Blog
Welcome to my blog. Here, I write about things that interest me. Politics, coding, studying, life, or anything else I fancy rambling about. If you're in luck, I may've written it in a language that you understand better than English.
I made a blog
Jan. 27, 2018
This blog
post is not available in English.
If you want, you can choose to read it in one of these
languages:
Dutch:
Ik heb en blog gemaakt
French:
J'ai créé un blog
2017; the best year of my life
April 11, 2018
This blog
post is not available in English.
If you want, you can choose to read it in one of these
languages:
Dutch:
2017; het beste jaar van m'n leven
Flemish:
2017; het beste jaar van m'n leven
Fort Europa and VB: An analysis
May 1, 2022
This blog post is not available in English. However, it is available in Dutch: Fort Europa en VB: Een analyse
Spreken is zilver, schrijven is goud
Open archiveFijn jullie weer te zien beste lezers! Ik heb vandaag twee belangrijke onderwerpen waarover ik zou willen schrijven: De afgelopen verkiezingen en mijn academische vakantie naar Singapore. Maar omdat iedereen van dat eerste wel efkens zijn buik vol heeft (en ik ook als ik eerlijk ben), ga ik mij enkel bezighouden met Singapore.
Even kaderen
Er wordt als doctorandus van mij verwacht dat ik regelmatig een wetenschappelijk artikel publiceer, dat dan ook een collegiale toetsing weet te doorstaan. Wel, ik heb zo'n artikel dan ook ingediend bij de IEEE Conference on Artificial Intelligence. Tegen de verwachtingen in werd dat dan ook geaccepteerd, en dus mocht ik op kosten van de UAntwerpen naar Singapore gaan om mijn werk te presenteren, want het is daar waar de conferentie doorging. En als ik daar dan toch was, dan wilde ik het nuttige ook aan het aangename koppelen; door er enkele dagen extra aan vast te nieten, kon ik ook nog een interessante vakantie hebben. Mijn broer Niels zou mij vergezellen in de dagen na de conferentie. En dus, op 23 juni stond ik klaar op Zaventem voor de verste reis van mijn leven.
De heenreis
Ik ben zelf nog nooit alleen op een vliegtuig geweest, en ook nog nooit in Azië. Dus ge kunt u al inbeelden dat ik redelijk zenuwachtig was. Daarbij kwam ook nog dat ik een extra stuk baggage moest meenemen voor mijn poster; de koker waarin ik die vervoerde was een meter lang en pastte niet in mijn valies. Ik had ook geen goesting om bij te betalen voor een extra valies want dat was bij Lufthansa blijkbaar “vanaf €400”. Er was echter wel een uitzondering voor skilatten, die doorgaans ook in een lange tas vervoerd worden. Een paar telefoontjes naar Lufthansa en ik kon mijn poster toch gratis meenemen, hehe.
Uiteindelijk waren we dan bij de scancontrole en moest ik afscheid nemen van mijn familie en mijn lieve Jonathan:
Na de controle was ik efkens naar het toilet gegaan en was het al bijna volledig misgelopen: Mijn paspoort stak nog in mijn broekzak en viel er plots uit, maar dat was mij niet opgevallen. Gelukkig wel voor enkele mensen achter me, die mij daar direct attent op maakten!
Vanaf Zaventem ging het eerst naar München. Een vlucht van één uur welteverstaan, zo het soort dat ze zouden moeten verbieden. Normaal heeft de UAntwerpen zelfs een verbod op vluchten voor bestemmingen die met de trein binnen de zes uur bereikbaar zijn, maar voor een overstapvlucht gaat die richtlijn blijkbaar niet op. Enfin, ik heb toch deze foto kunnen trekken uit het raampje, met wat aantekeningen om duidelijk te maken waar dat was:
Aangekomen in München word ik opzij genomen door een paar Polizisten die mij naar mijn paspoort vroegen en mijn eindbestemming. Mijn eerste gedacht was dat mijn lange tas een beetje de aandacht trok. En kijk ik snap dat hè; die mensen moeten daar elke dag uren op wacht staan terwijl er geen hol gebeurt, en dan loopt er iemand langs met een zak die perfect een luchtbuks kan verbergen. Enfin, toch eentje met een knikloop.
