General information
Full name plenum van 2004-12-23 22:22:00+00:00 in Chamber of representatives
Type plenum
URL https://www.dekamer.be/doc/PCRI/html/51/ip112.html
Parliament Chamber of representatives
You are currently viewing the advanced reviewing page for this source file. You'll note that the layout of the website is less user-friendly than the rest of Demobel. This is on purpose, because it allows people to voluntarily review and correct the translations of the source files. Its goal is not to convey information, but to validate it. If that's not your goal, I'd recommend you to click on one of the propositions that you can find in the table below. But otherwise, feel free to roam around!
Propositions that were discussed
Code
Date
Adopted
Title
51K1370
29/10/2004
✔
Budget des voies et moyens pour l'année budgétaire 2005.
51K1351
27/09/2004
✔
Projet de loi modifiant les lois des 1er mars 1958 relative aux statuts des officiers de carrière des forces armées, 27 décembre 1961 relative au statut des sous-officiers du cadre actif des forces armées et 12 juillet 1973 relative au statut des volontaires du cadre actif des forces armées.
51K1320
30/08/2004
✔
Projet de loi modifiant l'article 82, alinéa 2, de la loi du 8 août 1997 sur les faillites.
51K1491
07/12/2004
✔
Projet de loi fixant le contingent de l'armée pour l'année 2005.
51K1247
25/06/2004
✔
Projet de loi insérant les articles 187bis, 187ter, 191bis, 191ter, 194bis et 194ter dans le Code judiciaire et modifiant les articles 259bis-9 et 259bis-10 du même Code.
Discussions
You are currently viewing the English version of Demobel. This means that you will only be able to review and correct the English translations next to the official text. If you want to review translations in another language, then choose your preferred language in the footer.
Discussions statuses
#0
#1
Official text
C'est merveilleux de voir comment les choses se font aisément tôt le matin!
Translated text
It’s wonderful to see how things get done easily early in the morning!
#2
Official text
Mijnheer de voorzitter, mevrouw de minister, heren ministers, collega's, wat vandaag ter tafel ligt, is een schitterend staaltje, een sublieme illustratie, een haast onovertrefbaar voorbeeld van de manier waarop tegenwoordig in dit land aan besluitvorming wordt gedaan. Een partij die ongeveer 10% van de Belgische kiezers vertegenwoordigt, de Parti Socialiste, kan vandaag nog maar eens triomferen, nog maar eens haar invloed en macht etaleren en dan nog wel in een dossier dat bijzonder gevoelig ligt, dat volop te maken heeft met de wijze waarop in dit land magistraten moeten worden benoemd. Iedereen weet dat bepaalde politici daarbij maar al te graag hun invloed nog verder zouden willen uitbreiden.
Slechts één partij heeft dit wetsontwerp, dat de objectieve vergelijking van de kandidaten ten zeerste zal bemoeilijken, daadwerkelijk verdedigd in de commissie en dat was de Parti Socialiste van Laurette Onkelinx. Alle andere partijen hebben zich hetzij verzet, hetzij zeer kritisch opgesteld - de MR bijvoorbeeld heeft zich zeer kritisch opgesteld in dit dossier, bij monde van onder meer de heren Courtois en Maingain -, hetzij zo hard mogelijk gezwegen in de commissie en dan heb ik het natuurlijk over de VLD en sp.a-spirit. Toch slaagt die Parti Socialiste erin op haar dooie eentje om deze nieuwe poort naar niet-objectieve benoemingen in de magistratuur te forceren. Men houdt het werkelijk niet voor mogelijk. Zelden kwam zo duidelijk tot uiting hoe superieur die Parti Socialiste is en hoe onderdanig en slaafs de andere partijen haar volgen.
Collega's, uit de hoorzittingen is in ieder geval gebleken dat er aan deze nieuwe poort voor de magistratuur voor advocaten met 15 tot 20 jaar ervaring geen behoefte bestaat. Er zijn genoeg kandidaten voor de bestaande vacatures. Noch de magistratuur, noch de Vlaamse advocaten zijn vragende partij.
Mijnheer de voorzitter, het is misschien nuttig om te weten of zij aan het fotograferen zijn.
Translated text
Mr. Speaker, Mrs. Minister, Mr. Ministers, Colleagues, what is on the table today is a magnificent stable, a sublime illustration, an almost unbeatable example of how decision-making is made in this country today. A party representing approximately 10% of the Belgian voters, the Socialist Party, can today once again triumph, once again exhibit its influence and power and then even in a dossier that is ⁇ sensitive, which has a lot to do with the way in which magistrates should be appointed in this country. Everyone knows that some politicians would like to expand their influence even further.
Only one party has actually defended this bill, which will greatly complicate the objective comparison of the candidates, in the committee and that was the Socialist Party of Laurette Onkelinx. All other parties have either opposed themselves, or put themselves very critically – the MR, for example, has put themselves very critically in this dossier, with the pleasure of, among other things, the gentlemen Courtois and Maingain – or silenced as loudly as possible in the committee and then, of course, I speak of the VLD and sp.a-spirit. Nevertheless, the Socialist Party succeeds in forcing this new gateway to non-objective appointments in the magistrate. They really do not think it is possible. Rarely was it so clearly expressed how superior that Socialist Party is and how submissive and slave the other parties follow it.
Colleagues, in any case, the hearings have shown that there is no need for this new gateway to the magistrates’ office for lawyers with 15 to 20 years of experience. There are enough candidates for the existing vacancies. Neither the magistrates nor the Flemish lawyers are the requesting party.
Mr. Speaker, it may be useful to know if they are photographing.
#3
Official text
Madame le ministre, je vous ai fait venir si tôt le matin...
Translated text
I asked you to come so early in the morning.
#4
Official text
Mogen zij hier fotograferen?
Translated text
Can they photograph here?
#5
Official text
Monsieur Mayeur, ceci ne me paraît rien à voir avec la commission des Affaires sociales.
Translated text
This has nothing to do with the Social Affairs Committee.
#6
Official text
(...).
Translated text
( ... )
#7
Official text
Expliquez-vous.
Translated text
Explain to you.
#8
Official text
C'est une manière d'investigation particulière? Laissez faire M. Laeremans. Plus vous êtes tranquille, mieux ça va.
Translated text
Is this a particular way of investigating? Let me do mr. by Laeremans. The more calm you are, the better it is.
#9
Official text
De magistratuur is geen vragende partij, noch de Vlaamse advocaten, noch de Vlaamse of de Franstalige gerechtelijke stagiairs die zich overigens terecht bedreigd voelen en waarvan onvermijdelijk een deel mensen op een zijspoor zal terechtkomen. Alleen de Franstalige advocaten — en zij alleen — staan achter dit ontwerp omdat zij van oordeel zijn dat er momenteel te weinig oudere advocaten een fin de carrière kunnen breien aan hun loopbaan. Bijgevolg willen zij alle drempels wegnemen, willen zij voorrechten bekomen, willen zij benoemd kunnen worden zonder een objectief vergelijkend examen. Ze krijgen natuurlijk ook hun zin. Met deze wet wordt royaal aan hun desiderata tegemoet gekomen. Het schriftelijk examen wordt afgeschaft. Een vriendelijke babbel met een voor de helft politiek samengestelde Hoge Raad moet volstaan. Het is werkelijk ontluisterend dat u na het arrest van het Arbitragehof zoiets nog durft voor te stellen, dat u de toegang tot de derde macht gewoon banaliseert. Daar komt het op neer.
De nieuwe magistraten zullen de rest van hun professionele leven moeten vullen met het schrijven van vonnissen en arresten maar het is blijkbaar teveel gevraagd dat zij eenmaal in hun leven het bewijs zouden leveren dat zij daartoe werkelijk in staat zouden zijn. Zelfs de suggestie van een aangepast examen, los van de examens van de andere advocaten, de advocaten die nog maar weinig balie-ervaring hebben, zelfs dat was onbespreekbaar. Elke schriftelijke proef was en is voor de Parti Socialiste gewoon uit den boze. De bekwaamheid van deze kandidaten moet integendeel automatisch verondersteld worden. Er mag gewoon niet aan getwijfeld worden. Net zoals er bij de snel-Belg-wet niet mag getwijfeld worden aan de integratiebereidheid van de aspirant-Belgen, net zo moet aanvaard worden dat al deze advocaten bekwaam zijn om onberispelijke vonnissen te schrijven. Al wie zou denken dat er tussen deze dames en heren mensen kunnen zitten die geen goede advocaten zijn en daarom kandidaat-magistraat zijn, die hun brood niet verdienen bijvoorbeeld in de advocatuur, die onbekwaam zijn of uitgeblust, al wie zoiets durft zeggen is te kwader trouw. Die verzuurt het debat.
Collega's, de gevolgen van deze wet kunnen nauwelijks onderschat worden want nog meer dan voordien zal de bevolking de benoemingsprocedure voor magistraten met argwaan bekijken. Wanneer de voordrachten niet meer gebeuren volgens betrouwbare, objectieve en dus goed vergelijkbare criteria, op grond waarvan gebeuren ze dan wel? De schijn van depolitisering die de voorbije jaren was opgebouwd wordt met deze nieuwe wet opnieuw onderuit gehaald.
De regeringspartijen bewijzen de magistratuur en het vertrouwen van de bevolking in de magistratuur dus een enorm slechte dienst. Meer dan ooit geeft u aan de in belangrijke mate politiek samengestelde Hoge Raad de kans om volgens ideologische criteria voor te dragen om te zorgen dat in alle rechtbanken en hoven het handhaven van de traditionele politieke evenwichten de belangrijkste leidraad zou vormen.
Op een recent colloquium over de werking van de Hoge Raad heeft professor emeritus Marcel Storme gepleit voor een veel grotere objectivering van de benoemingspolitiek en voor het veel transparanter maken van beslissingen, bijvoorbeeld van de publicatie van de gehanteerde criteria bij de vele voordrachten. Mevrouw de minister, in de plaats van meer transparantie wordt een grote stap teruggezet en krijgen wij nu minder transparantie. Wij krijgen nu een Hoge Raad die in een sfeer terechtkomt van willekeur, vriendjespolitiek en belangenbehartiging, allemaal zaken die de PS bijzonder goed uitkomen en die de PS bijzonder treffend kenmerken. De MR, de VLD en de sp.a-spirit weten zeer goed wat er op het spel staat, maar zij zijn te bang en te zwak om nee te zeggen. Zij zijn te laf om het hoofd te bieden aan de almacht van de PS.
Translated text
The magistrature is not the requesting party, nor the Flemish lawyers, nor the Flemish or French-speaking judicial trainees who otherwise feel justifiably threatened and of which inevitably a part of people will end up on a side track. Only the French-speaking lawyers — and they alone — support this design because they believe that there are currently too few elderly lawyers able to finish their careers. Consequently, they want to remove all thresholds, want privileges, want to be appointed without an objective comparative examination. Of course, they also get their sense. With this law, their desires are generously met. The written exam is abolished. A friendly buzz with a half-politically composed Supreme Council should suffice. It is really disheartening that after the arbitration court’s ruling you dare to imagine something like this, that you simply banalize access to the third power. That is where it comes down. Their
The new magistrates will have to spend the rest of their professional life writing judgments and judgments, but it has apparently been demanded too much for them to provide evidence once in their lifetime that they would really be able to do so. Even the suggestion of a customized exam, separate from the exams of the other lawyers, the lawyers who still have little battle experience, even that was indisputable. Every written trial was and is for the Socialist Party simply out of evil. On the contrary, the competence of these candidates must be automatically assumed. It simply cannot be doubted. Just as with the Fast-Belg Act, the integration readiness of the aspiring Belgians should not be questioned, it must be accepted that all these lawyers are competent to write unfathomable judgments. Anyone who would think that among these ladies and gentlemen can be people who are not good lawyers and therefore candidate-magistrates, who do not earn their bread, for example in the legal profession, who are incompetent or exhausted, all those who dare to say such a thing is bad faith. It fuels the debate.
Colleagues, the consequences of this law can hardly be underestimated because even more than before, the population will look at the appointment procedure for magistrates with suspicion. If the submissions are no longer made according to reliable, objective and therefore well-comparable criteria, on what basis do they take place? The appearance of depolitization that has been built up in recent years is once again undermined by this new law.
Thus, the government parties prove to the magistracy and the public’s trust in the magistracy a tremendously bad service. More than ever, you are giving the Supreme Council, which is largely politically composed, the opportunity to make proposals according to ideological criteria to ensure that in all courts and courts the main guideline would be the maintenance of traditional political balances.
In a recent colloquium on the functioning of the High Council, Professor Emeritus Marcel Storme advocated for a much greater objectivation of the appointment policy and for a much more transparent decision making, for example from the publication of the criteria used in the many proposals. Instead of more transparency, a big step back is taken and we now get less transparency. We now have a High Council that enters into an atmosphere of arbitrariness, friendship and interest advocacy, all matters that are ⁇ good for the PS and that characterize the PS ⁇ strikingly. The MR, the VLD and the sp.a-spirit know very well what is at stake, but they are too afraid and too weak to say no. They are too cowardly to cope with the omnipotence of the PS.
#10
Official text
Monsieur le président, ce rapport sera très bref puisque ce projet de loi a fait l'objet d'une unanimité en commission de Droit commercial. Je m'en réfère donc à mon rapport écrit.
Translated text
This report will be very brief since this bill has been unanimously approved in the Commercial Law Committee. I am referring to my written report.
#11
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik verwijs naar mijn schriftelijk verslag, dat iets langer is dan het vorige, tenzij natuurlijk collega's aandringen op een mondeling verslag. Ik heb het wel voorbereid.
Translated text
Mr. Speaker, I refer to my written report, which is slightly longer than the previous one, unless, of course, colleagues insist on an oral report. I have prepared it.
#12
Official text
Niemand blijkt daarop aan te dringen.
Ik had collega Goris als spreker ingeschreven...
Translated text
No one seems to insist on this.
I had colleague Goris registered as speaker...
#13
Official text
Ik denk niet dat de heer Goris het woord zal voeren, voorzitter.
Translated text
I do not think Mr. Goris will speak, Mr. Speaker.
#14
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, ik zal vandaag nog eens terugkomen op enkele elementen uit de beleidsnota's. Ik kon toen absoluut niet akkoord gaan met de manier van werken. De beleidsnota werd ons enkele uren voor de commissievergadering bezorgd. In die tijd konden wij onmogelijk een grondige analyse maken van de tekst. Dit was ook zo voor de beleidsnota Ontwikkelingssamenwerking. Collega Van den Eynde, u hebt dat toen zelf ook met mij beaamd. Voor Ontwikkelingssamenwerking was het zelfs zo dat vele collega's de nota pas voor de eerste keer zagen bij het binnenkomen van de vergadering. Vandaar, mijnheer de voorzitter, dat mijn fractie deze gang van zaken betreurt. Wij hebben begrip voor overmacht maar wij hopen tegelijk dat de ministers in de toekomst toch meer respect zullen opbrengen voor dit Parlement.
Sinds vorige week is er een nieuw politiek feit: de Europese Raad heeft een datum vooropgesteld voor de start van de toetredingsonderhandelingen met Turkije. CD&V heeft altijd gezegd dat het te vroeg is om een datum voor toetredingsonderhandelingen vast te leggen. Wij blijven bij dit standpunt. Nu die datum er is, wil ik toch nog duidelijk stellen dat daarmee een effectieve toetreding niet verworven is. Voor ons zijn hier duidelijke voorwaarden aan verbonden.
Ten eerste, de eerste fase van de onderhandelingen moet zich namelijk beperken tot de politieke criteria. Turkije moet zowel in theorie als in praktijk voldoen aan deze politieke criteria, met name op het gebied van de mensenrechten en de volledige fundamentele vrijheden. Pas in een tweede fase mag er worden overgegaan tot de gedetailleerde behandeling van de 31 hoofdstukken die normaal het voorwerp uitmaken van het onderhandelingsproces.
Ten tweede, het onderhandelingsproces moet een open proces zijn. Het resultaat kan niet op voorhand worden gewaarborgd. Het kan voor ons zowel in een bevoorrecht partnerschap als in een effectief lidmaatschap uitmonden.
Ten derde, de onderhandelingen dienen voorwaardelijk te zijn. Dit wil zeggen dat ze kunnen worden opgeschort in het geval van ernstige en aanhoudende inbreuken op de beginselen van de democratie, de rechtsstaat en het respect voor mensenrechten en fundamentele vrijheden.
Daarom dienen de vorderingen en de consolidatie van de politieke hervormingen in Turkije gedurende het hele onderhandelingsproces jaarlijks kritisch te worden geëvalueerd door de Europese Commissie.
Ten slotte, er moet ook over gewaakt worden dat tijdig de nodige institutionele hervormingen worden doorgevoerd. Die moeten de EU in staat stellen om Turkije op te nemen zonder zichzelf op onaanvaardbare wijze te verzwakken.
Als het ratificatieproces voor de Europese Grondwet vast komt te lopen, dan moeten de onderhandelingen onmiddellijk worden opgeschort.
Na de goedkeuring van de Europese Grondwet, waarvan wij allemaal weten dat die de uitbreiding van de tien vastlegt, is er voor ons nog een tweede institutionele hervorming nodig die niet alleen het institutionele gaat wijzigen, maar ook nog een duidelijk financieel kader geeft voor de periode na 2014.
Mijnheer de minister, u pleit voor goedwerkende en besluitvaardige Europese instellingen, voor een Unie die democratischer, doorzichtiger en efficiënter moet werken om na 2006 nieuwe toetredingen aan te kunnen. Iedereen in de Unie wenst dit, maar de werkelijkheid ligt enigszins anders. Op dit moment is het allesbehalve zeker dat de nieuwe Grondwet zal goedgekeurd worden in alle lidstaten. De vrees voor het overschrijden van de draagkracht van de Unie is een terechte bekommernis. De politiek-technische discussie over de toekomstige financiering van de Unie en de brede maatschappelijke discussie over de toetreding van Turkije tonen aan dat er zich grenzen aftekenen aan de inter-Europese solidariteit.
Daarbij komt dat de Europese publieke opinie zeer sceptisch staat tegenover het Europees verhaal.
De aanpak hiervan in eigen land is eveneens problematisch. Indien - ik onderstreep het woord - er zich een meerderheid aftekent voor het houden van een niet-bindende volksraadpleging over de Europese Grondwet is de vraag wanneer die zal gehouden worden. 9 mei 2005 is de datum die de regering vooropstelt voor de neerlegging van het ratificatie-instrument. Ik kan me moeilijk voorstellen dat de volksraadpleging zal plaatsvinden nadat het Parlement zich reeds heeft uitgesproken over de Grondwet. Het gevaar is zeer reëel dat het publieke debat over de Grondwet zal verglijden naar een debat over de toetreding van Turkije. Mocht de bevolking zich tegen de Grondwet uitspreken hebt u een groot politiek probleem, mijnheer de minister. CD&V zal alleszins campagne voeren voor de goedkeuring van de Europese Grondwet. Wij zullen de Europese gedachte blijven promoten omdat we geloven dat ze een toekomst heeft. We moeten evenwel kritisch blijven staan tegenover de recente evoluties binnen de Unie.
Door de verdere uitbreiding van de Unie kiest België voor de strategie om nauwe billaterale relaties aan te knopen met nieuwe lidstaten. Hoewel dit een goede zaak is, kan ik me niet van de indruk ontdoen dat de verdere uitbreiding van de Unie het belang van de billaterale contacten steeds doet toenemen in het nadeel van het communautair model. Het Europa à la carte, lidstaten die allianties vormen, een versterkte samenwerking op de meest diverse beleidsdomeinen kan ertoe leiden dat we het Europees project uit het oog verliezen. U moet niet versteld staan dat u de mensen niet meer uitgelegd krijgt wat Europa eigenlijk is en wat het hun opbrengt. CD&V hoopt dat België blijft trekken aan de kar van de verdieping van de Unie, het politiek project waarvoor we gekozen hebben, met name een besluitvaardig en democratisch Europa.
Zo kom ik, mijnheer de minister, op een tweede thema: CentraalAfrika. We hebben daar reeds uitgebreid van gedachten over gewisseld in de commissie en ik ben er zeker van dat we dat de komende weken en maanden nog zullen doen. Wij betreuren uiteraard de voorbije diplomatieke incidenten, maar ik denk dat de minister daar lessen uit getrokken heeft en dat hij ook niet blind is voor de Afrikaanse realiteit. Daarom juich ik de oproep toe die de minister eergisteren heeft gedaan aan alle in het conflict betrokken partijen. Ook Rwanda moet zich houden aan de vredesakkoorden en de territoriale integriteit van Congo respecteren. Wij hebben daarvoor gewaarschuwd: wil België een geloofwaardige rol blijven spelen, moeten we neutraal zijn en alle partners gelijkwaardig behandelen. We mogen onze ogen niet selectief sluiten. De hele internationale gemeenschap ziet welke menselijke drama's zich op dit ogenblik in Oost-Congo afspelen. Daarvoor is iemand verantwoordelijk. België kan dus niet lijdzaam blijven toezien. Onze engagementen moeten dan ook geloofwaardig zijn. Ik wil hier nu niet het debat heropenen over de conclusies van de Rwanda-commissie, maar het is duidelijk, mijnheer de minister, wat de rol van België kan, wil, moet zijn. We moeten goed afwegen wat we wel en wat we niet doen.
Dat brengt mij tot een ander punt met betrekking tot de geloofwaardigheid op het internationale toneel, namelijk Afghanistan en Irak. Met veel poeha werd dit jaar nog aangekondigd dat we onze militaire aanwezigheid in Afghanistan gingen verdubbelen. Dat gebeurde, maar na zes maanden werd reeds beslist dat we onze troepensterkte zouden verminderen, zodat er minder zijn dan er oorspronkelijk waren, net nu de veiligheidssituatie in het binnenland moet aangepakt worden! Het is niet omdat er verkiezingen geweest zijn, dat het nu peis en vree is. Wat is de reden? Geen budgettaire middelen.
Wat Irak betreft, vermoed ik dat het niet sturen van Belgische soldaten een principiële reden heeft. Dat blijft natuurlijk voor de nodige spanningen zorgen met de Verenigde Staten, hoe goed de persoonlijke relaties ook mogen zijn tussen u en de heer Powell. Nu, ik ben benieuwd of mevrouw Reeze de Belgische benadering even gunstig gezind zal zijn. Daarom, mijnheer de minister, had ik ook graag van u vernomen of u enige duidelijkheid kan geven of België een concreet engagement zal opnemen in het kader van de NAVOoperatie met betrekking tot Irak.
Een ander land dat de jongste weken voor enige beroering heeft gezorgd in Belgische en Vlaamse kringen is China. Onze kroonprins heeft niet alleen ons land op de kaart gezet, maar ook zichzelf. Er is al voldoende over geschreven. Ik kom er vandaag niet meer op terug.
Er bestaat vandaag nog wel heel wat onduidelijkheid over het standpunt in verband met de opheffing van het wapenembargo.
Mijnheer de minister, uit uw beleidsnota kan ik niet achterhalen wat het standpunt is van de Belgische regering. Ook de zinsnede in de conclusies van het Nederlandse EU-voorzitterschap roept vragen op. Ik citeer: "Hij" — het voorzitterschap — "onderstreepte dat een besluit van welke aard ook geen toename van de wapenuitvoer van EUlidstaten naar China tot gevolg mag hebben, in kwantitatief noch kwalitatief opzicht. De Europese Raad herinnerde in dit verband aan het belang van de criteria van de gedragscode betreffende wapenuitvoer en met name van de criteria op het gebied van de mensenrechten." Mijnheer de minister, ik had graag geweten wat het standpunt is van de Belgische regering aangaande het wapenembargo.
Een volgende heikel punt op het internationaal toneel is het MiddenOosten. De Belgische regering zet zich volledig achter het stappenplan. U hebt hiervoor de steun van mijn fractie, maar als de Europese Unie het internationaal recht als uitgangspunt neemt en de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof over de muur ondersteunt, vraag ik mij af of de houding van de EU zo consequent is met betrekking tot het toepassen van het associatieakkoord met Israël. In de praktijk betekent dit dat Israël geen strobreed in de weg wordt gelegd met betrekking tot de herkomstbenaming van producten uit de bezette gebieden en dat de EU de bezette gebieden daarmee de facto erkent als Israëlisch grondgebied. De clausules over de mensenrechten in het associatieakkoord staan daar niet voor niets. Willen wij onze internationale geloofwaardigheid behouden, dan moeten wij deze overeenkomsten naleven en alle middelen die ons door die internationale akkoorden worden geboden, aanwenden om de betrokken partijen tot handelen te bewegen.
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, er staat ook een zeer merkwaardige paragraaf in de beleidsnota over onze relaties met Cuba. Blijkbaar gaan we zware politieke druk uitoefenen — ik citeer — "om de evolutie van het bestaande regime te bevorderen."
U stelt dan ook dat de Europese gedragslijn blijkbaar een aantal beperkingen vertoont. Ik neem aan dat die paragraaf in uw beleidsnota gevoegd is op uitdrukkelijk verzoek van uw coalitiepartner. Toch had ik graag enige uitleg daarover gekregen bij deze verrassende beleidsprioriteit. Wat bedoelt u daarmee?
Mijnheer de minister, er wachten ons volgend jaar enkele belangrijke dossiers. Zo is er de belangrijke Review Conference over de VNmillenniumdoelstellingen. Wat valt mij op in dat debat? De doelstelling van de Review Conference is een evaluatie maken van de millenniumdoelstellingen. Wellicht zal dat nauwelijks het nieuws halen. De meeste aandacht zal gaan — ook nu reeds, als men er de kranten van de jongste weken op naleest — naar de institutionele hervormingen van de VN, zoals de hervorming van de VNveiligheidsraad. Ik begrijp dat het machtsspel tussen de groten, ook voor de pers, het meeste vuurwerk zal geven maar ik meen dat wij als klein land, en als waarschijnlijk toekomstig niet-permanent lid van de VN-veiligheidsraad, moeten proberen het accent te leggen op de millenniumdoelstellingen als leidraad voor het ontwikkelingsbeleid.
Zo kom ik bij de bevoegdheden van de minister van Ontwikkelingssamenwerking, de heer De Decker. Mijnheer de minister, wij hebben al uitgebreid met elkaar over de beleidsnota kunnen discussiëren in de commissie, maar nogmaals stel ik u de vraag of wij de 0,7% zullen halen en op welke manier? Tijdens de bespreking van de beleidsnota voor Ontwikkelingssamenwerking beloofde u een gedetailleerd overzicht van de verdeling van de 0,45% die wij besteden aan Ontwikkelingssamenwerking. Waarom heb ik dat gevraagd? Om meer duidelijkheid te krijgen over hoe het ontwikkelingsgeld besteed wordt en wie daarover in de praktijk beslist. Wij vrezen immers dat het groeipad om de 0,7% te halen in 2010 niet gerespecteerd zal worden. U spreekt over een geïntegreerd budget en over horizontale ontwikkelingssamenwerking, maar mijn indruk is dat de eigen middelen voor Ontwikkelingssamenwerking verminderen. Het kan bijvoorbeeld voor mijn fractie niet dat in dat percentage militaire initiatieven opgenomen zouden worden. Zoals u beloofd hebt in de commissie, mijnheer de minister, verwacht ik van u een gedetailleerd overzicht van wat in die 0,45% zit, een overzicht waarover wij in de commissie uitgebreid van gedachten kunnen wisselen.
Een laatste item is de buitenlandse handel.
De passages die daaraan werden gewijd in de beleidsnota van de minister van Buitenlandse Zaken, klinken toch wel heel anders dan de beleidsnota van de minister van Economie. Minister De Gucht legt de nadruk op de ondersteuning van de Gewesten in hun promotie van de eigen export. Ik heb dat nog eens mogen ondervinden naar aanleiding van mijn vraag over de Belgische kamers van koophandel in het buitenland. Bij minister Verwilghen klinkt het echter alsof België het enige is wat in de wereld moet worden verkocht. Als ik de passages van minister Verwilghen lees, vraag ik mij af waarom de hele heisa rond de uitspraken van prins Filip er is geweest. Ik vraag mij af of diens uitspraken, de beleidsnota en de woorden van de minister al dan niet in naam van de voltallige regering zijn.
Mijnheer de voorzitter, tot slot had ik nog graag enkele bedenkingen op een rij gezet.
We moeten ons eens grondig bezinnen over de rol die België in de wereld moet spelen. Welke rol willen wij spelen in de Europese Unie, die in een totaal nieuwe constellatie zal terechtkomen? Wat moet onze rol in Afrika zijn?
Er staan ons twee belangrijke taken te wachten, namelijk het voorzitterschap van de OVSE en heel waarschijnlijk ook het nietpermanent lidmaatschap van de VN-Veiligheidsraad. Welke prioriteiten stellen we daar?
Natuurlijk zijn er ook nog de middelen. Mijnheer de minister, u hebt zelf bij de bespreking van uw beleidsnota gezegd dat u middelen te kort hebt. Ik zou graag willen weten wat de Belgische regering daaraan zal doen. We zien vandaag dat de werkingsmiddelen voor onze ambassades niet worden opgetrokken, ondanks de nieuwe ambassades die u wil openen.
Ik kom tot mijn besluit.
Ik richt mij opnieuw tot de minister van Buitenlandse Zaken. Mijnheer de minister, u hebt wellicht gisteren ook het impressieonderzoek in De Standaard gelezen. Zowel kinderen als volwassenen kregen foto's te zien van twintig politici. Daaruit blijkt dat kinderen u de intelligentste politicus van het land vinden. Volwassenen daarentegen vinden u de minst betrouwbare politicus.
Mijnheer de minister, zoals u weet, een kinderhand is snel gevuld. Ik hoop niet dat dit iets zegt over uw intelligentie. Wat de volwassenen van u denken, moet u toch sieren als hoofd van de Belgische diplomatie. Iemand uit de diplomatieke kringen zei ooit: "Er zijn drie soorten wezens die, als men denkt dat ze komen, weggaan en als men denkt dat ze weggaan, komen: krabben, diplomaten en vrouwen." Welkom in de club, mijnheer de minister.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, colleagues, I will return today to some elements from the policy notes. At that time I could not agree with the way of working. The policy note was delivered to us a few hours before the committee meeting. At that time we were unable to make a thorough analysis of the text. This was also the case for the policy note on development cooperation. Colleague Van den Eynde, you did that with me too. For Development Cooperation it was even the case that many colleagues saw the note only for the first time when entering the meeting. Hence, Mr. Speaker, that my group regrets this course of affairs. We understand force majeure, but at the same time we hope that in the future the ministers will still respect this Parliament more.
Since last week there has been a new political fact: the European Council has predetermined a date for the start of accession negotiations with Turkey. CD&V has always said that it is too early to set a date for accession negotiations. We remain with this position. Now that this date has come, I would like to make it clear that it has not achieved an effective accession. For us, there are clear conditions for this. Their
First, the first phase of the negotiations must be limited to the political criteria. Turkey must meet these political criteria both in theory and in practice, in particular in the field of human rights and full fundamental freedoms. It is only in a second phase that a detailed examination of the 31 chapters that are normally the subject of the negotiation process can be undertaken. Their
Second, the negotiation process must be an open process. The result cannot be guaranteed in advance. It can result for us both in a privileged partnership and in an effective membership.
Third, negotiations must be conditional. This means that they can be suspended in case of serious and persistent violations of the principles of democracy, the rule of law and respect for human rights and fundamental freedoms. Their
Therefore, the progress and consolidation of political reforms in Turkey should be critically evaluated annually by the European Commission throughout the negotiation process. Their
Finally, it is also necessary to ensure that the necessary institutional reforms are carried out in a timely manner. They should enable the EU to incorporate Turkey without weakening itself in an unacceptable way. Their
If the ratification process for the European Constitution is stuck, the negotiations should be suspended immediately. Their
After the adoption of the European Constitution, of which we all know that it stipulates the extension of the ten, we need a second institutional reform that will not only change the institutional, but also provide a clear financial framework for the period after 2014. Their
Mr. Minister, you are calling for well-functioning and determined European institutions, for a Union that needs to work more democratically, more transparently and more efficiently in order to accommodate new accessions after 2006. Everyone in the Union wants this, but the reality is slightly different. Currently, it is uncertain that the new Constitution will be adopted in all Member States. The fear of exceeding the Union’s capacity is a legitimate concern. The political-technical discussion on the future financing of the Union and the broad public debate on Turkey’s accession demonstrate that there are limits to inter-European solidarity.
In addition, the European public opinion is very skeptical of the European story.
The approach to this in the home country is also problematic. If – I emphasize the word – there is a majority in favour of holding a non-binding public consultation on the European Constitution, the question is when it will be held. May 9, 2005 is the date set by the Government for the deposit of the instrument of ratification. I can hardly imagine that the public consultation will take place after the Parliament has already taken a decision on the Constitution. The danger is very real that the public debate on the Constitution will coincide with a debate on Turkey’s accession. If the people vote against the Constitution, you have a major political problem, Mr. Minister. CD&V will undertake a campaign for the adoption of the European Constitution. We will continue to promote the European idea because we believe it has a future. However, we must remain critical of recent developments within the Union.
With the further enlargement of the Union, Belgium chooses the strategy to establish close bilateral relations with new Member States. Although this is a good thing, I cannot get rid of the impression that the further enlargement of the Union increases the importance of bilateral contacts at the detriment of the Community model. The Europe à la carte, Member States forming alliances, enhanced cooperation in the most diverse policy areas can cause us to lose sight of the European project. You should not be surprised that you no longer get people explained what Europe really is and what it brings to them. CD&V hopes that Belgium will continue to pull the car from the bottom of the Union, the political project for which we have chosen, in particular a determined and democratic Europe.
So I come, Mr. Minister, to a second theme: Central Africa. We have already exchanged views on this in the committee and I am sure we will do so in the coming weeks and months. We regret, of course, the past diplomatic incidents, but I think the minister has taken lessons from them and that he is not blind to the African reality. Therefore, I welcome the appeal made yesterday by the Minister to all parties involved in the conflict. Rwanda must also abide by the peace agreements and respect the territorial integrity of Congo. We have warned: if Belgium wants to continue to play a credible role, we must be neutral and treat all partners equally. We should not close our eyes selectively. The entire international community sees what human dramas are taking place in East Congo right now. Someone is responsible for that. Therefore, Belgium cannot remain patient. Our commitments must be credible. I do not want to resume the debate here now about the conclusions of the Rwanda Commission, but it is clear, Mr. Minister, what the role of Belgium can, wants, should be. We need to balance what we do and what we do not do.
