, le non-respect, parfois, de la vie privée ainsi que des vexations vis-à-vis de certains ambulants et de certains forains.
Il me semblait donc important qu'une loi-cadre comme celle-ci permette au législateur de fixer les règles que les communes doivent respecter pour octroyer les emplacements, pour fixer convenablement les jours, les lieux, les heures des marchés, pour que tout le monde ait accès à un plan du marché, pour qu'il y ait la possibilité d'organiser des marchés spécialisés, qu'ils soient privés ou spécifiques quant aux produits vendus. Tout cela devait être réglé sur base de critères objectifs. Il fallait également que les délais de préavis et la manière dont les emplacements étaient mis en vente soient bien organisés par une instance extra-communale et que la commune précise tous ces éléments dans un règlement communal consultable à la fois par les ambulants, par les commerçants sédentaires et par les représentants des gestions communales.
C'est ce que réalise ce projet et je m'en réjouis.
Je me réjouis également du mécanisme de concertation installé et du règlement soumis à l'avis ou à l'approbation du ministre via l'administration. Cela permettra peut-être d'aider les communes qui n'ont pas toujours la capacité d'élaborer ces outils.
Par ailleurs, je me réjouis également de l'assouplissement en matière d'autorisations - dorénavant, les ambulants ne seront plus obligés d'entamer de nouvelles démarches tous les six ans -, de l'élargissement des statuts du personnel et de l'autorisation donnée aux commerçants ambulants d'engager des travailleurs intérimaires.
Un autre sujet de satisfaction concerne les forains dont le statut n'était, jusqu'à présent, pas suffisamment reconnu. Son intégration dans cette loi leur garantira une qualité de travail, une sécurité, des droits ainsi que la possibilité de bénéficier de l'encadrement dans l'organisation de la fête foraine, tout comme c'est le cas pour les marchés.
Un aspect reste toutefois à suivre. Je pense aux brocanteurs et aux ventes de fonds de greniers. Je dois avouer qu'après de nombreuses années de discussions avec les gens de terrain, je n'ai pas de solution idéale à proposer en la matière. La demande des brocanteurs est tout à fait légitime. Ces derniers demandent en effet que soit pris en compte leur statut d'indépendant, le fait qu'ils paient des cotisations et des taxes, qu'ils exercent donc un vrai métier. Par ailleurs, il est vrai que les particuliers peuvent vendre les biens dont ils ne veulent plus, ce à quoi je ne suis pas opposée. Cependant, il faut bien constater que certains procèdent à de telles ventes durant toute l'année. Il est donc manifeste qu'un commerce parallèle est en train de s'installer en toute légalité.
Comment établir des limites en la matière? Je me souviens que, dans le passé, on avait essayé de limiter le nombre de marchés qu'il était possible de faire avec une carte à poinçonner. Il est manifeste que ce système n'a pas plu et qu'il était compliqué à organiser. Les brocanteurs demandaient que la possibilité de vendre en tant que non-professionnel soit limitée aux habitants de la localité où avait lieu la brocante. Par ailleurs, ce système était trop restrictif et trop inégalitaire entre les communes.
Le système proposé aujourd'hui oblige le vendeur professionnel à se signaler comme tel, les inspections économiques devant être mises à profit pour repérer le particulier qui participe à une brocante toutes les semaines en proposant, par exemple, des biens de valeur.
Il faudra procéder à une évaluation en la matière. Je suppose que les brocanteurs ne sont pas totalement satisfaits des mesures adoptées. Les organisateurs de brocantes, qui, pour leur part, acceptaient des professionnels et des particuliers, s'y retrouvent quant à eux peut-être un peu plus. Il est également possible que les brocanteurs attribuent, de manière un peu trop importante, les difficultés qu'ils rencontrent dans l'exercice de leur métier à cette possibilité offerte aux particuliers de vendre certains de leurs biens.
J'insiste donc pour que l'on suive cette problématique de près et que l'on prenne des dispositions si des abus trop importants des particuliers sont constatés.
Nous soutiendrons ce projet de loi en vous remerciant de l'avoir fait passer si rapidement et de l'avoir rédigé en concertation avec les acteurs de terrain.
Translated text
Mr. Speaker, if I want to speak today, it is because I was unfortunately unable to participate in the work of the commission. You cannot be present everywhere and I had to be in another committee at that time.
That said, this bill holds me ⁇ at heart given that, during the previous legislature, I had filed a bill on the markets and on certain specialized markets in early 2001. On this occasion, I had been arrested by the representatives of the forests, by the representatives of the walking merchants of different sectors of activity and by the brocanteurs. I realized that the entire legislation on this subject had to be revised. I had found a very receptive interlocutor within the administration, and I must thank Mr. De Nerinck, who was ⁇ interested and motivated by the modernization of this law. I had the opportunity to work several months with him and with Mrs. Hory from Minister Daems’s office at the time.
This was due to result in the submission of the project in September 2002 since our work had been completed by that date. I was satisfied because I told myself that I had participated in the drafting of a bill that would be brought by the minister and reached the Parliament. Nothing happened at the end, hence my disappointment.
I knew I could trust Mr. From Nerinck as well as the representatives of the forensics, the ambulants and the brocanteurs. Mrs Laruelle thus took the relay and the project that is on the table is actually the result of these consultations and this collective work. So I wasn’t too worried about my absence in the committee because I knew the result would satisfy me.
In relation to the interests in this project, I would like to highlight, through all the meetings I have had the opportunity to organize during these years of work, that the way in which the municipalities would take over or not take over the management of the markets they authorized and the way in which these markets could organize themselves on their territory were ⁇ varied. In some communes, there were excesses that sparked the non-respect of individuals, the non-respect, sometimes, of private life, as well as the vices towards some walkers and some outsiders.
It was therefore important to me that a framework law such as this would allow the legislator to set the rules that the municipalities must observe to grant the places, to properly fix the days, the places, the hours of the markets, so that everyone has access to a market plan, so that there is the possibility to organize specialized markets, whether private or specific to the products sold. All this should be resolved on the basis of objective criteria. It was also necessary that the notice periods and the manner in which the places were put for sale were well organized by an extra-communal instance and that the municipality specifies all these elements in a municipal regulation that can be consulted both by the ambulants, by the sedentary merchants and by the representatives of the municipal administrations.
This is what this project is doing and I look forward to it. by
I also welcome the established concertation mechanism and the regulation submitted to the Minister’s opinion or approval through the administration. This may help municipalities who do not always have the ability to develop these tools.
Furthermore, I also welcome the easing of authorisations – from now on, ambulants will no longer be required to start new procedures every six years – the expansion of staff statutes and the authorisation given to ambulant merchants to hire temporary workers.
Another topic of satisfaction concerns forensics whose status was, until now, not sufficiently recognized. Its integration into this law will guarantee them quality of work, safety, rights and the possibility to benefit from the management in the organization of the feast, as is the case for the markets.
However, one aspect remains to be followed. I think of the brokers and the sale of grinder funds. I must admit that after many years of discussions with the people of the field, I have no ideal solution to offer in this matter. The demand of the brokers is entirely legitimate. The latter, in fact, demand that their independent status be taken into account, the fact that they pay contributions and taxes, that they therefore exercise a real profession. Moreover, it is true that individuals can sell the goods they no longer want, which I am not opposed to. However, it should be noted that some carry out such sales throughout the year. Therefore, it is clear that a parallel trade is being established in full legality.
How can we set limits on this? I remember that in the past, we had tried to limit the number of markets that could be made with a pointing card. It is obvious that this system did not like and that it was complicated to organize. The brokers demanded that the possibility of selling as a non-professional be limited to the inhabitants of the locality where the brokerage took place. Moreover, this system was too restrictive and too unequal between the municipalities.
The system proposed today requires the professional seller to register as such, the economic inspections to be used to spot the individual who participates in a brocante every week by offering, for example, valuable goods.
There will be an evaluation on this subject. I suppose the brokers are not fully satisfied with the measures adopted. The organizers of brocantes, who, in turn, accepted professionals and individuals, may find themselves there a little more. It is also possible that brokers attribute, in a slightly excessive manner, the difficulties they encounter in the exercise of their business to this opportunity offered to individuals to sell some of their property.
I therefore insist that this problem be followed closely and that provisions be taken if too large abuses of individuals are found.
We will support this bill by thanking you for making it pass so quickly and for drafting it in consultation with the field actors.
#76
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, de sp.a is erg blij met het voorliggende ontwerp. Wij staan er 200% achter. Wij zijn blij dat er eindelijk een goede regeling komt voor de openbare markten en de privé-markten, waar een centrale rol wordt toebedeeld aan de gemeenten.
Er was inderdaad nogal wat ongerustheid, wij hebben die ook verwoord in de commissie, bij de reguliere marktkramers over de wildgroei van de privé-markten. Er bestond daarover enige ongerustheid. Met de regeling die nu in het wetsontwerp staat ingeschreven, namelijk de centrale rol, de coördinerende rol en de regulerende rol van de gemeenten, komen wij absoluut tegemoet aan de schrik van de reguliere marktkramer ten opzichte van de privémarkt. De lokale overheid krijgt de gelegenheid om het aanbod dat zich in de gemeente manifesteert in de hand te houden, te regelen, te zien dat er geen oneerlijke concurrentie is, enzovoort. Dat is dus een schitterende regeling.