Tijdens de overstap van vier uur werk ik nog een beetje verder voor de UAntwerpen, en daarna is het instappen op een Airbus A350. En da's een chic vliegtuig zulle! Elke stoel had ook een TV met Android op zodat ge vanalles kon kijken. Het coolste was dat het direct verbonden was met enkele camera's die op de buitenkant van het vliegtuig gemonteerd waren, dus ik kon makkelijk meevolgen wat er buiten aan het gebeuren was. Voor iemand die zich sowieso niet comfortabel voelt in een vliegtuig is dat een aangename extra!
Op het vliegtuig krijg ik na een tijdje een klein avondeten voorgeschoteld, plezant. En dan probeer ik toch iets te slapen, maar het lukt van geen kanten. Ik zal de resterende tijd van mijn twaalfurige vlucht bijna continu wakker doorbrengen. Mijn slapeloosheid wordt mede mogelijk gemaakt door turbulentie die blijkbaar ook voor de gezagvoerder een beetje te veel werd; zijn stem over de intercom verraadde een soort zenuwachtigheid.
Het ontbijt bestond uit geklutst ei met champignons, fijn. Tijdens de landing
kan één van de passagiers het niet meer uithouden, en vult ze haar kotszakske
met de nodige auditieve begeleiding.
Eenmaal geland kan ik eindelijk opstaan en de zwevende metalen cilinder
verlaten, en op de loopbrug voel ik al direct een zucht van de Singaporese
buitenlucht. En die is eum… heet.
Eerst nog mijn baggage halen en dan… weer tegengehouden worden door de
Singaporese douane, die óók een buitengewone interesse toont voor de inhoud van
mijn lange tas. Ik moet alles eruit halen en pas als ik mijn koker heb geopend
is het voor de douanier in orde.
Op mijn weg naar het metrostation stoot ik op een zelfrijdende stofzuiger. En enfin, dat hebben wij ook hè, maar bij ons zijn dat kleine cilinders, in Singapore, wel…
Vanuit de luchthaven van Changi ga ik met de metro naar mijn hotel in de stad. Direct valt mij op hoe proper en modern het hele systeem is. Dat zal sowieso ook komen door de hoge boetes die geheven worden in dat land. Iets simpels als van een waterfles drinken levert al boetes tot $100 op.
Ook een specifiek verbod op het eten van “durians”. Wat is een durian? Het icoontje lijkt op een soort egelachtig dier, maar een beter idee heb ik op dat moment niet:
Bij mijn overstap in Expo kom ik buiten de metro en voel ik voor de eerste keer echt het klimaat van Singapore, en dat is heet en vochtig, de perfecte combinatie voor een instantane zweetuitbraak, of toch alleszins het gevoel om te plakken, elke keer als ik buitenkom.
Ik vervolg mijn rit naar Clarke Quay, waar ik uitstap en daarmee het eerste zicht krijg van de "echte" stad:
Wolkenkrabbers overal rondom u, en gij een nietige dwerg.
Nog iets dat duidelijk wordt: Singapore is géén fietsstad. Het land heeft
misschien wel potentieel voor fietsers (als ge het klimaat erbij kunt pakken),
maar fietsers worden geacht het trottoir te delen en langs voetgangers door te
laveren. Ondanks de hoeveelheid auto's denk ik dat het nochtans mogelijk moet
zijn om één rijstrook op die gigantische boulevards af te staan aan
fietsverkeer. En moest het toch voor te veel files zorgen, maak de
inverkeersstelling dan wat duurder hè. Ah ja, nog iets raars aan dit land:
Inverkeersstellingen worden in Singapore per opbod verkocht. Zouden we in België
maar moeilijk kunnen doen, maar voor een stadsstaat lijkt het wel een goed idee!
Eenmaal in mijn hotel aangekomen moet ik een overeenkomst tekenen waarbij ik beloof niet te zullen roken in mijn kamer en… geen durians te eten? Nu dat het zó expliciet wordt vermeld vraag ik het rechtuit, wat in godsnaam is een durian? Wel, het is blijkbaar een soort stekelig fruit dat een intense smaakbeleving is voor de ene, maar voor de andere meurt gelijk de pest. Ik vraag mij af hoe ongelofelijk de geurhinder dan wel niet moet zijn als ge het zó expliciet in uw hotel en in de metro verbiedt.