That brings me to another point regarding credibility on the international stage, namely Afghanistan and Iraq. With a lot of poeha this year, we announced that we would double our military presence in Afghanistan. That happened, but after six months it was already decided that we would reduce our troop strength so that there are fewer than there were originally, just now that the security situation in the country needs to be addressed! It is not because there have been elections, that it is now peas and free. What is the reason? No budgetary resources.
As for Iraq, I suspect that not sending Belgian soldiers has a principled reason. That, of course, continues to create the necessary tensions with the United States, no matter how good the personal relations between you and Mr. Powell may be. Now, I am curious whether Mrs. Reeze will be equally favorable to the Belgian approach. Therefore, Mr. Minister, I would also like to hear from you whether you can give some clarity as to whether Belgium will take a concrete commitment within the framework of the NATO operation in relation to Iraq.
Another country that has caused some turmoil in Belgian and Flemish circles in recent weeks is China. Our Crown Prince has not only put our country on the map, but also himself. There has already been enough written about it. I will not return to it today.
There is still a lot of uncertainty about the position regarding the lifting of the arms embargo.
Mr. Minister, from your policy note I cannot find out what the position of the Belgian government is. The conclusions of the Dutch EU Presidency also raise questions. I quote: "He" — the Presidency — "underlined that any decision of any kind must not result in an increase in arms exports from EU Member States to China, in quantitative or qualitative terms. In this context, the European Council recalled the importance of the criteria of the Code of Conduct on Arms Exports and in particular of the criteria in the field of human rights."
Another delicate point on the international stage is the Middle East. The Belgian government fully supports the roadmap. You have the support of my group, but if the European Union takes international law as its starting point and supports the International Court of Justice’s ruling over the wall, I wonder if the EU’s attitude is so consistent with regard to the application of the Association Agreement with Israel. In practice, this means that Israel is not blocked in terms of the designation of origin of products from the occupied territories and that the EU thus de facto recognizes the occupied territories as Israeli territory. The clauses on human rights in the Association Agreement are not for nothing. If we want to maintain our international credibility, we must comply with these agreements and use all the means offered to us by those international agreements to encourage the parties concerned to take action.
Mr. Speaker, Mr. Minister, there is also a very strange paragraph in the policy note on our relations with Cuba. Apparently, we are going to exert heavy political pressure — I quote — “to promote the evolution of the existing regime.”
Therefore, you argue that the European line of conduct appears to have a number of limitations. I assume that that paragraph was attached to your policy note at the express request of your coalition partner. Nevertheless, I would have liked to have some explanation on this surprising policy priority. What do you mean with this?
There are some important documents ahead of us next year. For example, there is the important Review Conference on the UN Millennium Goals. What is meant in this debate? The aim of the Review Conference is to evaluate the Millennium Goals. This will hardly bring the news. Most attention will be paid — even now, if you look at the newspapers of recent weeks — to the institutional reforms of the UN, such as the reform of the UN Security Council. I understand that the power game between the great, including for the press, will give the most fireworks but I think that as a small country, and as a likely future non-permanent member of the UN Security Council, we should try to emphasize the Millennium Goals as guidelines for development policy.
This is the responsibility of the Minister of Development Cooperation, Mr De Decker. Mr. Minister, we have already been able to discuss the policy note in the committee extensively with each other, but again I ask you whether we will get the 0.7% and in what way? During the discussion of the policy note for Development Cooperation, you promised a detailed overview of the distribution of the 0.45% we spend on Development Cooperation. Why did I ask for it? To get more clarity on how the development money is spent and who decides in practice. We fear that the growth path to reach 0.7% in 2010 will not be respected. You are talking about an integrated budget and about horizontal development cooperation, but my impression is that the own resources for development cooperation are reducing. For example, it is not possible for my group to include military initiatives in that percentage. As you promised in the committee, Mr. Minister, I expect from you a detailed overview of what is in that 0.45%, a overview on which we can exchange opinions in the committee.
The last point is foreign trade.
However, the passages dedicated to this in the policy note of the Minister of Foreign Affairs sound very different from the policy note of the Minister of Economy. Minister De Gucht emphasizes the support of the regions in their promotion of their own exports. I have been able to experience this again following my question about the Belgian Chambers of Commerce abroad. At Minister Verwilghen, however, it sounds like Belgium is the only thing to be sold in the world. When I read the passages of Minister Verwilghen, I wonder why the whole heisa around the statements of Prince Philip has been there. I wonder whether his statements, the policy note and the words of the minister are or are not in the name of the whole government.
Finally, I would like to raise a few concerns.
We need to think thoroughly about the role Belgium should play in the world. What role do we want to play in the European Union, which will end up in a completely new constellation? What is our role in Africa?
There are two important tasks ahead of us, namely the presidency of the OSCE and most likely also the non-permanent membership of the UN Security Council. What priorities are we putting there?
Of course, there are also the resources. Mr. Minister, you have said in the discussion of your policy note that you have too few resources. I would like to know what the Belgian government will do about this. We see today that the operating resources for our embassies are not raised, despite the new embassies you wish to open.
I come to my decision.
I would like to return to the Minister of Foreign Affairs. Mr. Minister, you may have also read the impression survey in The Standard yesterday. Both children and adults were given pictures of 20 politicians. It shows that children find you the most intelligent politician in the country. Adults, on the other hand, find you the least reliable politician.
Mr. Minister, as you know, a child’s hand is quickly filled. I hope this doesn’t say anything about your intelligence. Whatever the adults think of you, you should still be adorned as the head of the Belgian diplomacy. Someone from the diplomatic circles once said, “There are three kinds of beings who, when one thinks they’re coming, go away, and when one thinks they’re going away, come: crabs, diplomats, and women.”
#15
Official text
Mevrouw Muylle, men zegt ook dat de waarheid uit een kindermond komt.
Translated text
Mrs. Muylle, it is also said that the truth comes from a child’s mouth.
#16
Official text
Ach.
Translated text
and ah.
#17
Official text
Mijnheer Van den Eynde, hou een beetje reserve voor als u op het spreekgestoelte komt.
Translated text
Mr. Van den Eynde, keep a little reserve when you come to the speech desk.
#18
Official text
Monsieur le président, messieurs les ministres, chers collègues, mon intervention sera brève et centrée sur trois questions: les Etats-Unis, la Constitution européenne et la problématique de l'élargissement.
Tout d'abord, monsieur le ministre, je souhaite vous adresser de la part de mon groupe un certain nombre de bons points sur la déclaration de politique générale relative aux Etats-Unis d'Amérique et à la Constitution européenne.
En effet, je me vois encore, voici un an et demi, tentant de rassurer des citoyens belges, en leur expliquant que la Belgique ne déclarerait pas la guerre aux Etats-Unis. Il est vrai que, à en croire certains discours ou certaines menaces, on pouvait avoir l'impression que nous allions bientôt mobiliser notre chasse aérienne, notre artillerie la plus affûtée pour empêcher le survol du territoire belge par les avions américains.
Fort heureusement, cette période paraît révolue. Pour ma part et au nom du groupe MR, nous nous en réjouissons car il est difficile de continuer à soutenir ou à laisser sous-entendre qu'une politique d'animosité à l'égard des Etats-Unis d'Amérique est une politique tout court.
Il faut se souvenir que les Etats-Unis sont des alliés parfois encombrants. Il faut parfois pouvoir leur tenir tête. Il ne faut pas, parce que nous sommes des alliés, accepter tout. Mais nous ne pouvons pas, parce qu'ils représentent une force nécessaire à la défense du monde occidental et de valeurs auxquelles nous croyons et non simplement par sentimentalisme au nom de l'histoire, nous permettre d'entretenir des rapports conflictuels permanents à propos de tout et de n'importe quoi avec les Etats-Unis d'Amérique.
Dans ces conditions, j'apprécie pour ma part le document qui a été déposé et qui témoigne, à l'évidence, d'une volonté d'arrondir les angles, de discuter sans pour autant être les valets des Américains dont on sait qu'ils peuvent être extraordinairement maladroits. Etre leurs alliés, ce n'est évidemment pas les suivre nécessairement dans un certain nombre de folies.
Le deuxième point que je souhaite aborder est la Constitution européenne. J'ai entendu avec une certaine déception des parlementaires en commission énoncer des critiques qui me paraissent totalement injustifiées à propos de la Constitution européenne. J'ai le sentiment que c'est être un parfait ignare en histoire, en sciences politiques et en sociologie que de ne pas vouloir mesurer l'effort extraordinaire qui a été accompli par un certain nombre de pays pour construire un espace de liberté, de justice, de paix et de sécurité au coeur du continent européen.
Qui aurait pu imaginer, dans les années 1970 — lorsque Giscard d'Estaing et Schmidt dialoguaient en fumant la pipe ou le cigare sur une monnaie unique, l'écu, le serpent monétaire et bien d'autres choses — qu'un jour l'euro existerait?
Qui aurait pu imaginer, encore il y a quinze ans, que l'Europe serait dotée d'une charte des droits fondamentaux?
Qui aurait pu imaginer, voici dix ans, qu'on disposerait d'une Constitution européenne qui, indiscutablement, fait de ce bloc de 25 pays — il suffit de lire les rapports d'Amnesty international — une véritable enclave des libertés les mieux protégées sur la planète?
Un effort extraordinaire a été accompli. Cela mérite d'ailleurs que nous en débattions largement et que l'information soit diffusée largement dans notre pays. C'est la raison pour laquelle, vous le savez, monsieur le ministre, le groupe MR notamment est favorable à une consultation populaire. Cette citoyenneté européenne, cette appartenance à une Europe que l'on souhaite de plus en plus intégrée constitue un progrès pour les humains, un progrès pour les Européens. Il est important que tous ceux qui estiment avoir des responsabilités, qui se considèrent comme des citoyens européens — le gouvernement, le parlement - participent à cette information en vue de rendre nos concitoyens plus conscients des enjeux.
Je terminerai essentiellement par une interrogation. Elle porte sur l'élargissement. Je ne veux pas lancer un débat qui n'a peut-être pas encore sa raison d'être aujourd'hui mais je vous avoue que je me permettrai de vous questionner en commission des Affaires étrangères. Néanmoins, je voudrais amorcer ce débat en partant d'un constat.
On commence à beaucoup discuter du problème de la Turquie et de son adhésion possible, dans quinze ans peut-être. Je suis le premier à dire qu'il est normal, ne fût-ce que pour des raisons de géographie et d'histoire, de s'intéresser d'abord à des pays proches comme la Roumanie ou la Bulgarie. Ce qui me surprend, c'est qu'on fait l'impasse dans nos débats et en toutes circonstances sur la situation réelle de ces pays que je connais assez bien.
J'ai beaucoup d'estime et parfois de compassion pour les citoyens roumains et bulgares qui ont connu de terribles épreuves à travers l'histoire. Toutefois, leur situation économique est aujourd'hui incomparablement plus grave que ne l'était celle du Portugal, par exemple, lorsqu'il a adhéré à l'Union européenne. Leur histoire politique a tout fait sauf les préparer à la démocratie culturelle, et cela se voit dans l'enseignement.
Je prendrai deux exemples. Savez-vous, mes chers collègues, qu'au moment où nous parlons, pour apprendre à lire aux élèves roumains à l'école primaire, on utilise des manuels écrits à l'époque de Ceaucescu dans lesquels on affirme que tous les Allemands sont des fascistes? Cela tient au fait que le pays est très pauvre, d'une pauvreté extraordinaire. Voilà l'instruction qui est donnée aujourd'hui aux enfants à l'école primaire en Roumanie.
Prenons un autre problème beaucoup plus important encore: celui de l'enseignement universitaire et, par exemple, de la responsabilité roumaine dans la Shoah. Après tout, et c'est un aspect de la question souvent escamoté, on oublie souvent que ce pays a participé avec l'Allemagne hitlérienne à un certain nombre de ravages à plusieurs endroits en Europe.
M. Iliescu vient de reconnaître officiellement la responsabilité de la Roumanie dans la Shoah. Je suppose que c'est parce que son pays frappe à la porte de l'Union européenne, mais cela mérite d'être souligné car il s'agit d'un effort considérable. Pour la première fois, voici quelques semaines, on vient enfin dans une université roumaine d'oser en parler aux jeunes adultes, aux étudiants, qui sont les adultes et les citoyens roumains de demain. Donc, je ne m'étendrai pas davantage sur la question.
Je dis que la proximité géographique, l'histoire et plusieurs autres raisons, nous amènent à discuter avec ces pays. Mais a-t-on bien mesuré la réalité économique et socio-culturelle de ces pays qui, géographiquement, nous sont proches; qui, historiquement, le sont moins; qui, culturellement, le sont moins qu'on ne l'imagine en raison du rôle que l'église orthodoxe y a joué?
Je rappelle que l'église orthodoxe était dévouée corps et âme à Ceaucescu. A cet égard, je pourrais vous mettre sous les yeux un certain nombre de textes absolument renversants qui montrent combien elle était noyautée par l'ensemble du système.
En bref, monsieur le ministre, autant il est important de promouvoir l'élargissement de l'Europe, sans tomber dans un libre-marché, dans la libre-concurrence, et en n'escamotant pas l'objectif principal qui est d'arriver à une Europe intégrée, autant les efforts déployés dans cette direction sont méritoires et doivent se poursuivre, autant il est nécessaire que nous en discutions. En effet, je ne suis pas sûr que notre opinion - et même le monde politique belge et européen - ait totalement mesuré les conséquences de ces choix-là.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Ministers, dear colleagues, my speech will be brief and focused on three issues: the United States, the European Constitution and the problem of enlargement.
First, Mr. Minister, I would like to address to you from my group a number of good points on the General Policy Declaration concerning the United States of America and the European Constitution.
Indeed, I still see myself, here a year and a half ago, trying to reassure Belgian citizens, explaining to them that Belgium would not declare war on the United States. It is true that, by believing certain discourses or certain threats, one could have the impression that we would soon mobilize our air-hunting, our most sharp artillery to prevent the American aircraft from flying over Belgian territory.
Fortunately, this period seems to be over. For my part and on behalf of the MR Group, we welcome this because it is difficult to continue to support or imply that a policy of hostility towards the United States of America is a short policy.
It should be remembered that the United States is sometimes an overwhelming ally. Sometimes you have to be able to hold them. We must not, because we are allies, accept everything. But we cannot, because they represent a force necessary to defend the Western world and the values we believe in, and not simply by sentimentalism in the name of history, allow us to maintain permanent conflicting relationships about everything and anything with the United States of America.
In these circumstances, I appreciate for my part the document that has been deposited and which, evidently, testifies to a willingness to round the angles, to discuss without yet being the valets of the Americans whom it is known that they may be extraordinary misguided. Being their allies, of course, does not necessarily follow them in a number of folly.
The second point I would like to address is the European Constitution. I have heard with some disappointment the parliamentarians in committees make criticisms that I find totally unjustified about the European Constitution. I feel like being a perfect ignorant in history, political science and sociology is like not wanting to measure the extraordinary effort that has been made by a number of countries to build a space of freedom, justice, peace and security in the heart of the European continent.
Who could have imagined, in the 1970s—when Giscard d’Estaing and Schmidt dialogued by smoking the pipe or the cigar on a single currency, the equus, the money serpent and many other things—that one day the euro would exist?
Who could have imagined, even fifteen years ago, that Europe would have a Charter of Fundamental Rights?
Who could have imagined, ten years ago, that we would have a European Constitution that, undoubtedly, makes this bloc of 25 countries – just read Amnesty International reports – a real enclave of the best protected freedoms on the planet?
An extraordinary effort has been made. This deserves to be widely discussed and the information to be widely disseminated in our country. That is why, you know, Mr. Minister, the MR group in particular is in favor of a popular consultation. This European citizenship, this belonging to a Europe which is wanted to be increasingly integrated, constitutes a progress for human beings, a progress for Europeans. It is important that all those who feel they have responsibilities, who consider themselves as European citizens – the government, the parliament – participate in this information in order to make our fellow citizens more aware of the challenges.
I will conclude with a question. It is about enlargement. I do not want to launch a debate that may not yet have its reason to be today, but I confess that I will allow myself to question you in the Foreign Affairs Committee. Nevertheless, I would like to start this debate by starting out from one observation.
We are beginning to talk a lot about the issue of Turkey and its possible accession, maybe in fifteen years. I am the first to say that it is normal, even for geographical and historical reasons, to first be interested in nearby countries such as Romania or Bulgaria. What surprises me is that there is an impasse in our debates and in all circumstances about the actual situation of those countries that I know quite well.
I have great appreciation and sometimes compassion for the Romanian and Bulgarian citizens who have experienced terrible trials throughout history. However, their economic situation is now incomparably worse than that of Portugal, for example, when it joined the European Union. Their political history has done everything except preparing them for cultural democracy, and this is seen in teaching.
I will take two examples. Do you know, my dear colleagues, that in the moment we speak, to learn to read Romanian pupils in primary school, we use textbooks written at Ceaucescu's time in which it is stated that all Germans are fascists? This is because the country is very poor, of extraordinary poverty. This is the instruction that is given today to children in primary school in Romania.
Let us take another much more important issue: that of university education and, for example, of Romanian responsibility in the Shoah. After all, and this is an aspect of the question often flattered, it is often forgotten that this country participated with Hitler’s Germany in a number of ravages in several places in Europe.
by Mr. Iliescu has officially acknowledged Romania’s responsibility for the Shoah. I suppose it’s because his country is knocking at the door of the European Union, but it’s worth emphasizing as it’s a considerable effort. For the first time, a few weeks ago, we finally come to a Romanian university to dare to talk about it to young adults, students, who are the adults and Romanian citizens of tomorrow. Therefore, I will not extend further on the issue.
I say that geographical proximity, history and many other reasons lead us to discuss with these countries. But have we well measured the economic and socio-cultural reality of those countries that are geographically close to us; which, historically, are less; which, culturally, are less than we can imagine because of the role that the Orthodox Church has played there?
I recall that the Orthodox Church was devoted body and soul to Ceaucescu. In this regard, I could put in front of you a number of absolutely reversing texts that show how much it was undermined by the whole system.
In short, Mr. Minister, as it is important to promote the enlargement of Europe, without falling into a free market, in the free competition, and by not escamoting the main objective that is to reach an integrated Europe, as the efforts deployed in this direction are meritorious and must continue, as it is necessary that we discuss it. Indeed, I am not sure that our opinion – and even the Belgian and European political world – has fully measured the consequences of these choices.
#19
Official text
Mijnheer de voorzitter, tegen mijn gewoonte in wil ik in repliek op wat de heer Hasquin hier daarnet allemaal verteld heeft, voor één keer in het Frans een paar zinnen vanop het spreekgestoelte uitspreken.
Translated text
Mr. Speaker, contrary to my habit, in response to what Mr. Hasquin has just said here, I would like to pronounce a few phrases in French for one time on the floor.
#20
Official text
Monsieur Hasquin, vous vous êtes offusqué du fait que l'on apprenne encore toujours, aujourd'hui, aux jeunes Roumains que tous les Allemands sont des fascistes. Je ne vous donne pas tort, mais selon "Le Soir" et "La Libre Belgique", journaux bénéficiant d'une très bonne renommée en Belgique francophone, on apprend encore toujours aux jeunes wallons que tous les membres de mon parti, le Vlaams Belang, sont des fascistes. Ce n'est pas pour cette raison que je vais dire qu'il faut envoyer les Wallons dans je ne sais quelle partie du monde et qu'il faut les sortir de l'Union européenne.
Translated text
Mr. Hasquin, you have been upset by the fact that young Romanians are still taught today that all Germans are fascists. I am not mistaken, but according to "Le Soir" and "La Libre Belgique", newspapers enjoying a very good reputation in French-speaking Belgium, young Wallonians are still taught that all members of my party, the Vlaams Belang, are fascists. It is not for this reason that I will say that we must send the Wallons to I don’t know which part of the world and that we must get them out of the European Union.
#21
Official text
Dat gezegd zijnde en terugkerend naar mijn geliefde moedertaal, wil ik meedelen dat het belangrijkste hedendaags probleem van de Belgische buitenlandse politiek, de aansluiting van Turkije bij de EU dat is immers ongeveer het enige wat op dit ogenblik de publieke opinie beroert - straks zal worden behandeld door mijn excellente collega Guido Tastenhoye. Ik wil echter twee punten aanhouden - en ik heb dat daarnet met hem afgesproken -, omdat het argumenten zijn die ik de voorbije weken meer dan eens in dit huis naar voren heb horen brengen. Ten eerste, indien Europa Turkije, een zeer groot islamitisch land, insluit, dan zullen wij eindelijk aantonen dat Europa geen christelijk continent is, alsof wij op de islam hebben moeten wachten om eindelijk seculier te worden. Wij zijn dat al een paar eeuwen, maar de mensen die dat hier verkondigden, zijn zich daarvan blijkbaar nog niet bewust. Er zijn twee verschillende bronnen in die argumentatie. De eerste bron zijn een paar islamitische collega's. Mijnheer de minister van Buitenlandse Zaken, het zal u misschien verbazen maar hun neem ik dat niet kwalijk. Iedereen verdedigt nu eenmaal zijn godsdienst, zijn opinie, zijn club, zijn sociëteit zoals u het noemt, zijn loge of zijn zaak.
Translated text
Having said that and returning to my beloved mother tongue, I would like to communicate that the main contemporary problem of Belgian foreign policy, Turkey’s accession to the EU, which is almost the only thing that touches the public opinion at this time, will soon be addressed by my excellent colleague Guido Tastenhoye. However, I would like to hold on to two points – and I have just agreed with him – because these are arguments I have heard in this house more than once in the last few weeks. First, if Europe includes Turkey, a very large Islamic country, then we will finally demonstrate that Europe is not a Christian continent, as if we had to wait for Islam to finally become secular. We have been there for a few centuries, but the people who proclaimed it here are apparently not aware of it yet. There are two different sources in that argument. The first source is a few Islamic colleagues. Mr. Minister of Foreign Affairs, you may be surprised, but I do not blame them. Everyone defends his religion, his opinion, his club, his society as you call it, his lodge or his business.
#22
Official text
Anderen verdedigden het in naam van de vrijzinnigheid. Dat shockeerde mij wel, niet omdat ze vrijzinnig zijn. Ik zal u bekennen dat ikzelf meer dan tevreden ben dat ons continent al enkele eeuwen seculier is en ik zou dat niet anders willen. Als ik echter naar deze mensen luister zijn zij de mening toegedaan dat wij de christelijke bronnen, die een belangrijk deel zijn van onze geschiedenis, overboord moeten gooien of dat wij ze minstens moeten vergeten en er nooit meer over spreken. Mijnheer de minister van Buitenlandse Zaken, wat zou de Europese cultuur echter zijn zonder onze gotische kathedralen, zonder onze barokke kerken, zonder onze orthodoxe iconen, zonder de schilderijen van Michelangelo, da Vinci, of de Vlaamse Primitieven? Ook dat is Europa.
Translated text
Others defended it in the name of freedom of mind. That shocked me, not because they are free-minded. I will confess to you that I myself am more than satisfied that our continent has been secular for several centuries, and I would not want that otherwise. But when I listen to these people, they are of the opinion that we should throw over the Christian sources, which are an important part of our history, or that we should at least forget them and never talk about them again. But what would the European culture be without our Gothic cathedrals, without our Baroque churches, without our Orthodox icons, without the paintings of Michelangelo, da Vinci, or the Flemish Primitives? This is also Europe.
#23
Official text
Mijnheer de minister, u bent, net zoals ik, verkozen in OostVlaanderen en het Lam Gods kan ik mij niet inbeelden zonder het christendom. Zonder de muziek van Bach of van Orlandus Lassus, zonder de teksten van Thomas van Aquino of van de grote dame Theresa van Avila. Om in Vlaanderen te eindigen, zonder onze mystici, denk ik in het bijzonder aan zuster Hadewich en Ruusbroec, door de Fransen le divin Ruusbroec genoemd. Dit is ook een belangrijk deel van onze Europese beschaving en onze Europese cultuur. Ook al ben ik voorstander van een seculier Europa, vanavond wil ik op deze tribune een lans breken voor dit deel van onze cultuur.
Translated text
Mr. Minister, you are, like me, elected in Eastern Flanders and the Lamb of God I cannot imagine without Christianity. Without the music of Bach or of Orlandus Lassus, without the lyrics of Thomas of Aquino or of the great lady Theresa of Avila. To end in Flanders, without our mystics, I think in particular of Sister Hadewich and Ruusbroec, called by the French le divin Ruusbroec. This is also an important part of our European civilization and our European culture. Even though I am in favour of a secular Europe, tonight on this tribune I want to break a lance for this part of our culture.
#24
Official text
Ik wil dat blijven doen want indien ik dit niet zou doen, zou ik Europa verloochenen. Ik weet dat er heel wat andere bronnen zijn die u mij kunt citeren en ik zal het met u eens zijn. Laat ons die bron niet verloochenen. Een tweede argument dat mij in verband met de aansluiting van Turkije bij Europa steeds meer wordt voorgeschoteld, is het feit dat het linkse kamp zich sinds Vietnam, Cambodja en Laos tot in het absurde steeds anti-Amerikaans heeft opgesteld. Iemand had het daarjuist over Cuba. Wij geven op dit ogenblik geld van onze ontwikkelingssamenwerking geld aan propagandaorganismen voor Cuba. Het gaat om organisaties die de doodstraf daar verdedigen. Dat precies die linkse organisaties, die steeds anti-Amerikaans zijn geweest, in deze zaak in geef acht springen met de vingers op de naad van de broek en zeggend tegen Bush: ay, ay sir, wij gaan Turkije Europa binnenbrengen. Dat, collega's van links, is uw verantwoordelijkheid. Verantwoord dat maar tegenover uw links geweten.
Translated text
I want to continue to do that because if I didn’t, I would deny Europe. I know that there are many other sources you can quote me and I will agree with you. Let us not deny this source. A second argument that is increasingly presented to me in connection with Turkey’s accession to Europe is the fact that the left-wing camp has become anti-American from Vietnam, Cambodia and Laos to the absurd. Somebody was talking about Cuba. We are currently giving money from our development cooperation money to propaganda organizations for Cuba. These are organizations that defend the death penalty. That it is precisely those leftist organizations, which have always been anti-American, that in this case jump into the field with their fingers on the seam of the pants and say to Bush: ay, ay sir, we are going to bring Turkey into Europe. That, colleagues of the left, is your responsibility. Responsible to your left consciousness.
#25
Official text
Een collega van links vraagt het woord, de heer Van der Maelen.
Translated text
A colleague from the left asks for the word, Mr. Van der Maelen.
#26
Official text
En dat komt uit de mond van iemand die behoort tot de partij, het VB, dat amper een paar weken terug heeft gezegd dat zij haar inspiratie en haar waarden gaat halen bij de neo-conservatieven van Bush.
Translated text
And that comes from the mouth of someone who belongs to the party, the UK, who just a few weeks ago said that she was going to get her inspiration and her values from the neo-conservatives of Bush.
#27
Official text
Geachte collega, wij halen onze inspiratie waar ook ter wereld. Bij Gramski, die een marxist is, of eventueel bij Bush als het moet, waarom niet. Waar het bij ons op aankomt, is onze mening en onze redenering. Wij vallen niet dood als wij een Amerikaanse vlag zien, zoals u. Maar wij gaan niet in geef acht staan voor de Amerikaanse politiek wanneer zij tot doel heeft Europa totaal te "deseuropeaniseren" en te ontwrichten. U bent op dit ogenblik de knechten en lakeien van de Verenigde Staten van Amerika.
Translated text
We find our inspiration anywhere in the world. With Gramski, who is a Marxist, or possibly with Bush if it should, why not. What matters to us is our opinion and our reasoning. We don’t fall dead if we see an American flag like you. But we will not take care of American politics when it aims to completely “de-Europeanize” and disrupt Europe. You are now the servants and servants of the United States of America.
#28
Official text
Mijnheer Van den Eynde, de minister wenst u te onderbreken.
Translated text
Mr. Van den Eynde, the Minister wishes to interrupt you.
#29
Official text
Mijnheer Van den Eynde, het is mij niet duidelijk wat dat met mijn beleidsverklaring eigenlijk te maken heeft.
Translated text
Mr. Van den Eynde, it is not clear to me what this actually has to do with my policy statement.
#30
Official text
Turkije! Mijn goede collega Guido Tastenhoye zal daarover nog veel meer argumenten geven.
Translated text
and Turkey! My good colleague Guido Tastenhoye will give many more arguments on this.
#31
Official text
Het is toch de bedoeling dat u repliceert op wat ik in de beleidsverklaring gezegd heb. Over uw argumentatie heb ik geen woord gezegd, echt niet. Misschien hebt u een ander document gelezen, dat weet ik niet. Maar in mijn beleidsverklaring staat daarvan niets in.
Ik heb trouwens ook geen problemen met gotische kathedralen, want zij zijn gebouwd door degenen die ook de loges gesticht hebben.
Translated text
However, it is intended that you replicate what I said in the policy statement. I have not said a word about your argument, really not. Maybe you’ve read another document, I don’t know. But in my policy statement, there is nothing about it.
I also have no problems with Gothic cathedrals, because they were built by those who also founded the lodges.
#32
Official text
Mag ik daarmee het Grote Oosten feliciteren voor de bouw van de Notre Dame in Parijs? Mijnheer de minister, voorts wil ik u zeggen dat het mijn opdracht is als oppositielid om niet alleen te antwoorden op de letterlijke tekst die voorligt, maar vooral op wat daarachter zit.
Terzake herhaal ik dat het beleid van niet alleen van dit land; maar ook van Tony Blair - maar dat is minder verbazend — het beleid is van mensen die zich totaal ten dienste stellen van de Amerikaanse politiek, die Europa aan het destabiliseren is. Meer wilde ik daarover niet zeggen, maar ik zal op dat standpunt blijven en ik zal dat ook blijven verkondigen.
Translated text
Can I congratulate the Great East on the construction of Notre Dame in Paris? Mr. Minister, I would like to tell you that it is my task as an opposition member to respond not only to the literal text that precedes, but above all to what lies behind it.
In this regard, I repeat that not only this country’s policy, but also Tony Blair’s – but that is less surprising – is the policy of people who are totally at the service of American politics, which is destabilizing Europe. I did not want to say more about this, but I will remain in that position and I will continue to proclaim it.
#33
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#34
Official text
Ik bedank u dat u respecteert dat ik ten minste bij mijn standpunt blijf.
Mijnheer de minister, het tweede gedeelte van mijn uiteenzetting gaat over Afrika. Als er één belangrijk klassiek thema is in de Belgische buitenlandse politiek, dan is het wel Afrika. U zult zich herinneren dat ik al meer dan eens in de commissie voor de Buitenlandse Zaken het standpunt verdedigd heb dat er over Afrika twee totaal verschillende visies zijn in buitenlandse politiek: een Vlaamse en een Franstalige. U zult zich herinneren dat ik dat verteld heb in tempore non suspecto, een paar weken voor uw eerste grote reis naar Afrika, naar Congo en naar de voormalige mandaatgebieden Rwanda en Burundi.
Mijn standpunt terzake werd op enig scepticisme onthaald. Dat is het lot van de oppositie. Ik werd daar niet ziek van.
Mijnheer de minister, u reisde van Congo naar Rwanda en deed er, mijns inziens, een aantal heel merkwaardige verklaringen. Ik heb uw uitspraken over Congo niet kwalijk genomen. Zonder u te willen compromitteren, zeg ik dat u gelijk had met uw uitspraken over het huidig beleid en de corruptie die er heerst. U zult wellicht niet echt tevreden zijn met dit epitheton, maar ik stel vast dat u het standpunt van een Vlaming vertolkte.
De heer De Decker gaat eveneens naar hetzelfde gebied. De heer De Decker die voor een deel ons buitenlands beleid bepaalt, omdat hij verantwoordelijk is voor Ontwikkelingssamenwerking en als dusdanig veel van onze zuurverdiende belastinggelden uitgeeft in die gebieden, verklaart precies het tegenovergestelde. Il tombe en pâmoison voor het regime in Kinshasa. Hij vertelt ons dat het geniaal is. Mijnheer Van der Maelen, u had eerder al het standpunt van de minister van Buitenlandse Zaken overgenomen. De minister van Ontwikkelingssamenwerking van de regering die door u gesteund wordt, valt bijna op zijn knieën uit adoratie, eeuwige aanbidding voor het regime van Kinshasa, dat geniaal is en realistisch. Ik bespaar u de opsomming.
Translated text
Thank you for respecting that I at least remain with my position.
The second part of my presentation is about Africa. If there is one important classical theme in Belgian foreign policy, it is Africa. You will remember that more than once in the Foreign Affairs Committee I have defended the view that there are two completely different views in foreign policy about Africa: a Flemish and a French-speaking one. You will remember that I told it in tempore non suspecto, a few weeks before your first major trip to Africa, to the Congo and to the former mandate areas of Rwanda and Burundi.
My position on this subject was welcomed with some scepticism. That is the fate of the opposition. I did not get sick of it.
Mr. Minister, you traveled from Congo to Rwanda and made, in my opinion, some very strange statements. I have not blamed your statements about the Congo. Without wanting to compromise you, I say that you were right with your statements about the current policy and the corruption that prevails there. You may not be really satisfied with this epitheton, but I assume that you interpreted the point of view of a Flaming.
Mr. De Decker also goes to the same area. Mr. De Decker, who in part determines our foreign policy, because he is responsible for Development Cooperation and as such spends much of our acid earned tax money in those areas, explains exactly the opposite. Il tombe and pâmoison for the regime in Kinshasa. He tells us that he is a genius. Mr. Van der Maelen, you had already taken the position of the Minister of Foreign Affairs. The government’s Minister of Development Cooperation, supported by you, almost falls on his knees from adoration, eternal worship for the regime of Kinshasa, which is genius and realistic. I will save you the listing.
#35
Official text
Mijnheer Van den Eynde, dat vind ik nu niet mooi van u: u wenst dat collega De Decker op zijn knieën zou vallen. Hij is al eens op zijn ellebogen gevallen, nu zou hij nog eens op zijn knieën moeten vallen. Dat vind ik toch niet mooi van u. Dat vind ik niet serieus.
Translated text
Mr. Van den Eynde, I do not like that now: you wish that colleague De Decker would fall on his knees. He has already fallen on his elbows, now he should fall on his knees again. I do not find that nice of you. I do not consider this serious.
#36
Official text
Mijnheer de minister, u zult het niet geloven, maar ik heb een keer sympathie gehad voor minister De Decker en zelfs medevoelen of medelijden. Dat was op het ogenblik dat hij uit dat communistisch land terugkwam met twee gebroken ellebogen. Dat zal hem leren naar dergelijk land te gaan! Desalniettemin mijn sympathie daaromtrent.