Een ander zeer goed punt in voorliggend ontwerp is de regeling rond de foorkramers. Zij zijn dolgelukkig dat ze na 20 jaar eindelijk een ernstig statuut krijgen. Zij hebben het niet al te gemakkelijk in onze maatschappij met de toenemende concurrentie van de pretparken en dergelijke. Zij worden geconfronteerd met verschillende reglementen, afhankelijk van gemeente tot gemeente. Zij zijn vaak onzeker of ze een standplaats kunnen krijgen. Het gaat hier nochtans echt wel om een risicovol beroep waarbij men voortdurend voor nieuwe uitdagingen komt te staan omdat men van de foorkramers verwacht dat ze voortdurend met nieuwe attractie op de markt komen, de ene als spectaculairder dan de andere. De bescherming van de foorkramer, in dit ontwerp, is een schitterende zaak.
Ik kom dan nu aan het heikele punt, aan het punt van discussie tussen een aantal mensen, namelijk de deur-aan-deurverkoop. De deur-aan-deurverkoop is volgens mij een fantastische uitvinding. De deur-aan-deurverkoop zorgt er immers voor dat minder mobiele mensen en mensen die verafgelegen wonen, toch de kans hebben om producten te kopen. Dat is dus een goede zaak. Zij moeten zich daarvoor niet verplaatsen. Dat is dus schitterend.
Het probleem met de deur-aan-deurverkoop is echter dat die prachtige sector die nog een aantal duizenden mensen tewerkstelt, wordt gehypothekeerd, getorpedeerd door een aantal malafide verkopers die duidelijk misbruik maken van de deur-aan-deurverkoop. Daar knelt het schoentje. Daaraan hebben wij met ons amendement soelaas willen bieden, om de sector in zijn geheel te redden door de cowboys uit te schakelen.
Voor de goede orde van zaken wil ik toch even herinneren aan het feit dat de consumentenorganisaties reeds jaren vragende partij zijn voor een totaal verbod van de deur-aan-deurverkoop. De consumentenorganisaties willen er niet meer van weten. Ze hebben hun buik ervan vol omdat de misbruiken legio zijn. De mensen die worden opgevoerd in allerlei televisieprogramma's, zoals Ombudsjan indertijd, spraken boekdelen. De consumentenorganisaties hebben in de Raad voor het Verbruik steeds gezegd dat ze ervan af willen, dat ze een totaal verbod willen.
Wij hebben toen gezegd dat dit toch een beetje verregaand is. De deur-aan-deurverkoop kan immers een meerwaarde betekenen voor mensen die verafgelegen wonen en voor minder mobiele mensen. Wij hebben toen gezegd dat wij beter zouden zoeken naar een mogelijkheid om de sector levend te houden en de slechte appels te verwijderen.
Dan is het idee gegroeid om een grens te stellen aan de deur-aandeur-verkoop zodat er niet van mensen kan worden geprofiteerd. Inderdaad, ik had terzake een wetsvoorstel ingediend. De heer Tommelein heeft er terecht op gewezen dat de grens in mijn wetsvoorstel 100 euro was. Wat is er gebeurd met dat wetsvoorstel onder auspiciën van onze excellente voorzitter Paul Tant? In de commissie zijn er een reeks hoorzittingen gehouden over dit wetsvoorstel. We hebben allerlei interessante mensen gehoord, gaande van de consumentenorganisaties over de sector tot de Economische Inspectie. Daarover wil ik het eigenlijk hebben.
De Inspectie heeft tijdens de hoorzittingen in de commissie voor het Bedrijfsleven een verslag naar voren gebracht waarbij ze toch een aantal flagrante dingen heeft gezegd. Zij heeft gezegd dat zij als inspectie wordt geconfronteerd met een waslijst aan klachten wat betreft de deur-aan-deur-verkoop. Waarover gaan de klachten dan? De klachten gaan over een aantal klassiekers — daarover gaan we het straks hebben — maar vooral over het feit dat aan de deur dingen worden verkocht in grote hoeveelheden of van minderwaardige kwaliteit aan exorbitante prijzen. Als ik zeg exorbitante prijzen dan bedoel ik exorbitante prijzen. De Inspectie had het over goederen aan de deur verkocht tussen 1000 en 1250 euro. Iemand die aan uw deur komt bellen, die u niet hebt gevraagd en die u iets opsolfert tussen 1000 en 1250 euro.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, the sp.a is very pleased with the present draft. We are 200% behind it. We are pleased that there is finally a good arrangement for the public and private markets, where a central role is assigned to the municipalities. Their
There was indeed quite a bit of concern, we have also expressed it in the committee, with the regular market crammers about the wild growth of the private markets. There was some concern about this. With the arrangement now incorporated in the draft law, namely the central role, the coordinating role and the regulatory role of the municipalities, we absolutely meet the horror of the regular market cracker in relation to the private market. The local government will be given the opportunity to keep in hand the supply that manifests itself in the municipality, to arrange, to see that there is no unfair competition, and so on. This is a wonderful arrangement. Their
Another very good point in the present design is the arrangement around the forkramers. They are delighted that after 20 years they finally get a serious status. They do not have it too easily in our society with the increasing competition of the amusement parks and the like. They face different regulations, depending on municipality to municipality. They are often uncertain if they can get a standing position. However, it is really a risky profession in which you are constantly facing new challenges because you expect the forkramers to constantly come with new attraction to the market, one as more spectacular than the other. The protection of the fork grinder, in this design, is a brilliant thing. Their
I now come to the delicate point, to the point of discussion between a number of people, namely the door-to-door sale. The door-to-door sale is a fantastic invention. After all, door-to-door sales ensure that less mobile people and people living remotely still have the chance to buy products. That is a good thing. They should not move for that. That is wonderful. Their
The problem with door-to-door sales, however, is that that beautiful sector that still employs a few thousand people is mortgaged, tortured by a number of malafide sellers who clearly abuse door-to-door sales. That’s where the shoe runs. This is what we intended to do with our amendment, to save the sector as a whole by eliminating the cowboys. Their
For the sake of good order of affairs, I would like to remind you that consumer organisations have been asking for years for a total ban on door-to-door sales. Consumer organisations do not want to know. They have their stomachs full of it because the abuses are legion. The people who are featured in all sorts of television programs, such as Ombudsjan at the time, spoke book parts. The consumer organisations have repeatedly stated in the Consumer Council that they want to quit, that they want a total ban. Their
We said then that this is a bit extensive. After all, door-to-door sales can provide added value for people living remotely and for less mobile people. We said then that we would better look for a way to keep the sector alive and remove the bad apples. Their
Then the idea has grown to set a limit to the door-door sales so that no one can benefit from people. Indeed, I had submitted a bill on this subject. Mr Tommelein correctly pointed out that the limit in my bill was 100 euros. What happened to that bill under the auspices of our excellent President Paul Tant? A series of hearings were held in the committee on this bill. We have heard all sorts of interesting people, ranging from the consumer organisations across the sector to the Economic Inspection. This is what I really want to talk about.
The Inspectorate presented a report during the hearings in the Committee on Business, which, however, said a number of flagrant things. She said that as an inspection she is facing a washlist of complaints regarding door-to-door sales. What are the complaints about? The complaints are about a number of classics — about which we will talk later — but especially about the fact that at the door things are sold in large quantities or of inferior quality at exorbitant prices. When I say exorbitant prices, I mean exorbitant prices. The Inspection had talked about goods sold at the door between 1000 and 1250 euros. Someone who comes to your door calls, who you have not asked for and who solves you something between 1000 and 1250 euros.
#77
Official text
Mevrouw, als u zegt dat de meeste klachten gaan over bedragen tussen 1000 en 1250 euro, waarom dient u dan een wetsvoorstel in om producten te verbieden van meer dan 100 euro? Wat ik daarmee wil zeggen, is dat ik uw bedoelingen wel begrijp. U kunt een aantal voorbeelden aanhalen van wat verkeerd gaat maar ik kan evengoed tientallen of zelfs duizenden voorbeelden aanhalen van verkopen die wel in orde zijn, zelfs van meer dan 250 euro.
U zegt nu zelf duidelijk dat de meeste problemen zich voordoen boven 1000 euro en u wilt de zwakkere consument nog wat meer beschermen en betuttelen door het bedrag terug te brengen naar 100 euro. Dat is het voorstel dat u deed. Ik bedoel daarmee, mevrouw, dat de prijs van een product niet afhankelijk is van het feit of er al dan niet sprake is van malafide praktijken. Ik begrijp dat het risico voor de consument misschien te hoog wordt als de prijs van het product te hoog is. Daarin volg ik u. Als u het hebt over 100 of 250 euro kunt u toch moeilijk spreken van het nemen van zeer zware risico's. Ik zou voor uw standpunt begrip hebben, mocht u alle producten boven de 1000 euro willen verbieden. Dit kan via mijn voorstel van koninklijk besluit. Maar nee, u stelt zeer arbitrair in uw voorstel een bedrag voor en dat bedrag bepaalt of iets al dan niet malafide is. Daarmee ben ik het niet eens.
Translated text
Miss, if you say that most complaints are about amounts between 1000 and 1250 euros, why do you submit a bill to ban products of more than 100 euros? What I mean by this is that I understand your intentions. You can give some examples of what is going wrong but I can also give dozens or even thousands of examples of sales that are okay, even of more than 250 euros.
You now say clearly that most problems occur above 1000 euros and you want to protect the weaker consumer a little more by reducing the amount to 100 euros. That is the proposal you made. I mean by this, Madame, that the price of a product does not depend on whether or not there is a malafide practice. I understand that the risk to the consumer may become too high if the price of the product is too high. In that I follow you. If you are talking about 100 or 250 euros you can still hardly talk about taking very serious risks. I would understand your point of view if you want to ban all products above 1000 euros. This can be done through my proposal of Royal Decree. But no, you are very arbitrarily proposing an amount in your proposal and that amount determines whether or not something is misleading. I do not agree with this.
