General information
Full name plenum van 2006-04-27 14:16:00+00:00 in Chamber of representatives
Type plenum
URL https://www.dekamer.be/doc/PCRI/html/51/ip205.html
Parliament Chamber of representatives
You are currently viewing the advanced reviewing page for this source file. You'll note that the layout of the website is less user-friendly than the rest of Demobel. This is on purpose, because it allows people to voluntarily review and correct the translations of the source files. Its goal is not to convey information, but to validate it. If that's not your goal, I'd recommend you to click on one of the propositions that you can find in the table below. But otherwise, feel free to roam around!
Propositions that were discussed
Code
Date
Adopted
Title
51K2181
22/12/2005
✔
Projet de loi modifiant le Code judiciaire en ce qui concerne l'assistance judiciaire.
51K2302
16/02/2006
✔
Projet de loi modifiant l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de police en ce qui concerne la nomination dans le grade de commissionnement de certains membres du personnel de la direction générale de la police judiciaire.
51K0675
13/01/2004
✔
Projet de loi modifiant les articles 78 et 79 du Code civil concernant la déclaration et les actes de décès.
Discussions
You are currently viewing the English version of Demobel. This means that you will only be able to review and correct the English translations next to the official text. If you want to review translations in another language, then choose your preferred language in the footer.
Discussions statuses
ID
German
French
English
Esperanto
Spanish
Dutch
#0
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#1
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#2
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#3
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#4
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#5
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#6
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#7
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#8
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#9
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#10
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#11
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#12
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#13
⚙
★
⚙
⚙
⚙
⚙
#14
⚙
⚙
⚙
⚙
⚙
★
#0
#1
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, collega's, de CD&V-fractie is erover verheugd dat dit wetsvoorstel vandaag ter stemming aan de plenaire vergadering wordt voorgelegd.
Een overlijden brengt sowieso in de eerste plaats veel verdriet mee voor de familie en vrienden van de betrokkene. Daarnaast moeten er heel wat praktische en administratieve zaken worden afgehandeld.
De wetgever heeft als taak de rouwperiode voor de nabestaanden niet nog meer te belasten. Het voorliggend voorstel wil dan ook de administratieve rompslomp voor de nabestaanden van een overleden persoon tot een absoluut minimum beperken.
Momenteel moet een overlijden door twee getuigen worden aangegeven bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Die getuigen zijn bij voorkeur twee naaste bloedverwanten of buren, of de persoon in wiens huis de betrokkene overleden is, samen met een bloedverwant of een andere persoon. Die regeling dateert uit de tijd dat de meeste mensen nog thuis stierven en is niet aangepast aan de geëvolueerde maatschappelijke context.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om de overlijdensaangifte te beperken tot één enkele persoon. Dat kan een verwant zijn van de overledene, maar ook eender welke derde die een overlijdensattest van de geneesheer kan voorleggen, zoals bijvoorbeeld een begrafenisondernemer of iemand van het ziekenhuis. De aangifte van overlijden kan een emotioneel zware opgave zijn, zodat de verwant begrijpelijkerwijze die zaak liever uit handen geeft aan een derde. De voorgestelde regeling is een maatregel van administratieve vereenvoudiging. De CD&V-fractie is er dan ook over verheugd dat ook de staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging, Vincent van Quickenborne, ons voorstel ten volle steunt.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, colleagues, the CD&V Group is pleased that this bill is being submitted to the plenary session for voting today.
A death, in any case, brings much sadness to the family and friends of the person concerned in the first place. In addition, a lot of practical and administrative issues must be dealt with.
It is the task of the legislature not to further tax the period of mourning for the survivors. The proposal is therefore intended to reduce the administrative burden for the relatives of the survivors of a deceased person to an absolute minimum.
At present, a death of two witnesses must be ⁇ to the civil status official. Those witnesses are preferably two close blood relatives or neighbors, or the person in whose home the person concerned has died, together with a blood relative or another person. That arrangement dates back to the time when most people still died at home and is not adapted to the evolved social context.
The proposal aims to limit the death declaration to one single person. This may be a relative of the deceased, but also any third party that can present a death certificate from the doctor, such as a funeral contractor or someone from the hospital. The declaration of death can be an emotionally heavy task, so the relative understandably prefers to give that matter to a third party. The proposed scheme is a measure of administrative simplification. The CD&V group is therefore pleased that the Secretary of State for Administrative Simplification, Vincent van Quickenborne, also fully supports our proposal.
#2
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik
Translated text
Mr. President, I
#3
Official text
Claude Marinower, verwijs naar het schriftelijk verslag.
Translated text
Claude Marinower, Reference to the written report.
#4
Official text
Monsieur le président, cette proposition ayant été votée à l'unanimité en commission, je renvoie à mon rapport écrit.