In elk geval, het was duidelijk: de stelling die ik nu al enkele jaren lang verdedig in de commissie werd hier prachtig geïllustreerd. Men heeft een Franstalige visie op de Afrika-politiek en een Vlaamse visie. Ik ontzeg de heer De Decker niet het recht zijn visie te hebben. Ik ben het daar volledig mee oneens, maar dat is een andere zaak. Dat is echter zijn visie. Ik heb dat al uitgelegd: dat is zo'n beetje retro, een beetje ouderwets, een beetje heimwee naar l'époque coloniale waar men Frans sprak in Léopoldville en waar alles daar goed ging, en waar men daar de negertjes kon uitbuiten en af en toe hun handjes afsnijden onder koning Leopold II. Iedereen heeft recht op zijn visie op het koloniale verleden. Wij hebben er een andere. Zelfs onze minister van Buitenlandse Zaken, u, die vanuit een reflex reageert, heeft die visie ook. De heer De Decker kan daar niet aan doen. Ik bepaal zijn denken niet en zeker niet wat hij zegt, maar het was toch perfect in overeenstemming met de stelling die ik altijd verdedigde.
Ik zou graag hebben — ik wil daar niet langer bij blijven stilstaan — dat wij daar de consequenties uit trekken. Het is duidelijk: zelfs wanneer het gaat over buitenlandse politiek in Congo, hebben Vlamingen en Franstaligen een totaal andere visie.
Goed, het zij zo. Laten we uit elkaar gaan, zij het hunne en wij het onze en we zullen wel zien wie gelijk heeft. Wij zullen in elk geval gelukkiger zijn, want we zullen denken en doen wat we willen en zij ook. Dit is een recept voor de heer Verhofstadt, die absoluut elk conflict uit de weg wilt gaan: segregeer, ga uit mekaar en het zal beter gaan, want geen conflicten meer.
Dan blijf ik toch eventjes stilstaan bij de opmerkingen van mijn goede collega van CD&V, met wie ik het vaak niet eens ben. Mijnheer de minister, ik wil toch protesteren tegen het feit dat u een jong parlementslid, een dame die hard werkt en zich ook als moeder van een huisgezin inzet om hier aan politiek te doen, kinderachtig noemt. Ik vond dat een beetje pijnlijk. Ik hoef haar niet te verdedigen, ze is "vrouws" genoeg om dat zelf te doen, maar ik wou dat toch even kwijt.
Translated text
Mr. Minister, you won’t believe it, but I once had sympathy for Minister De Decker and even sympathy or compassion. That was the moment he returned from that communist country with two broken elbows. That will teach him to go to such a country! Nevertheless, my sympathy for this. Their
In any case, it was clear: the position I have been defending in the committee for several years now was beautifully illustrated here. One has a French-speaking vision on African politics and a Flemish vision. I do not deny Mr. De Decker the right to have his vision. I totally disagree with this, but that is another matter. However, that is his vision. I have already explained that: that is a little retro, a little old law, a little homage to the colonial era where French was spoken in Léopoldville and where everything went well, and where one could exploit the Negroes and occasionally cut their hands under King Leopold II. Everyone has a right to their view of the colonial past. We have another. Even our Minister of Foreign Affairs, you, who react from a reflex, has that vision as well. Mr. De Decker cannot do that. I do not determine his thinking and ⁇ not what he says, but it was perfectly consistent with the statement that I always defended. Their
I would like to have — I don’t want to stop on this anymore — that we draw the consequences out of it. It is clear: even when it comes to foreign policy in Congo, Flemish and French speakers have a completely different view. Their
Okay, it is so. Let us go apart, if theirs and we ours, and we will see who is right. In any case, we will be happier, because we will think and do what we want and they too. This is a recipe for Mr. Verhofstadt, who absolutely wants to get out of every conflict: segregate, get out of each other and it will go better, because no conflicts anymore.
Then I still stay for a while at the comments of my good colleague of CD&V, with whom I often disagree. Mr. Minister, I would like to protest against the fact that you call a young member of parliament, a lady who works hard and also commits herself as a mother of a household to do politics here, childish. I found it a little painful. I don’t have to defend her, she’s “woman” enough to do it myself, but I wanted to lose that for a moment.
#37
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#38
Official text
U hebt dat niet gezegd. Het is goed.
Translated text
You did not say that. It is good.
#39
Official text
U hebt gezegd dat de waarheid uit een kindermond komt.
Translated text
You said that the truth comes from a child’s mouth.
#40
Official text
Ik heb gezegd dat de waarheid uit een kindermond komt, maar dat is niet...
Translated text
I’ve said that the truth comes from a child’s mouth, but that’s not...
#41
Official text
Neen. Mevrouw Muylle heeft iets anders gezegd, dus heeft zij geen kindermond, nietwaar?
Translated text
and no. Mrs. Muylle said something different, so she doesn’t have a child’s mouth, right?
#42
Official text
Mijnheer de minister, ik akteer uw antwoord en ik blijf daar niet bij stilstaan.
Ik moet toch eventjes terugkomen op Cuba. Zij had geen ongelijk toen zij vaststelde hoe wij merkwaardig genoeg sympathiek staan ten opzichte van dat regime, dat nogal altijd een dictatuur is waar het grootste gedeelte van de oppositie in de cel zit en waar men nog niet zo lang geleden mensen ter dood heeft veroordeeld en terechtgesteld omdat zij probeerden het land te ontvluchten. Dat vergeten wij allemaal. Wij bekijken dat uit de hoogte. Wij bedekken dat met de mantel der liefde, allemaal omdat een man met de initialen S.S. daar geregeld op bezoek gaat en daar graag rum drinkt onder de palmbomen. Ik gun hem dat, maar ik zeg u dat dat niet logisch is voor een regering die beweert de mensenrechten hoog in het vaandel te schrijven.
Mijnheer de voorzitter, ik wil eindigen met het hoofdstuk Ontwikkelingssamenwerking. De heer De Decker zit daar toch ook niet voor niets. Ik heb hem al een beetje geplaagd, maar ik moet toch even zijn departement aanraken. Ik zal zeer bondig zijn. Ik wil naar het meest essentiële gaan van de politiek in de Ontwikkelingssamenwerking, met name het geld dat wij erin steken.
Net zoals zoveel anderen, voordien - u bent inderdaad niet de enige die zo zondigt, maar ik geef u het voordeel van de omsmtandigheden - en net zoals onze collega van de CD&V, daarnet, mijnheer De Decker, houdt u het bij het dogma van de 0,7% voor Ontwikkelingssamenwerking. Welnu, ik protesteer daartegen.niet omdat ik vind dat wij geen geld mogen besteden aan het helpen van mensen die, om het even waar in de wereld, van om het even welk volk en om het even welk ras, in nood verkeren. Integendeel, zij genieten VAN mijn solidariteit.
Die 0,7% is echter een dogma dat al 12 jaar geleden, naar aanleiding van een internationale conferentie, in het leven werd geroepen. Niemand weet nog goed waarom, maar ondertussen is het er. Elke beleidspartij, elke politiek correcte partij, elke traditionele partij voelt zich verplicht, zonder nadenken en zonder daarbij stil te staan, tot het respecteren van die 0,7%. Excuseer mij, maar daarvoor vallen ze allemaal op hun knieën, ook de vrijmetselaars. Neem het mij niet kwalijk, maar wanneer men met de sector spreekt, wanneer men de moeite doet om met mensen uit de sector Ontwikkelingssamenwerking te spreken — ik doe dat af en toe — dan komt men soms tot heel merkwaardige resultaten. Ik heb dat al verteld aan de heer De Decker, maar ik wil even erop terugkomen.
Nog maar een jaartje geleden had ik een gesprek met een grote Franstalige NGO, Terre des Hommes — ik heb het al gezegd, mijnheer de minister. Tijdens de lunch vroeg ik hen wat ze dachten van de 0,7%. Ze begonnen te lachen en zeiden dat ze dat in Nederland hadden en niet goed wisten wat ze ermee moesten doen, in die mate dat ze aan hen, een Franstalige organisatie, en zelfs niet aan de Nederlandse vleugel, vroegen of ze niet wat centen nodig hadden. Ze moesten dat immers investeren.
Ik meen, heren ministers, dat ontwikkelingssamenwerking wat anders is dan zomaar 0,7% poneren. Ontwikkelingssamenwerking is solidariteit, dat is helpen, dat is aanleren, dat is een hand reiken, maar niet zonder meer geld uitgeven aan om het even wat. Ik wil dat toch ook even beklemtonen.
Voor mijn laatste punt richt ik mij opnieuw in het bijzonder tot de minister van Buitenlandse Zaken. Mijnheer de minister, er is de laatste tijd vaak sprake geweest van Europa, ons continent Europa. Ook daarstraks heeft de heer Hasquin ons nog eventjes uitgelegd waarom Bulgarije en Roemenië misschien minder Europees zijn dan Turkije. Dat is zijn standpunt, niet het mijne, en het is uiteraard zijn recht om dit te verdedigen. Ik zou u eventjes willen herinneren aan een paar zeer oude waarheden, maar wat zijn waarheden in deze tijd? Ons continent, mijnheer de minister, is niet een continent van zes, twaalf of vijfentwintig landen en dan nog een continent van vijfentwintig landen plus een land uit Klein Azië. Dat is Europa niet.
Europa is een continent dat begrensd is aan de westkant door de westkust van Ierland, Galway en de Arran-eilanden; in het oosten door de Oeral en de Kaukasus. Nu wil ik u de details over bepaalde gebieden daar eventjes uit de weg gaan. Dat is ons continent. Dat continent heeft een gemeenschap van heel wat verschillende culturen, heel wat verschillende talen. Maar wat wij gemeenschappelijk hebben op dat continent is wat ik — het is niet het juiste woord maar ik heb er geen ander — een zeer algemene levensbeschouwing zal noemen. Of zij nu godsdienstig is of seculier, of zij orthodox is of protestant of weet ik wat anders, wij hebben iets gemeenschappelijks. Wij komen allemaal uit een aantal volkeren die wat te delen hebben met elkaar en die ongetwijfeld met de rest van de wereld iets te delen hebben maar die wat meer vertrouwd zijn met elkaar dan zij met de anderen vertrouwd zijn.
Wanneer Europa er ooit moet komen, is het naar mijn bescheiden mening niet het Europa van het geld, niet het Europa van de Amerikaanse belangen of van de Russische belangen of van om het even welke belangen, maar een Europa van de Europeanen. Eerst en vooral een Europa van de Europeanen. Dat het zich dan maar beperkt tot de Europeanen, van welke godsdienst of van welke taal zij ook mogen zijn, omdat zij iets gemeenschappelijks hebben. U weet zeer goed wat ik bedoel. Wij begrijpen elkaar doodgewoon omdat wij allemaal weten wat Europa is. Ik heb altijd de indruk gehad dat de officiële politiek, niet alleen die van u maar die van België en die van de rest van de huidige staten van Europa, dat vergeet.
U pleit voor de opname van Turkije in Europa, een land dat heel anders is en een totaal andere godsdienst en traditie heeft, terwijl landen zoals Oekraïne zelfs geen kans krijgen. Ik geef Oekraïne als voorbeeld, omdat ik er morgen naartoe ga in opdracht van de Kamer. Ik pleit niet voor de onmiddellijke toetreding van Oekraïne, maar vraag u alleen maar om, wanneer wij over Europa spreken, dan te denken aan ons Europa en aan die solidariteit eerst, want daarna kunnen we ook nog de hele wereld helpen.
Translated text
Mr. Minister, I acknowledge your response and I will not stop there.
I have to go back to Cuba for a while. She was not wrong when she determined how we are strangely sympathetic with that regime, which is almost always a dictatorship where most of the opposition is in prison and where not so long ago people were sentenced to death and executed for trying to escape the country. We all forget that. We look at it from the height. We cover that with the mantle of love, all because a man with the initials S.S. He regularly visits and likes to drink rum under the palm trees. I give him that, but I tell you that it is not logical for a government that claims to highlight human rights.
I would like to conclude with the chapter on development cooperation. Mr. De Decker is not there for nothing. I have plagued him a little, but I have to touch his department. I will be very concise. I would like to go to the most essential aspect of development cooperation policy, especially the money we invest in it.
Just like so many others, before – you are indeed not the only one who sins so, but I give you the advantage of the circumstance tendencies – and just like our colleague of the CD&V, now, Mr. De Decker, you stick to the dogma of 0.7% for Development Cooperation. Well, I protest against it.not because I think we should not spend money helping people who are in need, anywhere in the world, of any people and of any race. On the contrary, they enjoy my solidarity.
However, that 0.7% is a dogma that was introduced 12 years ago, following an international conference. No one knows exactly why, but in the meantime it is there. Every political party, every politically correct party, every traditional party feels obliged, without thinking and without stopping, to respect that 0.7%. Sorry, but for that, they all fall on their knees, including the Freemasoners. Don’t apologize to me, but when you talk to the sector, when you make the effort to talk to people from the development cooperation sector – I do it from time to time – you sometimes get very strange results. I have already told this to Mr. De Decker, but I would like to return to it for a moment.
Just a year ago I had a conversation with a large French-speaking NGO, Terre des Hommes — I have already said, Mr. Minister. During lunch, I asked them what they thought of the 0.7%. They started to laugh and said they had it in the Netherlands and didn’t know exactly what to do with it, to such an extent that they asked them, a French-speaking organization, and not even the Dutch wing, if they didn’t need a few coins. They had to invest that. Their
I think, gentlemen ministers, that development cooperation is something different than just 0.7% pondering. Development cooperation is solidarity, that is to help, that is to learn, that is to reach a hand, but not without spending money on anything. I would like to emphasize this too.
On my last point, I would like to address the Minister of Foreign Affairs in particular. In recent times, we have been talking about Europe, our continent Europe. Hasquin explained why Bulgaria and Romania may be less European than Turkey. That is his position, not mine, and it is of course his right to defend it. I would like to remind you for a moment of a few very ancient truths, but what are the truths at this time? Our continent, Mr. Minister, is not a continent of six, twelve or twenty-five countries and then another continent of twenty-five countries plus one country from Asia Minor. This is not Europe.
Europe is a continent bounded in the west by the west coast of Ireland, Galway and the Arran Islands; in the east by the Urals and the Caucasus. Now I would like to give you the details about certain areas there for a while. This is our continent. That continent has a community of many different cultures, many different languages. But what we have in common on that continent is what I — it is not the right word but I have no other — will call a very general view of life. Whether she is religious or secular, or she is Orthodox or Protestant or I know something else, we have something in common. We all come from a number of peoples who have something to share with each other and who undoubtedly have something to share with the rest of the world but who are somewhat more familiar with each other than they are familiar with the others.
When Europe ever comes, it is, in my humble opinion, not the Europe of money, not the Europe of American interests, or of Russian interests, or of any interest, but a Europe of Europeans. First and foremost, a Europe of Europeans. That it would then be limited to the Europeans, of whatever religion or language they may be, because they have something in common. You know very well what I mean. We understand each other simply because we all know what Europe is. I have always had the impression that the official politics, not only yours but that of Belgium and that of the rest of the current states of Europe, forgets that.
You advocate the inclusion of Turkey in Europe, a country that is very different and has a completely different religion and tradition, while countries like Ukraine don’t even get a chance. I will give Ukraine as an example, because I will go there tomorrow on behalf of the Chamber. I do not advocate for the immediate accession of Ukraine, but only ask that when we talk about Europe, think of our Europe and of that solidarity first, because then we can also help the whole world.
#43
Official text
Monsieur le président, messieurs les ministres, mesdames, messieurs, dans le temps de parole qui m'est imparti, bien que la matière soit vaste et importante, je dois me limiter à ne formuler que certaines remarques et observations qui ne sauraient être exhaustives en quelques brèves minutes. Je formulerai d'abord une remarque de forme: les notes de politique générale sont arrivées trop tardivement. Je n'épiloguerai pas sur ce sujet afin de ne pas être redondante avec la collègue qui m'a précédée.
J'en viens à quelques remarques et observations qui ne concernent que quelques aspects du département des Affaires étrangères et de l'aide publique au développement. Je débuterai mes propos sur l'Union européenne et plus particulièrement sur les perspectives financières de l'Union pour la période 2007-2013 car il convient d'avoir des moyens adaptés aux défis d'une Europe élargie.
Les propositions financières de la Commission pour cette période ne sont pas le fruit d'une volonté isolée mais découlent d'orientations données par les Etats membres. Afin que l'élargissement porte pleinement ses fruits et pour aider l'Europe à prospérer, il est primordial de rencontrer les trois grandes priorités énoncées par la Commission et le Conseil, c'est à dire le développement durable (croissance, cohésion et emploi), la citoyenneté (liberté, sécurité et justice) et le renforcement du rôle de l'Union en tant que partenaire mondial.
Au Conseil européen de Lisbonne de 2000, les chefs d'Etat et de gouvernement ont arrêté une stratégie visant à conduire l'Union à la pointe de l'économie et de la société de la connaissance. A bientôt mi-parcours, les résultats sont encore quelque peu mitigés. L'Union doit dynamiser ce processus en mettant l'accent sur les investissements d'avenir.
Il convient d'insister sur le fait que le futur cadre financier devra, entre autres, être à la hauteur de l'enjeu fondamental d'une politique de cohésion renforcée et rénovée, qui devra permettre d'aider les nouveaux Etats membres, tout en poursuivant le travail de rattrapage et de reconversion commencé dans les régions en retard de développement ou connaissant des problèmes structurels. Des mesures transitoires sont proposées pour les régions qui continuent à connaître de graves difficultés mais qui, sous l'effet des statistiques, ne sont plus admissibles aux aides de la plus forte intensité.
Il est primordial d'appuyer ces mesures, sans quoi une partie des efforts fournis à ce jour seraient perdus. Dans ce cadre, il importe de soutenir la proposition de la Commission à cette politique car il ne faut pas mettre en péril l'essence même de la politique de cohésion, à savoir vaincre les disparités et les inégalités pour assurer à l'Europe une croissance durable et un emploi pour chacun. Il convient de rappeler que l'Union n'est pas seulement un organisme de redistribution qui coûte à certains et qui rapporte à d'autres mais qu'elle apporte une valeur ajoutée.
Il est donc primordial que le budget de l'Union pour cette période reflète les défis politiques que les membres de l'Union ont voulu relever et que la Belgique s'engage résolument dans cette voie en poursuivant une stratégie adaptée en conséquence.
Je poursuis avec l'Afrique et la République démocratique du Congo en particulier — pour ne citer que ce pays. D'autres pays méritent aussi une attention particulière de notre part mais je dois être brève. En quelques mots, je vous dirai que la RDC est une priorité pour le cdH qui soutient fermement le processus de transition démocratique au Congo et les réformes qu'il nécessite. Les Congolais ont besoin aujourd'hui plus que jamais d'être encouragés et accompagnés sur ce chemin difficile. La RDC, qui figure au coeur de la politique étrangère de notre pays, est aujourd'hui à la croisée des chemins. Les enjeux sont importants et le moindre soutien est absolument nécessaire au pays.
La RDC compte plus que jamais sur une aide internationale conséquente dans l'organisation des élections. Celles-ci ne sont qu'un des éléments indispensables à la démocratisation. Pour mener à bien un processus démocratique au Congo, il faut non seulement une pacification mais aussi un soutien politique, éducationnel, logistique et culturel. Si le cdH soutient dans son ensemble le plan de coopération au développement de la Belgique en RDC, notre formation souhaite cependant mettre l'accent sur certains aspects comme: - la mise en oeuvre d'un appareil d'État performant transparent et responsable; - le respect des droits de l'homme; - l'appui à la redynamisation économique, à la génération d'emplois et à l'assainissement des finances publiques; - le renforcement de la coopération dans les secteurs sociaux et la lutte contre la pauvreté.
En RDC, la communauté internationale est confrontée à un défi non négligeable. Le retour à la paix et à la stabilité structurelle en RDC est un processus de longue haleine mais indispensable à la lutte contre la pauvreté et pour un développement humain durable. Un désengagement ne pourrait conduire qu'à de nouvelles catastrophes aux conséquences incalculables pour l'avenir de ce pays et de la sous-région, entre autres.
Les signes d'espoir se doivent d'être encouragés. Les autorités congolaises posent des jalons d'un processus de réforme politique et économique. De nouvelles perspectives s'ouvrent, aussi fragiles que réversibles, que la Belgique et d'autres acteurs et bailleurs de fonds se doivent d'explorer et d'appuyer. Bien d'autres choses encore devraient être dites à l'égard de ce pays et de la région des Grands lacs mais je m'arrêterai là aujourd'hui.
Autre sujet sur lequel je souhaiterais m'exprimer, en quelques mots seulement: le Moyen-Orient.
Vous avez précisé, monsieur le ministre, que la recherche d'une solution pacifique et durable au Moyen-Orient demeure au premier plan des préoccupations belges. Aussi, nous aimerions que la Belgique ne se contente pas de réaffirmer les principes de la Feuille de route car on ne compte plus le nombre de résolutions des Nations unies et de rapports d'ONG dénonçant les infractions au droit international humanitaire.
A cet égard, la Belgique est membre de l'Union européenne, et l'Union européenne est un membre du Quartet. Alors que de nouvelles offensives éclatent, n'est-il pas urgent que l'Union européenne assume pleinement son rôle au sein du Quartet et demande la tenue d'une réunion de ses membres?
J'en viens maintenant à l'OSCE. Mon propos se bornera aux perspectives qui s'ouvrent à notre pays dans le cadre de la présidence belge de l'OSCE.
Nous ne pouvons que nous féliciter de votre enthousiasme, monsieur le ministre, quant à la perspective d'assurer la présidence de l'organisation en 2006, ainsi que de votre intérêt pour les domaines abordés par celle-ci. Cependant, il y a peut-être lieu de s'étonner de la précision que vous avez apportée quant à la perte de son influence suite à l'élargissement de l'Union européenne et à l'accent qui y aurait été mis "un peu trop exclusivement sur les droits de l'homme", ce qui a contribué à faire se cabrer la Russie.
En effet, si beaucoup s'accordent pour dire que l'organisation paneuropéenne souffre de quelques problèmes structurels quant à son organisation et à son mode de prise de décision, nombreux seront peut-être ceux qui admettront également que l'élargissement de l'Union peut être aussi une opportunité pour l'organisation.
Quant à l'importance donnée au respect des droits de l'homme au sein de l'OSCE, il est difficile d'adhérer à vos propos qui sont d'ailleurs repris dans le rapport de la commission, monsieur le ministre. Il n'est jamais accordé une trop grande importance au respect des droits de l'homme, à l'OSCE ou dans toute autre institution. Au sein de cette institution, les droits de l'homme sont l'un des moyens déployés pour parvenir à la paix.
Il est vrai, toutefois, que le bras de fer entre les pays à l'ouest de Vienne et les autres pays menés par la Russie se fonde sur une requête de "moins de droits de l'homme". S'il faut prendre les requêtes russes en considération, il ne faut pas pour autant oublier nos priorités, surtout dans le contexte actuel.
Une réforme des institutions devrait être entreprise. Suite à la réunion ministérielle de Sofia de décembre 2004, il a été décidé de désigner sept spécialistes chargés de mener une réflexion sur la réforme. Nous espérons, monsieur le ministre, que vous suivrez très attentivement ces travaux.
Je terminerai mon intervention par l'évolution du budget de l'aide publique au développement.
Monsieur le ministre, vous avez rappelé, à de nombreuses reprises, et notamment lors de la discussion de votre note de politique générale, en commission, votre engagement et celui du gouvernement d'accroître progressivement, d'ici 2010, le budget de la Coopération au Développement, dans le but d'atteindre à cette date un montant à hauteur de 0,7% du PIB. Cette augmentation s'inscrit dans la lignée d'une augmentation souhaitée de longue date et réinscrite à l'ordre du jour, grâce au sursaut créé au sein des décideurs politiques par les objectifs du Millénaire pour le développement.
De manière très globale, mais aussi très succincte, l'évolution de l'ensemble des budgets 2005 relatifs à l'aide publique au développement ne reflète pas une croissance forte devant nous mener, en 2010, à y consacrer 0,7% du PIB, sauf à reporter l'essentiel de l'effort sur les dernières années. Si l'on totalise l'ensemble des budgets réservés à l'aide publique au développement, il ressort que ce budget global est en stagnation, pour se situer, en 2004, quasiment à la même hauteur qu'en 2002.
Monsieur le ministre, comment expliquez-vous une telle stagnation? Le gouvernement s'est-il donné un calendrier clair et précis pour atteindre l'objectif fixé pour 2010 avec une ventilation en fonction des postes?
Le tableau présenté dans la note de solidarité est significatif à cet égard. Il reprend certes l'évolution programmée jusqu'en 2010 mais aucune augmentation n'est prévue pour 2005.
Autrement dit, le gouvernement annonce vouloir augmenter le budget de l'aide publique au développement, mais ne fait aucun effort supplémentaire cette année.
Monsieur le ministre, comment expliquez-vous votre choix? Avezvous prévu dans quel sens et par quel biais cette augmentation aurait lieu à l'avenir? Ne serait-il pas opportun de se doter d'un plan stratégique à cet égard? Par ailleurs, allez-vous effectuer une évaluation approfondie des budgets consacrés à l'aide publique au développement pour identifier les affectations les plus efficaces sur le terrain?
Je vous remercie de votre attention.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, Mr. Minister, Mr. Minister, Mr. Minister, Mr. Minister, in the time of speech that is meant, although the subject matter is extensive and important, I must limit myself to formulating only certain remarks and observations which cannot be exhaustive in a few short minutes. I will first formulate a formal note: the general policy notes arrived too late. I’m not going to talk about this issue in order not to be redundant with the colleague who preceded me.
I come to a few remarks and observations that concern only a few aspects of the Department of Foreign Affairs and Public Development Aid. I will begin my speech on the European Union and, more specifically, on the EU’s financial outlook for the period 2007-2013, as it is necessary to have resources tailored to the challenges of an enlarged Europe.
The Commission’s financial proposals for this period are not the result of an isolated will but are the result of guidelines given by the Member States. In order for enlargement to yield its full results and to help Europe thrive, it is crucial to meet the three main priorities set out by the Commission and the Council, namely sustainable development (growth, cohesion and employment), citizenship (freedom, security and justice) and the strengthening of the EU’s role as a global partner.
At the European Council in Lisbon in 2000, heads of state and government adopted a strategy aimed at bringing the Union to the forefront of the knowledge-based economy and society. By the middle of the course, the results are still somewhat mixed. The Union must boost this process by focusing on future investments.
It should be emphasized that the future financial framework will, among other things, have to be at the level of the fundamental challenge of a strengthened and renewed cohesion policy, which will be able to assist the new Member States, while continuing the recapture and reconversion work started in regions with lagging development or with structural problems. Transitional measures are proposed for regions that continue to face serious difficulties but which, as a result of statistics, are no longer eligible for the highest aid intensity.
It is crucial to support these measures, otherwise some of the efforts provided so far would be wasted. In this context, it is important to support the Commission’s proposal for this policy, as it must not jeopardise the very essence of the cohesion policy, namely to overcome disparities and inequalities in order to ensure sustainable growth and jobs for all in Europe. It should be recalled that the Union is not only a redistribution agency that costs some and reports to others, but that it brings added value.
It is therefore crucial that the Union budget for this period reflects the political challenges that the members of the Union have sought to meet and that Belgium is resolutely committed to this path by pursuing a strategy adapted accordingly.
I continue with Africa and the Democratic Republic of the Congo in particular — to name only this country. Other countries also deserve special attention on our part, but I must be brief. In a few words, I will tell you that the DRC is a priority for the CDH, which firmly supports the democratic transition process in the DRC and the reforms it requires. The Congolese today more than ever need to be encouraged and accompanied on this difficult path. The DRC, which is at the heart of our country’s foreign policy, is now at the crossroads. The challenges are important and the least support is absolutely necessary for the country.
The Democratic Republic of Congo relies more than ever on significant international assistance in organizing the elections. These are only one of the essential elements for democratization. A democratic process in the Congo requires not only pacification but also political, educational, logistical and cultural support. While the CDH as a whole supports the Belgian Development Cooperation Plan in the DRC, our training, however, wishes to emphasize certain aspects such as: - the implementation of a transparent and responsible state apparatus; - the respect for human rights; - the support for economic revitalization, job creation and the sanitation of public finances; - the strengthening of cooperation in the social sectors and the fight against poverty.
In the DRC, the international community is facing a non-negligible challenge. The return to peace and structural stability in the DRC is a long-lasting but indispensable process for the fight against poverty and for sustainable human development. A disengagement could only lead to new disasters with incalculable consequences for the future of this country and the subregion, among others.
Signs of hope should be encouraged. The Congolese authorities are setting milestones for a process of political and economic reform. New prospects open up, both fragile and reversible, which Belgium and other actors and donors must explore and support. There are many more things to be said about this country and the region of the Great Lakes, but I will stop there today.
Another topic I would like to talk about, in a few words: the Middle East.
You have specified, Mr. Minister, that the search for a peaceful and sustainable solution in the Middle East remains at the forefront of Belgian concerns. Furthermore, we would like that Belgium should not merely reaffirm the principles of the Roadmap because the number of UN resolutions and NGO reports denouncing violations of international humanitarian law is no longer counted.
In this regard, Belgium is a member of the European Union, and the European Union is a member of the Quartet. As new offensives break out, is it not urgent that the European Union fully assumes its role in the Quartet and calls for a meeting of its members?
Now on to the OSCE. My speech will be limited to the prospects that open up for our country within the framework of the Belgian Presidency of the OSCE.
We can only congratulate you for your enthusiasm, Mr. Minister, with regard to the prospect of assuring the presidency of the organization in 2006, as well as your interest in the areas addressed by the organization. However, you may be surprised at the accuracy you have made regarding the loss of its influence following the enlargement of the European Union and the emphasis that would have been placed “a little too exclusively on human rights”, which has helped to make Russia catch up.
Indeed, while many agree that the pan-European organization suffers from some structural problems with regard to its organization and its decision-making methods, many may also admit that the enlargement of the Union can also be an opportunity for the organization.
Regarding the importance given to respect for human rights within the OSCE, it is difficult to agree with your remarks, which are also reflected in the report of the commission, Mr. Minister. There is never too much emphasis on respect for human rights, either in the OSCE or in any other institution. Within this institution, human rights are one of the means deployed to ⁇ peace.
It is true, however, that the iron arm between the countries west of Vienna and the other countries led by Russia is based on a call for “less human rights.” If the Russian requests are to be taken into account, we must not forget our priorities, especially in the current context.
Institutional reform should be undertaken. Following the ministerial meeting in Sofia in December 2004, it was decided to appoint seven specialists to conduct a reflection on the reform. We hope that you will follow this work very closely.
I will conclude my speech with the evolution of the budget of public development aid.
Mr. Minister, you have repeatedly recalled, and in particular during the discussion of your general policy note, in committee, your commitment and that of the Government to gradually increase, by 2010, the budget for Development Cooperation, with the aim of reaching at that date an amount of 0.7% of GDP. This increase is in line with a long-awaited increase and re-inserted on the agenda, thanks to the surge created among policy makers by the Millennium Development Goals.
In a very comprehensive, but also very concise manner, the evolution of all the 2005 budgets relating to public development aid does not reflect a strong growth that will lead us, in 2010, to devote 0.7% of GDP, except to postpone the majority of the effort on recent years. If we sum up all the budgets reserved for public development aid, it shows that this overall budget is in stagnation, to be, in 2004, almost at the same level as in 2002.
How do you explain such stagnation? Has the government given itself a clear and precise timetable for achieving the target set for 2010 with a position-based ventilation?
The table presented in the solidarity note is significant in this regard. It ⁇ follows the development planned until 2010, but no increase is planned for 2005.
In other words, the government announces that it wants to increase the public development aid budget, but does not make any additional effort this year.
How do you explain your choice? Have you predicted how and how this increase will take place in the future? Wouldn’t it be appropriate to have a strategic plan in this regard? In addition, will you conduct an in-depth assessment of public development aid budgets to identify the most effective allocations on the ground?
I thank you for your attention.
#44
Official text
Merci, madame Wiaux. Monsieur Boukourna, je crois savoir que vous souhaitez surtout vous adresser au ministre de la Coopération au Développement, M. De Decker.
Translated text
Thank you Madame Wiaux. Mr. Boukourna, I think I know that you would like to address the Minister of Development Cooperation, Mr. by Decker.
#45
Official text
Monsieur le président, monsieur le ministre, chers collègues, mon groupe politique n'a pas pu disposer de la note de politique générale avant la réunion de la commission des Relations extérieures du 16 novembre dernier, au cours de laquelle elle a été débattue.
Au nom de mon groupe, je souhaiterais donc mettre en lumière les quelques éléments suivants.
Nous nous réjouissons avant tout du principe de continuité que vous défendez, même si nous aurions souhaité avoir davantage de précisions sur la manière de l'appliquer.
Nous nous réjouissons également de votre préoccupation d'instaurer une concertation à tous les niveaux. C'est l'un des plus importants défis à relever, un défi qui nécessite une volonté politique de dialogue entre les différents acteurs de la coopération au développement, mais qui nécessite aussi la fixation de conditions pour rendre ce dialogue possible, efficace et effectif.
Parmi les outils devant être renforcés pour améliorer la concertation, signalons notamment dans le cadre de la coopération bilatérale, la préparation des commissions mixtes en Belgique et dans les pays bénéficiaires. Malheureusement, nous constatons que, malgré les intentions louables et les discours, les moments dits de concertation entre les organisations internationales et les ONG, par exemple, ne sont pas toujours conçus et organisés comme ils devraient l'être. Nous accueillons favorablement votre volonté de simplifier et d'accélérer les procédures actuelles qui, par leur lourdeur, leur lenteur et leur rigidité étouffent notamment les initiatives des ONG.
Il serait opportun d'envisager également une action en direction de la Commission européenne et de ses services en vue de simplifier et d'accélérer les procédures de cofinancement.
Nous relevons avec satisfaction que, cette année, plusieurs procédures d'évaluation ont été menées, notamment par le service PMEO de la DGCD et par le service de l'évaluateur spécial (SES) du SPF Affaires étrangères. Nous espérons que cette politique d'évaluation se poursuivra et pourra constituer un outil d'analyse de la qualité et de l'efficience de notre coopération au développement dans son ensemble.