#78
Official text
Mijnheer Tommelein, voor de goede orde van zaken. Toen ik de Economische Inspectie heb geciteerd in mijn betoog, heb ik niet gezegd dat de meeste klachten zich voordoen boven de 1000 tot 1.250 euro. Ik heb gezegd dat de Economische Inspectie zelfs voorbeelden gegeven heeft van verkopen tot 1000 en 1.250 euro. Ik wilde gewoon illustreren dat we hier niet over een peulenschil praten als we het hebben over zaken die aan de deur verkocht worden. Bovendien, en nog steeds volgens de Economische Inspectie en niet Magda De Meyer, gaat het bij de klachten over producten van slechte kwaliteit tegen totaal overdreven hoge prijzen.
De economische inspectie had het over winstmarges van 1.000%. Bij welke producten vooral zijn er misbruiken? De klassiekers waarmee de economische inspectie wordt geconfronteerd, zijn wijnen, onderhoudsproducten en stofzuigers. Als ik mag, zou ik daar toch een aantal heel concrete voorbeelden van willen geven.
Een man komt aan de deur met een stofzuiger van merk X, aan het bedrag van 1.000 euro. De verkoper aan de deur zegt: "Kijk, ik heb de exclusieve rechten op dit merk. Dit is uiteraard een fantastisch merk en eigenlijk is dit een spotprijsje: 1.000 euro, dat gaat u nergens vinden. Ik alleen verkoop dat in België, ik ben de alleenheerser hierover en u gaat dat nergens nog vinden aan deze prijs". Goed, de argeloze consument laat zich overtuigen en denkt hier een koopje te hebben gedaan, een fantastisch ding, exclusief in België. Wat blijkt? Een maand later ziet de consument die zich dit heeft laten aanpraten, dezelfde stofzuiger in de winkel in de straat staan voor 400 euro, om u maar een voorbeeld te geven. Ik pluk dat niet uit de lucht; het is een concreet voorbeeld.
Een ander voorbeeld, nog uit de stofzuigerbranche, is het klassieke voorbeeld van de man die aan huis komt en zegt: "Mevrouw, ik kom uw huis stofzuigen". Die man is daar een uur of twee bezig en stofzuigt inderdaad het huis van boven tot onder. Na die twee uur is het natuurlijk bijzonder moeilijk die man nog buiten te krijgen. Hij is daar uiteindelijk toch heel de voormiddag bezig geweest en zou toch graag iets aan de man brengen. Uiteindelijk blijkt dan dat de consument een stofzuiger krijgt opgesolferd van, houd u vast, 495 euro voorschot en daarna 12 maandelijkse betalingen van 211 euro. Dat zijn geen ernstige dingen meer. De consument heeft geen vliegtuig gekocht, hij heeft zich een stofzuiger gekocht. Over welke bedragen spreken wij nu in godsnaam? Dat is echt niet meer ernstig te noemen.
Een ander voorbeeld is de wijnverkoper.
Translated text
Mr Tommelein, for the good order of affairs. When I quoted the Economic Inspection in my argument, I didn’t say that most complaints occur above 1000 to 1.250 euros. I have said that the Economic Inspection has even given examples of sales up to 1000 and 1.250 euros. I just wanted to illustrate that we are not talking about a peel shell here when we are talking about things that are sold at the door. Moreover, and still according to the Economic Inspection and not Magda De Meyer, it is about complaints about products of poor quality at totally excessively high prices.
The Economic Inspection was talking about profit margins of 1,000%. Which products are mostly abused? The classics facing the economic inspection are wines, maintenance products and vacuum cleaners. If I can, I would like to give a few very concrete examples of this.
A man comes to the door with a vacuum cleaner of the brand X, at the amount of 1,000 euros. The seller at the door says, “Look, I have the exclusive rights to this brand. This is, of course, a fantastic brand and actually this is a spot price: 1,000 euros, which you will not find anywhere. I only sell that in Belgium, I am the sole controller on this and you will not find it anywhere at this price." Well, the angry consumer is convinced and thinks he has done a purchase here, a fantastic thing, exclusively in Belgium. What is revealed? A month later, the consumer who has been told this, sees the same vacuum cleaner in the store on the street stands for 400 euros, to give you just an example. I am not picking it out of the air; it is a concrete example.
Another example, still from the vacuum cleaner industry, is the classic example of the man who comes home and says, “Mrs. I come to vacuum your house.” That man is working there for an hour or two and dusting the house from top to bottom. After those two hours, it is ⁇ difficult to get that man out. He has been there all the morning and would like to bring something to the man. In the end, it turns out that the consumer gets a vacuum cleaner from, please hold, 495 euro advance and then 12 monthly payments of 211 euro. These are no longer serious things. The consumer did not buy an airplane, he bought a vacuum cleaner. What amounts are we talking about now? This can no longer be called serious.
Another example is the wine seller.
#79
Official text
Daar gaan we het nog over hebben, over de verantwoordelijkheid. Dank u voor die opmerking. Ik wil daar zeker op ingaan.
Een ander voorbeeld is de wijnverkoper. De wijnverkoper biedt zich aan bij een tachtigplusser en zegt: "Mevrouw, u hebt waarschijnlijk wel wat zwart geld zitten in een of andere kous onder uw matras. Ik heb voor u eigenlijk de ideale belegging voor de toekomst, voor uw kinderen en uw kleinkinderen. Koop nu een aantal kisten wijn en u zult uw nageslacht een ongelofelijk plezier doen, want u zult al lang onder de zoden liggen, als uw geslacht nog altijd op uw gezondheid zal drinken".
Translated text
We’ll talk about that, about responsibility. Thank you for that comment. I ⁇ want to get into that.
Another example is the wine seller. The wine seller approaches an eighty-year-old and says, “Mrs. You probably have some black money in some shirt under your mattress. I have for you actually the ideal investment for the future, for your children and grandchildren. Buy now a few boxes of wine, and you will give your offspring an unbelievable pleasure, for you will have long been under the sows, if your offspring will still drink on your health."
#80
Official text
Het probleem is (...)
Translated text
The problem is (...)
#81
Official text
Wat gebeurt er? Die mevrouw ziet haar kleinkinderen voor zich, ziet ze al toasten op het goed geluk van de bomma en laat zich inderdaad overhalen. Ze koopt verschillende kisten wijn voor een bedrag van 480 euro. Trouwens, en passant vraagt die verkoper nog, tussen haakjes: illegaal, een voorschot van 100 euro. Ze zit daar dan met heel haar kelder vol kisten wijn voor een bedrag van 480 euro en zijzelf heeft een pensioen van 1.000 euro. Daarover gaat het.
Collega, u zegt: het is inderdaad de verantwoordelijkheid van de consument. Wel, dat is nu precies het probleem en dat staat ook in het verslag van de inspectie dat wij aanhoord hebben tijdens onze commissie. Er komen heel veel klachten binnen bij de economische inspectie, niet zozeer van de consument zelf, maar van sociale diensten, van sociaal assistenten, van OCMW's, van thuisverpleegkundigen die de economische inspectie opbellen en zeggen: "Het is een schande wat hier met onze klanten gebeurt, een regelrechte schande".
Het is precies daarom dat wij geprobeerd hebben een oplossing te zoeken.
Ik geef nog een laatste voorbeeld.
Translated text
What is happening? That lady sees her grandchildren in front of her, she already sees toasts on the good luck of the bomb, and indeed leaves herself convinced. She buys several boxes of wine for an amount of 480 euros. By the way, and passant asks that seller still, between hooks: illegally, an advance of 100 euros. She then sits there with her whole basement full of boxes of wine for the amount of 480 euros and she herself has a pension of 1,000 euros. This is about it.
You say, it is indeed the responsibility of the consumer. Well, that is precisely the problem, and that is also stated in the inspection report we heard during our committee. There are a lot of complaints coming into the economic inspection, not so much from the consumer itself, but from social services, from social assistants, from OCMWs, from home nurses who call the economic inspection and say, “It is a shame what is happening here with our customers, a real shame.” Their
This is precisely why we have tried to find a solution.
I will give another last example.
#82
Official text
De heer Tommelein wenst u te onderbreken.
Translated text
Mr Tommelein wishes to interrupt you.
#83
Official text
Ik weet niet, mevrouw, of u bekend bent met de sector van de verkoop van elektonische producten. Ik wil even terugkomen op wat u zei. Iemand met een inkomen van 1.000 euro beslist opeens een aankoop te doen van 480 euro. Dat gebeurt in een winkel ook. U moet eens een hele dag in zo'n elektronicazaak staan. De mensen die binnenkomen kopen, kopen, kopen, tot inderdaad hun maandwedde bijna volledig op is. Dan gaan zij naar huis en moeten zij vaststellen dat zij met al die elektronische producten niets zijn want dat zij die in feite niet nodig hebben.