Translated text
Since this proposal was unanimously voted in the committee, I refer to my written report.
#5
Official text
Mijnheer de voorzitter, geachte collega's, CD&V heeft heel veel moeite met dit wetsvoorstel. Het moet een bijzonder gevoelige problematiek oplossen met betrekking tot de rechtspositie van bepaalde leden van de politiediensten. Dat doet het ook, zij het alleen voor een bepaalde groep van die leden.
CD&V wil erop wijzen dat andere politieambtenaren die zich in precies dezelfde omstandigheden bevinden, buiten de toepassing van dit wetsvoorstel vallen. In gewone mensentaal betekent dit nog altijd discriminatie. De regering weet dit maar al te goed. Enkel en alleen om de toetsing van deze tekst bij de Raad van State te ontwijken én vooral om de vereiste onderhandelingen met de vakbonden te vermijden...
Translated text
Mr. Chairman, dear colleagues, CD&V has a lot of trouble with this bill. It should address a ⁇ sensitive issue relating to the legal status of certain members of the police services. It does, but only for a certain group of those members.
CD&V would like to point out that other police officers who are in exactly the same circumstances are excluded from the application of this bill. In ordinary human language, this still means discrimination. The government knows this too well. Just and only to avoid the examination of this text in the Council of State and above all to avoid the necessary negotiations with the trade unions...
#6
Official text
Een ogenblikje, mijnheer Claes.
Collega's, we bespreken een wetsvoorstel.
Translated text
Just a moment, Mr Claes.
We are discussing a bill.
#7
Official text
Je voulais préciser qu'à mon avis, le gouvernement rentrerait d'ici quelques instants.
Translated text
I would like to clarify that, in my opinion, the government would come back in a few moments.
#8
Official text
Je cherche Mme Onkelinx et je crois l'apercevoir...
Translated text
I’m looking for Mrs. Onkelinx and I think I see her.
#9
Official text
Mijnheer Claes, verontschuldig mij. Ik had het niet gezien.
Translated text
Mr Claes, apologize to me. I had not seen it.
#10
Official text
Bedankt om mijn aandacht te vestigen op de kortstondige afwezigheid.
Translated text
Thank you for pointing my attention to the short-term absence.
#11
Official text
Mevrouw de minister, ik wend mij onmiddellijk tot u. De regering weet maar al te goed dat enkel en alleen om de toetsing van de voorliggende tekst bij de Raad van State te ontlopen en om de vereiste onderhandelingen met de vakbonden te vermijden, dit stuk door de heren De Padt, Peeters en Frédéric werd ingediend als parlementair initiatief. Ik denk niet dat ze het zelf geschreven hebben. Wij vinden dit bijzonder betreurenswaardig.
De indieners verwijzen in hun toelichting naar de Vesalius-wet. Zij zeggen dat hun voorstel precies dient om een aantal problemen binnen de gerechtelijke pijler recht te zetten. Dit is echter een vergissing. De Vesalius-wet was erop gericht om een aantal schendingen van het gelijkheidsbeginsel die aldus door het Arbitragehof werden erkend, recht te zetten.
De situatie van de aangestelden heeft echter niets met dit vonnis van het grondwettelijk hof te maken. Dit was precies ook de redenering van de regering toen wij met onze fractie destijds bij de bespreking van de Vesalius-wet een aantal amendementen indienden die eveneens tot doel hadden om de problematiek van de aangestelden op te lossen. Dit uitgangspunt van de indieners van het wetsvoorstel en de redenering die zij vervolgens aanhouden in de memorie van toelichting zijn eigenlijk fundamenteel fout.
Uiteraard kan CD&V zich wel achter het principe van het voorstel scharen, aangezien wij destijds ook dezelfde of gelijkaardige amendementen hebben ingediend om de situatie van de aangestelden aan te pakken. De problematiek is echter niet of het aangestelde personeelslid een geschiedenis heeft bij de vroegere BOB dan wel bij een andere entiteitn maar wel de precaire situatie van de loopbaan van de aangestelde zelf. Met andere woorden, de reden waarom er een wijziging in het statuut van de aangestelde moet komen is niet omdat hij vroeger tot de BOB behoorde,maar wel omdat hij als aangestelde geen verdere carrièremogelijkheden heeft.