Nu kan ik eindelijk naar mijn hotelkamer, en die is wel héél klein:
Maar het is er wel proper en net, en ik heb liever een klein proper verblijf dan een grote kamer die vuil is. De minibar is ook gratis en alles wordt dagelijks aangevuld en ververst. Als ik hier ooit terug moet komen dan zal het hoogstwaarschijnlijk in dit hotel zijn (NuVe Elements op Hong Kong Street).
Het enige wat ik nu nog doe is mijn lange broek vervangen door een korte, en op
zoek gaan naar avondeten. Ik beslis om naar het Clarke Quay Centre te gaan, dat
ziet er toch uit als een plek waar eten zou moeten zijn. Maar het is al laat en
veel zaken zijn al gesloten.
Uiteindelijk vind ik toch een zaak die deftig aandoet, dus ik waag mijn kans.
(Ik wens even toch te benadrukken dat ik al met een chronische stress rondloop
sinds ik geland ben; ik ben helemaal alleen in een vreemd land en ik ben
volledig op mezelf aangewezen. Nu nog op zoek gaan naar eten terwijl ik van niks
weet, pff…)
Ik word vriendelijk ontvangen en ik… kan de menukaart inscannen. Lap. Ik heb
geen internet hier. Ik vraag dan maar voor een papieren kaart en probeer daar
iets uit te kiezen wat mij aanstaat. De pasta met zeevruchten is niet meer
beschikbaar dus kies ik maar voor iets wat overal wel acceptabel is:
Soep met spaghetti bolognese. Ja ik weet het, niet echt lokale keuken de eerste avond maar ik heb ook al genoeg zenuwen gehad voor vandaag. Morgen begint de conferentie dus laat ik maar gewoon naar bed gaan.
De conferentie
De volgende ochtend word ik wakker om half vijf 's ochtends. De jetlag zit er stevig in volgens mij. Ik beslis om de tijd een beetje te doden door een korte ochtendwandeling te maken. Het zal wel wat koeler zijn hier in de ochtend? Nope! Ik stap buiten en het is gewoon exact hetzelfde weer, gewoon in het donker. Maar het is wel heeeel rustig. Deze stad slaapt ook echt 's nachts, in tegenstelling tot New York (als ik Niels mag geloven). Na een beetje wandelen kom ik langs het parlementsgebouw:
Daarna keer ik maar terug om nog efkens op mijn gemak te wachten op de
conferentie.
De conferentie begon de enkele uren later, en na de
openingsceremonie waarbij wat prijzen werden uitgedeeld, begonnen we direct aan
een presentatie van prof. dr. Klaus ……, die een uiteenzetting deed over zijn
AI-gebruik bij kankerdetectie. Precies beginnen met het beste, dacht ik. Een
zeer leuke presentatie want het was niet gewoon "kijk eens wat ik met ChatGPT
heb gemaakt", nee, er was nagedacht over het waarom van het model, het hoe,
niet enkel het wat. Ik heb ondertussen ook al mijn attributen kunnen
verzamelen:
Daarna heb ik de pauze overgeslagen om naar het hotel te gaan en mij voor te bereiden voor mijn presentatie diezelfde namiddag.
In de orchideeënbalzaal staan wat kraampkes van HP en AMD opgesteld die de grote sponsors zijn, met daarlangs de postersectie:
Ik had nog chance, de meeste posters hingen zo in een dun gangpadje (wat ge in
de foto kunt zien) waar ge bijlange na niet tegoei uw uitleg kunt doen. Ik stond
nog goed gepositioneerd, ge zag mijn poster al hangen als ge de balzaal
binnenkwam.
Ik had niet verwacht dat er veel aandacht voor ging zijn, maar ik heb toch voor
een tiental mensen op anderhalf uur mogen uitleg verschaffen. Ik had verwacht
dat ik veel in het Engels zou moeten doen, en dat was ook, maar de Duitsers
waren in de absolute meerderheid; ik heb uiteindelijk vijf (!) Duitstalige
visitekaartjes kunnen uitdelen. Blijkbaar is Deutsche Bahn echt een nachtmerrie
qua betrouwbaarheid, en ik stond daar met een poster over treinvertragingen. Dus
ik snapte het wel, maar tegelijkertijd ook bijzonder opgelucht dat ik enkele
maanden geleden een cursus Duits had gevolgd.