U gaf een aantal voorbeelden die wel correct zullen zijn. Die voorbeelden zullen wel goed zijn. Maar ik kan evengoed voorbeelden geven van mensen die niet thuis bezocht worden maar die zelf naar een winkel stappen en die daar meer uitgeven dan er bij hen binnenkomt. Zo zijn er heel wat mensen in onze samenleving. Moeten wij die mensen allemaal overbeschermen, betuttelen, en de verkopers hun mogelijkheid ontnemen hun activiteit uit te oefenen omdat die mensen niet in staat zijn correcte beslissingen te nemen en die hun verantwoordelijkheid in feite ontlopen? Want daar gaat het in feite om. U kunt zo nog duizend voorbeelden aanhalen. Ik kan er ook tienduizend aanhalen van zaken waar alles correct gebeurt. Daar gaat het over. Dat is mijn argumentatie: dat u met een zeer arbitraire maatregel van 250 euro de hele sector zwartmaakt. U zegt in feite dat alles wat aan huis verkocht wordt allemaal bedrog is, dat het allemaal zaken zijn die niet juist zijn. Daarom zegt u nu: laten wij de huis-aanhuisverkoop maar verbieden want er gebeuren malafide praktijken.
Weet u wat, wij zullen de werkloosheidsuitkeringen afschaffen, want ook daar gebeuren vele malafide praktijken. Moeten wij dat misschien doen? Er gebeuren malafide praktijken in de werkloosheidssteun. Laten wij dan ook maar de werkloosheidssteun afschaffen en geval per geval navragen en nog eens laten onderzoeken of iemand nog wel werkloosheidssteun mag krijgen. Dat is de manier van redeneren die u op dit moment volgt.
Translated text
I do not know, Mrs, if you are familiar with the sector of the sale of electronic products. I want to come back to what you said. Someone with an income of 1,000 euros suddenly decides to make a purchase of 480 euros. This happens in a store as well. You should spend a whole day in such an electronics business. The people who come in buy, buy, buy, until indeed their monthly bet is almost completely over. Then they go home and they must find that with all those electronic products they are nothing, because they do not actually need them.
You have given a few examples that will be correct. These examples will be good. But I can also give examples of people who are not visited at home but who enter a store themselves and who spend there more than they enter. There are so many people in our society. Should we overprotect all those people, tame them, and deprive the sellers of their ability to carry out their activity because those people are not able to make correct decisions and are actually escaping their responsibility? Because that is actually what it is about. You can give a thousand examples. I can also quote ten thousand things where everything is done correctly. It is about that. That is my argument: that with a very arbitrary measure of 250 euros you blacken the whole sector. In fact, you say that everything that is sold at home is all fraud, that it is all things that are not right. That’s why you say now: let’s just ban the home-to-home sale because there are malafide practices.
You know what, we will abolish the unemployment benefits, because there too many misleading practices happen. Per ⁇ should we do that? There are misleading practices in the unemployment aid. Let us therefore just abolish the unemployment allowance and question case by case and again let us examine whether someone can still receive unemployment allowance. That is the way of reasoning you are following right now.
#84
Official text
Dank u wel, collega Tommelein, voor die interventie. Ik wil daar twee zaken op zeggen. Ten eerste, met uw laatste argument ben ik het totaal niet eens. Ik ben begonnen met te zeggen dat ik vind dat de sector absoluut een meerwaarde heeft. Ik wil de sector redden van zijn slechte imago. Ik wil dat die sector floreert want hij heeft een plaats in onze maatschappij. Dus, ik wil absoluut geen verbod. Maar ik wil de rotte appels eruit. Ik wil niet de sector in zijn geheel treffen.
Ten tweede, het voorbeeld dat u geeft is terecht wanneer u zegt: een consument die een elektronicawinkel binnenstapt en daar zijn portemonnee leegkoopt, moet maar zo stom niet zijn. Daarmee hebt u nu eens 200% gelijk. Maar wat is het cruciale verschil? Het cruciale verschil is dat in dit geval een 92-jarige vrouw niet naar een elektronicawinkel gaat maar dat een elektronicawinkel naar haar komt en zegt: alstublieft, en haar die producten opsolfert. Dat is het grote verschil natuurlijk.
Translated text
Thank you, Mr Tommelein, for this intervention. I would like to say two things on this. First, I totally disagree with your last argument. I started by saying that I think the sector has absolutely added value. I want to save the industry from its bad image. I want this sector to flourish because it has a place in our society. So, I absolutely do not want a ban. But I want the rotten apples out. I do not want to affect the whole sector.
Secondly, the example you give is correct when you say: a consumer who enters an electronics store and buys his wallet there should not be so stupid. You are 200% right. But what is the crucial difference? The crucial difference is that in this case, a 92-year-old woman does not go to an electronics store, but that an electronics store comes to her and says, please, and she dissolves those products. That is the big difference, of course.
#85
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#86
Official text
Maar nee, zij heeft geen enkele stap gedaan.
Translated text
But no, she did not take a step.
#87
Official text
Je suis désolée de vous avoir coupée au milieu d'une phrase, mais cela fait un petit moment que j'essaye discrètement d'attirer l'attention du président, en vain. En fait, je voudrais compléter l'intervention de Mme De Meyer.
Il y a une différence entre quelqu'un qui se rend dans un magasin, qui peut en sortir comme il le veut, puis qui fait la démarche de... et la personne qui reçoit un commerçant dans sa maison, lequel entre dans la sphère de sa vie privée. C'est vrai aussi que ces vendeurs sont formés pour vendre et dépasser les résistances qui leur sont opposées. Je trouve donc que c'est une bonne idée que d'avoir instauré ce plafond.
Néanmoins, la loi dispose que "des dérogations sont possibles si le type de marchandises l'autorise", si j'ai bien compris. Cela veut dire que le commerçant qui vend un aspirateur — c'est un exemple — ou un autre appareil d'un prix supérieur aux 250 euros obtiendrait une dérogation pour que la vente à domicile puisse quand même avoir lieu. J'aimerais avoir confirmation que ma compréhension est correcte.
J'ajouterai encore un élément pour M. Tommelein. Il concerne le fait que des gens achètent également de manière intempestive dans un magasin; c'est vrai. D'ailleurs, nous avons pris des mesures pour lutter contre le surendettement de manière à tenir compte des capacités de remboursement, du moins quand ces personnes achètent à crédit.
A mon avis, tout cela n'enlève en rien la responsabilité ou la liberté de l'activité commerciale. Il s'agit de mesures qui permettent à chacun d'acquérir ce dont il a besoin sans pour autant être placé en situation de ne plus pouvoir assumer le remboursement de ses achats. C'est le rôle du législateur de prendre de telles mesures.
Translated text
I’m sorry to have cut you in the middle of a sentence, but it’s been a little while that I discreetly try to attract the attention of the president, in vain. In fact, I would like to complete Mrs. De Meyer’s speech. by
There is a difference between someone who goes to a store, who can get out of it as he wants, and then who makes the move of... and the person who receives a merchant in his home, who enters the sphere of his private life. It is also true that these sellers are trained to sell and overcome the resistance that is opposed to them. Therefore, I think it is a good idea to have this ceiling established.
Nevertheless, the law stipulates that "exceptions are possible if the type of goods allows," if I have understood correctly. This means that the trader who sells a vacuum cleaner — this is an example — or another device for a price of more than 250 euros would obtain an exemption so that the sale at home could still take place. I would like to have confirmation that my understanding is correct.
I would like to add another point to Mr. by Tommelein. It’s about the fact that people are also buying out of time in a store; that’s true. Furthermore, we have taken steps to combat over-indebtedness in a way that takes into account repayment capabilities, at least when these people buy on credit.
In my opinion, all this does not in any way remove the responsibility or freedom of the commercial activity. These are measures that allow everyone to acquire what they need without being placed in a situation of no longer being able to assume the refund of their purchases. It is the responsibility of the legislator to take such measures.
#88
Official text
Dank u wel, collega. Ik zou nog een tijdje door kunnen gaan, maar ik zal het nog houden bij het laatste voorbeeld van de onderhoudsproducten omdat daar ook veel misbruik is.
In het klassieke voorbeeld van de onderhoudsproducten komt men zich ten huize aanbieden en zegt men dat het voor de zieke kindjes is. Als men dan vraagt om daarvan wat bewijzen te tonen, zijn die meestal niet te vinden, maar het is voor de zieke kindjes dat men een liter onderhoudsproduct moet kopen aan een heel dure prijs. Als puntje bij paaltje komt en men akkoord gaat om dat te kopen ten gunste van de zieke kindjes, dan gaat de verkoper terug naar zijn auto en komt terug met een bus van 10 liter, waardoor het bedrag dat men oorspronkelijk wilde uitgeven met tien wordt vermenigvuldigd. Zo zijn er duizenden voorbeelden. De klachten gaan over te dure consumptiegoederen van slechte kwaliteit in te grote hoeveelheden, met soms winstmarges van 1000 euro.
Translated text
Thank you colleague. I could go on for a while, but I’ll still stick to the last example of maintenance products because there’s a lot of abuse there too.
In the classic example of the maintenance products one comes to offer themselves at home and it is said that it is for the sick children. If one then asks to show some evidence of it, they are usually not to be found, but it is for the sick children that one must buy a liter of maintenance product at a very expensive price. If the point comes to the pile and one agrees to buy it in favor of the sick children, then the seller goes back to his car and returns with a 10-liter bus, multiplying the amount that one originally wanted to spend by ten. There are thousands of examples. The complaints concern excessively expensive consumer goods of poor quality in excessive quantities, sometimes with profit margins of 1000 euros.
#89
Official text
De heer Tommelein wil nog eens tussenkomen.
Translated text
Mr Tommelein wants to intervene again.
#90
Official text
Ik aanhoor al uw voorbeelden met heel veel interesse. Volgens mij slaat u een aantal zaken door mekaar, zeker als het gaat over liefdadigheidsinstellingen die komen om producten te verkopen.
Nu moet u mij eens aantonen hoe u met dat plafond van 250 euro op een eerlijke manier een halt zult toeroepen aan al die malafide praktijken. Leg me dat nu eens uit.