Pour revenir aux moyens financiers, si nous analysons le budget 2005, nous observons qu'il est loin de décoller véritablement. Il progresse, certes, mais d'à peine 4,4%.
Dans l'introduction de votre note de politique générale, vous rappelez notamment l'engagement du gouvernement d'augmenter les moyens destinés à la coopération au développement pour atteindre 0,7% du revenu national brut en 2010, conformément à la conférence de Monterrey de 2002. Pourtant, au vu de l'évolution constatée et sans doute prévisible, nous ne pouvons qu'exprimer nos craintes sur la difficulté qu'il y aura à atteindre cet objectif, si la tendance actuelle n'est pas corrigée.
Pensez-vous que la Belgique pourra concrétiser les engagements pris à Monterrey? Qu'en est-il de la recherche de nouveaux mécanismes financiers destinés au développement?
D'une manière générale, monsieur le ministre, nous soutenons l'idée que les moyens accrus de la coopération belge au développement doivent permettre un plus large déploiement des acteurs belges de la coopération bilatérale, tant directe qu'indirecte, le maintien d'un haut niveau de compétence, une évaluation et un contrôle plus directs et gérables.
En ce qui concerne la coopération bilatérale directe qui connaît une forte diminution des moyens affectés aux projets et programmes mis en oeuvre par la Coopération technique belge (CTB), nous nous inquiétons justement du déploiement et de l'efficacité des projets et programmes mis en oeuvre. Des efforts devraient être consentis afin que le duo DGCD-CTB fonctionne plus rapidement, plus efficacement et avec des moyens accrus. La coopération belge au développement doit disposer d'une coopération bilatérale directe financièrement crédible.
En ce qui concerne la coopération multilatérale qui se voit dotée de moyens accrus, nous serons particulièrement attentifs à la mise en oeuvre rapide, cohérente et efficace des programmes des organisations internationales. À titre d'information, la Belgique finance pour l'instant 35 organisations internationales pour un total d'environ 75% des budgets destinés à ce secteur.
Il importe également que le gouvernement et le parlement belges, en étroite synergie avec le commissaire européen à la Coopération au Développement et à l'Aide humanitaire, M. Louis Michel, et avec les parlementaires européens, assurent une vigilance sur l'exécution de la coopération européenne. La coopération et les contributions obligatoires ne doivent pas s'assimiler à des chèques en blanc.
Nous suivons également de près les efforts menés par la coopération belge au développement pour renforcer son rôle au sein des organes gestionnaires des organisations internationales. Par ailleurs, la participation des ONG belges à la coopération européenne est importante et doit être soutenue.
Nous ne doutons pas, monsieur le ministre, que vous ferez tout ce qui est en votre pouvoir pour que les moyens qui y sont consacrés soient maintenus et renforcés.
Pour la coopération indirecte, nous nous réjouissons que vous reconnaissiez explicitement le rôle des organes de concertation des ONG - qu'il s'agisse des coupoles, des coordinations ou des fédérations - comme interlocuteurs. Ces fédérations d'ONG pourraient, par ailleurs, dans le cadre des cours internationaux et des stages groupés, contribuer étroitement à la définition des besoins, à la recherche de compétences locales individuelles et institutionnelles, à l'organisation de cours au niveau local, régional ou national.
Vous soulignez, monsieur le ministre, l'importance d'oeuvrer pour une plus grande synergie entre les trois piliers - coopération bilatérale directe, coopération multilatérale, coopération indirecte - en appui aux politiques locales et nationales lorsqu'elles sont basées sur un large consensus entre pouvoirs publics et société civile. Pouvez-vous, monsieur le ministre, nous donner de plus amples informations sur la concrétisation de cette volonté?
Pour les cinq thèmes qui s'inscrivent dans le cadre des priorités existantes définies par les objectifs du Millénaire pour le développement et par la loi sur la coopération internationale, sur lesquels vous attirez notre attention, nous partageons vos préoccupations. Je les récapitule: la lutte contre le sida et la malaria; le respect des droits de l'enfant; l'égalité des droits et des chances des hommes et des femmes. Mais pour un autre point que vous avez mis en exergue, à savoir l'eau - et plus particulièrement l'accès à l'eau potable, qui est une denrée vitale -, nous estimons qu'elle doit impérativement rester à l'abri d'une quelconque marchandisation.
L'être humain doit rester au centre du processus de développement et il faut accorder aux partenaires de la coopération belge qui travaillent sur le terrain toute l'importance qu'ils méritent. J'ai eu également l'occasion d'aborder cette question avec le ministre des Affaires étrangères lorsqu'il s'agissait de parler du Congo et de ses richesses. Mais il ne faut pas oublier qu'avant le pays et ses richesses, il y a sa population.
La richesse de la coopération au développement réside aussi dans les ressources humaines. Cette richesse ne pourra être maintenue qu'en impliquant davantage de jeunes dans les politiques de solidarité internationale menées tant en Belgique et en Europe que dans les pays en voie de développement.
En ce qui concerne le lien que vous faites entre la coopération au développement et la dimension sécuritaire, il importe de souligner que si la paix et la sécurité sont des conditions essentielles à un développement durable, il ne peut être assigné aucun rôle ni fonction sécuritaire à la politique de coopération au développement.
De même, en ce qui concerne la condition de bonne gouvernance, indispensable à la réussite d'une bonne coopération, nous soulignons que la lutte contre la corruption est aussi liée à la lutte contre l'impunité et donc à la mise en place d'une justice internationale.
Plusieurs postes budgétaires ont été diminués mais il apparaît dans le budget que les montants attribués pour une implication du secteur privé dans les politiques de coopération ont fortement augmenté.
Monsieur le ministre, pouvez-vous nous expliquer la raison de cette augmentation?
Ne faudrait-il pas, parallèlement à cette augmentation dans le budget, prendre des mesures afin que la Société belge d'investissement pour les pays en voie de développement fonctionne avec efficacité et transparence?
A cet égard, estimez-vous nécessaire de prévoir une évaluation?
Si l'activité économique est essentielle au développement, nous regrettons cependant qu'aucun lien ne soit fait dans votre note de politique générale entre le soutien au secteur privé et les questions de la responsabilité sociale des entreprises et du commerce équitable.
Monsieur le ministre, nous regrettons également que votre note de politique générale ne mentionne pas l'éducation au développement, mais seulement la communication et la sensibilisation qui sont des matières très importantes, je le reconnais. L'éducation au développement constitue, selon nous, un réel outil de solidarité internationale. Nous espérons que vous mettrez tout en oeuvre afin que les conditions de l'émergence de stratégies en la matière soient réunies.
Enfin, il apparaît que vous avez bien du mal à remplir le cadre des attachés de la Coopération au Développement, en place dans les ambassades de Belgique dans nos pays partenaires. La question concernerait particulièrement les attachés francophones qui, malgré leur compétence et leur expérience professionnelle en matière de coopération, ne parviendraient pas, dans de nombreux cas, à réussir l'examen de néerlandais dont le niveau de difficulté serait particulièrement élevé en fonction des nécessités de leur mission. Cette situation créerait un net déséquilibre entre le nombre d'attachés francophones et néerlandophones effectivement en poste. Pouvezvous, monsieur le ministre, nous confirmer cette information? Si elle s'avère exacte, quelles mesures comptez-vous prendre pour remédier à cette situation?
Au regard de la note de politique générale et du budget présenté, et tout en restant attentif à la prise en considération par le ministre des points que je viens d'évoquer, je tiens à faire part de ma satisfaction, partagée par mon groupe politique. Nous soutiendrons la note de politique générale du ministre de la Coopération au Développement.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, dear colleagues, my political group could not dispose of the general policy note before the meeting of the Committee on Foreign Relations on 16 November last year, during which it was debated.
On behalf of my group, I would therefore like to highlight the following few points.
We welcome, above all, the continuity principle you advocate, even though we would have wished to have more clarification on how to apply it.
We also welcome your concern for establishing a concertation at all levels. This is one of the most important challenges to face, a challenge that requires a political will for dialogue between the different actors of development cooperation, but which also requires the setting of conditions to make this dialogue possible, effective and effective.
Among the tools to be strengthened to improve consultation, we will mention, in particular, in the framework of bilateral cooperation, the preparation of joint committees in Belgium and in the beneficiary countries. Unfortunately, we find that, despite praised intentions and speeches, the so-called moments of consultation between international organizations and NGOs, for example, are not always designed and organized as they should be. We welcome your willingness to simplify and accelerate the current procedures which, by their weight, slowness and rigidity, in particular, stifle NGO initiatives.
It would also be appropriate to consider an action by the European Commission and its services in order to simplify and speed up the co-financing procedures.
We are pleased to note that this year several assessment procedures have been carried out, in particular by the DGCD’s PMEO department and the SPF Foreign Affairs Special Evaluator (SES) department. We hope that this evaluation policy will continue and can serve as a tool for analyzing the quality and efficiency of our development cooperation as a whole.
To return to the financial means, if we look at the 2005 budget, we observe that it is far from actually taking off. It is progressing, of course, but only 4.4%.
In the introduction of your general policy note, you recall, in particular, the Government’s commitment to increase the funding for development cooperation to reach 0.7% of the gross national income in 2010, in accordance with the 2002 Monterrey Conference. Nevertheless, given the evolutions seen and probably predictable, we can only express our concerns about the difficulties that will exist in achieving this goal, if the current trend is not corrected.
Do you think Belgium will be able to fulfill the commitments made in Monterrey? What about the search for new financial mechanisms for development?
In general, Mr. Minister, we support the idea that the increased means of Belgian development cooperation should enable a broader deployment of Belgian actors of bilateral cooperation, both direct and indirect, the maintenance of a high level of competence, a more direct and manageable evaluation and control.
With regard to direct bilateral cooperation, which has seen a sharp decrease in the resources allocated to the projects and programmes implemented by the Belgian Technical Cooperation (CTB), we are just concerned about the deployment and the effectiveness of the projects and programmes implemented. Efforts should be made to ensure that the DGCD-CTB duo operates faster, more efficiently and with more resources. The Belgian development cooperation must have a financially credible direct bilateral cooperation.
With regard to multilateral cooperation with increased resources, we will pay particular attention to the rapid, coherent and effective implementation of the programmes of international organizations. For information, Belgium currently funds 35 international organizations for a total of approximately 75% of the budgets allocated to this sector.
It is also important that the Belgian government and parliament, in close synergy with the European Commissioner for Development Cooperation and Humanitarian Aid, Mr. Louis Michel, and with the European Parliamentarians, ensure a vigilance on the implementation of European cooperation. Cooperation and mandatory contributions should not be equated with white checks.
We also closely follow the efforts of the Belgian Development Cooperation to strengthen its role within the management bodies of international organizations. In addition, the participation of Belgian NGOs in European cooperation is important and must be supported.
We have no doubt, Mr. Minister, that you will do everything in your power to ensure that the resources that are devoted to it are ⁇ ined and strengthened.
For indirect cooperation, we are pleased that you explicitly recognize the role of NGO consultation bodies - whether they are couples, coordinations or federations - as interlocutors. Those NGO federations could also, in the context of international courses and group internships, contribute closely to the definition of needs, the search for individual and institutional local competencies, the organization of courses at the local, regional or national level.
You stress, Mr. Minister, the importance of working for greater synergies between the three pillars – direct bilateral cooperation, multilateral cooperation, indirect cooperation – in support of local and national policies when they are based on a broad consensus between public authorities and civil society. Can you, Mr. Minister, give us more information on the implementation of this will?
For the five topics within the existing priorities defined by the Millennium Development Goals and the International Cooperation Act, on which you draw our attention, we share your concerns. I summarize them: the fight against AIDS and malaria; respect for the rights of the child; equal rights and opportunities for men and women. But for another point that you have highlighted, namely water – and more ⁇ access to drinking water, which is a vital commodity – we believe that it must imperatively remain safe from any merchandising.
Human beings must remain at the center of the development process and the Belgian cooperation partners who work on the ground must be given all the importance they deserve. I also had the opportunity to address this issue with the Minister of Foreign Affairs when it came to talk about the Congo and its wealth. But we must not forget that before the country and its wealth, there is its people.
The wealth of development cooperation lies also in human resources. This wealth can only be ⁇ ined by involving more young people in international solidarity policies carried out in Belgium and Europe as well as in developing countries.
Regarding the link between development cooperation and the security dimension, it is important to emphasize that while peace and security are essential conditions for sustainable development, no role or security function can be assigned to the development cooperation policy.
Similarly, with regard to the condition of good governance, indispensable to the success of good cooperation, we stress that the fight against corruption is also linked to the fight against impunity and therefore to the establishment of international justice.
Several budget posts have been reduced, but it appears in the budget that the amounts allocated for the involvement of the private sector in cooperation policies have increased sharply.
Can you explain the reason for this increase?
Should not, in parallel with this increase in the budget, measures be taken to ensure that the Belgian Investment Society for Developing Countries operates efficiently and transparently?
In this regard, do you consider it necessary to provide an evaluation?
While economic activity is essential to development, we regret, however, that there is no link in your general policy note between support for the private sector and the issues of corporate social responsibility and fair trade.
Mr. Minister, we also regret that your general policy note does not mention development education, but only communication and awareness raising which are very important matters, I acknowledge. Education for Development is, in our view, a real tool of international solidarity. We hope that you will do your best to ensure that the conditions for the emergence of strategies in this area are met.
Finally, it appears that you have a lot of difficulty filling the framework of the affiliates of Development Cooperation, in place in the embassies of Belgium in our partner countries. The question would ⁇ concern French-speaking affiliates who, despite their competence and professional experience in the field of cooperation, would not, in many cases, succeed in the examination of Dutch whose level of difficulty would be ⁇ high depending on the needs of their mission. This situation would create a net imbalance between the number of French-speaking and Dutch-speaking affiliates actually in office. Can you confirm this information? If it turns out to be accurate, what steps are you planning to take to remedy this situation?
In view of the general policy note and the budget presented, and while remaining attentive to the Minister’s consideration of the points I have just mentioned, I would like to express my satisfaction, shared by my political group. We will support the general policy note of the Minister of Development Cooperation.
#46
Official text
Madame Genot, je vais vous garder pour la fine bouche, si je puis dire. Cela ne vous dérange pas? Comme je suis un égalitariste, pour moi, les femmes peuvent être les dernières.
Translated text
Madame Genot, I will keep you for the mouth, if I can say. Does this not bother you? As I am an equalitarian, for me, women can be the last.
#47
Official text
Mijnheer de voorzitter, heren ministers, in de voor onze Europese toekomst en onze Europese identiteit van kapitaal belang zijnde kwestie van het al dan niet openen van toetredingsonderhandelingen met Turkije bevindt het Vlaams Belang zich met zijn stelling dat het Aziatische moslimland Turkije geen lid kan worden van de Europese Unie in het uitstekende gezelschap van belangrijke Europese staatslieden. Ik noem hier Valéry Giscard d'Estaing, Helmut Schmidt, Frits Bolkestein. Ik vergeet zeker onze eigen Karel Van Miert niet, gewezen voorzitter van de Vlaamse socialisten en eveneens gewezen Europees commissaris.
We kunnen aan dat rijtje prominenten nog belangrijke partijleiders uit onze buurlanden toevoegen, zoals Angela Merkel, voorzitster van de Duitse CDU, en Nicolas Sarkozy, voorzitter van de Franse, neogaullistische regeringspartij UMP.
Ik wil met dat eminente gezelschap maar aantonen dat wij niet alleen staan met ons standpunt, niet onder de grote, Europese staatslieden en zeker niet onder de bevolking. Ik kom daar straks nog op terug.
Collega's, intussen hebben ook de naïevelingen Turkije leren kennen. Turkije is bijlange nog geen lid van de Europese Unie. Op de Top van Brussel op 16 en 17 december 2004, waar het islamitische land zijn voorlopig toegangsticket verwierf, gaf het echter al een staaltje van zijn brutale machtsvertoon.
Turkije is — de waarheid heeft haar rechten — een imperialistische Staat, die al dertig jaar lang een deel van Noord-Cyprus bezet houdt met een legermacht van 30.000 tot 40.000 militairen, tegen de Verenigde Naties in. Geen enkele Staat, behalve Turkije zelf, heeft Noord-Cyprus erkend. Bij de verovering van Noord-Cyprus in 1974 werden trouwens grove schendingen van de mensenrechten begaan. Zo werden tienduizenden Grieken beroofd van al hun bezittingen en verdreven naar het zuiden. Meer dan 1.500 Grieks-Cyprioten werden opgepakt en naar Turkije afgevoerd. Nooit werd van hen nog iets vernomen.
Het zuidelijke deel van Cyprus, Grieks-Cyprus dus, werd op 1 mei 2004 een volwaardig lid van de Europese Unie. Turkije weigert echter hardnekkig Cyprus te erkennen en houdt met zijn troepen NoordCyprus bezet. De Europese Unie gedoogt wat eigenlijk ontoelaatbaar is en weigert op te treden.
Tegen het argument dat de Griekse-Cyprioten in april 2004 het VNreferendum over de eenmaking van Cyprus hebben verworpen en dus zelf een oplossing kelderden, kan men met recht en rede inbrengen dat het voorstel van Kofi Annan zulke zware toegevingen en vernederingen inhield voor de Griekse-Cyprioten dat zij dat onmogelijk konden slikken.
De onverzoenlijke houding van de Turken op de EU-top van december jongstleden aangaande de Cypriotische kwestie is een knap voorbeeld van de hardheid en de onbuigzaamheid waarmee de Turken politiek bedrijven en hun wil aan Europa opleggen. Op zeker ogenblik kreeg men zelfs de indruk dat niet de Turken vragende partij waren voor toetreding, maar dat Europa voor de Turken haast een knieval deed. De ene toegeving na de andere volgde dan ook. Men kreeg een voorsmaakje van welk een masochistisch scenario Europa zich laat welgevallen als het over een tiental jaren effectief het machtige Turkije laat toetreden, dat dan met meer dan tachtig miljoen moslims de grootste staat van Europa zal zijn, en met een nog voortdurend aangroeiende bevolking.
De jongste EU-top was inderdaad verbijsterend. Eerst had Cyprus zeer terecht geëist dat het door Turkije zou worden erkend alvorens het moslimland met onderhandelingen kon beginnen. Maar Turkije weigerde botweg. De EU zette meteen een stap achteruit en eiste alleen de goedkeuring van het protocol van Ankara, dat de douaneunie van de vroegere vijftien lidstaten met Turkije uitbreidt naar de huidige vijfentwintig lidstaten. Turkije weigerde opnieuw. Daarop zette de EU een tweede stap terug en vroeg alleen dat de Turken het protocol van Ankara voorlopig zouden paraferen, om het dan in een later stadium te ondertekenen. De Turken weigerden voor de derde maal, en voor de derde keer zette de EU een stap terug. De EU kon alleen bedingen dat de Turken mondeling beloven dat zij het protocol van Ankara zullen ondertekenen tegen 3 oktober 2005, de datum waarop de toetredingsonderhandelingen zullen beginnen.
De Turkse premier Erdogan, die na de top in Istanbul als een held werd ingehaald, zei na afloop van de top op een persconferentie meteen zeer duidelijk: "Dit houdt geen erkenning in van Cyprus". De Turkse pers triomfeerde. Als staaltje van Turks machtsvertoon kon dat wel tellen. De EU berust en buigt het hoofd. Het gaf mij een gevoel van herkenning. De onderhandelingen deden mij denken aan de talrijke communautaire onderhandelingen tussen Vlamingen en Franstaligen. De EU heeft zich hier inderdaad gedragen zoals de Vlamingen. Zij hebben zich laten chanteren door een nochtans zwakkere tegenstrever en hebben altijd maar gegeven en toegegeven. Het is een scenario dat ons bekend voorkomt.
Wanneer iets ons de ogen heeft geopend op de top van 17 december in Brussel, is het wel de wrange nasmaak die het arrogante Turkse optreden bij iedereen heeft nagelaten, een aanmatigend optreden dat nog lang zal nazinderen. "Het debat met Turkije", aldus de Luxemburgse premier Juncker, "was bij momenten moeilijk te verdragen". Zijn minister van Buitenlandse Zaken, de heer Asselborn, zei over premier Erdogan: "De provocerende manier waarop hij zich tijdens de slotdrink over Cyprus uitliet, was onaanvaardbaar". Dat slechte gevoel leefde bij zowat alle delegaties en het geeft ons hoop dat de teerlingen over Turkije nog lang niet geworpen zijn.
Dat is ook de reden waarom het Vlaams Belang als enige grote partij in Vlaanderen voluit doorgaat met de strijd tegen Turkije als lid van de EU. Ik zeg duidelijk: als enige grote partij in Vlaanderen. De CD&Vfractieleider Pieter De Crem en gewezen partijvoorzitter Herman Van Rompuy mogen dan nog in de Kamer betogen tegen het Turks lidmaatschap hebben gehouden en hun oprechte persoonlijke mening hebben gegeven - ik ben best bereid dat te geloven -, zij kunnen echter niet verbergen dat CD&V over de kwestie naar goede gewoonte warm en koud blaast. Zo hebben de drie Europese parlementsleden van CD&V, Jean-Luc Dehaene, Marianne Thyssen en Ivo Belet in het Europees Parlement zeer bewust en met enthousiasme de toetredingsonderhandelingen met Turkije goedgekeurd.
Dat is een gegeven, collega's, dat wij aan de bevolking goed zullen uitleggen.
De Vlaamse socialisten en liberalen gaan met hun parlementaire fracties vierkant achter Turkije staan, ondanks de gefundeerde pleidooien van Karel Van Miert en Frits Bolkestein om dat niet te doen. Vooral van de VLD verbaast ons dit omdat de VLD nog altijd niet hersteld is van de zware opdoffer die zij bij de verkiezingen van 13 juni jongstleden kreeg en die in hoge mate het gevolg was van haar houding in de kwestie van het migrantenstemrecht. Welnu, de kwestie van het migrantenstemrecht zal klein bier blijken te zijn bij wat de dreiging van het Turkse lidmaatschap onder de bevolking zal teweegbrengen. In de perceptie van de publieke opinie wordt dit een vreemdelingenstemrecht in het kwadraat. Het zegt iets over de volkomen wereldvreemdheid van een Guy Verhofstadt dat hij het tot een van zijn Zeven Werken rekent in 2005 om het laten ingaan van de kandidatuur van Turkije tot een goed einde te brengen. Is bij de VLDtop dan elke voeling met wat leeft aan de basis verloren gegaan? Zijn er bij de VLD dan geen parlementsleden meer te vinden die zeggen: nu is het genoeg geweest, we gaan opnieuw luisteren naar de stem van onze achterban? Blijkbaar niet. Het zij zo.
Collega's, een stem tegen Turkije zal in Vlaanderen een stem voor het Vlaams Belang zijn. En kom dan achteraf alstublieft niet jammeren na een zoveelste zwarte zondag op rij. Dat de Belgische bevolking tegen Turkije als EU-lid is, werd vorig jaar op een onverdachte manier aangetoond door de Eurobarometer van maart 2003. De Eurobarometer, de zesmaandelijkse wetenschappelijke peiling van de Europese Commissie, gaf aan dat in België 70% van de bevolking gekant is tegen Turkije als EU-lid. In Vlaanderen zal dat percentage wellicht nog wat hoger liggen dan 70% zodat we hier werkelijk mogen spreken van de kwestie vreemdelingenstemrechtbis. Alleen zal dit fenomeen zich over een veel langere termijn spreiden.
Om de publieke opinie te sussen, zegt men dat er nog niks onherroepelijks is gebeurd, dat de onderhandelingen nog geen finaliteit hebben en dat ze nog altijd kunnen worden afgeblazen. In het beste geval wordt Turkije pas over 10 jaar lid.
Collega's, geloof dat niet! Ik citeer Karel Van Miert in De Morgen van 21 december 2004: "Ik vind het onaanvaardbaar dat men door de knieën is gegaan voor de chantage van de Turken. Zij wilden enkel onderhandelen over een volledig lidmaatschap. Volgens mij had men, gezien de vele vraagtekens, beter gekozen voor open onderhandelingen. Het is zonneklaar dat de Turken de timing de komende jaren zullen proberen te versnellen. Ik geloof nooit dat het nog tien jaar zal duren voor Turkije bij de Europese Unie zit, zeker omdat er enorm veel druk wordt uitgeoefend door de Verenigde Staten". Ook Frits Bolkestein zegt hetzelfde in een interview met de Volkskrant van 6 december. Ik citeer opnieuw: "Het zal veel sneller gaan dan men denkt. Het zou me niet verbazen als we over vijf jaar reeds voor het definitieve lidmaatschap staan".
Intussen maken we mee dat uitgerekend de progressieven niet wakker liggen van de vele schendingen van de mensenrechten in Turkije. Zij knijpen een oogje dicht voor de achterstelling van de vrouwen. Zij kijken weg van de onderdrukking van de religieuze en etnische minderheden, voor de behandeling van de meer dan 15 miljoen Koerden als derderangsburgers. Premier Verhofstadt doet nog beter. Turkije opnemen in de EU zal, zijns inziens, de enige manier zijn om het moslimfundamentalisme in Turkije tegen te gaan en om in Turkije als het ware een soort gematigde Europese islam te zien ontstaan. Ook Karel De Gucht zwaait met dit argument.
Collega's, het tegenovergestelde is waar. Een eminent islamdeskundige als professor Urbain Vermeulen heeft daarop gewezen. De paradox wil dat het juist een vereuropeesd Turkije zal zijn dat voeding zal geven aan een radicale islam. Nu, collega's, domineert de macht van het leger in Turkije. Het is juist het leger dat in Turkije de radicale islam onder de knoet weet te houden en een scheiding van kerk en staat handhaaft. Om tot Europa toe te treden moet Turkije democratiseren en moet de macht van het leger aan banden worden gelegd. Dat kan toch niet anders: Europa kan toch geen generaalsregime in zijn club dulden. Meteen zal de radicale islam zich in het "gedemocratiseerde" Turkije in zijn volle sterkte kunnen ontplooien en naar boven komen. Een democratisch Turkije is dus een Turkije met een islam die zich uit zijn boeien losrukt en die radicaliseert.
Een ander argument is: Turkije als brug naar de islamwereld. Ook u en de eerste minister gebruiken dit argument, mijnheer de minister: Turkije zou de brug zijn naar de islam. Dat is nog zo'n argument dat geen hout snijdt. Welke brug dan en naar wie? Alle omringende landen haten de Turken, omdat zij door hen in het verleden bezet werden. Het Arabische nationalisme was altijd al tegen de Turken gericht. Men kent blijkbaar zijn geschiedenis niet meer. Ik vraag dus opnieuw: welke brug. Als bijvoorbeeld Frankrijk en Groot-Brittannië een eigen buitenlandse politiek voeren, waarom zou Turkije dat dan niet mogen? Met Turkije bij de EU is een verenigd politiek Europa verder af dan ooit en stevenen we af op een dreigende destabilisatie van de Europese Unie. Misschien is het juist dat vooruitzicht dat de Amerikanen zo toelacht.
Laten we toch ook oog hebben voor de financiële catastrofe die Europa zich op de hals haalt met Turkije erbij: een agrarisch ontwikkelingsland waar het bruto nationaal inkomen maar 30% bedraagt van het EU-gemiddelde.
Een berekening van de EU-Commissie zelf leert ons dat Turkije tegen 2025 maar liefst 22 tot 33,5 miljard euro aan landbouwsubsidies zou binnenrijven. Daarbij komt nog dat heel het grondgebied van Turkije in aanmerking komt voor subsidies uit de structuurfondsen. Dat is nog eens goed voor 5,6 miljard euro. Dit is volkomen onbetaalbaar. Europa stevent met Turkije dan ook af op een gegarandeerd bankroet. Collega's, de heren Verhofstadt en De Gucht hebben een van hun grootste politieke vergissingen begaan door Turkije zijn zin te geven. Het is echter nog niet te laat. Om op 3 oktober 2005 effectief met de toetredingsonderhandelingen te beginnen is er een nieuwe beslissing nodig. Elk land kan zich nog verzetten en/of strengere voorwaarden opleggen.
Voor de echte toetreding over enkele jaren is er in elk geval een nieuwe beslissing nodig en heeft elk land vetorecht. Men kan ook in elk land een referendum afdwingen. Samen met onze vele bondgenoten in het buitenland zal het Vlaams Belang de strijd tegen Turkije als EU-lid aanwakkeren. Wij geven de moed nog lang niet op, collega's.
Tegelijk steken wij de hand uit naar de Turken om met hen in de beste samenwerkingsverbanden te leven en hen bij hun ontwikkeling tot een moderne staat te helpen waar wij kunnen. Turkije in de Europese Unie is en blijft voor ons echter, om het te zeggen met de titel van het lezenswaardige boek van onze Euro-parlementsleden Philip Claeys en Koen Dillen, "een brug te ver".
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Ministers, in the question of whether or not to open accession negotiations with Turkey, which is of capital importance for our European future and our European identity, the Flemish Interest finds itself with its position that the Asian Muslim country Turkey cannot become a member of the European Union in the excellent company of important European statesmen. I mention here Valéry Giscard d'Estaing, Helmut Schmidt, Frits Bolkestein. I ⁇ do not forget our own Karel Van Miert, former chairman of the Flemish Socialists and also former European Commissioner.
We can add to that line prominent party leaders from our neighbouring countries, such as Angela Merkel, chairman of the German CDU, and Nicolas Sarkozy, chairman of the French, neogaullist ruling party UMP.
With this eminent company, I want to show that we are not alone with our position, not among the great, European statesmen and ⁇ not among the population. I will return to that later.
Colleagues, in the meantime, the naive have also learned about Turkey. Turkey is not yet a member of the European Union. However, at the Brussels Summit on 16 and 17 December 2004, where the Islamic country acquired its provisional entry ticket, it already gave a sign of its brutal show of power.
Turkey is — the truth has its rights — an imperialist state, which has occupied part of Northern Cyprus for thirty years with an army of 30,000 to 40,000 soldiers, against the United Nations. No state, except Turkey itself, has recognized Northern Cyprus. During the conquest of Northern Cyprus in 1974, serious human rights violations were committed. Tens of thousands of Greeks were robbed of all their possessions and expelled to the south. More than 1,500 Greek Cypriots were arrested and deported to Turkey. Nothing was ever heard of them.
The southern part of Cyprus, Greek Cyprus, became a full member of the European Union on 1 May 2004. However, Turkey persistently refuses to recognize Cyprus and holds with its troops occupied Northern Cyprus. The European Union is tormenting what is actually unacceptable and refuses to act.
Against the argument that the Greek Cypriots rejected the UN referendum on the reunification of Cyprus in April 2004 and thus themselves sought a solution, it is right and reasonable to argue that Kofi Annan’s proposal contained such heavy concessions and humiliations for the Greek Cypriots that they could not swallow it.
The irreconcilable attitude of the Turks at the EU summit last December on the Cypriot issue is a beautiful example of the hardness and unwavering with which the Turks undertake political activities and impose their will on Europe. At some point, it even got the impression that not the Turks were the party asking for accession, but that Europe was almost kneeling for the Turks. One surrender after the other followed. One was given a taste of what a masochistic scenario Europe will welcome if in a decade it effectively allows the powerful Turkey to join, which then with more than eighty million Muslims will be the largest state of Europe, and with a still continuously growing population.
The latest EU summit was really shocking. At first, Cyprus had very rightly demanded that it be recognized by Turkey before the Muslim country could start negotiations. But Turkey refused to go. The EU immediately took a step back and only demanded the approval of the Ankara Protocol, which extends the customs union of the former fifteen member states with Turkey to the current twenty-five member states. Turkey refused again. Then the EU took a second step back, asking only that the Turks provisionally parapher the Ankara Protocol, in order to sign it at a later stage. The Turks refused for the third time, and for the third time the EU took a step back. The EU could only stipulate that the Turks will verbally promise to sign the Ankara Protocol by 3 October 2005, the date on which accession negotiations will begin.
Turkish Prime Minister Erdogan, who was caught up as a hero after the summit in Istanbul, immediately said very clearly after the summit at a press conference: "This does not mean recognition of Cyprus." The Turkish press triumphed. As a stable of Turkish power show, that could count. The EU rests and bends its head. It gave me a sense of recognition. The negotiations reminded me of the numerous community negotiations between Flemish and French speakers. Indeed, the EU has behaved here like the Flammers. They have allowed themselves to be blackmailed by a yet weaker opponent and have always given and given. This is a scenario that is familiar to us.
When something has opened our eyes at the December 17 summit in Brussels, it is the wretched after-smaak that the arrogant Turkish performance has left in everyone, an insulting performance that will continue to decline for a long time. “The debate with Turkey,” said Luxembourg Prime Minister Jean-Claude Juncker, “was at times difficult to tolerate.” His Minister of Foreign Affairs, Mr Asselborn, said about Prime Minister Erdogan: “The provocative way he laid out over Cyprus during the final drinking was unacceptable.” That bad feeling lived in almost all the delegations and it gives us hope that the tearls over Turkey have not been thrown away.
That is also why the Flemish Interest, as the only major party in Flanders, fully continues the struggle against Turkey as a member of the EU. As the only major party in Flanders. The CD&V faction leader Pieter De Crem and former party chairman Herman Van Rompuy may have held protests in the Chamber against Turkish membership and have given their sincere personal opinion – I am very willing to believe that – but they cannot hide that CD&V blasts warm and cold on the question of good habits. For example, the three MPs of CD&V, Jean-Luc Dehaene, Marianne Thyssen and Ivo Belet in the European Parliament very consciously and with enthusiasm approved the accession negotiations with Turkey.
This is a fact, colleagues, which we will explain well to the public.
The Flemish socialists and liberals, with their parliamentary groups, will stand square behind Turkey, despite the well-founded pleas of Karel Van Miert and Frits Bolkestein not to do so. Particularly for the VLD, this surprises us because the VLD has still not recovered from the heavy burden it suffered in the recent elections of 13 June and which was largely the result of its stance on the issue of migrant voting rights. Well, the issue of immigrant voting rights will prove to be small beer in what will bring about the threat of Turkish membership among the population. In the perception of public opinion, this becomes a foreign voting right in the square. It says something about the absolute world strangeness of a Guy Verhofstadt that he counts it as one of his Seven Works in 2005 to bring the entry of the candidacy of Turkey to a good end. Has the VLDtop then lost every feeling with what lives at the base? Are there then no more members of parliament in the VLD who say: now it has been enough, we are going to listen to the voice of our backbone again? Apparently not. It be so.