Het was wel moeilijk voor mij, mij openstellen en zo presenteren. Ik had niemand bij mij, eerste paper, eerste congres, eerste poster, eerste keer Azië, eerste keer alleen reizen, … Ik moest diezelfde avond netwerken en toen merkte ik voor de eerste keer in bijna tien jaar dat ik nog altijd dat autisme met mij meedraag. Ik wist wel dat het moeilijk ging zijn, maar dat het mij actief zou blokkeren kwam erg confronterend over voor mij. Ik heb wel mijn best gedaan om het niet te laten zien aan de andere mensen, en als ik het zelf mag zeggen: ik zag er alleszins deftig en respectabel uit:
Op het einde van de conferentie was het wel bergaf gegaan met de kwaliteit. Ik
woonde een presentatie bij over het optimaliseren van ingenieursprocessen met AI,
wat wel bij mijn eigen onderzoek zou passen. Dus niet. Het werd gebracht
door iemand van Honda die de structuur van een F1-wagen moest optimaliseren. Hoe
deed die dat? Door gewoon tig permutaties van een aantal onderdelen te maken en
die allemaal via een NN te laten bruteforcen.
Wat dan nog? Ah, hij had een foto van een tweedeursauto gemaakt en dan aan
ChatGPT gevraagd om daar een vierdeurswagen van te maken…
Klein vraagske, wat doet gij hier eigenlijk?
Het feit dat ge AI gebruikt is niet genoeg om een presentatie te maken voor een
AI-conferentie hè maat. Ik wil over de waarom horen, en de hoe, niet enkel de
wat. Kan best zijn dat het voor F1 niet uitmaakt hoe ge tot het beste resultaat
gekomen zijt, maar kom dan niet presenteren hier hè. Ik kom speciaal van de andere kant
van de wereld, mijn unief betaalt vijftienhonderd euro inkom, dan verwacht ik
ook wel slimmer buiten te wandelen.
Er was die avond nog een slotontmoeting voor de conferentie waar ik naartoe wilde gaan om te netwerken, maar eenmaal daar aangekomen stond ik voor gesloten deuren. Dit was blijkbaar enkel toegankelijk voor “selecte deelnemers van de conferentie.“ Ja oké maar zoudt ge dat in het vervolg zo ook willen vermelden op de website? Dan hoef ik niet met goede hoop in mijn kostuum de Singaporese zon te trotseren.
Over het algemeen kom ik met gemengde gevoelens terug van mijn eerste conferentie. Het was goed begonnen en ik heb mijn werk kunnen presenteren aan enkele geïnteresseerden, kaartjes uitgedeeld, en toch enkele mensen gesproken, … Bij de laatste dag was het wel meer teleurstellend, maar ja het zou wel raar zijn als het van de eerste keer allemaal perfect ging.
Maar vanaf nu zou de vakantie zelf beginnen, en dat beloofde ook wat te worden!
Singapore zelf
De laatste dag van de conferentie zijn Niels en ik gaan eten in Clarke Quay. Het was een klein zaakje met betaalbaar en lekker eten:
Daarna ben ik nog voor Niels wat foto's gaan trekken voor zijn Instagram, en daar heeft hij ook het volgende van mij getrokken:
Nu met ietwat makkelijkere kleding dan bij de conferentie, laat ook wat meer verluchting toe, geen overbodige luxe in zo'n land!
Hawker centres
De voedselcultuur is in Singapore helemaal anders dan bij ons: Er zijn daar zogenaamde "hawker centres" waar heel veel kraampjes bij elkaar staan, en waar iedereen vrij kan kiezen wat 'm wilt eten. Voor een schappelijke prijs stelt ge daar zelf maaltijden samen alsof het een restaurant met een gigantische menukaart is. Hier zijn enkele foto's van de maaltijden die ge daar kunt krijgen, op elk plateau ligt doorgaans voor minder dan €10 aan eten. En natuurlijk ook wat sfeerfoto's:
En ja, het smaakt allemaal ook zo goed als het eruitziet!
Nadeel is wel dat Singaporezen er blijkbaar geen probleem mee hebben om 's middags in de hitte ook warm te eten. En kijk, ik snap het aan de ene kant: Als ge in dit klimaat moet wachten tot het fris is om noedelsoep te eten, dan gaat ge het nooit kunnen doen. Aan de andere kant: Als het dertig graden is, wie heeft er dan oprecht goesting om soep te zitten eten? Nee, dan wilt ge toch eerder een slaatje met koude pasta?