Translated text
I listen to all your examples with great interest. I think you are going through a number of things, especially when it comes to charities that come to sell products.
Now you have to show me how you can, with that 250 euro ceiling, fairly put an end to all those malicious practices. Explain it to me now.
#91
Official text
Het grote voordeel, mijnheer Tommelein, van dit soort zaken is dat men een plafond instelt wat betreft de misbruiken. Boven de 250 euro kan men niet meer via deur-aan-deurverkoop werken. Dat kan niet meer omdat ik denk dat de meerwaarde van de deur-aan-deurverkoop elders ligt. Het zou perfect kunnen dat er bepaalde sectoren zijn die men daardoor uitsluit, maar ook daaraan komen we tegemoet.
Translated text
The great advantage, Mr. Tommelein, of this kind of affairs is that a ceiling is set for the abuses. More than 250 euros can no longer work through door-to-door sales. That cannot be done anymore because I think the added value of door-to-door sales lies elsewhere. It could perfectly be that there are certain sectors that are therefore excluded, but we are also addressing them.
#92
Official text
Mevrouw De Meyer, ik denk dat het veel verstandiger zou zijn dat men een soort sensibilisatiecampagne zou voeren om de mensen ervan bewust te maken dat degenen die aan de deur komen ofwel een erkende leurkaart moeten hebben, ofwel een erkenning moeten hebben van de gemeente. Het gemeentebestuur kan vergunningen uitschrijven voor het organiseren van loterijen en deur-aan-deurverkopen. Indien we een sensibilisatiecampagne zouden opstarten om de mensen duidelijk te maken dat zij enkel en alleen mogen kopen wanneer iemand zich kan legitimeren, dan denk ik dat we veel verder zijn dan nu een bedrag van 250 euro als maximum te bepalen.
Translated text
Mrs. De Meyer, I think it would be much wiser to conduct some sort of awareness-raising campaign to make people aware that those who come to the door must either have an acknowledgment card, or have a recognition from the congregation. The municipality may issue permits for organizing lotteries and door-to-door sales. If we launch a awareness-raising campaign to make it clear to people that they can only buy when someone can legitimize themselves, then I think we are much further than now to set a maximum of 250 euros.
#93
Official text
Mevrouw De Meyer, probeer toch te besluiten als u kunt.
Translated text
Mrs. De Meyer, try to decide if you can.
#94
Official text
Ik probeer, maar ze onderbreken mij.
Collega, het probleem is dat die mensen een leurkaart hebben. Dat is precies ook het probleem van de inspectie. De inspectie heeft ons duidelijk gezegd dat zij met het huidige wettelijke arsenaal niet kan optreden tegen deze misbruiken. De inspectie heeft duidelijk gezegd tijdens de hoorzittingen dat het inbrengen van een drempel soelaas zou kunnen bieden en dat ze daardoor sneller zouden kunnen optreden.
Nogmaals, het gaat hier niet over de vaste rondes. Het gaat hier niet over vooraf aangekondigde bezoeken. Het gaat evenmin over de Tupperware-party's. Het gaat hier over de koude prospectie. Iemand komt ongevraagd bij u thuis.
We hebben uiteindelijk na de discussie in de commissie met alle leden, mijn oorspronkelijk voorstel van 100 euro, dat zeker aan de lage kant is — daarmee wil ik voor 200% akkoord gaan — opgetrokken tot 250 euro. We hadden daar een ruime meerderheid om de drempel van 250 euro te installeren. Het grote voordeel van ons amendement, waardoor we tegemoetkomen aan degenen die we misschien toch in de kou laten staan terwijl ze wel degelijk een meerwaarde kunnen betekenen in ons totaal handelsaanbod, is dat de Koning in uitzonderingen kan voorzien. Daarvoor heb ik alle vertrouwen in de bevoegde minister, die hier trouwens aanwezig is. Minister Laruelle heeft, denk ik, perfecte contacten met de sector terzake en heeft trouwens een uitgebreid overleg georganiseerd met die sector. Zij heeft alle contacten en weet wie ze daarover moet aanspreken. Zij kan rustig met de sector rond de tafel zitten en zien waar zich problemen stellen en waar er eventueel iets aan gedaan kan worden.
Minister Laruelle heeft ons in de commissie trouwens uitdrukkelijk gezegd dat de kaderwet samen met de uitvoeringsbesluiten gepubliceerd zal worden. Ook daar kan er dus geen enkele probleem zijn, zodra wij spreken over koosjere handelaren die een meerwaarde betekenen voor ons handelsaanbod.
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, ik meen dat deze wet tegemoetkomt aan de deur-aan-deur-verkoop en ervoor zorgt dat degenen die correct handelen kunnen blijven bestaan, dat onze deur-aan-deur-verkoop opnieuw gezond wordt, dat de cowboys eruit gaan en dat deze handel kan floreren.
Translated text
I try, but they interrupt me.
The problem is that these people have a scam card. This is also the problem of the inspection. The inspection has clearly told us that with the current legal arsenal it cannot take action against these abuses. The inspection clearly stated during the hearings that the introduction of a threshold could provide sunshine and that they could therefore act faster.
Again, this is not about the fixed rounds. This is not about previously announced visits. It is also not about the Tupperware parties. This is a cold prospect. Someone comes unwanted to your home.
Finally, after the discussion in the committee with all members, we raised my original proposal of 100 euros, which is ⁇ on the low side — with which I would like to agree 200% — to 250 euros. We had a large majority there to install the threshold of 250 euros. The great advantage of our amendment, allowing us to address those we may leave in the cold while they may indeed mean an added value in our overall trade offer, is that the King can provide for exceptions. In this regard, I have full confidence in the competent minister, who, by the way, is present here. Minister Laruelle has, I think, excellent contacts with the sector concerned and has, by the way, organized extensive consultations with that sector. She has all the contacts and knows who to speak to. She can quietly sit around the table with the sector and see where problems arise and where something can be done.
Minister Laruelle has explicitly told us in the committee that the framework law will be published together with the implementing decisions. There can therefore be no problem there too, as soon as we talk about co-worker traders that add value to our trading offer.
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, I think that this law responds to door-to-door sales and ensures that those who act correctly can continue to exist, that our door-to-door sales become healthy again, that the cowboys go out and that this trade can flourish.
#95
Official text
Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, en raison de l'évolution constante des pratiques commerciales, il était devenu très urgent de réformer la loi Bourgeois de 1993 afin de permettre une gestion commerciale moderne aux personnes exerçant une activité commerciale ambulante. En effet, les derniers chiffres disponibles nous informent qu'en six ans, le nombre de renouvellements des autorisations d'activités ambulantes a chuté de 30%. Cette statistique inquiétante n'est pourtant pas la conséquence d'un désintérêt du public pour les activités ambulantes. Au contraire, on a remarqué au cours des dernières années un regain d'intérêt du consommateur pour tout ce qui a trait aux marchés du terroir, aux marchés de Noël, aux brocantes et aux autres manifestations du même type.
C'est plutôt vers la législation actuelle qu'il convient de se tourner. En effet, l'objectif premier de la loi de 1993 était de circonscrire le champ des activités ambulantes de manière à pouvoir les encadrer strictement. À la longue, cet encadrement est devenu un véritable carcan qui ignore la réalité du terrain et partant, empêche le développement naturel de l'activité ambulante. En générant des situations équivoques, certaines activités sont aussi considérées comme illégales ou du moins échappent totalement au contrôle de la loi.
Le groupe MR a donc estimé qu'une modification de la loi s'imposait et se réjouit de voir ce projet de loi en discussion cet après-midi. Les principes énoncés dans le présent projet contribueront d'après nous au redressement de l'activité commerciale ambulante et à la reconnaissance de l'activité de forain, sans oublier une protection accrue du consommateur. En effet, la nouvelle législation permettra entre autres l'extension de la gamme de l'offre sur les marchés en y autorisant la fourniture de services se rapportant aux produits qui y sont vendus de manière accessoire, l'abandon de la limite du nombre de personnes habilitées à opérer sur les marchés pour une même entreprise, ce qui constitue à mon sens une avancée très importante. Cette nouvelle législation permettra également l'assouplissement du principe des autorisations afin de résoudre les problèmes de personnel de remplacement destiné à pallier les absences de courte et de moyenne durées. À ce propos, madame la ministre, je me permettrai de revenir sur la proposition de loi que j'ai déposée avec mes collègues Richard Fournaux et Philippe Collard. Cette proposition vise en effet à simplifier la vie des ambulants qui veulent remplacer un salarié malade ou accidenté en leur permettant d'adresser leur demande de carte temporaire directement au service public fédéral et plus à la commune. Cette simplification administrative ferait gagner un temps considérable aux commerçants. J'espère que vous ne l'oublierez pas lors de la rédaction des arrêtés royaux d'exécution.
Enfin, dernier point que j'aborderai, l'extension du champ d'application de la loi aux activités et fêtes foraines constitue l'une des avancées les plus importantes du présent projet. Cela fait au moins vingt ans que le monde des forains demande une législation encadrant la profession. Il ne faut pas perdre de vue qu'on dénombre actuellement en Belgique environ 1.200 exploitants officiellement recensés qui assurent la gestion de quelque 2.500 attractions. Le présent texte offre aux forains une véritable reconnaissance de leur profession par les pouvoirs publics. Ils bénéficieront également d'une protection juridique sur les foires comparable à celle dont jouissent leurs collègues sur les marchés. On leur appliquera aussi des règles uniformes dans toutes les communes pour l'attribution de leurs emplacements. Par exemple, ils auront le droit de passer accord pour obtenir un emplacement pendant cinq ans minimum, ce qui est très important pour eux compte tenu du fait qu'ils doivent être assurés de rentabiliser le coût de certaines attractions, aujourd'hui très élevé.