A vote against Turkey will be a vote for the Flemish Interest in Flanders. And then please do not regret after another black Sunday in a row. That the Belgian population is against Turkey as a EU member, was demonstrated in an unmistakable way last year by the Eurobarometer of March 2003. The Eurobarometer, the six-month scientific poll of the European Commission, stated that in Belgium 70% of the population is against Turkey as a member of the EU. In Flanders, that percentage may still be slightly higher than 70% so that we can really talk about the issue of foreign voting right here. Only this phenomenon will spread over a much longer term.
To suspense the public opinion, it is said that nothing irrevocable has happened yet, that the negotiations have no finality yet and that they can still be blown down. In the best case, Turkey will become a member of the EU only in 10 years.
Ladies and gentlemen, do not believe that! I quote Karel Van Miert in De Morgen of December 21, 2004: "I find it unacceptable that one has gone through the knees for the blackmail of the Turks. They wanted to negotiate a full membership. In my opinion, given the many questions, it would have been better to choose open negotiations. It is clear that the Turks will try to speed up the timing in the coming years. I never think it will take another ten years for Turkey to join the European Union, especially because there is a huge amount of pressure being put on by the United States.” Frits Bolkestein said the same in an interview with the Volkskrant on December 6. I quote again: “It will go much faster than one thinks. I would not be surprised if in five years we are already in front of the final membership.”
Meanwhile, we note that the progressives are not awake to the many human rights violations in Turkey. They shut a blind eye to the subjection of women. They look away from the oppression of religious and ethnic minorities, for the treatment of the more than 15 million Kurds as third-party citizens. Prime Minister Verhofstadt is doing even better. Turkey’s inclusion in the EU will, in his opinion, be the only way to counter Muslim fundamentalism in Turkey and to see a kind of moderate European Islam emerge in Turkey. Karel De Gucht also swings with this argument.
Colleagues, the opposite is true. An eminent Islamist expert such as Professor Urbain Vermeulen has pointed to this. The paradox is that it will be a fully-European Turkey that will feed a radical Islam. Now, colleagues, the power of the army in Turkey dominates. It is precisely the military that in Turkey knows how to keep the radical Islam under the knife and ⁇ ins a separation of church and state. In order to join Europe, Turkey must democratize and the power of the army must be restricted. Europe cannot tolerate a general regime in its club. Immediately the radical Islam will be able to unfold and rise in full strength in the “democratized” Turkey. A democratic Turkey is, therefore, a Turkey with an Islam that loses itself from its bonds and radicalizes it.
Another argument is: Turkey as a bridge to the Islamic world. You and the Prime Minister also use this argument, Mr. Minister: Turkey would be the bridge to Islam. This is another argument that does not cut wood. Which bridge and to whom? All surrounding countries hate the Turks because they were occupied by them in the past. Arab nationalism has always been directed against the Turks. They no longer know their history. So I ask again: which bridge. If, for example, France and Britain have their own foreign policy, why should Turkey not? With Turkey joining the EU, a united political Europe is further away than ever, and we are stopping at a threatening destabilization of the European Union. Per ⁇ it is precisely that prospect that the Americans so laughed.
Let’s also look at the financial catastrophe that Europe is facing with Turkey: an agribusiness-developing country where the gross national income is only 30% of the EU average.
A calculation by the European Commission itself teaches us that by 2025 Turkey would invest as much as 22 to 33,5 billion euros in agricultural subsidies. In addition, the entire territory of Turkey is eligible for grants from the Structural Funds. That is another 5.6 billion euros. This is completely unpaid. Turkey and Europe are on the verge of a guaranteed bankruptcy. Colleagues, Mr. Verhofstadt and Mr. De Gucht have made one of their biggest political mistakes by giving Turkey its sense. However, it is not yet too late. In order to effectively start the accession negotiations on 3 October 2005, a new decision is needed. Each country can still resist and/or impose stricter conditions. Their
In any case, for the actual accession in a few years, a new decision is required and each country has a veto right. A referendum can be held in any country. Together with our many allies abroad, the Flemish Interest will stimulate the struggle against Turkey as a EU member. We will not give up courage, my colleagues. Their
At the same time, we extend our hand to the Turks to live with them in the best cooperative relations and help them in their development into a modern state where we can. Turkey in the European Union is and remains for us, however, to say it with the title of the readable book of our MEPs Philip Claeys and Koen Dillen, "a bridge too far."
#48
Official text
Madame Genot en dan mevrouw Vautmans. En dan de ministers. Et puis les Finances. Et nous avons encore plusieurs projets à examiner avant le budget de la Chambre et celui des organismes dotés.
Translated text
Madame Genot in Dan mevrouw Vautmans. of the ministers. And then the finances. And we still have several projects to consider before the budget of the House and that of the organisations endowed.
#49
Official text
Monsieur le président, c'est à M. De Decker, ministre de la Coopération au Développement, que je souhaite m'adresser principalement.
Monsieur le ministre, vous le savez, le dossier de la coopération nous tient particulièrement à coeur. L'année 2004 n'avait pas été particulièrement bonne pour la coopération puisqu'on avait vu son budget augmenter assez artificiellement, en y rapatriant toute une série d'organismes internationaux comme, par exemple, l'Organisation internationale du Travail (OIT) que l'on trouvait auparavant dans le budget de l'Emploi. Une série de budgets de la Banque mondiale ont subi le même sort. Mais les autres ministres en conservaient la tutelle. C'est en 2004, sous M. Verwilghen et la coalition violette que l'OIT, l'OIM, le Ducroire, la Banque américaine d'investissement sont entrés dans le giron de la Coopération au Développement. C'est sous le gouvernement PS-MR que ces artifices ont été utilisés. On y a aussi inclus des investissements en Irak....
Translated text
Mr. President, it is Mr. From Decker, Minister of Development Cooperation, which I would like to address primarily.
As you know, the issue of cooperation is ⁇ important to us. 2004 was not a ⁇ good year for cooperation since its budget had been increased quite artificially, repatriating a whole series of international organizations such as, for example, the International Labour Organization (ILO), which was previously included in the Employment Budget. A number of World Bank budgets suffered the same fate. But the other ministers retained the guardianship. In 2004, Mr. Verwilghen and the violet coalition that the ILO, IOM, the Ducroire, the American Investment Bank have entered the wing of Development Cooperation. It was under the PS-MR government that these artifices were used. It also includes investments in Iraq.
#50
Official text
Non, non, c'est simplement la lecture du budget. Vous n'allez pas prétendre que c'est sous l'arc-en-ciel qu'on a inscrit dix millions au budget de la Coopération au Développement pour l'accueil des demandeurs d'asile! La première année où cela s'est produit, c'est en 2004. Allez revoir vos budgets!
L'année passée a été aussi celle de la diminution du budget des ONG; vous pouvez en témoigner. Ce n'était donc pas une année particulièrement bonne.
Examinons à présent le cru 2005. On constate une très légère augmentation du budget et moins d'artifices que l'année passée. Ce n'est pas difficile étant donné ce qui s'était passée l'année précédente. Cela dit, pas de réelle augmentation. Pourtant, pour tenir les engagements pris à Monterrey et ceux de la loi-programme de 2002, et atteindre les 0,7% en 2010, il faudrait une augmentation de 0,04% par an. On en est loin, cette année. Il va falloir faire de très gros efforts les deux années qui suivent.
On se demande quelles perspectives vous vous donnez pour consentir ces efforts. On ne voit pas la volonté d'abandonner toute une série de dettes, ce qui permettrait de nouvelles augmentations de budgets - mais vous allez peut-être pouvoir m'expliquer - ou de recourir à des mécanismes tels que la taxe Tobin qui, eux aussi, permettraient de financer de manière satisfaisante les projets du Sud.
Examinons ces budgets. Le parlement compte de nombreux municipalistes parmi ses membres. On me dit souvent que le cumul des mandats est utile car cela permet de défendre les communes au parlement. Nous constatons aujourd'hui une diminution de 60% du budget de la coopération affecté aux communes. Je ne sais pas où sont nos municipalistes aujourd'hui, mais ils ne brillent pas par leur présence! C'est dommage car de nombreuses communes menaient, avec de tout petits budgets, des partenariats avec d'autres pays entre administrations, des échanges de fonctionnaires, d'associations, de personnes, ce qui permettait un enrichissement mutuel et une sensibilisation à la proximité. Je trouve dommage de voir ce budget de la coopération décentralisée ainsi amputé. Comme ce sont de petits budgets, peut-être qu'à l'ajustement budgétaire, on aura l'occasion de réviser le tir. Toute une série de communes s'interrogent sur l'avenir de leurs projets. Elles ne pourront sans doute pas les maintenir sur leurs fonds propres. Il serait intéressant d'avoir un signal dans ce domaine.
La coopération non gouvernementale est aussi source d'interrogations. Je voudrais connaître vos intentions en matière de partenariat avec les ONG. Par exemple, la commission d'avis des ONG a vu son mandat se terminer en mars 2004 et se retrouve, à l'heure actuelle, dans l'incertitude. Comment comptez-vous poursuivre ce partenariat? Allez-vous renouveler cette commission d'avis? Allezvous encore mettre en place des mécanismes réguliers d'échange avec les ONG afin de construire une coopération, un véritable partenariat avec le mouvement Nord/Sud très actif en Belgique?
Toujours dans la coopération non gouvernementale, nous devons aussi noter les diminutions de budgets alloués aux institutions scientifiques, à la coopération universitaire, aux étudiants des pays à faibles revenus, au Musée royal africain ou à l'Institut de médecine tropicale. C'est un peu dommage. Même remarque, d'ailleurs, pour les initiatives syndicales.
Je suis inquiète au sujet de la ligne budgétaire affectée à l'OIM. Vous parlez en effet dans l'intitulé de "projets répondant aussi bien aux priorités de la Coopération au Développement qu'à celle du SPF Intérieur". Cela m'a rappelé le mauvais projet de votre prédécesseur qui envisageait de conditionner l'aide au fait que les pays acceptent le retour de leurs ressortissants. J'espère que ce n'est pas ainsi qu'il faut entendre cette phrase qui figure dans la justification du budget.
Pour le budget multilatéral, vous avez décidé de réduire le nombre d'organisations internationales. J'aurais voulu savoir sur quels critères vous vous êtes basé pour opérer les choix. Il me semble que des organisations internationales d'environnement ont subi plusieurs coupes sombres.
C'est dommage car les pays du Sud sont les premiers à payer la note environnementale au niveau du réchauffement climatique ou lorsqu'on leur exporte nos entreprises vieillottes et polluantes.
Pour toute une série d'ONG, aucun montant n'a été prévu en 2005 pour les traités multilatéraux relatifs à l'environnement. C'est un fait relativement étonnant, alors que 12 millions y ont été consacrés en 2004 et que le même montant est prévu pour 2006. Que s'est-il passé pour 2005?
Un programme des Nations unies consiste à soutenir les pays du Sud lorsqu'ils s'efforcent d'acquérir un savoir-faire en vue des négociations au niveau de l'OMC. C'était un des projets prévus lors du sommet de Doha. Si je ne me trompe, rien n'est prévu dans le budget à ce sujet. Pourtant, ce programme me semble assez intéressant. Ai-je mal lu le budget ou ne veut-on pas faire de cette problématique une priorité?
Une de vos priorités affichées est la participation au Fonds mondial pour la lutte contre le sida, la tuberculose et la malaria. Dès lors, je suis particulièrement étonnée de constater une diminution du budget à ce sujet en 2005. En effet, on est passé de 5 millions en 2004 à 1 million pour 2005.
Je vous ai posé une question en commission à laquelle je n'ai pas reçu de réponse. Nous savons que les défenseurs des droits de l'homme dans les pays du Sud effectuent un travail particulièrement difficile et dans des conditions très dangereuses. Un programme ciblé visant à les aider à développer une série de mécanismes de protection serait intéressant. Une réflexion est-elle menée sur cette problématique? Menez-vous des contacts pour tenter de voir si la Belgique est en mesure d'appuyer ce type d'initiative?
J'en arrive à une nouvelle ligne dans le budget: la ligne pour la MONUC. Il est très important d'intervenir dans des actions de pacification au Congo. Mais ces initiatives ont-elles leur place dans le budget de la Coopération au Développement? Nous savons qu'à l'heure actuelle les dépenses relatives à la lutte contre le terrorisme et à la défense, etc. croissent de manière particulièrement importante; par contre, les dépenses pour la coopération sont assez ridicules. Je regrette donc cette tendance à inclure des opérations militaires, même s'il s'agit d'opérations de paix, dans le budget de la Coopération. Si elles sont indispensables, elles n'ont pas à figurer dans ce budget.
Vous affirmez aussi accorder une importance particulière au soutien des initiatives privées dans le Sud. Dès lors, j'ai été surprise de voir réduit à zéro un fonds d'assistance technique, c'est-à-dire un fonds qui aidait des entreprises du Sud à mener des études de faisabilité, par exemple dans un but d'exportation. D'autres organismes visant à aider des entrepreneurs qui veulent se lancer dans le Sud ont vu la somme qui leur était accordée réduite de moitié.
Il n'y a pas un mot sur le commerce équitable dans votre note de politique générale. Heureusement, un budget a été prévu pour une campagne de sensibilisation, mais qui a malheureusement été prélevé sur des budgets destinés à d'autres actions de sensibilisation.
J'aurais voulu revenir aussi sur un de vos axes importants. L'attention que vous portez aux genres est bien présente mais on ne voit pas encore très bien comment elle va se concrétiser. Quels types de budgets vont être débloqués pour Pékin? On a du mal à faire le lien entre les déclarations, qui nous paraissent aller dans la bonne direction, et le budget.
On est par exemple assez étonné de voir que la Belgique ne soutient pas la plus grande organisation progressiste travaillant dans le domaine de la santé reproductive. On sait que l'IPPF, qui travaille dans ce domaine, s'est vu supprimer l'ensemble de ses subsides par Bush qui trouvait que son action en matière de contraception était trop novatrice. Heureusement, la Communauté européenne est venue à sa rescousse. J'espère que la Belgique pourra là aussi apporter sa pierre à l'édifice.
Translated text
No, no, it’s just reading the budget. You are not going to pretend that it is under the rainbow that ten million dollars have been inserted into the budget of Development Cooperation for the reception of asylum seekers! The first year this happened was 2004. Check your budgets!
Last year was also the year of the reduction of the NGO budget; you can witness that. This was not a ⁇ good year.
Let us now look at the 2005 crude. We see a very slight increase in the budget and fewer crafts than last year. This is not difficult given what happened last year. There is no real increase. However, in order to meet the commitments made in Monterrey and those of the 2002 Program Act, and to reach 0.7% in 2010, it would require an increase of 0.04% per year. We are far away this year. There will be a lot of work to be done over the next two years.
I wonder what prospects you give yourself to consent to these efforts. There is no willingness to give up a whole series of debts, which would allow for further budget increases – but you may be able to explain me – or to resort to mechanisms such as the Tobin tax which, too, would allow for satisfactory financing of the projects of the South.
Let’s look at these budgets. The parliament has many municipalists among its members. I am often told that the accumulation of mandates is useful because it helps to defend the communes in parliament. We now see a reduction of 60% of the cooperation budget allocated to municipalities. I don’t know where our municipalists are today, but they don’t shine with their presence! This is a shame because many municipalities, with very small budgets, carried out partnerships with other countries between administrations, exchanges of officials, associations, people, which allowed mutual enrichment and awareness of proximity. I am sorry to see this decentralized cooperation budget amputated. As these are small budgets, maybe at the budget adjustment, we will have the opportunity to revise the shot. A number of municipalities are questioning the future of their projects. They may not be able to keep them on their own funds. It would be interesting to have a signal in this area.
Non-governmental cooperation also raises questions. I would like to know your intentions regarding partnership with NGOs. For example, the NGO opinion committee saw its mandate end in March 2004 and is currently in uncertainty. How do you plan to continue this partnership? Will you renew this opinion committee? Will you still set up regular mechanisms of exchange with NGOs in order to build a cooperation, a true partnership with the very active North/South movement in Belgium?
Also in non-governmental cooperation, we must also note the cuts in budgets allocated to scientific institutions, university cooperation, students from low-income countries, the African Royal Museum or the Institute of Tropical Medicine. It is a little pity. The same applies to trade union initiatives.
I am concerned about the budget line assigned to the IOM. You speak in fact in the title of "projects meeting both the priorities of Development Cooperation and that of the SPF Internal". This reminded me of your predecessor’s bad plan to condition aid to the fact that countries accept the return of their nationals. I hope that this is not the way this phrase should be heard in the justification of the budget.
For the multilateral budget, you have decided to reduce the number of international organizations. I would like to know on what criteria you are based to make the choices. It seems to me that international environmental organizations have suffered several dark cuts.
This is a shame because Southern countries are the first to pay the environmental note at the level of global warming or when exporting to them our aging and polluting companies. by
For a whole series of NGOs, no amount was provided in 2005 for multilateral environmental treaties. This is a relatively surprising fact, although 12 million were spent in 2004 and the same amount is planned for 2006. What happened in 2005?
One UN program is to support Southern countries in their efforts to acquire know-how for WTO negotiations. This was one of the projects planned at the Doha summit. If I am not mistaken, there is nothing in the budget on this subject. However, this program seems quite interesting. Did I misread the budget or do we not want to make this issue a priority? by
One of your stated priorities is participation in the Global Fund for the Fight against AIDS, Tuberculosis and Malaria. Therefore, I am ⁇ surprised to see a decrease in the budget on this subject in 2005. In fact, it has increased from 5 million in 2004 to 1 million in 2005.
I asked you a question in the committee to which I did not receive a response. We know that human rights defenders in the Southern countries do a ⁇ difficult job and under very dangerous conditions. A targeted program aimed at helping them develop a series of protective mechanisms would be interesting. Is there any reflection on this issue? Are you holding contacts to try to see if Belgium is able to support this type of initiative? by
I come to a new line in the budget: the line for MONUC. It is very important to intervene in peaceful actions in the Congo. But do these initiatives have their place in the budget of development cooperation? We know that at the present time the expenses related to the fight against terrorism and defence, etc. They are growing ⁇ significantly; on the other hand, the costs for cooperation are quite ridiculous. I therefore regret this tendency to include military operations, even if they are peace operations, in the cooperation budget. If they are necessary, they do not have to be included in this budget.
You also claim to attach particular importance to supporting private initiatives in the South. I was then surprised to see a technical assistance fund reduced to zero, i.e. a fund that helped Southern companies conduct feasibility studies, for example for export purposes. Other organizations aimed at helping entrepreneurs who want to start in the South saw the amount granted to them reduced by half.
There is no word about fair trade in your general policy note. Fortunately, a budget was provided for a awareness-raising campaign, but that was unfortunately taken from budgets for other awareness-raising actions.
I would also like to return to one of your important points. The attention you are paying to genders is well present, but we do not yet see very well how it will be realised. What types of budgets will be unlocked for Beijing? We find it difficult to link the statements, which seem to be going in the right direction, and the budget.
For example, it is quite surprising to see that Belgium does not support the largest progressive organization working in the field of reproductive health. It is known that the IPPF, which works in this field, was seen removing all of its subsidies by Bush who found that his action on contraception was too innovative. Fortunately, the European Union came to its rescue. I hope that Belgium will also be able to bring its stone to the building.
#51
Official text
Impeccable! Je n'ai rien vu à ce sujet dans les justifications du budget, mais vous allez pouvoir nous expliquer dans quelle ligne budgétaire cela trouve sa place.
Une autre ligne budgétaire qui me semblait particulièrement importante est la contribution aux banques de développement et le programme concernant les petits pays pauvres très endettés. Là aussi, pour 2005: zéro euro! C'est assez regrettable. Des actions en matière de diminution de dette des pays surendettés sont-elles prévues en 2005? Si oui, lesquelles?
On attend d'un ministre de la Coopération qu'il soit un défenseur du Sud au sein du gouvernement. Il est nécessaire qu'on puisse vous entendre à propos d'enjeux importants tels que la libéralisation des services, par exemple la libéralisation de l'eau. Vous le dites: l'accès à l'eau potable est un point important. Par contre, on ne vous entend pas beaucoup à propos des négociations qui vont avoir lieu à l'OMC. Quel est le point de vue que vous souhaiteriez voir adopté par Belgique pour garantir justement les intérêts des pays du Sud?
D'autres dossiers sont particulièrement emblématiques, comme les poulets surgelés — même des déchets de poulets - qu'on exporte au Cameroun et qui provoquent des intoxications. Surtout, étant donné les subsides que reçoivent nos agriculteurs pour ce marché, cela démantèle totalement le commerce local.
Translated text
and impeccable! I have not seen anything about this in the budget justifications, but you will be able to explain to us in what budget line it is in place.
Another budget line that I thought was ⁇ important is the contribution to development banks and the program for high-debted small poor countries. In 2005 there was zero euro. This is quite regrettable. Are actions to reduce debt in over-indebted countries planned in 2005? If yes, which ones?
A Minister of Cooperation is expected to be a defender of the South within the government. It is necessary to be able to hear you on important issues such as the liberalization of services, for example the liberalization of water. You say: access to drinking water is an important point. However, you don’t hear much about the negotiations that will take place at the WTO. What is the point of view you would like to see adopted by Belgium to safeguard precisely the interests of the countries of the South?
Other records are ⁇ iconic, such as frozen chickens — even chicken waste — that are exported to Cameroon and that cause intoxication. Above all, given the subsidies our farmers receive for this market, this completely dismantles local trade.
#52
Official text
Mevrouw Vautmans is de laatste spreker in deze begrotingsbenadering van onder meer Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking.
Mevrouw Vautmans, u hebt het woord.
Translated text
Ms. Vautmans is the last speaker in this budgetary approach of, among other things, Foreign Affairs and Development Cooperation.
Mr Vautmans, you have the word.
#53
Official text
Mijnheer de voorzitter, mijnheer de minister, collega's, collega Tastenhoye zei zopas: "Ik begrijp de VLD niet. De VLD is wereldvreemd wanneer zij de toetreding van Turkije tot de Europese Unie steunt." Collega Tastenhoye is niet in de zaal, maar ik zal u uitleggen waarom de VLD voorstander is van de toetreding van Turkije tot de Europese Unie.
Voor ons is het Europese project geen gesloten, maar een open project. De Unie is een project dat stoelt op vrijheid, gelijkheid, openheid, vrede, vooruitgang en welvaart. Met de opening van de onderhandelingsgesprekken met Turkije op 3 oktober 2005 krijgen wij de kans een brug te bouwen, niet alleen over de Bosporus tussen verschillende continenten, maar vooral tussen verschillende culturen, verschillende geschiedenissen en verschillende mensen, tussen ieders particulier verleden en onze gezamenlijke toekomst, een betere toekomst. Dat vraagt tijd.
Strikte criteria werden uitgetekend om tot de Europese Unie te mogen toetreden. Collega's, Turkije zal aan die voorwaarden moeten voldoen, wil het ooit deel uitmaken van de Europese club. De Europese Raad heeft afgesproken dat de onderhandelingen alvast niet worden afgerond voordat het financieel kader 2014-2020 is vastgelegd. Collega's, voor mij lijkt dat zeer ver weg, want ik zal dan al meer dan 40 jaar zijn. De toetreding van Turkije is dus niet voor morgen.
In 1999 werd Turkije officieel als kandidaat-lidstaat erkend. In 2002 beslisten de Europese staats- en regeringsleiders dat toetredingsonderhandelingen zouden worden opgestart indien Turkije tegen eind 2004 aan de Kopenhagen-criteria voldeed. Nu zijn wij zover. Turkije voldoet aan de voorwaarden die wij vooropgesteld hadden. Nu is het aan ons om onze belofte te houden.
Welkom, collega Tastenhoye. Collega's, ik durf het standpunt van de VLD bij onze bevolking te verdedigen. Er zijn nog andere redenen waarom wij voorstander zijn van de start van de gesprekken.
Translated text
Mr. Speaker, Mr. Minister, colleagues, colleague Tastenhoye just said: "I do not understand the VLD. The VLD is a world stranger when it supports Turkey’s accession to the European Union.” Collega Tastenhoye is not in the hall, but I will explain why the VLD is in favor of Turkey’s accession to the European Union.
For us, the European project is not a closed, but an open project. The Union is a project based on freedom, equality, openness, peace, progress and prosperity. With the opening of the negotiating talks with Turkey on 3 October 2005, we have the opportunity to build a bridge, not only over the Bosphorus between different continents, but above all between different cultures, different histories and different people, between everyone’s private past and our common future, a better future. That requires time.
Strict criteria were set for accession to the European Union. Colleagues, Turkey will have to meet those conditions if it wants to be part of the European club someday. The European Council agreed that the negotiations will not be concluded until the financial framework 2014-2020 has been adopted. Colleagues, it seems to me very far away, because I will then be over 40 years old. Turkey’s accession is not for tomorrow.
In 1999, Turkey was officially recognized as a candidate country. In 2002, European heads of state and government decided that accession negotiations would be opened if Turkey met the Copenhagen criteria by the end of 2004. Now we are so far. Turkey has fulfilled the conditions we had set forth. Now it is up to us to keep our promise.
Welcome, colleague Tastenhoye. Colleagues, I dare to defend the position of the VLD among our people. There are other reasons why we are in favor of starting talks.
#54
Official text
Mevrouw Vautmans, ik zou eens graag van u vernemen of u in eer en geweten durft zeggen dat Turkije aan alle voorwaarden voldoet. Durft u dat in eer en geweten zeggen? Dan denk ik vooral aan de naleving van de mensenrechten.
Translated text
Mrs. Vautmans, I would like to hear from you if you dare to say in honour and conscience that Turkey meets all the conditions. Do you dare to say that in honour and conscience? First of all, I think of respect for human rights.
#55
Official text
Collega Tastenhoye, indien u de conclusies van de Raad van de afgelopen week gelezen hebt, dan weet u dat Turkije op dit ogenblik voldoet aan de criteria om de onderhandelingen te starten. Men heeft nog een weg af te leggen.
Translated text
Mr Tastenhoye, if you have read the Council conclusions of the last week, you know that Turkey currently meets the criteria to start negotiations. There is still one way to set.
#56
Official text
Het is ongelooflijk dat u zegt dat daar geen schendingen van de mensenrechten meer zijn.
Translated text
It is incredible that you say there are no more human rights violations there.
#57
Official text
Mijnheer Tastenhoye, als u mij laat uitspreken en luistert naar het vervolg van mijn betoog, zoals ook ik geluisterd heb naar uw betoog, dan zult u een antwoord vinden op uw vragen.
Er zijn nog andere redenen waarom wij bij de VLD voorstander zijn van de start van deze gesprekken. De VLD is de partij van de vooruitgang, van de vrijheid, van de democratie. Op al die vlakken heeft Turkije in de afgelopen jaren vorderingen geboekt. We zijn niet de enigen die dit geloven. Wie zijn in Turkije de grootste voorstanders van het starten van toetredingsgesprekken? Wie heeft er het meeste bij te winnen? Juist, de Koerden, de Armenen, de Turkse christenen, de Turkse joden en de mensenrechtenorganisaties. Daarenboven zijn er ook economische voordelen aan een toetreding van Turkije tot Europa verbonden. Net zoals bij de vorige uitbreidingen zal ook deze uitbreiding een economische win-winsituatie zijn, zowel voor Europa als voor Turkije. Critici vrezen de delocalisatie van bedrijven, het verlies van jobs indien Turkije lid wordt van de Europese Unie. Ik ben ervan overtuigd dat die vrees ongegrond is. Dat hebben vorige uitbreidingen van de Europese Unie bewezen. In België hadden sommigen dezelfde terughoudendheid ten aanzien van Spanje en Portugal. Wat is gebleken? De economie is langs beide kanten gegroeid. Bovendien werden zowel Spanje als Portugal beiden van netto emigratielanden tot netto immigratielanden. De VLD gelooft dat het huidige welvaartspeil in Europa slechts kan gehandhaafd en verbeterd worden door de economische integratie van handelspartners zoals Turkije. Ik weet, collega's, dat de mogelijke toetreding van Turkije tot de Europese Unie door veel Belgen met scepticisme wordt bekeken. In alle landen van de Unie zijn sommige mensen ronduit tegen de mogelijke toetreding van Turkije. Collega's, zij laten zich leiden door angst. Zij hebben angst voor de grenzen van Turkije. Plots zou Europa grenzen aan Syrië, Irak, Iran, Armenië en Georgië. Sommigen hebben angst voor de omvang van Turkije.
Met Turkije zouden immers meer mensen bij de Europese Unie komen dan de bevolking van de tien landen samen die er nu zijn bijgekomen.
Sommige mensen, collega Tastenhoye, hebben angst voor de islam. 99% van de Turken is immers moslim. Critici van de toetreding van Turkije tot de Europese Unie schermen vaak — dat hebben wij daarstraks gehoord — met culturele, ideologische en religieuze argumenten, maar de Unie is geen cultureel, ideologisch of religieus project. Het is een politiek project en religie behoort niet tot de criteria van Kopenhagen waaraan kandidaat-lidstaten moeten voldoen. Dat zou ook al te absurd zijn. Sinds de Verlichting, meer dan 200 jaar geleden, zijn de scheiding tussen religie en staat en de verdraagzaamheid tussen andersgelovigen fundamentele waarden van de Unie. Deze waarden staan niet toevallig reeds in de Belgische Grondwet van 1830 en de laïciteit van de staat is ook de basis van de Turkse republiek, in 1923 gesticht door Atatürk.
Andere tegenstanders van de uitbreiding met Turkije vrezen dat de vooruitgang die Turkije op economisch, sociaal en politiek vlak moet boeken, nog te groot is om zich harmonieus in de Europese Unie te kunnen integreren. Deze pessimisten vragen zich af wat we ons op de hals halen, waarom we het ons moeilijk maken door Turkije of Kroatië in de Europese Unie toe te laten. De redenen zijn politiek. De Europese Gemeenschap voor Kolen Staal en Euratom zijn ontstaan omdat we niet meer wilden dat Frankrijk en Duitsland met elkaar op de vuist gingen en dan meestal nog bij ons. De eerste uitbreiding naar het oosten kwam er omdat we niet meer wilden dat onze naaste buren economisch onderontwikkelde communistische dictaturen waren. De geleidelijke incorporatie van ex-Joegoslavië komt er omdat we niet meer willen dat de Balkan het kruitvat van Europa is. De huidige vrees dat de uitbreiding van de Unie naar Turkije een stap te ver is, bestond ook destijds bij de toetreding van Griekenland, Spanje of Portugal. Het is de vrees voor het onbekende. Ik denk nog steeds dat angst voor het onbekende een slechte raadgever is bij het nemen van beslissingen.
De VLD steunt dan ook volmondig de houding van de Belgische regering tot het openen van de toetredingsgesprekken met Turkije. Zoals ik al zei, het wordt een grote uitdaging, zowel voor Turkije als voor ons. Het is aan ons, collega's, om de sceptici te overtuigen dat de start van deze onderhandelingen goed zijn voor de Europese Unie. Het is aan ons om de mensen met drempelvrees te helpen hun koudwatervrees te overwinnen.
Maar ook voor Turkije is de uitdaging enorm, want de weg die Turkije zal moeten afleggen, is lang en moeilijk. De Europese Unie heeft nu de sleutel voor de toetreding in handen gegeven van Turkije. Het is nu aan Turkije om die sleutel te gebruiken.
Collega's, eigenlijk wil ik eindigen met een tweede onderwerp, dat ik vandaag nog niet gehoord heb, namelijk de Europese Grondwet. In dat verband wil ik u verduidelijken waarom de VLD voorstander is van een volksraadpleging over de Europese Grondwet. U weet, collega's, dat de VLD daartoe een wetsvoorstel heeft ingediend dat goedgekeurd werd in de commissie. Natuurlijk had ik liever gehad dat, indien wij in België een raadgevend referendum organiseren, de opkomst niet verplicht zou zijn, zoals ik ook tegen de opkomstplicht ben bij gewone verkiezingen. Velen zullen zeggen dat het onderwerp van de Europese Grondwet niet het juiste thema is voor een volksraadpleging. De mensen kunnen die nooit lezen, zegt men dan. Wel, dat klopt. Het is een hele moeilijke materie. Maar, voorzitter De Croo, u hebt in de Kamer op 16 november 1972 — ik was toen net geboren — naar aanleiding van de toetreding van Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk verklaard: "Wij moeten oprecht zijn: de openbare opinie van dit land voelt zich weinig gepassioneerd voor de Europese problematiek".
Collega's, ruim 32 jaar later is dat nog steeds zo. De voorzitter verklaarde toen ook...
Translated text
Mr. Tastenhoye, if you let me speak and listen to the continuation of my speech, just as I have listened to your speech, then you will find an answer to your questions.
There are other reasons why we at the VLD are in favor of starting these talks. The VLD is the party of progress, of freedom, of democracy. In all these areas, Turkey has made progress in recent years. We are not the only ones who believe this. Who in Turkey are the biggest supporters of opening accession talks? Who has the most to win? The Kurds, the Armenians, the Turkish Christians, the Turkish Jews and the human rights organizations. In addition, there are also economic benefits associated with Turkey’s accession to Europe. As with previous expansions, this expansion will also be an economic win-win situation, both for Europe and for Turkey. Critics fear the relocation of companies, the loss of jobs if Turkey joins the European Union. I am convinced that this fear is unfounded. This has been demonstrated by previous expansions of the European Union. In Belgium, some had the same restraint towards Spain and Portugal. What has been shown? The economy has grown on both sides. In addition, both Spain and Portugal both turned from net emigration countries to net immigration countries. The VLD believes that the current level of prosperity in Europe can only be ⁇ ined and improved by the economic integration of trade partners such as Turkey. I know, colleagues, that the possible accession of Turkey to the European Union is viewed with skepticism by many Belgians. In all countries of the Union, some people are outright opposed to the possible accession of Turkey. Colleagues, they are guided by fear. They are afraid of the borders of Turkey. Suddenly Europe would be bordered by Syria, Iraq, Iran, Armenia and Georgia. Some are afraid of the size of Turkey.
With Turkey, more people would join the European Union than the population of the ten countries that have now joined it together.
Some people, colleague Tastenhoye, are afraid of Islam. 99% of Turks are Muslim. Critics of Turkey’s accession to the European Union often – we’ve heard that later – screen with cultural, ideological and religious arguments, but the Union is not a cultural, ideological or religious project. It is a political project and religion does not belong to the Copenhagen criteria that candidate countries must meet. That would also be too absurd. Since the Enlightenment, more than 200 years ago, the separation between religion and state and tolerance between disbelievers have been fundamental values of the Union. These values are already contained in the Belgian Constitution of 1830 and the secularity of the state is also the basis of the Turkish Republic, founded in 1923 by Atatürk.