Ook belangrijk om te weten: Ze geven daar géén servietten mee met uw eten. Die moet ge kopen bij de daklozen. Dat zit zo: Bedelen is verboden in Singapore, maar bij de hawker centres lopen regelmatig daklozen rond met een zak vol met vochtige doekjes in pakjes van tien á twintig stuks. Ze vragen daar rond de vijf dollar voor, wat veel is vergeleken met de winkel, maar dat is natuurlijk winst voor die mensen. Zo komen die aan geld en hebt gij propere handen. En buh, ik heb wel betere manieren gezien om daklozen te helpen, maar ook véél slechtere. Ik kan het wel hebben hoor!
Gardens by the Bay
De volgende dag zijn Niels en ik naar Gardens by the Bay gegaan. En ik zou nu nog vele teksten hier kunnen schrijven over dat het mooi was, maar ik heb eerlijk gezegd veel minder goesting om erover te schrijven als ik het ook allemaal kan laten zien:
Schoon hè? We zijn daar ook naar de lichtvoorstelling gegaan, maar daar heb ik jammer genoeg geen beelden van om te delen, sorry! In plaats daarvan nog dit ietwat grappige fragment:
Dingen met water
Op 1 juli gingen Niels en ik naar het eiland Sentosa, wat eigenlijk meer een gigantisch pretpark is dan iets anders. Ik moet zeggen dat het allemaal nogal kunstmatig aanvoelde, een beetje een toeristenval maar bon. Eerste halte was het S.E.A.-aquarium. Het wilde lukken dat we er nu waren in een periode dat een deel van het aquarium in de steigers stond, maar we hebben toch wat filmpkes gemaakt:
Na een maaltijd zijn we dan naar een waterpark gegaan, Adventure Cove genaamd. Omdat een gsm en water niet goed samengaan, zal ik de ervaring moeten neerschrijven:
Entreegeld was $44 per persoon, ongeveer €30. Ge krijgt daarvoor een volledige
dag toegang, en dat gaat ge zeker nodig hebben: Aan de beste glijbanen staan
wachtrijen die gemakkelijk een uur lang zijn. En dan hebt ge ook nog dat soort
mensen dat zich het recht toe-eigent om u voor te steken omdat zijn soortgenoten
al in de rij stonden aan te schuiven.
En sorry hè, maar zo werkt het niet: Ofwel schuift ge gelijk iedereen aan ofwel
blijft ge buiten.
Maar precies alsof de weergoden met mij akkoord gingen, begon het ineens keifel
te donderen. Het Singaporese weer is bijzonder onstuimig; het ene moment is het
een klaarlichte zonnige dag, een uur later kan de hel losbarsten met regen en
onweer. Het gevolg was dat iedereen de rij moest verlaten en de zwembaden
gesloten werden. Ergens voelde dat aan als karma, aan de andere kant zette het
ook een domper op onze dag zelf: We wisten niet hoelang het weer zo ging
blijven, en voor €30 was er eigenlijk niet zoveel te doen gezien de wachtrijen.
In de tussentijd zijn wij dan maar de kapitalistische toer opgegaan en een "fast
pass" gaan kopen. Die gaf ons de mogelijkheid om voor enkele glijbanen voor te
kruipen, maar dan op kapitalistische wijze.
Er was daar ook de mogelijkheid om tussen de vissen te zwemmen, maar dat was
wat mij betreft echt ondermaats: Ge kreeg een zwemvest aan zodat ge niet kon
duiken, ge mocht niet met uw benen slaan (zodat ge tegen een slakkengang maar
vooruit kon), en ge kreeg een lekke snorkel zodat ge naar onder kon blijven
kijken terwijl uw neus zich vulde met zout water.
Ge vraagt u natuurlijk af waarom ik dan niet gewoon in de zee zelf ben gaan zwemmen als in plaats van in zo'n waterpark? Wel, toen dat wij er waren, was er een olielek geweest in de Straat van Singapore, met als gevolg dat alle stranden gesloten waren. Voor een beetje waterplezier waren we dus aangewezen op zo'n waterpark, met alle gevolgen vandien.
In het algemeen raad ik dus niet aan om een bezoek te brengen aan dat waterpark; het kost veel geld, en ge moet 50% extra betalen als ge niet een halve dag overal wilt staan aanschuiven voor enkele glijbanen die wel leuk zijn, maar geen "60-minuten wachten leuk".