Dat geldt echter niet alleen voor deze categorie, maar ook voor de andere. Binnen de politiediensten werden immers ook andere personeelsleden aangesteld in een hogere graad. Dit zijn voor het basiskader bijvoorbeeld de leden van de gemeentepolitie die verbonden waren aan de opsporingsdiensten en die mits het slagen voor een opleiding en bij toepassing van de regels inzake mobiliteit, overstapten naar de algemene gerechtelijke politie of een gedeconcentreerde gerechtelijke dienst van de federale politie. Voor het middenkader gaat het bijvoorbeeld om de hoofdinspecteurs eerste klas van de gemeentepolitie, de adjudanten en de adjudanten-chef van de vroegere rijkswacht en de inspecteurs 2D van de vroegere gerechtelijke politie, wat toegang verleende tot de bewakings- en opleidingsbrigades van de vroegere BOB. Om die te benoemen in de graad waarin ze werden aangesteld, sluit men de andere aangestelde personeelsleden in de hogere graad uit van deze benoeming. Dit is een fundamentele schending van het gelijkheidsbeginsel. Wij hebben destijds bij de bespreking in commissie de nodige amendementen ingediend om alle aangestelden in een graad te benoemen.
De minister heeft hierop gereageerd door te stellen dat een uitbreiding van de toepassing van het voorstel tot alle aangestelden zou betekenen dat men zich op het terrein waagt waarvoor andere overheden, met name de lokale besturen — de gemeentebesturen en lokale politiezones -, bevoegd zijn. Ook dat is niet correct. De aangestelden waarvan sprake in de amendementen, komen weliswaar uit de vroegere lokale recherche-eenheden van de gemeentepolitie, maar behoren nu wel tot de federale gerechtelijke pijler. Concreet zullen in de toekomst mensen samenwerken die voorheen aangesteld waren maar nu benoemd worden, terwijl anderen in hun situatie van aanstelling blijven zitten. Dat is nog altijd discriminatie.
Op een andere vraag in commissie antwoordde de minister dat de aangestelde hoofdcommissarissen ondertussen allemaal zonder uitzondering werden benoemd. Dat is een leugen, om het met een niet echt parlementaire term te zeggen. Ongeveer een 35-tal commissarissen aangesteld in de graad van hoofdcommissaris, werden nog niet benoemd in die graad, niettegenstaande zij ondertussen reeds twee jaar effectief benoemd hadden moeten zijn. Het KB op de primo-lightbenoemingen spreekt immers over drie jaar na hun aanstelling, wat dus eigenlijk op 1 april 2004 had moeten gebeuren. De minister zou dat nochtans moeten weten, want tegen het uitblijven van die benoemingen werd immers een rechtszaak voor ingebrekestelling aangespannen. De beweringen van de minister in commissie kunnen hun zaak alleen maar versterken.
Wij wachten dus ongeduldig af tot de minister die mensen effectief zal benoemen. Wij blijven uiteraard bij ons standpunt en klagen nogmaals de discriminaties aan. Ongetwijfeld zal hiertegen een nieuwe procedure bij het Arbitragehof worden opgestart. Op die manier blijft de minister de onzekerheid en het ongenoegen binnen de politiediensten voeden.
Wij zullen onze drie amendementen dan ook opnieuw indienen. Een heeft betrekking op de benoeming van de inspecteurs die aangesteld zijn tot hoofdinspecteur. Er is een amendement dat de benoeming regelt van hoofdinspecteurs die werden aangesteld tot commissaris. Ten slotte is er ook nog een amendement dat voorstelt om de commissarissen die werden aangesteld tot hoofdcommissaris, in die functie te benoemen. Wij knopen overigens een aantal voorwaarden vast aan die benoemingen, met name inzake vorming en opleiding. Wij willen dus niet zomaar gratuit overgaan tot die benoemingen.
Translated text
Mr. Minister, I am addressing you immediately. The government knows too well that only to avoid the examination of the present text by the State Council and to avoid the necessary negotiations with the trade unions, this document was submitted as a parliamentary initiative by Mr. De Padt, Mr. Peeters and Mr. Frédéric. I don’t think they wrote it themselves. We find this ⁇ regrettable.
The applicants refer in their explanations to the Vesalius law. They say that their proposal serves precisely to correct a number of problems within the judicial pillar. However, this is a mistake. The Vesalius Act was aimed at correcting a number of violations of the principle of equality thus recognized by the Arbitration Court. Their
However, the situation of the nominees has nothing to do with this judgment of the Constitutional Court. This was precisely the reasoning of the government when we and our group at the time, during the discussion of the Vesalius Act, submitted a number of amendments which also aimed at solving the problem of the appointed. This starting point of the proposers of the bill and the reasoning they subsequently maintain in the memorandum of explanation are, in fact, fundamentally wrong.
Of course, CD&V can support the principle of the proposal, since we also submitted the same or similar amendments to address the situation of the appointed. However, the problem is not whether the appointed employee has a history with the former BOB or with another entity, but rather the precarious situation of the career of the appointed self. In other words, the reason for a change in the employee’s statute is not because he formerly belonged to the BOB, but because he has no further career opportunities as an employee. Their
However, this applies not only to this category, but also to the other. After all, within the police services, other staff members were also appointed in a higher degree. For the basic framework, these include, for example, the members of the municipal police who were connected to the investigation services and who, provided that they succeed in training and in applying the rules on mobility, switched to the general judicial police or a decentralized judicial service of the federal police. For the middle frame, for example, the chief inspectors of first class of the municipal police, the adjudants and the adjudants-chief of the former national guard and the inspectors 2D of the former judicial police, which gave access to the surveillance and training brigades of the former BOB. In order to appoint those in the degree in which they were appointed, the other appointed staff members in the higher degree shall be excluded from this appointment. This is a fundamental violation of the principle of equality. At that time, we submitted the necessary amendments in the discussion in the committee to appoint all appointed in one degree.