Other opponents of the enlargement with Turkey fear that the progress that Turkey needs to make in economic, social and political terms is still too great to be able to integrate harmoniously into the European Union. These pessimists wonder what we get on our necks, why we make it difficult to allow Turkey or Croatia into the European Union. The reasons are political. The European Coal Steel Community and Euratom were created because we no longer wanted France and Germany to go on the fist with each other and then usually with us. The first expansion to the east came because we no longer wanted our closest neighbors to be economically underdeveloped communist dictatorships. The gradual incorporation of the former Yugoslavia comes because we no longer want the Balkans to be Europe’s barrier. The current fear that the EU’s enlargement to Turkey would be a step too far also existed at the time of the accession of Greece, Spain or Portugal. It is the fear of the unknown. I still think that fear of the unknown is a bad adviser when making decisions.
The VLD therefore fully supports the position of the Belgian government to open the accession talks with Turkey. As I said before, it will be a big challenge, both for Turkey and for us. It is up to us, colleagues, to convince the skeptics that the start of these negotiations is good for the European Union. It is up to us to help people with threshold fear overcome their cold water fear.
But also for Turkey, the challenge is enormous, because the road that Turkey will have to take is long and difficult. The European Union has now handed over the key to accession to Turkey. It is now up to Turkey to use that key.
Colleagues, in fact, I would like to conclude with a second topic, which I have not heard today, namely the European Constitution. In this context, I would like to clarify why the VLD is in favor of a public consultation on the European Constitution. You know, colleagues, that the VLD has submitted a bill for this purpose that was approved in the committee. Of course, I would have preferred that, if we organize a consultative referendum in Belgium, the appearance would not be mandatory, as I am also against the appearance obligation in ordinary elections. Many will say that the subject of the European Constitution is not the right topic for a popular consultation. People can never read it, they say. Well, that is right. It is a very difficult matter. But, Chairman De Croo, you declared in the House on 16 November 1972 — I was just born at that time — following the accession of Denmark, Ireland and the United Kingdom: “We must be honest: the public opinion of this country feels little passionate about the European problem.”
More than 32 years later, this is still the case. The President also stated...
#58
Official text
De constante blijkt De Croo te zijn in die zaken, wanneer ik u zo hoor?
Translated text
The constant turns out to be De Croo in those matters, when I hear you like that?
#59
Official text
De conclusie laat ik aan u. De voorzitter verklaarde toen ook: "Met de verruiming van de Europese Gemeenschap heeft men zeer dikwijls de vraag gesteld of de democratische inspraak, of de controle van dit mechanisme, wel degelijk wordt vervuld door het Europees parlement". Collega's, als democraten willen wij een beleid dat zich gesteund weet door een meerderheid van de bevolking. Zeker voor historische beslissingen die op onze maatschappij een blijvende impact zullen hebben, zijn wij ervan overtuigd dat de burgers het laatste woord moeten hebben, want in een democratie begint alles met de stem van het volk en moet alles ook met de stem van het volk eindigen.
Translated text
I leave the conclusion to you. The President also stated: “With the enlargement of the European Community, very often the question has been asked whether the democratic participation, or the control of this mechanism, is indeed fulfilled by the European Parliament.” Colleagues, as Democrats, we want a policy that is supported by a majority of the population. Especially for historical decisions that will have a lasting impact on our society, we are convinced that citizens must have the last word, because in a democracy everything begins with the voice of the people and everything must also end with the voice of the people.
#60
Official text
Mijnheer Laeremans, u vraagt het woord. Het was zo'n mooie finale.
Translated text
Mr Laeremans, you are asking for the word. It was such a beautiful final.
#61
Official text
Mijnheer de voorzitter, het was een mooi einde en ik ben het er ook volmondig mee eens. Ik steun mevrouw Vautmans in haar heel democratische ontboezeming. Mevrouw Vautmans, waarom past u dat dan ook niet toe op Turkije? Wij vragen dat u het referendum, de volksraadpleging, zou uitbreiden tot de kwestie-Turkije die toch ook zo belangrijk is.
Translated text
It was a beautiful ending and I fully agree with it. I support Ms. Vautmans in her very democratic discouragement. Mrs. Vautmans, why do you not apply this to Turkey? We ask that you extend the referendum, the popular consultation, to the issue of Turkey, which is also so important.
#62
Official text
Wel, wanneer wij zover zijn dat die toetreding van Turkije een feit zal worden, dan ben ik meer dan 40 jaar en dan zal er voldoende wijsheid in het Parlement aanwezig zijn om dan misschien een volksraadpleging door te voeren.
Translated text
Well, when we are so far that that accession of Turkey will become a fact, then I am more than 40 years old and then there will be enough wisdom present in Parliament to then ⁇ conduct a popular consultation.
#63
Official text
Waarom nu niet?
Translated text
Why not now?
#64
Official text
Omdat we nu gewoon de onderhandelingen starten.
Translated text
We are just starting the negotiations.
#65
Official text
Voilà!
Translated text
Here is !
#66
Official text
Turkije treedt nu nog niet toe.
Translated text
Turkey has not yet joined.
#67
Official text
Dat is niettemin een zeer belangrijk thema.
Translated text
Nevertheless, this is a very important topic.
#68
Official text
Mevrouw Vautmans, ik zie niet wat wijsheid te maken heeft met uw toekomstige 40-jarige leeftijd binnen dit en enkele decennia.
Translated text
Mrs. Vautmans, I don’t see what wisdom has to do with your future 40-year-old within this and a few decades.
#69
Official text
Dank u.
Translated text
Thanks to you.
#70
Official text
Onze collega's hebben gesproken. A présent, le gouvernement va répliquer avec sa concission habituelle.
Translated text
Eleven colleagues have spoken. Now, the government will react with its usual concission.
#71
Official text
Mijnheer de voorzitter, u ontgoochelt mij. Ik denk dat het de eerste keer is in het debat, dat nu al twee dagen duurt, dat u aandringt op bondigheid.
Translated text
Mr. Speaker, you are disappointing me. I think it is the first time in the debate, which has been going on for two days now, that you insist on cohesiveness.
#72
Official text
Van de ministers is dat te verwachten.
Translated text
That is expected from the ministers.
#73
Official text
Mijnheer de voorzitter, er zijn mij zeer veel vragen gesteld. Op al die elementen ingaan, zou ons misschien niet te ver, maar wel ver leiden. Daarom zal ik mij concentreren op die zaken waarover de laatste tijd wat discussie geweest is of waarop nog geen antwoord gegeven is in de commissievergadering.
Ik wil beginnen met wat mevrouw Muylle heeft gezegd, namelijk dat zij hoopt dat ik lessen getrokken heb uit de diplomatieke incidenten.
Mevrouw Muylle, ik moet zeggen dat u zich vergist. Ik heb daar geen lessen uit getrokken. Ik ben er namelijk van overtuigd dat wat ik gezegd heb in Congo, juist was. De DPKO, de adjunct-secretarisgeneraal van de UNO die bevoegd is voor de peacekeeping operations, heeft openlijk in Kinshasa gezegd dat ik gelijk had. Ook de heer Ayello heeft dat gezegd. Ik wil geen rechtstreeks verband leggen. Ik voel echter wel dat, veel meer dan enkele maanden geleden, het probleem van de corruptie een discussiepunt is, ook intern in Congo. Dat is maar goed ook, niet omdat ik als muggenzifter te werk zou willen gaan, maar als men aan de transitie een kans wilt geven, zijn er een aantal elementen belangrijk, met name de antwoorden op de volgende vragen. Op welke manier organiseert men verkiezingen? Op welke manier zorgt men ervoor dat er de nodige wetgeving wordt goedgekeurd?
Dat is belangrijk om een veiligheidssituatie te creëren die verkiezingen toelaat, in eerste instantie in het Oosten van het land. Dat is een allesbehalve evidente zaak. Het is echter ook belangrijk dat de bevolking die wil gaan stemmen — dat element mogen we toch niet uit het oog verliezen — ook voelt dat er een perspectief is, met name dat ze vroeg of laat in een land kan leven waar minder corruptie is en waar ze kan proberen iets op te bouwen, hetzij samen hetzij als individu.
Ik kom daar dus niet op terug. Ik zal het ook niet herhalen. Dat is nog iets anders. Ik kom er echter ook niet op terug.
U hebt ook een vraag over Irak gesteld, te weten wat België zal doen in het licht van het NAVO-engagement, dat stilaan vorm krijgt. Het standpunt van België daarover is heel duidelijk: wij zullen geen Belgische militairen naar Irak sturen, onder geen enkele vorm en in geen enkele hoedanigheid. Waar het immers concreet over gaat, is over de officieren die deel uitmaken van de commandostructuur van de NAVO. Ook op dat punt zeggen wij in alle duidelijkheid: wij doen dat niet. Wij zijn het eens met de NAVO-actie in Irak. De regering heeft echter ook van in den beginne heel duidelijk gezegd dat ze toelaat dat het gebeurt onder een NAVO-paraplu, maar dat België er niet actief zal in optreden. Wij blijven immers onze bedenkingen hebben bij de oorlog die in Irak werd ontketend.
Wij moeten nu denken aan de heropbouw van Irak, wat een bijzonder moeilijke aangelegenheid is. Wij moeten ook denken aan het scheppen van voorwaarden, opdat er verkiezingen zouden kunnen plaatsgrijpen, wat minstens even moeilijk is. Wij zullen naar de toekomst kijken en er positief trachten aan mee te werken. Een militair engagement moet de NAVO van België echter niet verwachten.
Mijnheer de voorzitter, dat ligt anders voor Afghanistan, waar op dit ogenblik 600 Belgische militairen actief zijn, onder andere voor de bescherming van de luchthaven van Kaboel. Wij zullen in Afghanistan ook actief blijven. Wel zullen wij in de loop van 2005 onze inspanning halveren. Dat is ook logisch, als we kijken naar de lange periode dat de Belgische militairen daar al actief zijn en de toch grote bijdrage die daar reeds werd geleverd. Wij zullen ons ook niet inschrijven in territoriale operaties die in Afghanistan worden opgezet. Ons engagement blijft, alleen wordt het tot een wat beperkter niveau teruggeschroefd.
Er werd een vraag gesteld over het wapenembargo tegen China. De tekst die door de Europese Raad werd aangenomen, is volgens mij vrij duidelijk. Men moet werken naar een opheffing van het wapenembargo in de loop van het eerste semester van 2005, maar onder bepaalde voorwaarden. Die voorwaarden houden onder andere in dat voorafgaandelijk het BUPO-verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten zou worden geratificeerd. Dat is een Belgisch amendement geweest. Dat verdrag werd goedgekeurd door het Chinese Parlement maar we willen dat het ook wordt geratificeerd. Er zijn daarnaast nog voorwaarden in verband met de strikte naleving van de Europese code voor wapenuitvoer en er is de zogenaamde toolbox, de verplichtingen die wij aan China willen opleggen. Daarover wordt verder gediscussieerd om te komen tot de opheffing van het wapenembargo in de loop van het eerste semester van 2005, op voorwaarde dat ook China stappen zet in de richting die wij willen.
Mevrouw Muylle stelde een vraag over Cuba en over de zin in de beleidsverklaring die stelt dat er bepaalde tekortkomingen zijn in de Europese strategie. Europa heeft daaraan intussen iets gedaan. Europa had een richtlijn uitgevaardigd dat op recepties ter gelegenheid van de nationale feestdagen van de landen die in Cuba worden vertegenwoordigd door een ambassade ook dissidenten zouden worden uitgenodigd. Europa is zelf daarop terugkomen en zegt dat het weliswaar belangrijk is contacten te onderhouden met de dissidenten maar niet in het kader van een officiële receptie. Dat heeft immers alleen maar een contraproductief effect. Ik stel wel vast dat de discrete diplomatie die werd gevoerd door Spanje en die trouwens door België werd gesteund, ertoe heeft geleid dat recent nog in Cuba een aantal politieke gevangenen ...
Translated text
I have been asked a lot of questions. Getting into all these elements might not lead us too far, but would lead us too far. Therefore, I will focus on those issues that have been discussed recently or that have not yet been answered in the committee meeting.
I would like to start with what Ms. Muylle said, namely that she hopes that I have learned lessons from the diplomatic incidents.
Mrs. Muylle, I must say that you are mistaken. I did not take any lessons from it. I am convinced that what I said in Congo was correct. The DPKO, the UN Deputy Secretary-General responsible for peacekeeping operations, openly said in Kinshasa that I was right. Mr. Ayello also said this. I do not want to link directly. However, I feel that, much more than a few months ago, the problem of corruption is a topic of discussion, also internally in Congo. That is good, not because I would like to work as a mosquito-sweeper, but if one wants to give the transition a chance, there are a number of elements important, especially the answers to the following questions. How are elections organized? How is it ensured that the necessary legislation is adopted?
That is important to create a security situation that allows elections, initially in the east of the country. This is all but an obvious thing. However, it is also important that the people who want to vote — that element we must not forget — also feel that there is a perspective, in particular that they can sooner or later live in a country where there is less corruption and where they can try to build something, either together or as individuals.
I do not come back on that. I will not repeat it either. That is something else. However, I will not return to it either.
You also asked a question about Iraq, to know what Belgium will do in the light of the NATO commitment, which is gradually taking shape. The position of Belgium on this is very clear: we will not send Belgian troops to Iraq, in any form or in any capacity. After all, what it is specifically about is about the officers that are part of the NATO command structure. At this point, too, we say with all clarity: we do not. We agree with NATO’s action in Iraq. However, the government has also made it very clear from the beginning that it will allow it to happen under a NATO umbrella, but that Belgium will not actively intervene. After all, we continue to have our concerns about the war that was unleashed in Iraq.
We must now think of the reconstruction of Iraq, which is a ⁇ difficult matter. We must also think about creating conditions for elections to take place, which is at least equally difficult. We will look to the future and try to work positively with it. However, a military engagement should not be expected by NATO from Belgium.
Mr. Speaker, that is different for Afghanistan, where at the moment 600 Belgian soldiers are active, among others for the protection of the airport of Kabul. We will also continue to be active in Afghanistan. We will reduce our efforts by half in 2005. That is also logical, if we look at the long period that the Belgian military has already been active there and the yet large contribution that has already been made there. We will also not participate in territorial operations set up in Afghanistan. Our commitment remains, only it is reduced to a slightly more limited level.
There was a question about the arms embargo against China. The text adopted by the European Council is, in my opinion, quite clear. It is necessary to work towards the lifting of the arms embargo during the first half of 2005, but under certain conditions. These conditions include the prior ratification of the BUPO Convention on Civil and Political Rights. This is a Belgian amendment. The treaty was approved by the Chinese Parliament, but we want it to be ratified as well. There are also conditions related to strict compliance with the European Code on Arms Export and there is the so-called toolbox, the obligations we want to impose on China. This is further discussed in order to reach the lifting of the arms embargo during the first half of 2005, provided that China also takes steps in the direction we want.
Mrs Muylle asked a question about Cuba and about the meaning in the policy statement that states that there are certain shortcomings in the European strategy. Europe has done something about it. Europe had issued a directive that dissidents would also be invited to receptions on the occasion of the national holidays of the countries represented in Cuba by an embassy. Europe itself has come back to this and says that while it is important to maintain contacts with the dissidents, it is not within the framework of an official reception. This has only a counterproductive effect. I note, however, that the discrete diplomacy conducted by Spain and which, by the way, was supported by Belgium, has led to some recent political prisoners in Cuba ...
#74
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#75
Official text
Mijnheer Van den Eynde, dat zijn er zes meer dan wanneer men er geen vrijlaat. Voor die zes mensen is dat niet onbelangrijk. Men heeft dat niet bereikt door een confrontatiepolitiek, maar wel door stille diplomatie. Die stille diplomatie moet worden voortgezet. Ik denk dat op die manier ook de meeste resultaten kunnen worden bereikt voor de politieke gevangenen die op dit ogenblik nog vastzitten in Cuba. We schrijven ons samen met Spanje in in die benadering.
Translated text
Mr. Van den Eynde, that’s six more than when one doesn’t release one. For those six people, that is not insignificant. This was not achieved through a confrontation policy, but through silent diplomacy. This silent diplomacy must continue. I think that this way can also ⁇ most of the results for the political prisoners who are currently still imprisoned in Cuba. We are working together with Spain in this approach.
#76
Official text
Die honderden anderen wachten echter op de heer Stevaert.
Translated text
However, those hundreds of others are waiting for Mr. Stevaert.
#77
Official text
Mijnheer Hasquin, ik zal het niet hebben over de Verenigde Staten en over de Europese grondwet. Ik ben het wat dat betreft volledig met u eens.
Het zal u misschien verwonderen, maar ik ben het ook grotendeels eens met uw verklaring over Bulgarije en Roemenië. Ik zeg dat vooral, omdat men van de mogelijke toetreding van Turkije over minimaal 10 jaar een ongelooflijk, onoverkomelijk probleem maakt, terwijl men nauwelijks vragen stelt over de uitbreiding met Roemenië en Bulgarije. Er rezen ook problemen met enkele landen die ondertussen zijn toegetreden zoals Tsjechië, Slovakije en andere landen uit het vroegere Oostblok en de Baltische staten waar problemen zich blijven voordoen. Die problemen zullen ook opduiken in Roemenië en Bulgarije. Wij hebben daarvoor minder oog, mijnheer Van den Eynde, omdat dat kleinere landen zijn. U moet zich eens afvragen wat hier het moeilijkste is: 12 landen integreren met een bevolking van 90 miljoen of 1 land integreren met een bevolking van 90 miljoen? Wat is het meest voor de hand liggend? Roemenië en Bulgarije zijn inderdaad Europese landen. In Bulgarije heeft men de voorbije 3 jaar een grote vooruitgang geboekt in tegenstelling tot de voorafgaande jaren. In Roemenië blijven er ernstige problemen rijzen. Tot het laatste moment is er trouwens discussie geweest over Justice en Home Affairs en daarna ook nog over de concurrentie en de staatssteun. Men heeft clausules ingebouwd die ervoor zorgen dat, als men in de loop van 2005 niet aan de voorwaarden voldoet, de effectieve toetreding nog kan worden uitgesteld. Er zijn ernstige problemen op het vlak van de veiligheid met Roemenië. Er zijn heel wat rondtrekkende dadergroepen met Roemeense banden. Gelukkig kan België daaraan nu heel wat meer doen dan een aantal jaren geleden. Wij moeten niet doen alsof Roemenië geen probleem is. Alleen moet men een bepaald geloof hebben in de kracht van de Europese Unie om de problemen op te lossen. Ik denk dat de grote kracht van de Europese Unie om die problemen op te lossen, er juist in bestaat dat reeds tijdens de onderhandelingsfase en daarna het land in kwestie zich volledig moet aanpassen aan het acquis communautaire. Vooraleer men aan de onderhandelingen begint, moet men aan de voorwaarden van Kopenhagen voldoen en dat geldt ook voor Turkije. Mijnheer Tastenhoye, de Europese Commissie zegt trouwens niet dat het land daar volledig aan voldoet, maar dat het voldoende in die richting is geëvolueerd. Dat is ook de voorwaarde die in Helsinki is voorgeschreven.
Eenmaal de onderhandelingen beginnen, wordt op een systematische manier het communautair acquis overlopen. Telkens wordt bekeken op welke manier de lidstaat zich daaraan moet aanpassen. Tegen het ogenblik dat de toetreding effectief gebeurt moet de wetgeving aangepast zijn. Dat betekent, in de toekomst voor Turkije en thans voor Roemenië, dat minstens twee derde van de wetgeving volledig moet herschreven worden.
U moet zich de ongelooflijke machine inbeelden die achter de uitbreiding van de Europese Unie schuilgaat om ons maatschappijmodel, ons economisch, sociaal en cultureel model over een steeds groter deel van Europa te verspreiden. Met bepaalde delen van Europa hebben we traditioneel niet zoveel banden en qua maatschappij grondig van ons verschillen. Dat geldt ook voor Roemenië. Dat geldt in bepaalde mate voor Bulgarije. Dat zal zeker gelden voor Bosnië-Herzegovina of Servië-Montenegro. Die discussies staan ons te wachten.
Ofwel gelooft men in die machine en in de kracht van de Europese Unie om die landen "Europeser" te maken ofwel gelooft men er niet in. Dat is uiteindelijk het fundamenteel verschil. Ofwel gelooft men dat de uitbreiding een manier is om de Europese beschaving te verspreiden over een steeds groter deel van Europa ofwel gelooft men dat niet.
Ik geloof dat Europa zeer veel godsdiensten kan hebben. Het seculiere karakter van Europa zal, mijns inziens, niet ondermijnd worden door de toetreding van Turkije indien dit gebeurt onder de gestelde voorwaarden. Ik geloof evenwel niet in een Europese Unie met twee verschillende beschavingen. Vandaar mijn duidelijke benadering al deze landen in dezelfde beschaving binnen te loodsen.
Dat is de uitdaging met Turkije. We zullen tien jaar onderhandelen en jaar na jaar evalueren of het lukt. Het zal niet altijd even gemakkelijk lopen. Binnen tien jaar moeten we evalueren of er voldoende vooruitgang is in de richting van Europa. Het zal geen gemakkelijk proces zijn. Indien we evenwel binnen tien jaar deze vaststelling kunnen maken, zullen we, op het vlak van vrede en veiligheid in Europa, de grootste bijdrage hebben geleverd die wij tijdens onze generatie kunnen verwezenlijken.
Mijnheer Van den Eynde, wat Afrika betreft, zijn er volgens u twee politieke benaderingen, een Vlaamse en een Waalse. Dat is een argument dat men van uw partij kan verwachten.
Translated text
Mr Hasquin, I will not talk about the United States and the European Constitution. I fully agree with you in this regard.
You may be surprised, but I also largely agree with your statement on Bulgaria and Romania. I say that especially because one makes the possible accession of Turkey in at least 10 years an incredible, insurmountable problem, while one hardly asks questions about the enlargement with Romania and Bulgaria. Problems also arise with some countries that have joined in the meantime such as the Czech Republic, Slovakia and other countries of the former Eastern bloc and the Baltic states where problems continue to arise. These problems will also arise in Romania and Bulgaria. We have less eye on this, Mr. Van den Eynde, because these are smaller countries. You should ask yourself what is most difficult here: integrate 12 countries with a population of 90 million or integrate 1 country with a population of 90 million? What is most obvious? Romania and Bulgaria are European countries. In Bulgaria, significant progress has been made in the last three years, unlike in previous years. There are still serious problems in Romania. Until the last moment, there was also discussion about Justice and Home Affairs and then also about competition and state aid. Clauses have been incorporated to ensure that if the conditions are not met in the course of 2005, the effective accession can still be postponed. There are serious security problems with Romania. There are a lot of touring groups with Romanian ties. Fortunately, Belgium can do much more now than it did a few years ago. We must not pretend that Romania is not a problem. Only one needs to have a certain belief in the power of the European Union to solve the problems. I believe that the great power of the European Union to solve these problems consists precisely in the fact that the country concerned must fully adapt to the Community acquis already during the negotiation phase and thereafter. Before negotiations begin, the conditions of Copenhagen must be met, and that also applies to Turkey. Mr. Tastenhoye, the European Commission, by the way, does not say that the country fully complies with this, but that it has sufficiently evolved in that direction. This is also the condition that is prescribed in Helsinki.
Once the negotiations begin, the Community acquis is systematically overrun. It is constantly examined how the Member State should adapt to this. By the time the accession is effective, the legislation must be adjusted. This means, in the future for Turkey and now for Romania, that at least two-thirds of the legislation must be completely rewritten.
You must imagine the incredible machine behind the enlargement of the European Union to spread our social model, our economic, social and cultural model across an ever-increasing part of Europe. With certain parts of Europe we have traditionally not so many ties and socially fundamentally different from us. This also applies to Romania. This applies to Bulgaria to a certain extent. This will ⁇ apply to Bosnia and Herzegovina or Serbia-Montenegro. These discussions are waiting for us.
Either one believes in that machine and in the power of the European Union to make those countries “European” or one does not believe in it. That is ultimately the fundamental difference. Either one believes that expansion is a way of spreading European civilization across an ever-increasing part of Europe, or one does not believe that.
I believe that Europe can have very many religions. The secular character of Europe, in my opinion, will not be undermined by the accession of Turkey if this is done under the established conditions. However, I do not believe in a European Union with two different civilizations. Hence, my clear approach is to plunge all these countries into the same civilization.
This is the challenge with Turkey. We will negotiate for ten years and evaluate year after year whether it will succeed. It will not always be as easy. Within ten years we must evaluate whether sufficient progress has been made towards Europe. It will not be an easy process. However, if we can make this conclusion within ten years, we will have made, in terms of peace and security in Europe, the greatest contribution we can make during our generation.
Mr. Van den Eynde, as far as Africa is concerned, you think there are two political approaches, a Flemish and a Wallish. This is an argument that you can expect from your party.
#78
Official text
Dat is de realiteit.
Translated text
That is the reality.
#79
Official text
Mijnheer Van den Eynde, ik denk dat u zich vergist.
Er is maar één politieke benadering ten opzichte van Afrika en de regio van de Grote Meren en dat is de benadering uit het regeerakkoord zoals die gehanteerd wordt in ons beleid inzake Congo, Rwanda en Burundi. Wij werken actief om de transitie te laten uitmonden in verkiezingen die een nieuw politiek systeem in Kongo moeten installeren. Dat is de politiek van deze regering. Wij zorgen onder andere voor de opbouw van de civiele maatschappij, het aannemen van de nodige wetten om de verkiezingen te laten plaatsvinden, het opzetten van een geuniformiseerd leger.
Translated text
Mr. Van den Eynde, I think you are mistaken.
There is only one political approach to Africa and the Great Lakes region, and that is the approach from the government agreement as used in our policy on Congo, Rwanda and Burundi. We are actively working to bring the transition to elections that will set up a new political system in Congo. That is the policy of this government. We ensure, among other things, the construction of civil society, the adoption of the laws necessary for the elections to take place, the establishment of a uniformized army.
#80
Official text
(...).
Translated text
( ... )
#81
Official text
Nee, mijnheer Van den Eynde, het is veel te gemakkelijk om het belang van een operatie af te meten aan het feit dat er in Elsenborn 16 personen zijn gedeserteerd. Als men er in Kongo niet in slaagt om een leger op poten te zetten en als België zich daar niet mee blijft bezighouden dan zal daar binnen de kortste keren opnieuw een open militair conflict ontstaan waarbij honderdduizenden doden zullen vallen.
Translated text
No, Mr. Van den Eynde, it is far too easy to measure the importance of an operation to the fact that 16 people have deserted in Elsenborn. If it fails in the Congo to set up an army and if Belgium does not continue to engage in it, then within the shortest time there will be a new open military conflict that will kill hundreds of thousands of people.
#82
Official text
(...).
Translated text
( ... )
#83
Official text
Mijnheer Van den Eynde, weet u dat in de laatste tien jaar in het gebied van de Grote Meren 3 miljoen mensen rechtstreeks of onrechtstreek ten gevolge van oorlog zijn gestorven? Tracht u mij eens één conflict te citeren dat, sinds de tweede wereldoorlog, meer slachtoffers heeft gekost.
Als relatief klein land leveren wij een inspanning om te proberen een leger op poten te zetten. Wij hebben reeds een brigade getraind. Wij hebben een paar weken geleden uitdrukkelijke overeenkomsten gesloten met Kongo en Zuid-Afrika om met zijn drieën aan de opbouw van het leger te werken. Wij zullen er alles trachten aan te doen zodat die inspanning ook door de Europese Unie mede wordt gefinancierd. Financieel kunnen wij dat inderdaad niet alleen aan. Wij ondernemen die poging en ik denk dat dit een lovenswaardige poging is. Als wij dat niet doen, als wij er ons niet mee bezighouden, als wij die kar niet trekken dan dreigt er terug een open militair conflict in Kongo los te barsten met opnieuw honderdduizenden doden. Dat u zich daarvoor niet verantwoordelijk voelt, laat ik voor uw rekening. Ik vind dat de regering dat wel degelijk moet doen.
Mijnheer de voorzitter, laat mij tot slot iets zeggen over de Europese Grondwet die enkele weken geleden werd ondertekend in Rome en die thans door alle lidstaten moet worden geratificeerd volgens hun interne procedures. De Europese Grondwet is natuurlijk niet ideaal. Het is een tussenstap. Die Grondwet zal waarschijnlijk nooit ideaal worden, zoals ook onze Belgische Grondwet nooit ideaal is, want wij werken er nog steeds aan.
Ik durf echter wel, en met zeer veel overtuiging, het volgende zeggen. De Europese Conventie is het gevolg van het Belgische voorzitterschap. Onder het Belgische voorzitterschap werd de beslissing genomen om een Europese Conventie bijeen te roepen van Europese en nationale parlementsleden, samen met de vertegenwoordigers van de regering en de vertegenwoordiging van de Commissie. Welnu, als men kijkt naar de Europese integratie in de voorbije 50 jaar, dan ziet men dat er drie grote momenten zijn. Ten eerste is er het Verdrag van Rome. Ten tweede is er het Verdrag van Maastricht. Ten derde is er nu inderdaad het Europees Grondwettelijk Verdrag. Dat zijn de drie grote etappes in de Europese integratie sinds 1957. Dat is een realiteit die men moeilijk kan ontkennen als men kijkt naar de procedures die worden gedemocratiseerd en naar de rol van het Europees Parlement die wordt beklemtoond.
Ik ben in 1980 in het Europees Parlement gekomen. Toen was het Europees Parlement een louter adviserende organisatie. Wij stemden daar over ongelooflijk veel amendementen. Wij noemden dat toen reeds amendementen. Het waren er duizenden per week. Ik ben er vrij snel op uitgekomen dat niemand die amendementen las, tenzij af en toe eens in een gespecialiseerde raad voor Milieu, maar wij hadden nog slechts weinig of geen bevoegdheden inzake milieu.
Als men dat vergelijkt met nu, 25 jaar later, met een Europees Parlement dat in meer dan 90% van de besluitvorming van de Europese Unie op voet van gelijkheid beslist met de Raad van Ministers, dan kan men toch moeilijk ontkennen dat dit een ongelooflijke evolutie is geweest.
Parlementen staan dikwijls ter discussie. Er zijn trouwens nogal wat mensen die zeggen dat de parlementen op het Europese vasteland een stuk bevoegdheid verliezen ten opzichte van de uitvoerende macht. Tegen die stroom in is het Europees Parlement er op 25 jaar tijd in geslaagd een echt Parlement te worden met bevoegdheden die zeer gemakkelijk de confrontatie kunnen doorstaan met de bevoegdheden van een nationaal Parlement. Ik vind zoiets een historische evolutie.
Ik vind het ook een historische evolutie dat wij nauwelijks tien jaar geleden in Tampere begonnen zijn met de integratie van wat ik zou noemen het gemeenschappelijk Europees binnenlands beleid: asiel, migratie, politiesamenwerking en samenwerking op strafrechtelijk vlak. Wij gaan nu bij meerderheid over al deze onderwerpen beslissen en binnen vijf jaar een volledige Europese politiek op deze terreinen hebben, die trouwens absoluut noodzakelijk is. Ik geef een derde voorbeeld. Wij hebben in het Europees grondwettelijk verdrag ingeschreven dat er een Europese minister van Buitenlandse Zaken komt. Wel, ik zie in de Ministerraad op een terrein waarop Europa het altijd bijzonder lastig heeft gehad om actief te zijn, dat Europa nu zeer actief wordt en een doorslaggevende rol heeft gespeeld in het conflict over de uraniumverrijking door Iran. Dat was een potentieel bijzonder gevaarlijk conflict. Als we daar niet uit geraakten, moest dat naar de Veiligheidsraad en kregen we daar de confrontatie tussen de grootmachten. U moet maar eens kijken waar dat toe geleid heeft in Irak. Ik ben zeer blij dat dit daar wegblijft en dat men dit door Europese bemiddeling binnen het Internationaal Atoomagentschap heeft kunnen houden en dat wij Iran ervan hebben kunnen overtuigen te stoppen met de verrijking van uranium.
Hetzelfde in Oekraïne. Dat was een potentieel bijzonder gevaarlijk conflict. Europa heeft daar een bemiddelende rol gespeeld en we zullen binnen drie dagen de derde ronde hebben voor presidentsverkiezingen in Oekraïne. Dat zal een president opleveren waarover iedereen nu akkoord gaat — ook Rusland — dat men het resultaat van de verkiezingen respecteert en met andere woorden veel meer dan in het verleden het zelfbeschikkingsrecht van Oekraïne zal respecteren. Ik denk, eerlijk gezegd, dat wij in de komende maanden eenzelfde evolutie gaan zien in het Midden-Oosten en dat in tegenstelling tot de voorbije tien jaar Europa een veel belangrijkere rol gaat spelen in het vredesproces in het Midden-Oosten dan ooit het geval is geweest.
Dat zijn drie recente voorbeelden die ik u geef, waaruit blijkt dat de Europese buitenlandse politiek inderdaad gestalte krijgt. Wel, die drie elementen — ik zou er veel andere kunnen geven — namelijk ontwikkeling van het parlement, ontwikkeling van een gemeenschappelijk binnenlands beleid en ontwikkeling van een gemeenschappelijk buitenlands beleid, daarover gaat in essentie het Europees grondwettelijk verdrag. Dat is een verdrag dat inderdaad zeer belangrijk is, dat verdient verdedigd te worden en deze regering zal dat ook doen. (Applaus)
Translated text
Mr. Van den Eynde, did you know that in the last ten years in the area of the Great Lakes 3 million people have died, directly or indirectly, as a result of war? Try me to quote one conflict that has cost more casualties since World War II.
As a relatively small country, we are making an effort to try to put an army on our feet. We have already trained a brigade. We signed explicit agreements with Congo and South Africa a few weeks ago to work with the three of them on building up the army. We will make every effort to ensure that this effort is also co-financed by the European Union. We cannot solely do this financially. We are undertaking that effort and I think this is a praiseworthy attempt. If we don’t do that, if we don’t engage in it, if we don’t pull that carriage, then an open military conflict in Congo threatens to break out again with hundreds of thousands of deaths. That you do not feel responsible for this, I leave it to your account. I think the government should do that.