Na die twee dingen liep de dag tegen het einde aan en gingen we terug naar het hoofdeiland. Maar ondertussen zagen we ook enkele vieze wolken die kwamen aandrijven. We hebben toen gerend tot we onder een afdak waren, en dat scheelde letterlijk niks, want vanaf dat ge de eerste druppels voelt vallen hebt ge nog dertig seconden vooraleer de hemelsluizen opengaan. Met die moessonregen kwam ook nog een onweer mee, en een hevig, amai! Ik heb voor de eerste keer in mijn leven voor mijn ogen op enkele honderden meters afstand een bliksemschicht zien inslaan, een flits een een oorverdovend lawaai dat ge tot in uw binnenste voelt bulderen! Een Singaporese die ons kruistte was ook zichtbaar onder de indruk, dus ook voor haar was het iets ongewoons om mee te maken.
Capita Spring
In een land met zoveel wolkenkrabbers is het nogal wiedes dat ge probeert om op het dak van eentje te raken. Wel, blijkbaar is Capita Spring bekend bij toeristen, maar moesten we daarvoor reserveren… vanaf 19 juli. Tot dan zat het vol. Ja ik snap het ook niet.
Ik had dan het idee opgevat om maar gewoon eens binnen te gaan en aan de receptie te gaan vragen of er toevallig iemand had afgezegd of dat we op een andere manier naar boven zouden kunnen gaan. En ja hoor, als we $10 per persoon betaalden, zouden we tot helemaal bovenaan mogen, en konden we in het dakcafé ook iets te drinken krijgen. Dus dat deden we dan ook, en dat leverde de volgende beelden op:
Zeker een aanrader om eens te doen als ge daar zijt; gewoon naar de receptie gaan en vragen of ge naar het dak kunt. Ge moet u wel online aanmelden en ook zo betalen dus zonder kredietkaart zijt ge wel gejost, maar buiten dat is het het de belevenis zeker waard!
Indonesië
Niels en ik zijn ook twee dagen naar het nabijgelegen Bintan afgevaren, een Indonesisch eiland.
Het resort
Als ik aan "resort" denk, dan denk ik aan een plaats met accomodatie, eetgelegenheden en vermaak. Wel, hoe deed Bintan Exotic Resort het op die vlakken?
Accomodatie: De kamers bestonden uit strandhutjes. Zodoende waren er ook niet echt veel "kamers" maar dat kan mij niet schelen. De kamers waren proper en uitgerust van het comfort dat men verwacht hier; airco, propere douche en toilet, een tv'ke, … Wel belangrijk om te vermelden: geen warm water! De temperatuur is er steeds rond de 25°C, maar als ge graag een warme douche hebt, dan gaat ge daar niet aan uw trekken komen.
Eetgelegenheden: We hebben drie keer een maaltijd genuttigd, 's morgens, 's middags en 's avonds. Het ontbijt is inbegrepen in de prijs.
Het avondeten was smakelijk en goedkoop. Bereid u wel voor op lange wachttijden,
wij zaten rond acht uur aan de tafel, pas rond tienen hadden we alles
opgegeten. Is het omdat er te weinig personeel was? Ik hoop van niet, want van
de twaalf tafels waren er slechts drie bezet. Bij het middageten waren wij zelfs
de enige twee mensen, en toen duurde het ook al meer dan een halfuur om alles te
brengen. Ik had ocharm een spaghetti bolognese hè, ook de meest simpele
gerechten laten lang op zich wachten.
Het ontbijt was echt ondermaats. Ik ben wel wat gewoon van hotels die een gratis
ontbijt voorzien, maar hier had ik echt iets van dat ze u moesten bijbetalen. De
broodjes die ik had gepakt waren echte lilliputters. Maak eens met uw hand
een zo groot mogelijke cirkel door met uw middelvinger uw duim aan te
raken. Awel, zó groot waren die broodjes in diameter, en qua hoogte ook ongeveer
zoiets.
En het was ook nog eens gortdroog. Op elk zo'n kaboutersandwich heb ik
letterlijk vijf minuten gedaan om dat te kunnen afslikken vooraleer ik genoeg
speeksel had geproduceerd. Niels' wafels waren volgens hem nog wel goed dus ik
zou gewoon dat vragen en het brood links laten liggen.
Er was ook water en iets dat voor "sap" moest doorgaan. Ik had dat laatste
gepakt omdat het de kleur van troebel appelsap had. Ik nam daar één kleine teug
van en dat was ook direct de laatste. Wat in godsnaam was dat voor rioolwater?