The Minister responded to this by stating that extending the application of the proposal to all appointed would mean that one would take courage in the field for which other authorities, in particular the local governments — the municipal governments and local police zones — are competent. This is also not correct. The nominees mentioned in the amendments come from the former local search units of the municipal police, but now belong to the federal judicial pillar. Specifically, in the future, people who were previously appointed but are now appointed will cooperate, while others will remain in their position of appointment. This is still discrimination.
At another question in the committee, the Minister replied that the appointed Chief Commissioners were all appointed without exception. That is a lie, to say it with a not really parliamentary term. Approximately 35 Commissioners appointed in the rank of Chief Commissioner have not yet been appointed in that rank, despite having already been effectively appointed for two years. In fact, the KB on the primary light designations speaks of three years after their appointment, which, therefore, should have happened on 1 April 2004. However, the Minister should know that, because against the absence of those appointments, a trial for interruption was initiated. The statements of the minister in the committee can only strengthen their case.
So we wait impatiently for the Minister who will effectively appoint people. We, of course, remain with our position and complain once again of the discrimination. There is no doubt that a new procedure will be opened in the Court of Arbitration. In this way, the Minister continues to feed the uncertainty and dissatisfaction within the police services.
We will therefore submit our three amendments again. One concerns the appointment of the inspectors appointed as Chief Inspector. There is an amendment governing the appointment of chief inspectors who were appointed as Commissioners. Finally, there is also an amendment that proposes to appoint the Commissioners who were appointed as Chief Commissioners to that position. In addition, we set a number of conditions for these appointments, in particular with regard to training and training. Therefore, we do not want to simply go free of charge to these appointments.
#12
Official text
Monsieur Maene, vous êtes le rapporteur. J'aime bien une telle situation, quand le rapporteur intervient dans la discussion. Dans le temps — M. Tant pourra sans doute nous le confirmer —, le rapporteur était assis à côté du ministre, madame la vice-première ministre. Le rapporteur répondait parfois à des questions concernant le débat en commission, ce qui est normal.
Translated text
Mr Maene, you are the rapporteur. I like this situation, when the rapporteur intervenes in the discussion. In time – Mr. It will probably be confirmed by us — the rapporteur was sitting next to the minister, Mrs. Vice-Prime Minister. The rapporteur sometimes answered questions regarding the committee debate, which is normal.
#13
Official text
Monsieur le président, je m'étonne que les positions n'aient pas évolué car le débat a été tout à fait ouvert en commission.
Je rappelle qu'il s'agit d'une initiative parlementaire émanant de collègues. Contrairement à ce que j'ai pu entendre, il ne s'agit pas de créer des discriminations supplémentaires, mais d'en supprimer. Je ne comprends donc pas les réticences, ou du moins ce que j'entends. Il faut aller de l'avant et ce texte provient de nos collègues. Je ne comprends pas où l'on veut en venir: le texte va dans le bon sens et répond certainement aux préoccupations des uns et des autres.
Translated text
I am surprised that the positions have not evolved because the debate was quite open in the committee.
I would like to remind you that this is a parliamentary initiative from colleagues. Contrary to what I’ve heard, it’s not about creating additional discrimination, but eliminating it. I do not understand the rejection, or at least what I hear. We need to move forward and this text comes from our colleagues. I do not understand where we want to go: the text goes in the right direction and ⁇ answers the concerns of one and the other.
#14
Official text
Mijnheer Maene, het voorstel gaat in de goede richting, maar voor een zeer kleine categorie. Er zijn heel wat aangestelden en voor een deel van hen is er nu een oplossing, maar dat schept een nieuwe discriminatie: andere personeelsleden die ook zijn aangesteld en soms al sinds jaren, krijgen niet het voordeel naar een benoeming te kunnen uitkijken. Daarbij, doordat zij die benoeming nu niet kunnen krijgen, zijn zij ook gefnuikt inzake bevorderingskansen voor andere functies.
Translated text
Mr Maene, the proposal is going in the right direction, but for a very small category. There are many appointed and for some of them there is now a solution, but that creates a new discrimination: other staff members who have also been appointed, and sometimes for years, do not get the advantage of being able to look forward to a appointment. At the same time, because they can’t get that appointment now, they are also curious about promotion opportunities for other positions.