Finally, Mr. Speaker, let me say something about the European Constitution, which was signed in Rome a few weeks ago and which now needs to be ratified by all Member States in accordance with their internal procedures. The European Constitution is not ideal. It is an intermediate step. That Constitution will probably never become ideal, as our Belgian Constitution is never ideal, because we are still working on it. Their
However, I dare, and with great conviction, say the following. The European Convention is the result of the Belgian Presidency. Under the Belgian Presidency, the decision was made to convene a European Convention of European and national parliamentarians, together with the representatives of the government and the representation of the Commission. Well, if you look at the European integration in the last 50 years, you can see that there are three major moments. The first is the Treaty of Rome. The second is the Maastricht Treaty. Third, there is indeed the European Constitutional Treaty. These are the three major stages of European integration since 1957. This is a reality that can hardly be denied when one looks at the procedures that are being democratized and the role of the European Parliament that is being emphasized. Their
I joined the European Parliament in 1980. At that time, the European Parliament was a mere advisory organization. We voted on an incredible number of amendments. We already referred to them as amendments. There were thousands a week. I quickly found out that no one read those amendments, except occasionally in a specialized environmental council, but we still had little or no environmental powers.
If you compare that with today, 25 years later, with a European Parliament that decides on an equal footing with the Council of Ministers in more than 90% of the European Union’s decision-making process, you can hardly deny that this has been an incredible evolution. Their
Parliaments are often questioned. There are, by the way, quite a few people who say that the parliaments on the European mainland lose a lot of power over the executive power. Within 25 years, the European Parliament has managed to become a real Parliament with powers that can very easily withstand the confrontation with the powers of a national parliament. I think this is a historical evolution. Their
I also consider it a historical evolution that we barely 10 years ago in Tampere started the integration of what I would call the common European internal policy: asylum, migration, police cooperation and cooperation in criminal matters. We will now decide by a majority on all these issues and within five years have a complete European policy in these areas, which, by the way, is absolutely necessary. I give a third example. We have entered into the European Constitutional Treaty that a European Minister of Foreign Affairs will come. Well, I see in the Council of Ministers in a field where Europe has always had particular difficulties to be active, that Europe is now becoming very active and has played a decisive role in the conflict over Iran’s uranium enrichment. This was a potentially ⁇ dangerous conflict. If we did not get out of that, it had to go to the Security Council and there we got the confrontation between the great powers. Let’s look at what this has led to in Iraq. I am very pleased that this is left out there and that it has been able to keep it through European mediation within the International Atomic Energy Agency and that we have been able to persuade Iran to stop uranium enrichment. Their
The same in Ukraine. This was a potentially ⁇ dangerous conflict. Europe has played a mediating role and we will have the third round of presidential elections in Ukraine within three days. That will produce a president that everyone now agrees – including Russia – that the outcome of the elections will be respected and, in other words, Ukraine’s right to self-determination will be respected much more than in the past. I think, frankly, that in the coming months we will see the same evolution in the Middle East and that, unlike in the last ten years, Europe will play a much more important role in the Middle East peace process than ever before. Their
These are three recent examples I give you, showing that European foreign policy is indeed taking shape. Well, these three elements — I could give many others — namely the development of the Parliament, the development of a common domestic policy and the development of a common foreign policy — these are essentially the European Constitutional Treaty. That is a treaty that is indeed very important, which deserves to be defended, and this government will do so. (Applause of Applause)
#84
Official text
Monsieur le président, chers collègues du gouvernement, monsieur le premier ministre, mesdames et messieurs, je voudrais tout d'abord remercier les nombreux intervenants pour l'intérêt qu'ils ont témoigné à l'égard de la matière de la coopération au développement. Il est vrai que ce domaine intéresse énormément de Belges et que la Belgique peut être fière des efforts qu'elle a menés depuis un certain nombre d'années et de décennies dans ce domaine. Mevrouw Muylle heeft mij eerst en vooral ondervraagd over de doelstelling om 0,7% van het bbp te bereiken vóór 2010. Het is juist dat die doelstelling in het regeerakkoord staat. Deze doelstelling staat eveneens in de programmawet van december 2002 en versterkt de internationale engagementen die in maart 2002 bevestigd zijn te Monterrey. Het is correct dat de initiële begroting van 2005 geen evolutie voorziet in het kader van de doelstelling voor 2010.
Translated text
Mr. Speaker, dear colleagues of the Government, Mr. Prime Minister, Ladies and Gentlemen, first of all, I would like to thank the many speakers for the interest they have shown in the matter of development cooperation. It is true that this area is of great interest to the Belgians and that Belgium can be proud of the efforts that it has undertaken for a number of years and decades in this area. Mevrouw Muylle has me first in particular undervraagd over de doelstelling om 0,7% van het bbp te bereiken vóór 2010. It is correct that the objective in the regeerakkoord is stated. This goalstelling stands also in the programwet van december 2002 in versterkt of international engagementen die in March 2002 bevestigd zijn te Monterrey. Het is correct dat of initial budgeting of 2005 no evolutie voorziet in het kader van de doelstelling for 2010.
#85
Official text
Ik signaleer mevrouw Muylle evenwel dat in een moeilijke budgettaire context de kredieten voor Ontwikkelingssamenwerking stijgen met 4,4% in 2005. Rekening houdend met de inflatie en de evolutie van het bruto nationaal inkomen, behouden wij dus een inspanning van 0,45% in 2005. Ik signaleer eveneens dat dit een minimum is, aangezien bijkomende schuldverminderingen dit cijfer nog kunnen verbeteren. Op die manier bedroeg de bijdrage van België 0.61% in 2003. Daarenboven staat in de solidariteitsnota die is ingediend in het kader van de algemene toelichting van de begroting dat de kredieten vanaf 2006 jaarlijks zullen moeten stijgen met 0,05%, om in 2010 het doel van 0,7 te bereiken. Wat de internationale context betreft, signaleer ik u dat ons land op basis van het rapport 2004 van de United Nations Development Programme zeker geen slechte beurt maakt. Per hoofd van de bevolking van de donorlanden bevinden we ons op de zevende plaats ter wereld. In percentage van het bruto nationaal inkomen bekleden we de zesde plaats, na Denemarken, Noorwegen, Zweden, Nederland en Luxemburg.
Translated text
However, I would like to point out to Mrs. Muylle that in a difficult budgetary context, the appropriations for Development Cooperation will increase by 4.4% in 2005. Taking into account inflation and the evolution of gross national income, we thus maintain an effort of 0.45% in 2005. I also point out that this is a minimum, as additional debt reductions could improve this figure. Thus, the contribution of Belgium was 0.61% in 2003. Furthermore, in the solidarity note submitted as part of the general explanation of the budget, it is stated that from 2006 the appropriations will need to increase annually by 0.05% in order to reach the target of 0.7 in 2010. As for the international context, I would like to point out that our country, based on the 2004 report of the United Nations Development Programme, is ⁇ not in a bad turn. Per capita population of the donor countries, we are in the seventh place in the world. In percentage of gross national income we occupy the sixth place, after Denmark, Norway, Sweden, the Netherlands and Luxembourg.
#86
Official text
Ik geef toe dat ik de steun van alle democratische partijen nodig zal hebben om de 0,7% te bereiken. Ik bedank in elk geval de eerste minister voor zijn steun, wat die doelstelling betreft. M. Hasquin a parlé des Etats-Unis — il nous a quitté, mais je suppose qu'il va revenir —, de l'Europe et de l'élargissement.
Translated text
I admit that I will need the support of all democratic parties to reach the 0.7%. In any case, I would like to thank the Prime Minister for his support for this goal. M is Hasquin a parlé des États-Unis — il nous a quitté, mais vous suppose qu'il va revenir —, de l'Europe et de l'élargissement.
#87
Official text
En ce qui concerne la politique d'aide au développement, je voudrais faire une brève comparaison. Il a tout à fait raison de souligner combien les relations avec les Etats-Unis sont importantes pour l'Europe. Mais en ce qui concerne les visions profondes sur l'évolution du monde, on peut concevoir que l'Europe et les Etats-Unis aient souvent une optique relativement différente. Certains chiffres-clés nous révèlent que, dans le monde, on consacre 1.000 milliards de dollars par an pour l'armement, dont 500 milliards aux Etats-Unis, 300 milliards de dollars pour protéger nos exportations et nos marchés, mais seulement 56 milliards pour le développement. On voit à quel point les équilibres et les choix n'ont pas été et ne sont pas nécessairement idéaux pour atteindre la stabilité, la paix et le développement dans le monde. Une des caractéristiques de l'Europe est sa volonté de consacrer beaucoup plus de moyens au développement qu'au budget militaire pour stabiliser et pacifier notre planète. Cette approche sera, selon moi, à long terme, beaucoup plus efficace. De heer Van den Eynde heeft in verband met Afrika een karikaturale houding verdedigd, zoals zo vaak. Ik ken hem al jaren.
Translated text
Regarding development aid policy, I would like to make a brief comparison. He is quite right to emphasize how important relations with the United States are for Europe. But when it comes to deep vision of the evolution of the world, it can be conceived that Europe and the United States often have a relatively different perspective. Some key figures reveal that the world spends $1,000 billion a year on weapons, including $500 billion in the United States, $300 billion to protect our exports and our markets, but only $56 billion for development. We can see how balances and choices have not been and are not necessarily ideal for achieving stability, peace and development in the world. One of Europe’s characteristics is its willingness to devote much more resources to development than to the military budget to stabilize and pacify our planet. This approach will, in the long run, be much more effective. De heer Van den Eynde has in relation with Africa a caricatural attitude verdedigd, zoals zo vaak. I know him for years.
#88
Official text
Hij wou doen geloven dat in de Belgische regering of in het Parlement twee verschillende visies bij de Franstaligen en de Nederlandstaligen leven. Hij is natuurlijk helemaal verkeerd. Er is maar een regeringsverklaring, geen twee. Le ministre des Affaires étrangères, le ministre de la Défense et moimême, nous nous concertons concernant l'Afrique à peu près une fois par semaine; nous défendons et nous poursuivons le même objectif.
Translated text
He wished to do beloven dated in the Belgian government of in the Parliament two different visions bij de Franstaligen in the Nederlandstaligen leven. He is completely wrong, of course. There is only one government declaration, not two. The Minister of Foreign Affairs, the Minister of Defense, and myself, we consult about Africa about once a week; we defend and pursue the same goal.
#89
Official text
Bien sûr, le Vlaams Belang n'est pas très à l'aise dans le domaine du développement. Si les électeurs du Vlaams Belang croient qu'ils pourront éternellement se replier égoïstement sur leurs fragiles richesses et vivre en ignorant les inégalités du monde, et plus particulièrement celles de l'Afrique centrale, et qu'il ne faut pas aider celle-ci à prendre son sort en mains et à décoller, alors je pense que ces électeurs seront très rapidement déçus, ce qui serait une très bonne nouvelle!
Translated text
Of course, the Vlaams Belang is not very comfortable in the field of development. If Vlaams Belang voters believe that they will forever be able to selfishly rely on their fragile wealth and live ignoring the inequalities of the world, and more ⁇ those of Central Africa, and that we should not help this country take its fate into hands and take off, then I think these voters will very quickly be disappointed, which would be very good news! by
#90
Official text
D'ailleurs, ce qui est tout à fait surprenant, étonnant et intéressant, c'est de constater qu'en fait, votre position par rapport à la politique de développement rejoint celle des anciens partis communistes; ils ne consacraient rien au développement et, aujourd'hui, ils ne le font toujours pas plus. Le Vlaams Belang et les partis communistes font souvent le même travail! Wat u niet beseft en niet wil beseffen, is dat de relatie tussen Noord en Zuid de belangrijkste inzet van de eenentwintigste eeuw is. Mais je crois que les événements vous démontreront rapidement le contraire.
Translated text
Furthermore, what is quite surprising, surprising and interesting is to find that in fact, your position in relation to development policy coincides with that of the former communist parties; they dedicated nothing to development and, today, they still do not do so any more. The Vlaams Belang and the communist parties often do the same job! What u niet beseft in niet wil beseffen, is dat of relationship between North in Zuid de belangrijkste inzet van de eenentwintigste eeuw is. But I believe that events will quickly prove the opposite. by
#91
Official text
Monsieur Boukourna, je vous remercie pour votre intervention bien que j'aie parfois eu le sentiment, ainsi que pour l'intervention de Mme Genot, qu'on se retrouvait en commission. Il est vrai qu'en commission, le rapport, le budget et la note avaient été déposés fort tard.
Translated text
Mr. Boukourna, I thank you for your intervention although I have sometimes had the feeling, as well as for the intervention of Mrs. Genot, that we were in commission. It is true that in the committee, the report, the budget and the note were submitted very late.
#92
Official text
Cela étant dit, vous me parlez de concertation à tous les niveaux entre les différents acteurs. Je partage votre point de vue, je me réunis régulièrement avec les coupoles et les fédérations. Vous me parlez de la préparation des commissions mixtes à laquelle je n'associerais pas suffisamment les ONG, les coupoles ou les fédérations. C'est intéressant puisque, après quatre mois, je n'ai pas encore présidé de commission mixte, donc ce reproche ne peut pas m'être fait. Vous parlez de simplification des procédures au niveau européen. Je partage entièrement votre point de vue et c'est le travail principal qu'on livre au Conseil des ministres de la Coopération au Développement au niveau européen. Vous me parlez de la nécessaire poursuite d'une politique d'évaluation, je vous rassure, elle se poursuit. Vous regrettez que le budget ne décolle pas. Je viens d'expliquer à Mme Muylle toute la problématique des 0,7% et j'espère que votre parti apportera son entier soutien lors de l'élaboration des prochains budgets. Il est évident que pour atteindre les 0,7% en 2010, il faudra que chacun, dans la majorité et dans l'opposition parmi les partis démocratiques, développe toute son énergie pour faire cet effort qui correspondra chaque année à une augmentation du budget de 0,05%, soit environ un effort supplémentaire de l'ordre de 5 milliards d'anciens francs belges annuels jusqu'en 2010.
Translated text
That being said, you speak to me of coordination at all levels between the different actors. I agree with your point of view, I regularly meet with the couples and federations. You talk to me about the preparation of mixed committees to which I would not sufficiently associate NGOs, coupoles or federations. This is interesting since, after four months, I have not yet chaired a mixed committee, so this reproach cannot be made to me. You are talking about simplifying procedures at European level. I fully agree with your point of view and this is the main work that is delivered to the Council of Ministers of Development Cooperation at European level. You talk to me about the necessary continuation of an evaluation policy, I reassure you, it continues. You regret that the budget does not take off. I have just explained to Mrs. Muylle the whole problem of the 0.7% and I hope that your party will provide its full support when drafting the next budgets. It is obvious that in order to reach the 0.7% in 2010, it will be necessary that everyone, in the majority and in the opposition among the democratic parties, develop all their energy to do this effort which will correspond each year to an increase in the budget of 0.05%, or about an additional effort of the order of 5 billion former Belgian francs annually until 2010.
#93
Official text
Vous avez fait une allusion à la question des attachés francophones. Je vous remercie de l'avoir fait car il est vrai qu'il existe un déséquilibre linguistique criant parmi les attachés à la Coopération au Développement. La grande majorité sont néerlandophones. À l'occasion de la dernière prestation de serment des nouveaux attachés en fin de stage, j'ai reçu treize serments en néerlandais pour un serment en français, ce qui prouve indubitablement l'existence d'un problème structurel dans l'organisation des examens des attachés à la Coopération au Développement, un problème auquel il faudra que le gouvernement, avec votre soutien, trouve une solution.
Translated text
You referred to the question of the French-speaking affiliates. I thank you for doing so because it is true that there is a crying linguistic imbalance among those attached to Development Cooperation. The vast majority are Dutch-speaking. On the occasion of the last oath of the new members at the end of the internship, I received thirteen oaths in Dutch for a oath in French, which undoubtedly proves the existence of a structural problem in the organization of the examinations of the members of Development Cooperation, a problem to which the government, with your support, will need to find a solution.
#94
Official text
Madame Genot, je vous remercie pour votre intervention. Vous aussi, vous avez parlé de la faible augmentation budgétaire. Je ne peux que répéter que 4,4%, alors que le budget de l'État progresse d'une manière générale de 1% cette année, c'est un moins mauvais résultat bien que ce ne soit certainement pas le résultat idéal. Des efforts devront encore être consentis les années suivantes, comme je viens de le dire.
Translated text
Madame Genot, I thank you for your intervention. You also talked about the low budget increase. I can only repeat that 4.4%, while the state budget progresses generally 1% this year, this is a less bad result although this is ⁇ not the ideal result. There will be further efforts to be made in the following years, as I have just said. by
#95
Official text
Vous avez parlé de financement alternatif. Je vous rassure immédiatement: d'une part, la Belgique a voté une loi sur la taxe Tobin. D'autre part, dans toutes les réunions internationales, je participe très régulièrement aux discussions sur ce sujet, notamment dans l'analyse et l'examen approfondi des propositions de MM. Chirac et Lula da Silva ainsi que des Britanniques. Nous avançons et les pays européens progressent dans leur prise de conscience en la matière.
Translated text
You talked about alternative financing. I reassure you immediately: on the one hand, Belgium voted a law on the Tobin tax. On the other hand, in all international meetings, I participate very regularly in discussions on this subject, in particular in the analysis and in-depth consideration of MM proposals. Chirac and Lula da Silva and the British. We are moving forward and the European countries are progressing in their awareness of this issue.
#96
Official text
Vous regrettez qu'on ait diminué l'aide aux communes pour le développement. Ne croyez pas que je serais opposé à voir les communes jouer un rôle dans ce domaine. Il est sans doute modeste mais il est réel. Les grandes villes notamment peuvent jouer un rôle important. Il se fait que ces dernières années, quatre fédérations de communes ont introduit des projets qui manquent souvent de consistance. L'année qui s'annonce nous donnera l'occasion de remettre un peu d'ordre dans l'approche des communes pour donner plus de poids et de meilleurs résultats à leurs projets.
Translated text
You regret that municipal development aid has been reduced. Do not think that I would be opposed to seeing municipalities play a role in this area. It may be modest, but it is real. Particularly large cities can play an important role. It happens that in recent years, four municipal federations have introduced projects that often lack consistency. The coming year will give us the opportunity to put some order in the approach of municipalities to give more weight and better results to their projects.
#97
Official text
Vous parliez des ONG. Vous sembliez craindre que les budgets pour les ONG soient en diminution. C'est évidemment le contraire! Le budget était de 93,2 millions d'euros l'année dernière; il sera de 95,6 millions d'euros cette année. Les ONG n'ont donc rien à craindre, tout au contraire. Ce que je souhaite simplement, c'est me concerter au maximum avec elles et rendre leur politique la plus cohérente possible en fonction d'un certain nombre d'objectifs que la Belgique s'est fixés, et en concentrant nos objectifs qui sont tout à fait liés à ceux du Millénaire du développement. Ensemble, nous réaliserons un meilleur travail.
Translated text
You are talking about NGOs. You seem to fear that the budgets for NGOs are decreasing. It is obviously the opposite! The budget was 93.2 million euros last year; it will be 95.6 million euros this year. NGOs have nothing to fear, on the contrary. What I simply wish is to coordinate as much as possible with them and make their policy as coherent as possible based on a number of objectives that Belgium has set itself, and by concentrating our objectives that are quite related to those of the Millennium Development. Together, we will do a better job.
#98
Official text
Vous avez parlé du Fonds mondial pour le sida. Vous constatez, à juste titre, que nous avons diminué son montant d'un million d'euros cette année. Cela ne change rien à l'engagement que nous prenons d'une manière générale, toutes organisations confondues, pour lutter contre le sida puisque le budget de lutte contre le sida sera, cette année, équivalent à celui de l'année dernière, c'est-à-dire de 24 millions d'euros.
Translated text
You talked about the World AIDS Fund. You see, rightly, that we have reduced its amount by one million euros this year. This does not change the commitment that we take in a general way, all organizations confused, to fight AIDS since the budget for fighting AIDS will, this year, be equivalent to that of last year, i.e. 24 million euros.
#99
Official text
Il est vrai que nous avons diminué d'un million d'euros notre engagement pour le Fonds mondial pour le sida, pour la toute simple raison que cet organisme, ce "basket fund" mondial, dispose, pour le moment, de réserves de financement énormes et qu'il a la plus grande difficulté à les mettre en oeuvre et à les transposer dans ses projets. Dès lors, actuellement, ils n'ont pas besoin de moyens de financement supplémentaires, mais cela n'enlève rien à l'intérêt de la Belgique dans la lutte contre le sida.
Translated text
It is true that we have reduced our commitment to the Global AIDS Fund by one million euros, for the simple reason that this body, this global “basket fund”, currently has enormous funding reserves and that it has the greatest difficulty in implementing them and transposing them into its projects. Therefore, at the moment, they do not need additional funding, but this does not take away the interest of Belgium in the fight against AIDS.
#100
Official text
Vous m'avez interrogé sur Le Caire et Pékin, sur toute la problématique du genre, des femmes, de la défense de la santé reproductive, etc. Nous poursuivons évidemment tous les programmes, en particulier avec nos amis hollandais et luxembourgeois; c'est essentiellement nous qui avons compensé le désengagement des Etats-Unis dans ce programme des Nations unies du "Population Fund". C'est avec ce "United Nations Population Fund" que nous venons de lancer l'un des plus importants programmes de défense et de protection des femmes et des enfants victimes d'actes de guerre dans l'est du Congo. Cet engagement qui s'élève à 8 millions d'euros sur 4 ans — en collaboration avec la CroixRouge, le HCR et d'autres - est probablement l'un des plus grands programmes de tous les temps dans ce domaine.
Translated text
You asked me about Cairo and Beijing, about all the issues of gender, women, the defense of reproductive health, etc. We obviously continue all programs, especially with our Dutch and Luxembourg friends; it is essentially us who have compensated for the disengagement of the United States in this United Nations program of the “Population Fund”. It is with this “United Nations Population Fund” that we have just launched one of the most important programs for the defense and protection of women and children victims of war in eastern Congo. This commitment of €8 million over four years — in collaboration with the Red Cross, UNHCR and others — is probably one of the largest programmes ever in this field.
#101
Official text
En ce qui concerne l'OMC, je partage évidemment votre point de vue: on ne peut pas parler de développement sans cohérence. Il faudra à un certain moment que ceux qui, dans les gouvernements d'Europe et du monde, sont engagés dans cette question du développement, posent des actes cohérents au sein de leur gouvernement. Les politiques des ministres de la Coopération au Développement ne doivent pas être différentes de celles des ministres des Affaires économiques. Je crois que cette cohérence est en train de naître dans les esprits car elle devient inéluctable. Je m'en réjouis. Il faut que par cette voie, nous aboutissions à des résultats comme celui d'atteindre les objectifs du Millénaire et de réduire la pauvreté de 50% d'ici 2015.
Translated text
With regard to the WTO, I obviously agree with your point of view: we cannot talk about development without coherence. It will be necessary at some point that those in the governments of Europe and the world who are engaged in this issue of development, make coherent actions within their governments. The policies of the Ministers of Development Cooperation must not be different from those of the Ministers of Economic Affairs. I believe that this consistency is being born in the minds because it becomes inevitable. I am delighted. In this way, we must ⁇ results such as achieving the Millennium Goals and reducing poverty by 50% by 2015.
#102
Official text
Je conclus, monsieur le président, tout d'abord en vous remerciant car personne n'a mieux que vous et plus que vous expliqué à l'opinion publique combien il était important de déployer des moyens pour le développement. Nous nous battons pour 0,7% alors que vous parlez de 25% de notre richesse intérieure brute que nous devrions consacrer au développement. C'est une très grande évolution que vous proposez. Votre démarche va dans le bon sens et permet une plus grande prise de conscience de l'opinion publique.
Translated text
I conclude, Mr. Speaker, first of all by thanking you because no one has better than you and more than you explained to the public opinion how important it was to deploy resources for development. We are fighting for 0.7% while you are talking about 25% of our gross domestic wealth that we should devote to development. This is a huge evolution that you are proposing. Your approach goes in the right direction and allows for a greater awareness of the public opinion.
#103
Official text
Je terminerai en disant que ce qui est essentiel dans la politique de développement, c'est d'abord de reconnaître qu'il faut toujours dans ce domaine avoir une vision globale, que l'on ne peut pas séparer la politique de développement de la politique de sécurité et de la politique du commerce international. Comme nous le disions encore tout à l'heure François-Xavier de Donnea et moi, en Afrique, que ce soit au Soudan, que ce soit en Côte-d'Ivoire, que ce soit au Congo ou au Rwanda, comment voulez-vous parler de développement s'il n'y a pas d'abord la paix et la sécurité? C'est une évidence et dès lors, il faut cesser d'essayer de faire croire que les politiques de développement et de sécurité sont incompatibles et ne peuvent pas se rencontrer.
Translated text
I will conclude by saying that what is essential in development policy is, first of all, to recognize that there must always be a global vision in this area, that one cannot separate development policy from security policy and international trade policy. As we once said, François-Xavier de Donnea and I, in Africa, whether in Sudan, whether in Côte d’Ivoire, whether in Congo or Rwanda, how do you want to talk about development if there is not first peace and security? This is obvious and therefore we must stop trying to make people believe that development and security policies are incompatible and cannot meet.
#104
Official text
Il n'est évidemment pas question de faire financer des opérations militaires comme celles que l'on met parfois sur la table d'une manière caricaturale comme l'Irak, en tant que moyen de développement. C'est évidemment faux. Mais lorsque les Nations unies décident de missions de paix, de missions de pacification et de stabilisation, je pense que certaines parties des investissements en vue de cette paix et de cette stabilité sont liées aux politiques de développement. Il faut le reconnaître.
Translated text
There is obviously no question of financing military operations such as those that are sometimes put on the table in a caricatural way such as Iraq, as a means of development. This is obviously false. But when the United Nations decides on peacekeeping, pacification and stabilization missions, I think that some parts of the investment for this peace and stability are linked to development policies. It must be recognized.
#105
Official text
Deuxièmement, il n'y aura pas de développement, ni de réussite de développement tant que l'on ne regardera pas d'abord la bonne gouvernance.
Translated text
Secondly, there will be no development, nor success in development until we look at good governance first.
#106
Official text
Quand on considère l'évolution des objectifs du Millénaire dans le monde, on constate qu'ils progressent assez bien en Asie du sud-est et en Inde et qu'ils progressent très difficilement en Afrique centrale.
Translated text
When we look at the evolution of the Millennium Goals in the world, we find that they are progressing quite well in Southeast Asia and India and that they are progressing very hard in Central Africa.
#107
Official text
Quelle est la différence entre l'Asie du sud-est et l'Afrique centrale? C'est que dans les pays d'Asie, il y a un Etat, alors qu'il n'y en a pas dans les pays d'Afrique centrale. Il y en a un qui est en train de se développer, de se chercher, de se structurer. Lorsqu'il sera structuré, - et c'est pour cette raison que nous consacrons tant d'efforts dans cette région — le développement commencera à être possible et c'est ce à quoi le gouvernement travaille.
Translated text
What is the difference between Southeast Asia and Central Africa? It is that in the countries of Asia, there is a State, while there is no one in the countries of Central Africa. There is one that is developing, seeking, structuring itself. When it is structured—and that’s why we’re putting so much effort into this region—development will begin to be possible and that’s what the government is working on.
#108
Official text
Enfin, il faut européaniser le dossier de la coopération au développement. Au plus nous travaillerons avec d'autres partenaires européens, au plus nous travaillerons avec l'Union européenne, au plus nous obtiendrons des résultats. Nous devons penser davantage à ces derniers qu'à planter notre drapeau national sur l'un ou l'autre projet.
Translated text
Finally, the issue of development cooperation must be europeanized. The more we work with other European partners, the more we work with the European Union, the more we get results. We need to think more about the latter than to plant our national flag on one or the other project.
#109
Official text
Nous devons toujours garder à l'esprit que la politique du développement est avant tout une politique humaine qui doit avoir comme objectif de répondre à la détresse humaine. Lorsque l'on jongle avec ces politiques et ces budgets, il faut toujours — et c'est ce que j'essaie de faire avec les agents de la coopération au développement belges — insister sur le fait que leur pensée doit d'abord aller vers ces personnes et aux résultats pour ces derniers.
Translated text
We must always keep in mind that development policy is first and foremost a human policy which must have as its aim to respond to human distress. When you jongle with these policies and budgets, you must always—and that’s what I’m trying to do with Belgian development cooperation agents—insist that their thinking must first go to those people and the results for them.
#110
Official text
Je terminerai en répétant ce que j'ai dit tout à l'heure: soyons tous bien conscients que la réduction du fossé entre le Nord et le Sud de la planète est l'enjeu le plus important du 21 ème siècle, que cela plaise ou non au Vlaams Belang.
Translated text
I will conclude by repeating what I said recently: let us all be well aware that reducing the gap between the north and the south of the planet is the most important challenge of the 21st century, whether it pleases Vlaams Belang or not.
#111
Official text
Mijnheer de voorzitter, de heer De Decker heeft mij een klein beetje teveel geprovoceerd opdat ik niet zou antwoorden. De heer De Decker heeft samen met de minister van Buitenlandse Zaken, die ondertussen blijkbaar verdwenen is, onder meer gesteld dat ik namens mij partij, het Vlaams Belang, een karikatuur maakte — en hij zei zelfs dat ik dat gewoon was — van de politiek in Afrika toen ik stelde dat er twee lijnen liepen, de Vlaamse en de Franstalige. Dat zou niet waar zijn.
Welnu, ik zal de redenering van de heer De Decker volgen. Ivolgens "Le Soir" of "La Libre Belgique" ben ik uiteraard vooringenomen, "gefanatiseerd" en weet ik veel wat nog allemaal. Ik heb hier bij de hand, voor minister De Decker, het editoriaal van vandaag uit "Het Belang van Limburg" — de krant heet al lang zo, vraag dat maar aan de Limburgers hier aanwezig. Mevrouw Roppe kan getuigen dat die krant al vijftig jaar zo heet. Wat lezen wij in "Het Belang van Limburg", mijnheer De Decker? Ik citeer: "Geen twee maanden nadat minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht de Congolese politici een flinke bolwassing gaf, presteert minister van Ontwikkelingssamenwerking Armand De Decker het openlijk de loftrompet te steken van diezelfde politieke klasse in Kinsjasa. De Decker gebruikte maandagwoorden als "veel ervaring" en "grote verantwoordelijkheidszin"". En dan schrijft de krant zelf: "Hebben De Gucht en De Decker, die nochtans tot dezelfde politieke bloedgroep horen, de violen niet op mekaar afgestemd?". Men voegt eraan toe — en dat is zeer belangrijk voor u, mijnheer De Decker, luister goed - "De recente gebeurtenissen in het oosten van Congo bewijzen dat de politieke cultuur en zeden in Kinsjasa niet echt veel veranderd zijn. De hulporganisatie Artsen Zonder Grenzen is holderdebolder uit de regio gevlucht nadat haar auto's door plunderende troepen van Kabila in beslag waren genomen. Zowat 180.000 mensen zijn de voorbije dagen voor gevechten tussen verschillende eenheden van het Congolese regeringsleger" — van het Congolese regeringsleger, mijnheer De Decker — "op de vlucht geslagen. Vooral de regeringsgezinde troepen blonken weer uit in plunderen, verkrachten en moorden blijkt uit ooggetuigenverslagen. Hoe volwassen is een politieke klasse", minister De Decker, "die zelfs haar eigen leger niet in bedwang kan houden"? Tot zover "Het Belang van Limburg" van vandaag, mijnheer De Decker.
De minister van Buitenlandse Zaken heeft geen ongelijk wanneer hij in Rwanda de politieke klasse van Kinshasa aan de kaak stelde. Alleen vergist hij zich wanneer hij het regime van Rwanda daartegenover stelt als eerlijk. Wat blijkt, mijnheer De Decker, het regime van Rwanda voert op dit ogenblik oorlog in Oost-Congo. Al uw verhaaltjes over het opleiden van brigades en troepen heeft als resultaat: nihil, niets, rien du tout. Dat moet men durven zeggen.
Een laatste opmerking, mijnheer de voorzitter. De minister van Buitenlandse Zaken heeft ons daarnet al verlaten wat toch een beetje merkwaardig is.
Translated text
Mr. De Decker has provoked me a little too much to avoid answering. Mr. De Decker, together with the Minister of Foreign Affairs, who has apparently disappeared in the meantime, stated, among other things, that I, on behalf of my party, the Flemish Interest, made a caricature — and he even said that I was that — of the politics in Africa when I stated that there were two lines, the Flemish and the French-speaking. That would not be true. Their
Well, I will follow the reasoning of Mr De Decker. Following “Le Soir” or “La Libre Belgique” I am of course prejudiced, “fanatized” and I know a lot of things. I have here at hand, for Minister De Decker, today's editorial from "Het Belang van Limburg" — the newspaper has long been called so, ask that only to the Limburgers present here. Mrs. Roppe can testify that the newspaper has been so called for fifty years. What do we read in "The Importance of Limburg", Mr. De Decker? I quote: “Not two months after Minister of Foreign Affairs Karel De Gucht gave the Congolese politicians a big ballwash, Minister of Development Cooperation Armand De Decker performs openly throwing the praise trumpet of that same political class in Kinsjasa. The Decker used Monday words such as “a lot of experience” and “a great sense of responsibility”. And then the newspaper itself writes: "Have De Gucht and De Decker, who, however, belong to the same political blood group, not matched the violes to each other?" It is added — and that is very important to you, Mr. De Decker, listen carefully — “The recent events in eastern Congo prove that the political culture and customs in Kinsjasa have not really changed much. The aid organization Doctors Without Borders has fled the region after its cars were seized by plundering Kabila troops. Approximately 180,000 people have fled in recent days for battles between various units of the Congolese government army" — of the Congolese government army, Mr. De Decker — ". Especially the government-oriented troops were once again outstanding in looting, rape and murder, according to eyewitness reports. How mature is a political class," Minister De Decker, "which can't even keep its own army in control"? So far “The Importance of Limburg” today, Mr. De Decker.
The Minister of Foreign Affairs has no mistake when he defamed the political class of Kinshasa in Rwanda. Only he makes a mistake when he calls the regime of Rwanda fair. As it turns out, Mr. De Decker, the regime of Rwanda is currently waging war in eastern Congo. All your stories about training brigades and troops resulted in: nihil, nothing, nothing du tout. It must be dared to say.
A last comment, Mr. Speaker. The Minister of Foreign Affairs has just left us, which is a bit strange.
#112
Official text
Hij is in de buurt.
Translated text
He is nearby.