Precies al het niet-opgedronken restsap van gisteren bij elkaar gekieperd. Ik
kon de smaak nog niet eens thuisbrengen. Ja dat was echt een teleurstelling,
compleet het tegenovergestelde van de betaalde maaltijden.
Denk er ook aan dat het personeel enkel Indonesisch echt goed spreekt. Sommigen kunnen wel een beetje Engels, maar zelfs dat is voor velen een opgave. Verwacht u dus aan een taalbarrière.
Vermaak: Het resort kijkt uit op een mangrovestrand, dus zeker geen parelwitte stranden om een handdoek op te leggen. Daarbij komt ook dat ge u in het habitat bevindt van dieren zoals de Australische zeewesp, die levensgevaarlijk zijn. En dat hoeft niet zo'n groot probleem te zijn als er een goed zeebeleid is, maar in Indonesië is er niet zoiets als strandtoezicht, ge begeeft u dus volledig op eigen risico in de zee. En dat kon ik simpelweg niet riskeren. Ik kan dan misschien wel goed zwemmen, een deel van een goede zwemmer zijn is ook kunnen inschatten wanneer het onverantwoord is om in het water te gaan. Er is wel een klein zwembad in het resort als ge toch per se nat wilt worden, maar verwacht geen olympische toestanden of zo.
Niels heeft zich wel ingeschreven voor een massage en daar was hij wel content van, maar voor zij die dat doen: niet daarna in het zwembad gaan! Hij was ingesmeerd met massageolie, en dat, plus het feit dat hij op de rand van het zwembad een kruiswoordraadsel aan het invullen was, maakten voor hem de perfecte cocktail om zijn schouders en nek te verbranden. En het was zelfs volledig overtrokken, dus ge kunt u inbeelden hoe het was geweest als de zon er wel op had gestaan.
Dus ja, qua vermaak, het kán daar wel maar het is voor mij nogal beperkt. Op één grote uitzondering na:
Jetskiën
Het hoogtepunt van de vakantie in Indonesië was wel degelijk het jetskiën. Ik wilde dat al doen in Singapore, maar ge hebt daar blijkbaar een vaarbewijs voor nodig, en ja buh jong, dat heb ik gewoon niet en ik ga ook geen honderden euro's uitgeven voor efkens op een veredelde brommer te mogen rijden. In Indonesië daarentegen nemen ze het allesbehalve nauw met dat soort regels. Vanaf het hotel is het een rit van ~40 minuten tot de plek waar de jetski aangemeerd ligt. En na nog efkens wachten mochten wij op de jetski de kapitein volgen naar de volle zee. En wat daar gebeurde, wel, dat ga ik niet uitschrijven hè!
Alleen dat jetskiën op zich was al meer dan genoeg om de reis naar Indonesië het waard te maken.
De laatste dag
Omdat onze vlucht pas om 23:55 was, hadden we besloten om er nog iets van te maken in plaats van de hele dag op de luchthaven te zitten niksen.
Het idee was om een fietstocht te gaan maken op Palau Ubin, een eiland ten noorden van het Singaporese hoofdeiland. Het is in feite een beetje natuurgebied, er is zo goed als geen bebouwing en stond ook wel hoog aangeschreven. Dus als afsluiter leek dat wel iets.
Maar Singapore zou Singapore niet zijn als het weer geen roet in het eten zou strooien. Tegen dat wij uit de metro stapten was het al fel beginnen regenen, en begonnen wij ons af te vragen of het eigenlijk nog aan had. De weer-app die Niels had geïnstalleerd zei dat het over een uur zou ophouden, dus hebben we maar even gewacht. Toen moesten we ook nog een bus zien te vinden tot daar, gedoens gedoens… En toen we er uiteindelijk waren en we naar de veer gingen, viel het mij op dat er wel héél veel veerboten aangemeerd lagen, toch zeker gezien het lage aantal passagiers in de wachtzaal.
Blijkt dus dat dat geen veerdienst op dienstregeling is, maar privébooteigenaren die elk naar believen mensen overzetten. De enige kapitein die het zag zitten om ons tot daar te brengen, vroeg wel het dubbele van de normale prijs; hij wilde slechts vertrekken als er voor vier man betaald werd. En ik snap dat ergens wel, die mens wilt ook uit zijn kosten geraken. Maar voor ons was dat een gigantisch risico, want wij hadden een vliegtuig diezelfde dag nog, en we konden het gewoon niet riskeren om op een eiland vast te komen te zitten. Voor hetzelfde geld ging die kapitein gewoon niet op ons wachten en dan stonden wij daar!