La même volonté d'améliorer leur situation a également conduit à leur donner la faculté de céder un emplacement en même temps que leur commerce.
Juste quelques mots à propos de l'amendement dont nous avons longuement discuté tout à l'heure.
A titre personnel, je soutiens cet amendement dans la mesure où il prévoit un montant plafond de 250 euros et que la ministre a la possibilité de déposer des arrêtés royaux prévoyant des dérogations. A mon avis, cela permettra de protéger les consommateurs les plus faibles qui en ont bien besoin.
Je ne reviendrai pas sur tous les arguments développés par Mme De Meyer ou par ma collègue Muriel Gerkens. Il s'agit là d'une avancée dans le cadre de la protection des consommateurs.
Pour conclure, le Mouvement réformateur et moi-même souscrivons pleinement au projet de loi modifiant la loi du 25 juin 1993 sur l'exercice d'activités ambulantes et l'organisation des marchés publics. Nous sommes convaincus que cette loi constituera une avancée considérable et que les mesures envisagées produiront des effets positifs, tant en ce qui concerne le développement économique de l'activité ambulante et foraine qu'au point de vue de la protection des consommateurs.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, dear colleagues, due to the constant evolution of commercial practices, it had become very urgent to reform the bourgeois law of 1993 in order to allow modern commercial management to persons engaged in traveling commercial activity. Indeed, the latest available figures inform us that in six years, the number of renewals of permits for walking activities has fallen by 30%. However, this worrying statistic is not a consequence of a lack of public interest in ambulant activities. On the contrary, in recent years there has been a regaining of consumer interest in everything related to the terroir markets, Christmas markets, brocantes and other events of the same type.
Instead, it is the current legislation that should be addressed. Indeed, the primary objective of the 1993 law was to restrict the scope of ambulant activities in such a way that they could be strictly framed. In the long run, this framework has become a real carcass that ignores the reality of the terrain and therefore, prevents the natural development of walking activity. By generating ambiguous situations, certain activities are also considered illegal or at least completely out of the control of the law.
The MR group therefore considered that a change in the law was necessary and is looking forward to seeing this bill in discussion this afternoon. The principles set out in this project will, in our view, contribute to the recovery of the commercial activity and to the recognition of the activity of the foreman, not to mention an increased protection of the consumer. Indeed, the new legislation will allow, inter alia, the extension of the range of the offer to the markets by allowing the provision of services relating to the products sold there in an accessory manner, the abandonment of the limit of the number of persons authorised to operate on the markets for the same undertaking, which, in my opinion, constitutes a very important advance. This new legislation will also allow for the easing of the authorisation principle in order to solve the problem of replacement personnel for short- and medium-term absences. In this regard, Mrs. Minister, I will allow myself to return to the bill I submitted with my colleagues Richard Fournaux and Philippe Collard. This proposal aims to simplify the life of ambulants who want to replace a sick or injured employee by allowing them to address their application for temporary card directly to the federal public service and more to the municipality. This administrative simplification would save a considerable amount of time for traders. I hope that you will not forget this when writing the Royal Execution Orders.
Finally, the last point that I will address, the extension of the scope of the law to outdoor activities and holidays is one of the most important advances of this project. For at least twenty years the world of forensics has been demanding legislation that frame the profession. It should not be forgotten that there are currently about 1,200 officially registered operators in Belgium who ensure the management of some 2,500 attractions. The present text offers forensics a real recognition of their profession by public authorities. They will also benefit from legal protection at trade fairs comparable to that of their counterparts on markets. They will also be subject to uniform rules in all municipalities for the allocation of their seats. For example, they will have the right to agree to obtain a location for a minimum of five years, which is very important for them given the fact that they must be assured to profit the cost of certain attractions, now very high.
The same willingness to improve their situation also led to giving them the faculty to assign a location at the same time as their trade.
Just a few words about the amendment that we have long discussed recently.
I personally support this amendment in so far as it provides for a maximum amount of 250 euros and the minister has the possibility to file royal decrees providing for derogations. In my opinion, this will help protect the weakest consumers who need it.
I will not return to all the arguments developed by Ms. De Meyer or by my colleague Muriel Gerkens. This is a step forward in consumer protection.
In conclusion, the Reform Movement and I fully support the bill amending the law of 25 June 1993 on the exercise of roaming activities and the organization of public procurement. We are convinced that this law will constitute a considerable advance and that the measures envisaged will produce positive effects, both in terms of the economic development of the mobile and outdoor activity and in terms of consumer protection.
#96
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega's, ik zal het kort houden.
Het wetsontwerp voorziet in een grondige hervorming van de ambulante handel voor de marktkramers en de huis-aanhuisverkopers. Dit is een goede zaak die N-VA ten volle steunt.
Het wetsontwerp voorziet in een aantal vereenvoudigingen, onder meer inzake de geldigheidsduur van de leurkaart die niet langer beperkt blijft tot zes jaar. Dit soort administratieve vereenvoudiging geniet ten volle onze steun. Ook het statuut van de foorkramers wordt juridisch erkend, op zich een heel goede zaak.
De positieve elementen worden, mijns inziens, tenietgedaan door de beperking van de huis-aan-huisverkoop tot een waarde lager dan 250 euro. Een dergelijk verbod bedreigt de handel aan huis. Het zijn de oneerlijke handelaars die moeten worden aangepakt. Daar heeft de begrenzing van het bedrag geen invloed op. Deze maatregel bedreigt, mijns inziens, vooral jobs. Dat had ik van deze kant niet verwacht.
Men zegt dat u met de beperking de cowboys eruit wilt halen. Volgens mij zult u met een beperking tot 250 euro de cowboys er niet uithalen. Dat is niet de manier. De hele houding vind ik nogal betuttelend voor de burger.
Er werd hier gesproken over budgettering. Budgettering ontbreekt soms ook in een gewone winkelsituatie. Men heeft het gehad over verkopers die heel goed opgeleid zijn om deur-aan-deurverkopen te doen. De verkopers in de winkels zijn evenwel ook goed opgeleid om te verkopen. De situatie in haar geheel is te betuttelend.
De huidige wetgeving biedt nu reeds voldoende bescherming. De wet op de handelspraktijken voorziet in een bedenktijd voor de consument van 7 dagen. Op dit ogenblik beschikt de klant reeds over de mogelijkheid de aankoop ongedaan te maken.
In zijn totaliteit is het een heel goed wetsontwerp maar er is één amendement te veel aan.
Translated text
Mr. Speaker, my colleagues, I will be brief.
The bill provides for a thorough reform of the ambulance trade for the market crammers and the home-to-home sellers. This is a good thing that N-VA fully supports.
The draft law provides for a number of simplifications, including the validity period of the Lean Card, which is no longer limited to six years. This type of administrative simplification enjoys our full support. The status of the forecrafters is also legally recognised, in itself a very good thing.
The positive elements are, in my opinion, overturned by the limitation of home-to-home sales to a value below 250 euros. Such a ban threatens domestic trade. It is the unfair traders that must be addressed. The limitation of the amount does not affect this. This measure, in my opinion, especially threatens jobs. I did not expect that from this side.
It is said that with the restriction you want to get the cowboys out. In my opinion, with a limit of up to 250 euros, you will not get the cowboys out there. That is not the way. I think the whole attitude is quite overwhelming for the citizen.
We talked about budgeting. Budgeting is sometimes lacking even in a regular shop situation. It has been talked about sellers who are very well trained to do door-to-door sales. However, the sellers in the shops are also well trained to sell. The situation as a whole is too overwhelming.
Current legislation already provides adequate protection. The Commercial Practices Act provides for a reflection period for the consumer of 7 days. At this moment, the customer already has the possibility to cancel the purchase.
In its entirety, it is a very good bill, but one amendment is too much.
#97
Official text
Monsieur le président, madame la ministre, chers collègues, si vous le permettez, j'aimerais maintenant sortir de mon rôle de rapporteur pour apporter ici quelques commentaires plus personnels sur ce projet de loi.
Le projet de loi qui nous occupe aujourd'hui vise à encadrer la vie économique d'un secteur particulier; et il faudrait plutôt parler de secteurs économiques tant les activités ambulantes peuvent être diverses. En effet, régler en un seul texte des activités à la fois si semblables et si diverses que les foires, les marchés communaux et les brocantes relève de la gageure.
Le commerce ambulant est une forme d'activité économique à la fois ancestrale et très prometteuse non seulement en termes de création d'emplois, mais aussi de développement économique, particulièrement au niveau local. Il est donc indispensable de lui donner un cadre législatif adapté - objectif que la législation actuelle ne permet plus. Exagérément tatillonne, elle constitue par certains aspects un obstacle à l'activité, et il est aujourd'hui nécessaire de la réactualiser.
Cette modernisation doit déboucher sur la mise en oeuvre d'équilibres délicats. Il faut tenir compte des marchands, des consommateurs et des autorités locales. En outre, il faut également intégrer le fait que les marchés et les foires sont des événements diversifiés qui se distinguent par leur taille, leur impact économique, leur histoire ou la quantité de public qu'ils intéressent. Dans ce constat, nous ne pouvons qu'être satisfaits que l'ensemble des associations représentatives aient été associées à l'élaboration du projet et consultées à cette fin.