#113
Official text
Ja goed, maar ik vind dat een minister toch zou mogen blijven tot het einde van een debat dat hem aanbelangt. Het zal de minister van Buitenlandse Zaken misschien verbazen als ik zeg dat ik het met één punt van zijn repliek volledig eens was, namelijk toen hij zei dat hij het zich niet kon inbeelden dat er in Europa twee totaal verschillende beschavingen zouden ontstaan. Hij heeft gelijk! Daarom juist pleit mijn partij voor het behouden van Europa binnen de Europese grenzen. U denkt toch niet dat Turkije Europees wordt omdat men in Ankara McDonalds of Kentucky Fried Chicken heeft of omdat in Izmir Duitse madammen in monokini aan het verbranden zijn in de zon. Turkije is Turkije en mocht u mij niet geloven dan verwijs ik naar de grootste Turkse krant die elke dag verschijnt met een slagzin op de eerste bladzijde.
Translated text
Yes, but I think a minister should still remain until the end of a debate that concerns him. It may surprise the Minister of Foreign Affairs if I say that I fully agreed with one point of his replica, namely when he said that he could not imagine that two completely different civilizations would arise in Europe. He is right! This is why my party advocates the preservation of Europe within the European borders. You don’t think that Turkey becomes European because in Ankara you have McDonalds or Kentucky Fried Chicken or because in Izmir German ladies in monokini are burning in the sun. Turkey is Turkey and if you don’t believe me, I refer to the largest Turkish newspaper that appears every day with a phrase on the first page.
#114
Official text
Monsieur Drèze, je ne vous avais pas aperçu au début, mais votre chef de groupe me dit luimême que vous pouvez intervenir brièvement.
Translated text
Mr. Drèze, I did not notice you at the beginning, but your group leader even tells me that you can intervene briefly.
#115
Official text
Monsieur le président, comme vous le savez, j'avais déposé une question d'actualité destinée au ministre de la Coopération, que vous avez renvoyée à la discussion du budget 2005. Je vais donc simplement répliquer brièvement au sujet des fameux 0,7%.
Nous apprécions votre hauteur de vues et votre appel aux partis démocratiques, y compris ceux de l'opposition. Et nous vous soutenons évidemment sur l'objectif fixé il y a quelques années d'atteindre les 0,7%. Je vois que vous faites preuve de diplomatie envers le premier ministre en le remerciant pour l'augmentation budgétaire. Mais je voudrais savoir comment vous allez faire preuve de diplomatie à l'égard de vos interlocuteurs quotidiens que sont le CNCD, l'opération 11 11 11 et Acodev qui - vous le savez mieux que moi - ont diffusé voici quelques jours un communiqué détaillé analysant le budget de la Coopération au Développement. Cette analyse aboutit à des conclusions légèrement différentes des vôtres.
En effet, ils estiment qu'en 2005, pour l'ensemble de la Belgique, ce n'est pas 0,45% mais 0,424% du PIB qui sera atteint, à savoir un fifrelin moins qu'en 2004 et autant qu'en 2002. Bien sûr, ce genre de communiqué jette un doute, car cela signifie que, sur une période de quatre ans, nous avons complètement stagné. Nous serons donc derrière vous dès 2005 pour essayer d'obtenir des correctifs, notamment lors du contrôle budgétaire, afin de rétablir la confiance des opérateurs avec lesquels vous travaillez quotidiennement.
Vous évoquez les problèmes du budget 2005 qui est un carcan; mais c'est un carcan pour toutes les politiques. Nous l'avons constaté dans tous les domaines. Certains sont évidemment plus touchés que d'autres. Mais, bien que vous ne fussiez pas membre du gouvernement à ce moment-là, nous avons l'impression que le gouvernement a fait des promesses inconsidérées à la population. Or, aujourd'hui, il ne sait pas les tenir dans toute une série de matières, alors que nous sommes revenus à une croissance économique, que nous devrions être forts et accomplir maintenant les efforts nécessaires. Il s'agit, par conséquent, d'un problème de rupture de confiance. On reporte à 2006. Nous serons, je l'espère, encore ici dans cette assemblée pour établir le bilan. Cependant, nous voulons mettre la pression immédiatement pour éviter que, dans un an, nous nous retrouvions avec des 0,424%, 0,425%, etc.
Bien entendu, comme Mmes Wiaux, Muylle et Genot l'ont dit, l'opposition est derrière le ministre de la Coopération pour qu'il obtienne de ses collègues - en particulier le ministre du Budget et le premier ministre - une augmentation de ses budgets à la hauteur des promesses exprimées il y a quelques années.
Translated text
Mr. Speaker, as you know, I had submitted an up-to-date question to the Minister of Cooperation, which you referred to the discussion of the 2005 budget. So I’m just going to answer briefly about the famous 0.7%.
We appreciate your high point of view and your appeal to democratic parties, including those of the opposition. And we obviously support you on the goal set a few years ago to reach 0.7%. I see that you are showing diplomacy to the Prime Minister by thanking him for the budget increase. But I would like to know how you will demonstrate diplomacy with regard to your daily interlocutors such as the CNCD, Operation 11 11 11 and Acodev who – you know it better than I do – have published a detailed statement analysing the budget of Development Cooperation a few days ago. This analysis leads to slightly different conclusions than yours.
In fact, they estimate that in 2005, for the whole of Belgium, it is not 0.45% but 0.424% of GDP that will be achieved, that is, one fifrelin less than in 2004 and as much as in 2002. Of course, this kind of statement casts doubt, because it means that, over a period of four years, we have completely stagnated. We will therefore be behind you from 2005 to try to get corrections, especially during budget control, in order to restore the trust of the operators with whom you work daily.
You talk about the problems of the 2005 budget which is a carcass; but it is a carcass for all policies. We have seen this in all areas. Some are obviously more affected than others. But, although you were not a member of the government at that time, we have the impression that the government has made unconscious promises to the people. Now, today, he does not know how to hold them in a whole series of matters, while we have returned to economic growth, that we should be strong and now make the necessary efforts. Therefore, it is a problem of breaking confidence. Return to 2006. We will, I hope, be here again in this assembly to make the balance sheet. However, we want to put pressure immediately to avoid that, in a year, we find ourselves with 0.424%, 0.425%, etc.
Of course, as Ms. Wiaux, Muylle and Genot have said, the opposition is behind the Minister of Cooperation to obtain from his colleagues - in particular the Minister of Budget and the Prime Minister - an increase in its budgets up to the promises made a few years ago.
#116
Official text
Monsieur le président, chers collègues, je vous remercie pour votre soutien dans le cadre du budget de la Coopération au Développement. Je ne vous cache pas que j'en aurai certainement besoin.
Monsieur Drèze, je suis intimement convaincu que, quelle que soit la communication du gouvernement, on se retrouve face aux mêmes problèmes. Lorsqu'on se bat pour un objectif d'une telle importance, d'une telle hauteur de vue — si je puis m'exprimer ainsi — et que, dans le même temps, on doit répondre aux réalités budgétaires, des compromis et des équilibres doivent être trouvés. Le gouvernement a décidé et proposé au parlement une croissance de 0,4% ce qui, avec l'inflation et la croissance, permettra de maintenir ce budget au même niveau. Monsieur Drèze, je ne suis pas d'accord avec les coupoles et les fédérations que vous citez. Cette année, le budget augmentera certainement plus que prévu car tout a été décidé sur la base de calculs pour un budget de Coopération au Développement représentant 64% des montants de dépenses liées au développement et reconnues comme telles par l'OCDE. Dans les 36% restant, on retrouve des remises de dettes. Je peux déjà vous dire que, cette année, les remises de dettes nous permettront, je l'espère, de nous approcher des 0,5%.
Translated text
I would like to thank you for your support in the development cooperation budget. I don’t hide that I will definitely need it.
Mr. Drèze, I am intimately convinced that, whatever the communication of the government, we are facing the same problems. When one struggles for an objective of such importance, of such a height of view – if I can express myself so – and that, at the same time, one must respond to budgetary realities, compromises and balances must be found. The government has decided and proposed to parliament a growth of 0.4% which, along with inflation and growth, will allow to keep this budget at the same level. Mr. Drèze, I disagree with the coupoles and federations you mention. This year, the budget will ⁇ increase more than expected because everything has been decided on the basis of calculations for a development cooperation budget representing 64% of the amounts of development-related spending recognized as such by the OECD. In the remaining 36% there are debt remissions. I can already tell you that this year debt relief will allow us, I hope, to approach 0.5%.
#117
Official text
Ce débat était long et intéressant.
Translated text
This debate was long and interesting.
#118
Official text
Nous entamons la discussion du volet "Finances". Wij vatten de bespreking aan van het luik "Financiën".
Translated text
We initiate the discussion of the volet "Finance". We begin the discussion of the “Finance” section.
#119
Official text
Ik had een afspraak met de collega's dat zij het kort zouden houden. We hebben de bespreking van het deel Financiën van gisteren naar vandaag verdaagd. Ik weet ook wel dat het maar een verschil van een uur betekent.
Translated text
I had an appointment with my colleagues that they would keep it short. We have postponed the discussion of the Finance section from yesterday to today. I also know that it only means an hour difference.
#120
Official text
Mijnheer Devlies, ik denk dat de heer Bogaert het woord neemt. Neemt u ook nog het woord, mijnheer Devlies? Nee?
Translated text
Mr. Devlies, I think Mr. Bogaert will take the floor. Do you take the word, Mr. Devlies? No to?
#121
Official text
Wij hadden een afspraak om onze spreektijd vrijwillig te beperken tot tien minuten. Er was een tweede luik en ik denk dat u dat een beetje vergeten bent. Het tweede luik van de afspraak was dat minister Reynders zou komen.
Translated text
We had an agreement to voluntarily limit our speaking time to ten minutes. There was a second loop and I think you’ve a little forgotten that. The second point of the agreement was that Minister Reynders would come.
#122
Official text
De heer Jamar is daar, de staatssecretaris voor Financiën.
Translated text
Mr. Jamar is there, the Secretary of State for Finance.
#123
Official text
Maar staatssecretaris Jamar is minister Reynders niet. Dat was het tweede luik van onze afspraak van gisterenavond, ik denk rond een uur of tien.
Translated text
But Secretary of State Jamar is not Minister Reynders. That was the second loose of our meeting last night, I think around an hour or ten.
#124
Official text
Donnez à M. Jamar l'occasion de montrer qu'il vaut M. Reynders!
Translated text
Give to Mr. Jamar has the opportunity to show that he is worthy. The Reynders!
#125
Official text
U bent ook een jong parlementslid. Gaat u als eerste het woord voeren?
Translated text
You are also a young member of Parliament. Are you the first to speak?
#126
Official text
Mijn fractie vraagt dat minister Reynders zou komen. Afspraak is afspraak. U hebt dat zelf gezegd gisterenavond.
Translated text
My group calls for Minister Reynders to come. An appointment is an appointment. You said it yourself last night.
#127
Official text
Attention, je veux bien vous prendre au mot mais, dans ce cas, je convoque une séance demain. Il faut savoir ce qu'on veut!
Translated text
Please be careful, but in this case, I will convene a meeting tomorrow. You have to know what you want!
#128
Official text
Pas de problème! A quelle heure demain, monsieur le président?
Translated text
There is no problem! At what time tomorrow, Mr. President?
#129
Official text
Monsieur le président, je sais qu'il avait été convenu hier que M. Reynders prendrait la parole. Toutefois, des impératifs ont fait qu'aujourd'hui, à cette heure-ci, il ne peut se trouver ici. Je crois savoir que le Règlement de la Chambre permet clairement à un secrétaire d'Etat de répondre aux questions posées par les parlementaires.
Translated text
It was agreed yesterday that Mr. Reynders would take the floor. However, imperatives have made that today, at this time, he cannot be here. I believe to know that the Rules of the Chamber clearly allows a Secretary of State to answer questions posed by parliamentarians.
#130
Official text
Le problème vient du fait que nous comptions traiter le volet Finances beaucoup plus tôt.
Translated text
The problem comes from the fact that we planned to deal with the Finance section much earlier.
#131
Official text
Dat is de realiteit. Wij dachten het deel Financiën veel vroeger te behandelen, maar omdat werd gevraagd om het deel Binnenlandse Zaken direct te laten volgen op het deel Defensie, werd voor de begroting het deel Financiën verschoven.
Translated text
That is the reality. We thought to cover the section Finance much earlier, but because it was requested that the section Home Affairs be followed directly to the section Defense, the section Finance was moved for the budget.
#132
Official text
Au départ la partie Finances était prévue à 16.00 heures.
Translated text
Initially, the Financial Part was scheduled for 16:00.
#133
Official text
Le premier ministre ainsi que M. Jamar sont présents. Vous ne pouvez pas avoir plus.
Translated text
The Prime Minister and Mr. Jamar is present. You cannot have more. by
#134
Official text
Collega's, er was afgesproken met het deel Financiën te beginnen in de namiddag. Door omstandigheden zijn onze werkzaamheden uitgelopen.
Translated text
Colleagues, there was an agreement with the Finance section to start in the afternoon. Due to circumstances, our work has gone out.
#135
Official text
Mijnheer Bogaert, ik vraag u uw betoog te beginnen. Er werden inderdaad afspraken gemaakt, maar er werd ook gepland om twaalf uur vroeger te beginnen.
Translated text
Mr. Bogert, I ask you to begin your speech. There were actually appointments made, but it was also planned to start twelve hours earlier.
#136
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik zou me kunnen schikken in uw voorstel indien de Kamer hierover morgen bijeenkomt. Wij vragen de aanwezigheid van de minister van Financiën.
Translated text
Mr. Speaker, I could agree with your proposal if the House meets on this matter tomorrow. We request the presence of the Minister of Finance.
#137
Official text
Mijnheer De Crem, de eerste minister is aanwezig en staatssecretaris Jamar is aanwezig.
Translated text
Mr. De Crem, the Prime Minister is present and Secretary of State Jamar is present.
#138
Official text
Mijnheer de voorzitter, waarom zou de minister niet aanwezig moeten zijn!
Translated text
Why should the Minister not be present?
#139
Official text
Er werd afgesproken het deel Financiën veel vroeger aan te vatten. Als we nog een beetje blijven doorpraten is het kerstavond.
Translated text
It was agreed that the financial part would be introduced much earlier. If we talk a little more, it is Christmas.
#140
Official text
Mijnheer de voorzitter, in de vooravond hadden we een gedachtewisseling in eenrichtingsverkeer met de eerste minister. De oppositie heeft haar opmerkingen gegeven omtrent de kerstboodschap.
U had voorgesteld dat deze interpellaties morgen konden plaatsvinden. CD&V heeft daar niets op tegen. Op voorwaarde dat wij de ster morgen om middernacht zien stilstaan en Kerstmis kunnen bijwonen is er geen probleem.
Ik stel voor dat u de minister van Financiën vordert. Dat is niets meer of niets minder dan de geplogenheden volgen. CD&V heeft daar geen probleem mee.
Translated text
On the eve, we had a one-way discussion with the Prime Minister. The opposition made its comments on the Christmas message.
You had suggested that these interpellations could take place tomorrow. CD&V has nothing to do with this. As long as we see the star standing at midnight tomorrow and can attend Christmas, there is no problem.
I suggest that you advance the Minister of Finance. That is nothing more or nothing less than following the plots. CD&V has no problem with this.
#141
Official text
Ik begrijp u. Ik herhaal dat Financiën in het begin van de namiddag zou behandeld worden. Om welwillend te zijn ten aanzien van iedereen hebben we onmiddellijk na het deel Landsverdediging, het deel Binnenlandse Zaken behandeld. Ik verzoek u niet aan te dringen op de aanwezigheid van minister Reynders vermits de eerste minister en staatssecretaris Jamar aanwezig zijn.
Translated text
I understand you. I repeat that Finance would be dealt with at the beginning of the afternoon. In order to be benevolent towards everyone, we addressed immediately after the Section Land Defense, the Section Homeland Affairs. I ask you not to insist on the presence of Minister Reynders while the Prime Minister and Secretary of State Jamar are present.
#142
Official text
Mijnheer de voorzitter, afspraken moeten altijd gehonoreerd worden. De afspraak was dat de minister van Financiën aanwezig zou zijn tijdens de bespreking van zijn begrotingsdeel.
Translated text
Agreements must always be honored. The agreement was that the Minister of Finance would be present during the discussion of his budget part.
#143
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#144
Official text
Mijnheer de eerste minister, dit is het Parlement. Laat ons niet polemiseren. Ik zal de demagogie van de confrontatie niet aangaan.
Ik vorder namens mijn fractie de minister van Financiën.
Er zijn twee zaken. Noch de minister van Begroting, noch de minister van Financiën zijn hier vandaag aanwezig. Ik parafraseer de minister van Begroting die aan het verleden refereerde en zei dat het altijd de gewoonte was dat de minister van Begroting of de minister van Financiën aanwezig was bij deze bespreking. Hij zei zelfs dat de eerste minister niet nodig was. Collega Van der Maelen, het is uw partijgenoot.
Mijnheer de voorzitter, voor dit deel van de besprekingen moet de minister van Financiën aanwezig zijn in de Kamer. Dat is mijn aangehouden vraag. Ik zal daar niet van afwijken.
Translated text
This is Parliament, this is Parliament. Let us not polemize. I will not engage in the demagogy of the confrontation.
I am speaking on behalf of my group to the Minister of Finance.
There are two things. Neither the Minister of Finance nor the Minister of Finance are present today. I parafrase the Minister of Budget who referred to the past and said that it was always the custom that the Minister of Budget or the Minister of Finance was present at this discussion. He even said that the Prime Minister was not needed. Colleague Van der Maelen, it is your party partner.
For this part of the discussions, the Minister of Finance must be present in the Chamber. That is my held question. I will not deviate from that.
#145
Official text
Monsieur le président, je voudrais vous signaler que le premier ministre et le secrétaire d'État aux Finances sont présents dans l'hémicycle, si vous ne l'aviez pas encore remarqué. Je pense donc que les réquisitions de M. De Crem sont proprement abusives. À mon sens, la démocratie ne s'exprime pas uniquement à travers M. De Crem. On pourrait peut-être demander l'avis de cette Chambre sur la continuation de nos travaux.
Translated text
Mr. Speaker, I would like to point out that the Prime Minister and the Secretary of State for Finance are present in the homicide, if you haven’t noticed it yet. Therefore, the requests of Mr. The creams are indeed abusive. Democracy is not expressed only through the people. of the cream. Per ⁇ we could ask for the opinion of this Chamber on the continuation of our work.
#146
Official text
Non, clairement, si j'ai une réquisition écrite, je dois y réfléchir sérieusement. Il y a maintenant deux possibilités.
Translated text
No, clearly, if I have a written request, I have to seriously think about it. Now there are two possibilities.
#147
Official text
Mijnheer de eerste minister, ik insisteer bij de heer De Crem om dat niet te doen. Indien het formeel wordt gevraagd, kan de heer Reynders hier misschien binnen twee uur zijn. Dan schors ik tot over twee uur.
Translated text
Mr. Prime Minister, I insist on Mr. De Crem not to do that. If it is formally requested, Mr. Reynders may be here within two hours. I suspend until in two hours.
#148
Official text
Ik vind dat niet elegant. Ik zeg u mijn gedacht daarover. De eerste minister is hier en de staatssecretaris is hier. Door het vertrek van de heer Flahaut naar Kaboel hebben we de agenda gewijzigd en hebben we delen omgewisseld. Dat is ook waar.
Translated text
I do not think it is elegant. I tell you my thoughts on this. The Prime Minister is here and the Secretary of State is here. With Mr Flahaut’s departure to Kabul, we changed the agenda and exchanged parts. That is also true.
#149
Official text
Mijnheer De Crem, ik zou u willen vragen om dat niet door te drukken. Er zijn wijzigingen geweest, waarmee ik noch u iets rechtstreeks te maken hebt. Ik zou vragen dat men dat akteert.
Translated text
Mr. De Crem, I would like to ask you not to press that through. There have been changes, with which neither you nor I have anything to do directly. I would ask that they act.
#150
Official text
Maar komaan, het is nu 01.09 uur. Wij zijn de dag voor Kerstmis. Ik wil dat niet uitbuiten, want ik weet ook wel dat wij hier zijn om te werken. Maar ik denk, gelet op hetgeen er is gebeurd door de omdraaiing van agenda — wat wij hadden afgesproken —, dat u hier toch de premier en de staatssecretaris aanvaardbaar kunt vinden.
Translated text
But come on, it is now 01.09 hours. We are the day before Christmas. I don’t want to exploit it, because I know that we are here to work. But I think, given what has happened through the reversal of the agenda — which we had agreed upon — that you can find the Prime Minister and the Secretary of State acceptable here.
#151
Official text
Mijnheer de voorzitter, in verband met de aanwezigheid van ministers, wil ik het volgende zeggen. Voor de wetsontwerpen die op onze agenda als eerste en tweede staan genummerd — vooral nummer 1, document nr. 1247 — moet normaal minister Onkelinx aanwezig kunnen zijn. Of anders mag u dat ook uitstellen, want dat is niet zo dringend volgens ons.
Maar dat heeft niets met de begroting te maken, hoor. Daarvoor geef ik het woord graag terug aan de heer De Crem.
Translated text
In connection with the presence of ministers, I would like to say the following. For the bills that are numbered first and second on our agenda — especially number 1, document no. 1247 — must normally minister Onkelinx be able to be present. Otherwise, you can also postpone it, because it is not so urgent in our opinion.
But that has nothing to do with the budget. For this reason, I would like to give the word back to Mr De Crem.
#152
Official text
U gaat mij het leven zuur maken!
Mijnheer De Crem, ik denk dat dat een correct voorstel is van mijnentwege.
Translated text
You will make my life acid!
Mr. De Crem, I think that is a correct proposal from mine.
#153
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik ga helemaal niet akkoord met uw voorstel. Ik houd ons voorstel aan, namelijk dat minister Reynders aanwezig is bij de bespreking van die delen van het ontwerp van de begroting die onder zijn bevoegdheid vallen, zoals dat in het Reglement is vastgelegd. U moet het Reglement gewoon toepassen, u kunt het Reglement niet naast u neerleggen. Ik stel voor dat u contact opneemt met de minister van Financiën. U licht mij en de Kamer in binnen een redelijke termijn over het moment waarop de minister hier kan zijn.
Translated text
I totally disagree with your proposal. I adhere to our proposal, namely that Minister Reynders is present at the discussion of those parts of the draft budget which fall within his competence, as set out in the Rules of Procedure. You just have to apply the Rules, you cannot lay down the Rules next to you. I suggest that you contact the Minister of Finance. You inform me and the Chamber within a reasonable period of time when the Minister can be here.
#154
Official text
Adressez-moi votre revendication par écrit. Cette demande est réglementaire mais j'estime qu'elle est abusive. Par conséquent, je demande de ne pas insister, étant donné les circonstances particulières.
Translated text
Send me your claim in writing. This requirement is regulatory but I consider it to be abusive. Therefore, I ask not to insist, given the particular circumstances.
#155
Official text
Ik vraag dat aan de heer De Crem, gelet op de gewijzigde agenda, waarvoor de fout noch bij hem noch bij mij ligt.
Translated text
I ask that to Mr. De Crem, given the amended agenda, for which the fault lies neither with him nor with me.
#156
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik insisteer op de aanwezigheid van de minister van Financiën en ik zal u dat ook binnen dit en één minuut schriftelijk laten geworden, zoals het Reglement voorziet. Ik vind dat de minister van Financiën hier aanwezig moet zijn.
Translated text
Mr. Speaker, I insist on the presence of the Minister of Finance and I will also let you do so within this and one minute in writing, as provided by the Rules of Procedure. The Minister of Finance should be present.
#157
Official text
Mag ik dan vragen dat de heer Bogaert al begint met zijn uiteenzetting?
Translated text
Can I ask, then, that Mr. Bogert has already begun his presentation?
#158
Official text
Hij kan dat onmogelijk doen, wanneer de minister van Financiën niet aanwezig is.
Translated text
This is impossible if the Minister of Finance is not present.
#159
Official text
Monsieur le président, si je peux me permettre, le ministre des Finances devait prendre la parole aujourd'hui. M. Flahaut, partant à l'étranger pour des raisons qui lui appartiennent, a demandé d'intervenir avant le ministre des Finances dans le cadre d'un arrangement global. Dans la foulée, d'autres personnalités se sont interposées.
En ma qualité de secrétaire d'Etat, j'ai été mandaté pour remplacer le ministre des Finances. Par ailleurs, le premier ministre est présent. Voilà quatre heures que l'on me voit ici! Voilà quatre heures que j'observe des membres de tous les groupes et personne n'a réagi à aucun moment, même pas quand nous nous sommes présentés devant vous pour connaître les orateurs inscrits! Devant moi, vous avez dit à M. De Crem que "quatre interventions étaient prévues, à la suite desquelles M. le secrétaire d'Etat interviendra". Mais M. De Crem n'a pas relevé le mot et n'a pas exigé la présence du ministre des Finances!
Translated text
The Minister of Finance should have spoken today. by Mr. Flahaut, leaving abroad for reasons that belong to him, asked to intervene before the Minister of Finance as part of a comprehensive arrangement. In the meantime, other personalities came in.
As a Secretary of State, I was appointed to replace the Minister of Finance. The Prime Minister is also present. I have been seen here for four hours. For four hours I have observed members of all groups and no one has reacted at any time, not even when we presented ourselves before you to know the registered speakers! In front of me, you told Mr. From Crem that "four interventions were planned, following which Mr. The Secretary of State will intervene.” But Mr. De Crem did not raise the word and did not demand the presence of the Minister of Finance!
#160
Official text
(...)
Translated text
The [...]
#161
Official text
(...
Translated text
( ... ...
#162
Official text
U zult mij verplichten tot een stemming over te gaan, wat ik niet graag doe.
Translated text
You will force me to vote, which I do not like to do.
#163
Official text
Monsieur le président, je propose que la Chambre vote sur le fait de savoir si oui ou non le gouvernement est dûment représenté par le premier ministre. Je ne vois pas en quoi notre assemblée ne pourrait pas trancher sur cette question. Je vous propose de faire procéder au vote sur la question de savoir si une majorité considère que le premier ministre représente dûment le gouvernement et arrêtons ce cinéma ridicule!
Translated text
Mr. Speaker, I propose that the House vote on whether or not the Government is duly represented by the Prime Minister. I don’t see how our assembly could not decide on this issue. I propose you to vote on the question of whether a majority considers that the prime minister properly represents the government and let’s stop this ridiculous cinema!
#164
Official text
Als het is zoals de heer de Donnea zegt, wil ik nog een tweede vraag ter stemming leggen, namelijk dat wij contact zouden nemen met het museum van Madame Tussaud om te voorzien in een nieuwe soort vervanging en hier na te gaan of de Kamer ermee akkoord gaat dat een wassen beeld van de heer Verhofstadt volstaat om de regering te vertegenwoordigen.
Translated text
If it is as Mr de Donnea says, I would like to put another question to the vote, namely that we would contact the museum of Madame Tussaud to provide for a new type of replacement and here to check whether the House agrees that a washed image of Mr Verhofstadt is sufficient to represent the government.
#165
Official text
Vous savez que je n'aime pas beaucoup ce type de vote! Mais l'article 50 dit clairement ceci: "La Chambre peut requérir la présence d'un membre du gouvernement sur proposition de membres formulée par écrit".
Translated text
You know I don’t like this type of vote. But Article 50 clearly states this: "The House may require the presence of a member of the Government upon a proposal of members made in writing."
#166
Official text
Ik heb dat voorstel hier per nota gekregen. Men verwijst naar artikel 30 van het Reglement, maar ik heb ook een artikel 50 van het Reglement. Artikel 30 gaat over de commissies. Mijnheer De Crem, het artikel waarnaar u hebt verwezen gaat over de commissies, niet over de plenaire vergadering.
Translated text
I received this proposal here by note. There is a reference to Rule 30 of the Rules of Procedure, but I also have a Rule 50 of the Rules of Procedure. Article 30 relates to the committees. Mr. De Crem, the article you referred to is about the committees, not the plenary session. Their
#167
Official text
Als u wenst dat de Kamer beslist over het al dan niet aanwezig zijn van de heer Reynders, dan moet ik de Kamer laten beslissen. Ik kan dat doen door te laten stemmen met zitten en opstaan. Ik heb liever dat ik het niet moet doen. Ik zeg u dat oprecht. U verwijst naar artikel 30. Ik kan nog lezen.
Translated text
If you want the Chamber to decide whether or not Mr. Reynders will be present, then I must let the Chamber decide. I can do this by letting votes sit and get up. I prefer not to do it. I tell you that honestly. You refer to Article 30. I can still read.
#168
Official text
Mijnheer de voorzitter, u hebt gisteren een akkoord gevraagd aan collega's Massin, Devlies en mijzelf. U hebt gevraagd om de spreektijd te beperken tot 10 minuten. Dat was het eerste deel van het akkoord. Het tweede deel van het akkoord was dat minister Reynders aanwezig zou zijn.
Translated text
Mr. Speaker, yesterday you asked for an agreement from colleagues Massin, Devlies and myself. You have requested to limit the speaking time to 10 minutes. That was the first part of the agreement. The second part of the agreement was that Minister Reynders would be present.
#169
Official text
Deel drie van het akkoord was dat het zou plaatsvinden in het begin van de namiddag. De wijziging, met de heer Flahaut, was niet voorzien.
Translated text
Part three of the agreement was that it would take place in the early afternoon. The amendment, with Mr. Flahaut, was not foreseen.
#170
Official text
Dat hebt u gisteren niet gezegd.
Translated text
You did not say that yesterday.
#171
Official text
Ik zal de Kamer daarover laten beslissen.
Translated text
I will let the Chamber decide.
#172
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik vraag de toepassing van artikel 50 van het Kamerreglement waardoor de aanwezigheid van de bevoegde minister kan gevorderd worden. U heeft een voorstel gedaan naar aanleiding van de Conferentie van voorzitters om minister Flahaut vroeger te laten komen. Dus ik verzoek hier, vandaag, nu de aanwezigheid van de minister van Financiën. Ik vraag ze nu en vraag u te schorsen tot het moment waarop wij weten of de minister van Financiën er kan zijn of niet.
Translated text
Mr. Speaker, I ask for the application of Article 50 of the Rules of Procedure of the Chamber, which allows the presence of the competent Minister to be requested. You made a proposal on the occasion of the Conference of Presidents to have Minister Flahaut come earlier. So I ask here, today, now the presence of the Minister of Finance. I ask them now and ask you to suspend until we know whether the Minister of Finance can be there or not.
#173
Official text
Mijnheer de voorzitter, ik wil toch even meegeven dat artikel 50 waar u allusie op maakt en wat terecht is, duidelijk zegt dat de Kamer — niet de heer De Crem — een regeringslid kan vorderen. Wel, er is een schriftelijke vraag. Ik doe dit niet graag, maar ik vind dat de vraag van de heer De Crem verregaand abusief is op dit ogenblik. Wel, de Kamer zal zich in dezen uitspreken. Wat mij betreft, ik zal er in de toekomst ook rekening mee houden als er nog eens een vriendelijke vraag van de oppositie komt. Wat hier nu gebeurt, is niet serieus.
Translated text
Mr. Speaker, I would like to point out for a moment that Article 50, which you refer to and which is correct, clearly states that the Chamber — not Mr. De Crem — can claim a member of the government. There is a written question. I do not like this, but I think that the question of Mr. De Crem is highly abusive at the moment. Well, the Chamber will speak in these. As far as I am concerned, I will also take this into account in the future if there is another friendly question from the opposition. What is happening here is not serious.
#174
Official text
Collega Daems, de vriendelijke vragen komen sinds de vorige verkiezingen niet van de oppositie, maar wel van de meerderheid en heel in het bijzonder van de VLD, om hun voorstellen alstublieft goedgunstig te zijn. Dat is wat er gebeurd is, mijnheer Daems.
Translated text
Colleague Daems, since the previous elections, the friendly questions do not come from the opposition, but from the majority and very especially from the VLD, so please be favorable to their proposals. That’s what happened, Mr. Daems.
#175
Official text
Collega's, ik denk dat de heer Daems gelijk heeft. La Chambre is de Kamer en ik moet weten wat de Kamer wenst. Ik doe dat niet graag, dat zeg ik zeer oprecht. Ik laat de kamerleden binnenkomen om daarover dan de Kamer te vragen zich uit te spreken. Ik zou niet insisteren, mijnheer De Crem, als ik dat mag herhalen.
Collega's, aangezien de heer De Crem bij zijn standpunt blijft en artikel 50 inroept, zal ik de Kamer vragen of zij, gelet op het feit dat de eerste minister hier is en dat de staatssecretaris van Financiën hier is, al dan niet de aanwezigheid van minister Reynders vordert. Wij stemmen daarover bij zitten en opstaan.
Wie de aanwezigheid van de minister vordert, staat op.
Het voorstel wordt verworpen bij zitten en opstaan. La proposition est rejetée par assis et levé. De Kamer vordert de minister van Financiën niet.
Translated text
I think Mr. Daems is right. La Chambre is the Room and I need to know what the Room wants. I don’t like to do that, I say that very frankly. I let the members of the Chamber enter and then ask the Chamber to speak about it. I would not insist, Mr. De Crem, if I can repeat it. Their
Colleagues, since Mr. De Crem remains with his position and invokes Article 50, I will ask the Chamber whether, given the fact that the Prime Minister is here and that the Secretary of State for Finance is here, she is seeking the presence of Minister Reynders or not. We vote on this and stand up.
Whoever advances the presence of the Minister stands up.
The proposal is rejected by sitting and standing up. The proposal is rejected by assis et levé. The House does not advance the Minister of Finance.
#176
Official text
Mijnheer de voorzitter, namens onze fractie deel ik u mee dat wij voor de begrotingsbesprekingen die vanaf dit moment volgen, de vergadering zullen verlaten. (De CD&V- en cdH-fracties verlaten de zaal)
Translated text
Mr. Speaker, on behalf of our group, I would like to inform you that we will leave the meeting for the budget talks that follow from now on. (The CD&V and cdH fractions leave the hall)
#177
Official text
Monsieur le président, par respect pour cette institution ainsi que pour mes collègues qui ont envie d'aller dormir, je renonce à mon temps de parole. (Applaudissements/Applaus)
Translated text
Mr. Speaker, out of respect for this institution and for my colleagues who want to go to sleep, I give up my speech time. (Applause and Applause)
#178
Official text
Monsieur le président, je crois qu'il en sera de même pour moi.
Translated text
I think it will be the same for me.
#179
Official text
Mijnheer de voorzitter, het is een zeer kort verslag dus u zult mij toestaan te verwijzen naar het schriftelijk verslag.
Translated text
Mr. Speaker, it is a very short report so you will allow me to refer to the written report.