Dus dat was wel een beetje een domper, we hebben dan nog een kleine toer in een lokaal parkje gemaakt, en dan besloten om terug naar de luchthaven te gaan. Ik wilde gewoon met de bus en metro teruggaan maar Niels stond erop dat wij een taxi namen. In een plaatselijk hotel zijn we dan het wifiwachtwoord gaan vragen om een taxi te laten komen.
Ook een belangrijk weetje: Taxi's in Singapore, ondanks wat ge op sommige
websites kunt lezen, zijn 100% contant geld, kredietkaarten worden geweigerd.
Zelfs als ge via de reservatie-app met uw Visakaart aanmeldt (dient enkel voor
verificatie), wordt er afgerekend en betaald in de taxi zelf.
Wij hebben drie verschillende taxi's genomen, zowel via reservatie als via
staandehouding op straat, geen enkele accepteerde een kredietkaart, EZpay, Apple Pay of
eender welke digitale wijze die ge u kunt inbeelden. De kredietkaart is
bruikbaar op bus en metro ($0,60 toeslag per dag), maar vanaf dat ge in een
taxi stapt moet ge biljetten en muntstukken hebben. De chauffeurs konden
altijd gepast terugbetalen, maar laat u daar dus niet door vangen! Singaporese
taxi's zijn ook strikt gereglementeerd dus ge hoeft geen schrik te hebben dat ge
in het zak gezet wordt, eentje was niet al te vriendelijk maar ze zijn wel alle
drie correct geweest.
De taxirit was voor Niels een totale verademing. En ergens snap ik wel dat het plezant is om het OV voor uw eigen te hebben, maar ik ben net zo gediend met een busrit, ook al duurt dat langer. Maar bon, we konden nu wel op ons gemak naar de luchthaven van Changi gaan. Da's trouwens niet een luchthaven gelijk bij ons, maar ze zijn daar ook heel trots op iets wat zij "The Jewel" noemen, een bezienswaardigheid gelegen te midden van de luchthaventerminals. Met in het midden het eigenlijke "juweel", een gigantische kunstmatige waterval:
Daarrond is ook een soort winkelcentrum met allerlei winkeltjes en restaurants die het verblijf op de luchthaven toch net dat tikkeltje aangenamer maken. Het is allemaal natuurlijk nogal duur uitgevallen vergeleken met de stad zelf, maar op zo'n moment laat ik dat niet aan mijn hart komen. Niels wilde ook dat ik in Shake Shack de Shroom Burger probeerde, een veganistische variant op de gewone burger. En ja, die is wel goed!
Maar ja, voor de rest is het eigenlijk wat rustig geweest; we zijn onze valiezen gaan inchecken, en daarna zijn we in het vliegtuig gestapt, Niels met een wallenpleister of wat dat ook is en ik met de nodige stress:
De terugvlucht was ook lang en turbulent, héél turbulent. Niels heeft al veel vaker gevlogen en volgens hem was deze vlucht de ergste.
Ik heb wel genoten van Singapore. Een speciaal land, al was het maar omdat het een stadsstaat is. Het heeft heel wat te bieden en wij kunnen er wel wat van leren. Tegelijkertijd kan Singapore ook van ons leren; zo heeft het land nog altijd de doodstraf voor drugsbezit en andere misdaden, worden er nog altijd lijfstraffen gegeven.
Singapore is ook één van de meest vervuilende landen ter wereld, maar ja, daar moeten zowel de Belgen als Singaporezen werk van maken, wij zijn allebei in hetzelfde bedje ziek.
Als de kans zich voordoet zal ik hoogstwaarschijnlijk wederkeren, maar uiteindelijk verlang ik toch altijd terug naar het beste land ter wereld, mijn eigen heimat. De dag dat ik was aangekomen ben ik diezelfde avond nog naar de frituur geweest. Want hoe lekker de gerechten daar ook zijn, een Belgische friet, dat kunnen ze nergens zo goed als bij ons!
En met een licht hongergevoel laat ik u nu weer gaan beste lezer. Tot mijn volgende artikel!