En ce qui concerne la méthode, la voie que vous avez choisie, madame la ministre, est à la fois pragmatique et audacieuse. Une loicadre présente clairement l'avantage de la souplesse: beaucoup de mesures sont ici renvoyées au Roi et l'application des principes relève des communes, qui pourront adapter la concrétisation de la loi aux réalités de terrain.
Cette voie présente néanmoins le risque d'une dénaturation si la mise en oeuvre n'est pas suivie rigoureusement. C'est pourquoi je me permettrai de rappeler ici, madame la ministre, que vous vous êtes engagée à présenter à la commission de l'Economie le contenu des arrêtés d'exécution. Nous nous réjouissons de cet engagement et nous serons particulièrement attentifs au contenu des arrêtés. Nous veillerons, entre autres, à ce que les mesures prises par ce biais s'inscrivent bien dans l'esprit de la loi et soient respectueuses de l'ensemble des parties concernées.
Je le disais il y a quelques instants: la nature ou les natures de l'activité ambulante nécessitent de la souplesse.
Cependant le secteur est également propice a certaines incertitudes et ne jouit pas toujours d'une image flatteuse auprès des consommateurs et des autorités publiques. Il est donc nécessaire de prévoir un cadre normatif clair qui permette les contrôles en vue de la protection du consommateur, du respect des législations sociales, de l'ordre public et de la concurrence. Concilier souplesse et contrôle n'est jamais aisé et c'est sans doute particulièrement délicat dans la matière qui nous occupe aujourd'hui.
La protection des consommateurs reste l'une de nos préoccupations majeures et nous devons être d'autant plus stricts sur ce principe quand la vente s'opère en dehors d'une structure commerciale classique. Il est indéniable que de nombreux progrès ont été réalisés ces dernières années en la matière. Néanmoins, l'effort doit être poursuivi afin que tout le monde en profite, consommateurs et vendeurs.
Nous nous félicitons aussi particulièrement de voir l'activité de forain reconnue et de mettre ainsi fin à une bizarrerie législative qui ne prévoyait que la vente sur la voie publique et pas le spectacle ni vraiment les services. La fixation d'un cadre législatif uniforme et d'un statut spécifique sera un apport positif aussi bien pour le secteur dans son ensemble que pour les travailleurs actifs dans ce domaine ainsi que pour les pouvoirs locaux.
Laissez-moi terminer en évoquant le cas particulier des brocantes. Depuis plusieurs années, différentes mesures ont été envisagées ou prises pour tenter de réglementer les marchés aux puces et autres vide-greniers dans lesquels se mêlent de nombreux particuliers et quelques professionnels, ces derniers profitant du flou législatif. Il est légitime et souhaitable que ces professionnels ne puissent plus tirer un avantage indu de cette situation. Cependant, j'estime que les moyens doivent rester proportionnés aux objectifs et qu'il ne faut pas que l'on rende l'organisation et la participation aux brocantes trop lourdes pour les particuliers de bonne foi.
Je conclurai en disant que ce projet n'est que le commencement. Il ouvre des portes et il faut s'en réjouir. Mais le travail ne fait que débuter, le cadre se met en place. Il faudra s'assurer dans un proche avenir que les bonnes mesures y prennent place, permettant au secteur de bénéficier d'un cadre normatif adapté et complet en vue d'un développement et d'un fonctionnement harmonieux.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, dear colleagues, if you allow it, I would now like to leave my role as a rapporteur to bring here a few more personal comments on this bill.
The bill that we are dealing with today aims to frame the economic life of a particular sector; and it would rather be necessary to talk about economic sectors as the walking activities can be diverse. Indeed, settling in a single text of activities both as similar and so diverse as fairs, community markets and brocantes is a matter of betting.
Walking trade is a form of economic activity both ancestral and very promising not only in terms of job creation but also economic development, especially at the local level. It is therefore essential to provide it with a suitable legislative framework – a goal that the current legislation no longer allows. Excessively tactile, it constitutes in some aspects an obstacle to activity, and it is now necessary to update it.
This modernization must result in the implementation of delicate balances. Businesses, consumers and local authorities must be taken into account. In addition, it is also necessary to incorporate the fact that markets and fairs are diverse events that are distinguished by their size, economic impact, history or the amount of audience they are interested in. In this finding, we can only be satisfied that all the representative associations have been associated with the development of the project and consulted for this purpose.
As for the method, the path you have chosen, Mrs. Minister, is both pragmatic and bold. A loicadre clearly presents the advantage of flexibility: many measures are here returned to the King and the application of the principles belongs to the communes, who will be able to adapt the concretization of the law to the realities of the field.
This pathway, however, presents the risk of denaturation if implementation is not strictly monitored. Therefore, I will allow myself to recall here, Mrs. Minister, that you have undertaken to present to the Committee of the Economy the contents of the execution orders. We welcome this commitment and will be ⁇ attentive to the content of the arrests. We will ensure, among other things, that the measures taken by this means are well in line with the spirit of the law and are respectful to all parties concerned.
I said it a few moments ago: the nature or nature of walking activity requires flexibility.
However, the sector is also conducive to certain uncertainties and does not always enjoy a pleasant image among consumers and public authorities. It is therefore necessary to provide for a clear regulatory framework that allows controls for the protection of consumers, compliance with social legislation, public order and competition. Combining flexibility and control is never easy, and it is ⁇ delicate in the matter we are dealing with today.
Consumer protection remains one of our main concerns and we need to be even more strict on this principle when the sale is carried out outside a traditional business structure. It is undeniable that a lot of progress has been made in this area in recent years. Nevertheless, the effort must be continued so that everyone benefits from it, consumers and sellers.
We are also ⁇ pleased to see the activity of the foreman recognized and thus put an end to a legislative bizarre that provided only the sale on the public road and not the show or really the services. The establishment of a uniform legislative framework and a specific status will be a positive contribution for both the sector as a whole and for the workers active in this field as well as for the local authorities.
Let me finish by mentioning the particular case of the broccoli. For several years, various measures have been considered or taken to try to regulate the markets for fleas and other vacuum-grinder in which many individuals and a few professionals are involved, the latter taking advantage of the legislative blur. It is legitimate and desirable that these professionals can no longer take an undue advantage of this situation. However, I believe that the means must remain proportionate to the objectives and that the organization and participation in the brocantes should not be made too heavy for good-faith individuals.
I will conclude by saying that this project is only the beginning. It opens doors and we should be happy. But the work is just beginning, the framework is put in place. It will be necessary to ensure in the near future that appropriate measures take place, allowing the sector to benefit from an appropriate and comprehensive regulatory framework for harmonious development and operation.
#98
Official text
De laatste spreker in de algemene bespreking is mevrouw Trees Pieters.
Translated text
The last speaker in the general discussion is Ms. Trees Pieters.
#99
Official text
Mijnheer de voorzitter, collega's, ik zal bijzonder kort zijn, want het wetsontwerp heeft toch al wat commotie teweeggebracht. Ik kijk vanuit de oppositie geamuseerd toe hoe de meerderheid hier querelleert.
De heer Tommelein zegt dat het wetsontwerp geen dag te vroeg ingediend, besproken en goedgekeurd wordt. Ik wil er toch even op wijzen dat het wetsontwerp door de vorige minister van Middenstand is geschreven en dat alle adviezen werden ingewonnen in uw regeerperiode, mijnheer Daems. Het was dan ook klaar in het tweede of derde jaar van uw regeerperiode. Het werd ingediend in december 2004, een tijdje na het aantreden van de tweede paarse regering. Geen dag te vroeg? Daarbij heb ik toch vragen, want het ontwerp circuleert eigenlijk al drie jaar.
Het ontwerp heeft mijn goedkeuring weggedragen, omdat het in eerste instantie een vereenvoudiging betekende. Iedere vereenvoudiging voor zelfstandigen is welgekomen. In tweede instantie is er een verruiming naar kermisactiviteiten en is er een aanpassing aan de sociaal-economische evoluties.
Wij hebben in de commissie een discussie gehad. Ik blijf erbij dat het cijfermateriaal dateert uit de periode van het wetsontwerp van Hendrik Daems, dat het maar reikt tot 2000 en niet aangepast is aan de situatie in 2005. Ik werk graag met actuele cijfers, maar blijkbaar zijn die niet voorhanden. Ze zijn althans niet opgenomen in het wetsontwerp. Men kan maar remediëren wanneer men concrete cijfergegevens heeft. In het verleden hebben wij daarover al meerdere keren gediscussieerd, mevrouw de minister.
Ik had ook bedenkingen bij het feit dat het over een kaderwet ging. U hebt daarop een antwoord gegeven. Ik heb dat aanvaard, zoals mevrouw Pécriaux heeft gezegd. Het is een divers gegeven, omdat u er nog een aantal sectoren hebt bijgenomen. U werkt met een kaderwet en u hebt ook gezegd dat u de koninklijke besluiten tegelijkertijd zult publiceren.
Ik had ook nog een probleem met de privé-markten, omdat die minder gereglementeerd zijn dan de normale markten, maar u hebt mij uitgelegd dat het gepaard zal gaan met een machtiging van de gemeenten. Ik sluit mij aan bij de vraag van een van de sprekers. Het zou mij een plezier doen wanneer wij na een aantal maanden een evaluatie kunnen krijgen, om na te gaan of de machtiging vanuit de gemeenten wel voldoende is.
Mijnheer de voorzitter, wij hebben het wetsontwerp goedgekeurd in al zijn aspecten.
Het wetsontwerp werd door de commissie unaniem goedgekeurd.
Mevrouw de minister, het was voor mij een verademing dat u in de commissie een goede discussie heeft gehad met alle partijen, en voornamelijk met mijzelf. U bent ook in staat gebleken om in te stemmen met een aantal efficiënte wijzigingen. U hebt ten minste ingezien dat een aantal amendementen van CD&V nuttig en goed waren. U hebt ze ook aanvaard. Eerlijk gezegd, ik bedank u daarvoor.
Translated text
Mr. Speaker, colleagues, I will be ⁇ brief, because the bill has already caused some commotion. I am amused from the opposition to see how the majority quarrels here.
Mr. Tommelein says that the bill is not submitted, discussed and approved a day too early. I would like to point out that the draft law was written by the former Minister of Middle-Earth and that all the opinions were obtained during your reign, Mr. Daems. It was completed in the second or third year of your reign. It was submitted in December 2004, a time after the second purple government took office. Not a day too early? However, I have questions, because the design has actually been circulating for three years.
The design took away my approval, as it initially meant a simplification. Any simplification for self-employed is welcome. Secondly, there is an expansion to ceremonial activities and an adaptation to the socio-economic developments.
We had a discussion in the committee. I continue to add that the figure material dates from the period of the draft law of Hendrik Daems, that it only reaches to 2000 and is not adapted to the situation in 2005. I like to work with current figures, but apparently there are those that are not available. At least they are not included in the bill. One can only remedy when one has concrete numerical data. We have discussed this issue several times in the past, Mrs. Minister.
I also had doubts about the fact that it was a framework law. You have given a response to that. I accepted it, as Mrs. Pécriaux said. It is a diverse given, because you have included a number of sectors. You are working with a framework law and you have also said that you will publish the royal decrees at the same time.
I also had another problem with the private markets, because they are less regulated than the normal markets, but you explained to me that it will be accompanied by an authorization from the municipalities. I agree with the question of one of the speakers. I would be pleased if after a few months we could get an evaluation, to see if the authorization from the municipalities is sufficient.
We have approved the bill in all its aspects.
The bill was unanimously approved by the committee.
Mrs. Minister, it was a breathtaking for me that you in the committee had a good discussion with all parties, and above all with myself. You have also been able to agree to some efficient changes. You at least realized that some of CD&V’s amendments were useful and good. You also accepted them. Honestly, I thank you for that.
#100
Official text
Mijnheer de voorzitter, ten eerste wil ik Rik Daems bedanken. Hij heeft goed werk geleverd bij het ontwerp.
Translated text
First of all, I would like to thank Rik Daems. He has done a good job in the design.
#101
Official text
Je crois qu'il faut toujours rendre à César ce qui appartient à César et qu'il ne sert à rien de réinventer l'eau chaude quand elle est déjà inventée.
Translated text
I believe that what belongs to Caesar must always be returned to Caesar, and that it is useless to reinvent hot water when it is already invented.
#102
Official text
Ten tweede wil ik ook de volksvertegenwoordigers bedanken voor het constructieve werk tijdens de commissievergaderingen. Nadat iedereen zijn zeg had gedaan, werd het wetsontwerp unaniem goedgekeurd in de commissie. Monsieur le président, il reste un point de discussion. L'ensemble des intervenants a montré combien cette législation était nécessaire et indispensable, combien elle amenait des points d'amélioration substantielle et était attendue sur le terrain. Toutefois, il subsiste un point de divergence avec deux voies et moyens différents pour atteindre, me semble-t-il, le même objectif.
Translated text
Ten second wil i also of volksvertegenwoordigers bedanken voor het constructive werk tijdens de commisievergaderingen. Nadat iedereen zijn zeg had done, werd het wetsontwerp unaniem goedgekeurd in commission. There remains one point of discussion. All the speakers showed how necessary and indispensable this legislation was, how much it brought points of substantial improvement and was expected on the ground. However, there is still a point of divergence with two different ways and means to ⁇ , I think, the same goal.
#103
Official text
Cet objectif consiste à éviter, au maximum, les pratiques "mafieuses" ou, en tout cas, les mauvaises pratiques de commerce lorsqu'il s'agit de commerce de porte-à-porte. Cet objectif consiste à atteindre, si possible, un équilibre entre, d'une part, le respect et la promotion de la liberté d'entreprendre - ce que M. Tommelein met en avant avec son amendement dans lequel il prévoit de permettre, sans limite, le porte-à-porte, tout en donnant la possibilité au gouvernement de prendre des dérogations limitant ou interdisant un certain nombre de pratiques - et, d'autre part, la protection des consommateurs qui a été soulignée dans un amendement de Mme De Meyer qui, dans sa première proposition, se limitait à 100 euros pour le commerce de porte-à-porte.
Translated text
This objective is to avoid, as far as possible, "mafia" practices or, in any case, bad commercial practices when it comes to door-to-door trade. This objective is to ⁇ , if possible, a balance between, on the one hand, respecting and promoting the freedom to undertake - which Mr. Tommelein highlights with his amendment in which he plans to allow, without limit, door-to-door, while giving the government the opportunity to take derogations limiting or prohibiting a number of practices – and, on the other hand, consumer protection that was highlighted in an amendment by Ms. De Meyer that, in her first proposal, was limited to 100 euros for door-to-door trade.
#104
Official text
Quant à la position du gouvernement, elle consiste à dire qu'il faut atteindre cet équilibre et permettre la liberté d'entreprendre. Il est vrai qu'il existe des limites similaires dans d'autres pays. En commission, j'ai rappelé que je trouvais la proposition de Mme De Meyer trop limitée avec 100 euros; en Allemagne, par exemple, et c'est le chiffre que j'ai cité, la limite est de 500 euros. Cependant, j'ai également dit que le gouvernement ne s'opposerait pas à un tel amendement si, et seulement si, la limite était relevée et qu'on lui permettait de prendre un arrêté royal prévoyant des dérogations.
Translated text
As for the position of the government, it consists in saying that this balance must be achieved and the freedom to undertake is allowed. It is true that there are similar limits in other countries. In the commission, I recalled that I found Mrs. De Meyer’s proposal too limited to 100 euros; in Germany, for example, and this is the number I cited, the limit is 500 euros. However, I also said that the government would not oppose such an amendment if, and only if, the limit was lifted and it was allowed to take a royal decree providing for derogations.
#105
Official text
Autrement dit, l'objectif est identique. Deux choix sont présentés aujourd'hui. Soit, tout permettre mais prendre un arrêté royal prévoyant des dérogations pour limiter ou interdire un certain nombre de pratiques commerciales en porte-à-porte, soit limiter à 250 euros mais permettre au gouvernement d'enlever ou d'augmenter cette limite pour un certain nombre de pratiques commerciales en porte-àporte.
Translated text
In other words, the objective is the same. Two options are presented today. Either allow everything but take a royal decree providing with derogations to limit or prohibit a number of door-to-door commercial practices, or limit to 250 euros but allow the government to remove or increase this limit for a number of door-to-door commercial practices.
#106
Official text
Il me semble que, vu que dans les deux cas des dérogations seront ouvertes, soit pour permettre, soit pour interdire, on devrait, quel que soit le choix qui sera posé par les parlementaires, arriver au même objectif, c'est-à-dire interdire un certain nombre de pratiques commerciales en porte-à-porte qui posent problème à tout le monde tout en permettant et ce, sans limites, un certain nombre de pratiques commerciales en porte-à-porte qui ne posent de problèmes à personne.
Translated text
It seems to me that, given that in both cases derogations will be open, either to allow or to prohibit, one should, whatever the choice that will be made by the parliamentarians, reach the same objective, that is to say, to prohibit a number of door-to-door commercial practices that pose problems to everyone while allowing, without limitation, a number of door-to-door commercial practices that do not pose problems to anyone.
#107
Official text
Il m'est d'avis que, si nous arrivons à nous mettre d'accord, plus tard, sur un arrêté royal, quelle que soit la voie choisie, nous atteindrons le même objectif. Je ne voudrais cependant pas que, quel que soit le choix qui sera posé, la plus-value apportée par ce projet soit remise en cause de quelque façon que ce soit.
Translated text
I am of the opinion that if we reach agreement later on a royal decree, whatever the path chosen, we will ⁇ the same goal. However, I would not want, whatever the choice that will be made, the added value of this project to be questioned in any way whatsoever.
#108
Official text
Dank u, mevrouw de minister. Ik heb dus begrepen dat u inderdaad beseft dat wat ik voorstel met mijn fractie en wat vandaag al voorligt, in feite hetzelfde doel beoogt. Het enige verschil is of men het ondernemen op bepaalde momenten moet verbieden dan wel of men het moet toelaten en uitzonderingen moet verbieden. Mij lijkt het logischer en efficiënter om in het koninklijk besluit - dat dan zeer snel zal moeten worden opgemaakt — op te nemen dat men verbiedt wat echt malafide is en wat niet door de beugel kan.
Vandaar, mijnheer de voorzitter, dat ik samen met mijn fractie een amendement zal indienen.
Translated text
Thank you, Mrs Minister. I have thus understood that you are indeed aware that what I propose with my group and what is already announced today, in fact, aims at the same purpose. The only difference is whether one must prohibit the undertaking at certain times or whether one should allow it and prohibit exceptions. It seems to me more logical and more efficient to include in the royal decree — which then very soon will have to be drawn up — that one prohibits what is truly malafide and what cannot pass through the beugle. Their
Therefore, Mr. Speaker, I will, together with my group, submit an amendment.
#109
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar het schriftelijk verslag.
Translated text
I refer to the written report.